Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken. nvawwAisoosm N°. 51. Zondag 19 December 1897. 6e Jaargang. Bericht. Nieuwstijdingen. Feuilleton. NIEUWE LAIVGEDUKER COIIRMT Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag. ABONNEMENTSPRIJS voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoüde en Br. op Langedijk per drie maanden 50 ct., franco p. post 60 ct. UIT GET ER: J. HL KEIZER. BUREEL: Hoordscharwoude. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 15 regels 30 ct., elke regel meer 5 ct. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruiinte berekend. Brieven rechtstreeks aan den Uitgever. WcRcns liet Kerstfeest ver schijnt het volurend nummer van dit blad op VIIIJUAG a.s. Adverteiitïën voor dat num mer gelieve men in te zenden voor uiterlijk VrijdagmoB'gen 12 uur. Evenals vorige jaren zal in het op Oudejaarsdag verschij nend nummer van dit blad gelegenheid zijn tot het plaat sen van Nieuwjaarsgroeten a 25 cent. Vroegtijdige inzending wordt beleefd verzocht. De Uitgever. DE ZEEWERINGEN BIJ CALLANTSOOG. Een onzer correspondenten in Hollands Noor den stelde bij een deskundig persoon een onder zoek in naar de vraag, in hoeverre de Koegras- polder bij eene inundatie van den Callantsooger- polder betrokken kan worden en tevens of er op den Koegraspolder onderhoudsverplichtingen op het duin rusten. Welwillend werden hem de vol gende inlichtingen verstrekt. De slechte toestand, waarin de Schenkeldijk zich bevindt, levert en voor den Callantsooger en voor den Koegraspolder een blijvend gevaar op. Breekt de zee door het duin bij paal 13, zoodat de Callant80ogerpolder onderloopt dan zal het wa ter door de gaten in den Schenkeldijk in den Koegraspolder moeten loopen. Ileeft er daarente gen een doorbraak plaats bij paal 10, dan is de Koegraspolder het eerst aan de beurt, maar dan wordt weer de polder Callantsoog door die gaten geïnundeerd. Eene versterking van den Schenkel- djjk is dus in beide opzichten wenschelijk. Daar de Schenkeldijk echter niet over het ge bied van den Koegraspolder loopt, zal deze lijde lijk in den toestand moeten blijven berusten. Het duin voor den Koegraspolder behoort in eigendom aan het rijk. Do oude rijksweg en eene daarlangs loopende sloot zijn mede 's Rijks eigendom. Onderhouds verplichtingen rusten niet op den polder. Vrijwillig geeft de polder jaarlijks eene bijdrage voor duinbeplanting. Dit geschiedt evenwel niet om de zeewaardigheid der duinen te versterken, doch om eenigszins de zandverstuivingen te be teugelen, waarvan de polder Koegras veel last heeft. („Tel".) Bij het doen van opgravingen voor het Oudheidkundig Museum te KLEEF, in de nabij heid dier stad, zijn op eene diepte van 1.75 meter levende kikvorschen gevonden. TREURIG. Dezer dagen is een 11 jarig meisje, leerlinge der openbare school aan de Roggeveenstraat te 's-Gravenhage, den dag nadat zij 's middags uit school was gekomen en hevig gebraakt had, over leden. De geneesheer schreef' de vermoedelijke oorzaak van den dood toe aan een val. Bij onder zoek is toen gebleken, dat het kind tijdens de gymnastiekles in het daarvoor bestemde lokaal van een gymnastiekladder was gevallen en eerst met het achtergedeelte van haar lichaam op den grond is terechtgekomon en daarna met het hoofd tegen den muur gekanteld is. De vader van de schoolier8ter heeft den wethouder van onderwijs met het gebeurde in kennis gesteld die, niet vroe ger dan toen van het geval onderricht, on middel- ljjk een onderzoek heeft ingesteld bij het hoofd der school. Zooals men weet, wordt de gymnastiekles door en onder leiding van afzonderlijke gymnastiek- onderwjjzers gegeven. In de Friesche gemeente OPSTERLAND houden zich nog steeds wilde zwijnen op. Niet alleen te Bakkerveen, waar zij een stuk bouw land moeten hebben omgewoeld, doch ook te Beetsterzwaag hebben zij sporen van hun ver blijf achtergelaten. Te vergeefs is reeds een klop jacht op hen gehouden, zij hielden zich toen op eerbiedigen afstand daarentegen werden een aan tal hazen, faizanten en konijnen bemachtigd. Zoodra er sneeuw ligt zal er jacht op de zwij nen gemaakt worden, omdat zij dan beter zijn na te sporen. De mensch is het veelvuldigst voorko mende