Sint Pancras, 29 Juli. Bij de Maan
dag 1.1. gehouden verkiezing voor een zetel in
den gemeenteraad alhier is met 65 stemmen ge
kozen de heer J. Schuit. Op den heer G. Mies-
sen, die door voorstanders van de bijzondere
school was candidaat gesteld, waren 27 stemmen
uitgebracht, terwijl 2 stemmen van onwaarde
waren.
Voor de betrekking van onderwijzeres aan de
openbare school alhier, hebben zich reeds 18
sollicitanten aangemeld. Drie jaren geleden was
er voor dezelfde betrekking slechts 1 sollicitante.
Tot hoofd der met 1 October te openen bij
zondere school met den Bijbel alhier is benoemd
de heer J. ten Hoeve te Alfen.
Bedankt voor de beroeping naar Aarts
woud (toez.) door A. Stramrood te Ursem.
Plaatselijke gebruiken.
In Drente, waar thans de roggeoogst in vollen
gang is, bestaat in vele gehuchten nog de ge
woonte, dat eiken ochtend, middag en avond
het boerhoren wordt geblazen tot een teeken,
dat het afmaaien van de rogge zal aanvangen
en eindigen. Men noemt dit horengeluid het
„wilker" en sedert overoude tijden bestaat het,
zoodat in die oude tijden de „wilkers" bij land-
schap8besluiten werden vastgesteld. In de meeste
dorpen is het „wilker" reeds lang afgeschaft.
Waar het nog bestaat, wordt des 's morgens
6 uur geblazendit noemt men het „etelhoren",
omdat het volk dan tot het ontbijt geroepen wordt.
Te 7 uur hoort men het teeken van aanvang van
het werk. Te 12 uur wordt in den esch het mid
dagsignaal gegeven en te 2 uur hoort men weer
het sein tot den aanvang, terwijl des avonds bij
het invallen van schemerlicht wordt geblazen tot
staking van het werk voor dien dag. Zoo hoort
men dit gedurende 5 of 6 dagen achtereen, in
welken tijd de rogge is afgemaaid. Te Eksloo,
te Ees en in andere gehuchten is het „wilker"
nog in gebruik.
Zooals gemeld is, heeft Allard Dijkstra een
aanklacht ingediend tegen een 3-tal personen,
die hem in het publiek verweten hebben dat hij
een der inbrekers bij Haitsma is. Men deelt thans
mede, dat aan de klacht gevolg wordt gegeven.
De titels van Koningin Wilhelmina.
De Koningin heeft het recht op het voeren
van de navolgende titels:
Koningin der NederlandenPrinses van Oranje
Nassau; Gravin van Katzenelbogen, Yianden,
Dietz, Spiegelberg, Buren, Leerdam, Culemborg
Markgravin van Veere en Ylissingen; Yrouwe
en Baronnesse van Breda, Beilstein, de Stad
Grave en landen van Cuijk, Liesveldt, Diest,
Herstal, Cranendonck, Warneton, Noseray, St.
Vlijt, Dachsburg, Polanen, Willemstadt, Nier
vaart, Steenbergen, IJselstein, Bredevoort, St.
Maartensdijk, Geertruidenberg, Turnhout, Zeven
bergen, de Hooge en Lage Zwaluwen en Naald
wijk; Onafhankelijke Vrouwe van Ameland;
Erfburggravin van Antwerpen en BesanQon.
Als laatste spruit van den Ottoschen tak der
Nassau's erft H. M. al de titels van hare voor
vaderen, en in vele voornoemde plaatsen vindt
men nog oorkonden, geschenken en souvenirs
van het geslacht der Nassau's.
Zij zullen ongetwijfeld welkom zijn op de te
houden Oranje-Nassau-tentoonstelling.
Beheksing.
Te Barneveld heeft zich een ernstig geval van
„beheksing" voorgedaan. Nadat eene vrouw aldaar
reeds eenigen tijd ongesteld geweest was kwam
een der familieleden tot de overtuiging dat de pa
tiënte betooverd moest zijn. Weldra werd een fa
milieraad belegd, waarin besloten werd om de
hulp van een heksenmeester in te roepen. Nadat
deze een en ander omtrent de ziekte had mede
gedeeld, gaf hij als zijn meening te kennen, dat
bij stipte naleving zijner bevelen, de zieke wel
herstellen zou. Verder werd als de bedrijver dezer
euveldaad aangewezen een persoon, die weldra
een of ander zou willen leenen.