wezen. Men schat het aantal menschen op de aarde thans op 1500 millioen. Het meest nabijkomende getal is dat der schapen, dat 500 millioen bedraagt. Er zijn ruim 300 millioen runderen en 100 millioen zwijnen hierop vol gen de paarden met 60 millioen stuks. SYMPATHETISCHE INKT. Wanneer men zoogenaamde sympathetische inkt gebruikt, wordt het geschrevene alleen bij verwarming van het papier zichtbaar. Deze inkt bestaat uit een sterk verdunde oplossing van kobaltchloruurze is zeer lichtrood en wordt op het papier eerst duidelijk zichtbaar blauw, als door de verwarming bet waterhoudende chloruur in het watervrijo blauwe chloruur is veranderd. De kleur wordt groenachtig blauw, als aan het kobaltzout een geringe hoeveelheid ijzerchloruur is toegevoegd. In den trein van Arnhem naar Utrecht maakte Dinsdagmorgen een landbouwer ken nis met twee passagiers, die naar hun klee ding te oordeelen paardenkoopers bleken te zijn. Zooals zij dan ook vertelden, hadden zij den vorigen dag te Utrecht paarden gekocht, die in de veestallen waren'gestald en nu naar België moesten worden verzonden, waarheen zij thans op reis waren. De landbouwer van zijn kant deelde hun daarop mede, dat hij te Utrecht een paar vette varkens moest afleveren en tegen den middag naar huis dacht terug te keeren. Te Utrecht aangekomen trakteerde een der paar- denkoopers op een glaasje cognac, waarna een elk zijns weegs ging. Omstreeks half drie des middags zag het boertje op het Vreeburg zijn beide kennissen op eens weder voor zich staan en werd door hen uitgenoodigd nog een snaps mee te drinken, daar zij dan samen met den trein van 4 uur konden vertrekken. Ongelukkig liep de man in de val, want op het glaasje volgde een spelletje kaart, waarbij hij voordat hij het wist een f 60 armer was geworden en zeker zou het daarbij niet zijn gebleven, indien niet eene kleine vechtpartij de tusschenkomst der politie had vereischt. Toen de vrede weder was gesloten, waren de pseudo-paardenkoopers echter verdwenen en werden natuurlijk op het bepaalde uur ook niet aan den trein gezien. Dat het boertje met looden schoenen de te rugreis aanvaardde laat zich denken Zangers, acteurs of sprekers hebben opge merkt, dat, sinds de invoering van het electri- sche licht in schouwburgen en zalen, zij minder last hebben met hunne stem en veel min der vatbaar zijn voor kondevatten. DEN IIAAG EN DE KRONINGSFEESTEN. Het is enorm zegt de llaagsche kroniekschrij ver der „N. G. Ct." op hoe reusachtige schaal er reeds nu toebereidselen worden gemaakt voor die feestdagen van Sept. Er zijn tal van villa's te Scheveningen en omstreken nu al voor den zomer verhuurd aan families die bij tijds willen zorgen onder dak te zijn; in sommige hotels zijn nu alle beschikbare kamers reeds „besproken"; een paar groote huizen, die ledig staan of voor verkoop zijn aangeslagen, moeten door een combinatie zjjn gehuurd of gekocht om er in den kroningstijd als „pensions" de winst uit te slaan, de en-gros-handelarcn in linten, strikken, feestinsignes en versierings-benoodigdheden heb ben reeds nu in het buitenland, speciaal in Duitschland, bestellingen gedaan van allerlei nieuwigheden, waaronder er zjjn die inderdaad keurig mogen heeten ik heb ze gezien maar beloofd er nog niet over te praten om do con currenten niet wakker te maken. Men kan in elk geval verwachten dat zoo er in de Septeinber-dagen van 1898 tonnen gouds zullen worden besteed om feest te vieren en om te pronken duizenden grootere en kleinere handelaren, nijvere, werklieden en ondernemers er een goed zaakje door zullen maken. EEN DURE GESCHIEDENIS. De loting voor de nat. militie in de gemeente Baarderadeel werd wegens een onder het oog van den burgemeester gepleegde informaliteit van onwaarde verklaard. Aan hen die bij de eerste loting waren vrij geloot en bij de Zaterdag gehouden nieuwe lo ting een dienstplichtig nummer trokken werd door den burgemeester medegedeeld, dat voor zijn rekening een nummerverwisselaar zal wor den gesteld. Een dure „informaliteit" voor den heer bur- I gemeester. EEN RARE MEID1 De sedert eenige dagen te Winschoten spoor loos verdwenen dienstmeid Grietje Van Dijk is, zonder dat haar eenig onheil overkwam, weer teruggekeerd. Zij had een nieuwen dienst gezocht te Bourtange, zonder haar moeder er mededee- ling van te doen. AMSTERDAM—HAARLEM. Uit Haarlem wordt gemeld De heeren Neumeyer en Anderheggen zullen de electrische tram Haarlem—Amsterdam, langs den straatweg, reeds begin 1898 aanleggen. LANDONTGINNING IN SCHOTERLAND. Men schrijft aan het U. D. De te 's-Gravenhage gevestigde naamlooze ven nootschap Landontginning, waarvan verschillende leden Tweede Kamer leden zijn, zal op uitgebrei der schaal dan tot nu toe het geval was, in de meente Schoterland het ontginningswerk ter hand nemen. Door die eorparatie is thans opnieuw een terrein aangekocht om iu vruchtbare landauwen te worden herschapen. Vele handen zullen daarop werk kunnen vinden. Eigenaardig is het toch, dat Hollandsche heeren dit werk in Friesland ter hand nemen, terwijl toch in Friesland ook genoeg kapitalisten zijn, die dit wel zouden kun nen doen. Men zegt van de Friezen, dat zij nog al provincialistisch zijn gehecht aan „de aide Fryske gróun", maar men heeft recht daaraan te twijfelen, als men dergelijke zaken verneemt. Wat zou men in Holland wel zeggen, als eenige Friesche heeren zich verbonden om ergens in Holland werk te gaan verschaffen om de armoede tegen te gaan De Hollandsche heeren zouden zich dat waarschijnlijk aantrekken en zich er voor schamen en dadelijk ook aan 't werk tijgen In Friesland laat men de Hollandsche heeren stil hun gang gaan en grootkapitalisten, wonende in Friesland en bezitters van honderden H.A. woesten grond, doen geen enkele poging om dit land hun eigendom te verbeteren, daardoor werk te verschaffen en de armoede iet wat te verminderen. Het is treurig, maar waar Novelle van Hugo Klein, naar het Duitsch door H. P. J. S. In de keurige concertzaal, waar anders de zangeres hare smachtende aria ten beste gaf, of de vioolvirtuoos zijne vaardigheid toonde, werd op een' koelen Septemberavorid eene lezing van eene zeer bijzondere soort gehouden. Eene vrouwelijke arts, Mejuffrouw Petro nella Krause, med. Dr. uit Zurich, zou na meljjk een voordracht houden over de bij zondere geschiktheid van de vrouw voor het beroep van arts. Mejuffrouw Petronella Krause was reeds voor eenige jaren in de Zwitsersche univer siteitsstad gepromoveerd en tengevolge van de praktijk in de oogheelkunde, die zij daar later had uitgeoefend, ging de faam haar reeds vooruit. De couranten hadden zich reeds met haar beziggehouden en lange stukken opgenomen over haar, over hare werkzaamheid, hare propaganda voor het beroep van arts door de vrouw, als ook over de gunstige resul taten, die zij in bijzonder moeilijke geval |len, had verkregen. Ónder zulke omstandigheden was hetgeen wonder, dat een talrijk uitgezocht publiek de zaal vulde en met zekere spanning de dingen afwachtten, die zouden komen. Het auditorium bestond natuurlijk voor het meerendeel uit dames (hoewel er ook eenige jonge en oude heeren aanwezig wa ren, hetzij voor de grap hetzij uit belangstel ling) en het spreekt van zelf,dat het uiterlijk voorkomen van de spreekster, die precies om acht uur inde zaal verscheen, aan de strengste critiekwerd blootgesteld. De vrouwelijke arts was van middelbare groote en gekleed inidonker pakje, dat veel geleek op mannendracht. Het jacquet was van voren voorzien van een wit vest en een vuurroode kraag, zooals de heeren der schepping ze dragen. Zij was nog jong, hoogstens vijf- of zes en twintig jaren oud. Het krullende bruine haav was kort ge knipt en naar achteren gekamd, zoodat men haar breed en laag voorhoofd in zijne volle afmetingen kon waarnemen. Het was jammer, dat zij een stomp neusje had, dat in zijne sierlijkheid afbreuk deed aan de ernst der geheele verschijning de jonge dame had dit euvel willen be dekken door een gouden bril, welke zij op bovengenoemd neusje plaatste en waardoor zij de ernst in haar uiterlijk voorkomen' eenigszins terug kreeg. Ons doel is hier echter om iets te ver halen en niet eene geleerde voordracht te houden. Wij moeten er daarom van afzien, de le zing van de spreekster, die anders zeer be langrijk was, in alle details te bespreken; en zelfs zullen wij hare lezing niet eens in ruwe trekken weergeven. Wij zullen u alleen inededeelen, dat de jonge danfe levendig en met overtuiging sprak en dat zij bijzonder goed op de hoogte was van de vooruitgang der vrouwen op het gebied der geneeskunde. Zij voerde eene groote menigte cijfers over het steeds grooter wordend aantal vrouwe lijke artsen in Rusland, Zwitserland en Noord-Amerika aan, en het door haar aan gehaalde feit, dat de keizerin van Japan eene Chineesche dame, die in Cincinati ge promoveerd was, tot hare lijfarts had be noemd, maakte op het damespubliek zicht baar een diepen indruk. Niet minder het bestrijdende gedeelte van hare lezing, dat natuurlijk tegen de mannen gericht was en waarin de begaafde spreekster o. a. beweerde, hoeveel schooner het voor de vrouw is. haar deel te offeren in den strijd tegen de ellende dezer wereld dan zich op te winden door het lezen van romans, of zich als speelgoed over te geven aan de dikwijls zoo gedachtenlooze heeren der Schepping. Dit alles beteekende evenwel riiels, ver geleken bij den stormachtigen bijval, welke het einde harer redevoering ten deel viel Hierin verklaaide en verdedigde de jonge dame het standpunt, dat de vrouwelijke artsen hadden in te nemen tegenover het sterkere geslacht. Zij verklaarde zich namelijk zonder eenig voorbehoud ten gunste van een soort celi baat voor de toekomstige vrouwelijke artsen »Ja, dames en heeren" sprak Dr. med. Petronella Krause, sik wil graag toegeven dat mijne ideeën vreemd schijnen en menig een onder u het er niet mede eens kan zijn en het zelfs voor onmenschelijk houdt een zoodanig offer van de vrouwelijke artsen te eischèn en hun het geluk van de huise lijkheid, het huwelijk en het huisgezin te ontzeggen. Maar ik eisch dit offer van de vrouw ten behoeve van de wetenschap. De vrouwen, die zich geheel aan het be roep van arts willen wijden, moeten zich alle levensgenot ontzeggen, om op geener lei wijze van hun beroep te worden afge leid en zij moeten de vooroordeelen, welke tegen de vrouwelijke artsen bestaan, met alle macht bestrijden. Ik weet, het offer, dat ik eisch, zal velen zwaar vallen. Maar eens zal de tijd komen, dat dat offer niet meer gebracht behoeft te worden. Maar tegenwoordig moet ieder die zich »vrouw" noemt, het brengen, wanneer zij getrouw wil zijn aan hare roeping als heil aan bren gend wezen. Haar verstand moet zich aan studie en wetenschap, haar hart aan de ellende van de ongelukkige zieken wjjden. Haar beroep legt haar plichten op, in het nakomen waarvan het huwelijk zeker sto ring zal brengen. En alleen de vreeselijk hooge zedelijke eischen, die het celibaat stelt, kan het mögelijk maken, dat in de maatschappij, "te vrouwelijke artsen in dat aanzien en dien bevoorrechten toestand zich kunnen verheugen, die ik haar toewenseh." j Hier wachtte de jonge dame even, nam een teug water en ging dan met nog hel derder stem door: »Ik weet, dames en heeren, wat gij hier tegenin zult brengen. Gij zult zeggenkan men liefde en hartstocht maar zoo weg cijferen. Maar ik vraag u: wat is liefde? Is het een gevoel, dat de toets der wetenschap kan doorstaan Is het niet veel meer een gevoel veroor zaakt, gevoed en grootgebracht door de verbeelding, noodig om ijdele, ongezonde romans te kunnen lezen. Wat de hartstocht betreft, ik geloof, dat de wetenschap wel in staat is, geholpen door een vasten wil, het hartstochtelijk bloed te bedwingen. En wil, desalniettemin eene vrouwelijke arts toch trouwen, laat zij dan alleen met een arts in het huwelijk treden, Dan kar. zij ook na haar huwelijk on gestoord voor hare roeping leven, zij kan den man in zijn werk steunen, of wanneer zij de meerdere van den man blijkt te zijn, wat toch in de meeste gevallen wel zal voorkomen, dan kan de man haar mede werker zijn bij hare studiën, werkzaamhe den en haar streven. Waar dit niet mogelijk is zal de vrouw eenzaam door het leven gaan, eenzaam wer ken, eenzaam overwinnen, eenzaam bloeden voor de goede zaak en het verkrijgen van succès 1" De klankvolle stem trilde bewo gen b(j deze woorden, hare zacht groene oogen schoten van onder den bril bliksem stralen, een sierljjk gebaar met hare kleine hand en een donderend applaus verhief

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1897 | | pagina 1