Aan dit verzoek mocht echter volstrekt niet
voldaan worden!
Vreemde journalisten.
Een aardige tocht wordt den vertegenwoordi
gers der buitenlandsche pers, die voor de inhul
digingsfeesten ons land bezoeken, op Zaterdag 10
September aangeboden.
De heeren zullen per extra-trein gebracht wor
den naar het spoorweg-station „KwadijkEdam".
Met Hollandsche sjeezen en een 50-tal boeren-
wagentjes, die de burgemeester van Edam daar
zal doen bijeen brengen, worden de heeren aan
het station afgehaald en gebracht naar eene der
grootste boerderijen in „de Purmer", waar hun
het maken van de kaas zal getoond worden.
Na een rijtoer door het belangwekkende polder
land wordt de kaasmarkt in Edam bezocht, waar
juist de handel geschiedt en de kaas verkocht en
gewogen wordt.
Op het stadhuis wordt het gezelschap ontvan
gen, en het zal daar ook den lunch gebruiken.
Vervolgens gaat de tocht naar Volendam, en
van daar met de botters naar Marken, om einde
lijk per boot naar de hoofdstad terug tekeeren.
De Hollandsche Spoor heeft aan hare
machinisten een verhooging van salaris toegekend.
Het maximum, dat vroeger f 2.50 per dag bedroeg,
iB thans vastgesteld op f3.
De maatschappij tot Nut van 't Algemeen
eldc, volgens de voorloopige lijst, op 1 Juli 1898
308 departementen met 23245 leden en 272 eere
leden.
Tot de talrijkste instellingen behooren o.a:73
bewaarscholen, 24Floralia-vereenigingen, 23 gym
nastiekschoen, 25 hulpbanken, 32 scholen voor
handenarbeid, 33 scholen voor vrouwelijke hand
werken, 157 spaarbanken, 323 volksbibliotheken
en 32 ziekenfondsen.
Niet recht duidelijk.
Indische lezers schijnt het al eveneens te gaan
als ons soms, het kost ook hen blijkbaar vaak
moeite uit de telegraphische berichten, zelfs met
behulp der kaarten, de krijgsverrichtingen in Pedir
te volgen.
Zoo vinden we in het „Bat. Nbl." het volgend
schrijven:
„Van het manoeuvreeren met de Selimoenco-
lonne begrijp ik niet veel. Het publiek wordt
omtrent de beweging nauwkeurig ingelicht. Groot
is de belangstelling. Ja, en ze zijn gegaan over
Knor-Knor, over Gneu-gneu, over Rwa kwaOch,
kom, zijn ze daarover gegaan En wij volgen dit
met gezichten, alsof Knor-knor, Gneu-gneu, Rwa-
kwa, en meer dergelijke interessante plekjes grond,
sedert jaar en dag ons zoo bekend waren als
Scheveningen of Velp. Als men tegenwoordig
spreekt van Garoet, dan bedoelt men niet langer
het heerlijk en alom bekende oord in de Prean-
ger, jongens, neen! We zijn te Pedir, hoor
En eigenlijk zegt en schrijft een fatsoenlijk mensch
geen Garoet, maar Garot, zonder e.
„Atjehsch, dat we zijn! Het is verbazend;je
moet de menscheu te Batavia tegenover de figu -
ratieve schetskaart van den generalen staf hooren
Gloe-ën, Reu-ën, Keu-ën, Rongongen enz. Een
lust om het te hooren!
Maar wat de bedoeling is met de Selimoen-
colonne, en waarom die pleiziertochtjes te water
gaat maken om zich daarna weer de zolen uit de
sloffen te loopen over land, dat begrijpen we
niet.
„Natuurlijk weet kolonel Van Heutsz wel wat
hij doet en zijn wij overtuigd dat het over zee
van Segli naar Kotaradja gaan en direct over
land van Kotaradja terug naar Selimoen, een
voortreffelijke maatregel is, waaraan een heele
boel goeds ten grondslag ligt.
„Maar snappen? Neen, dat niet. We vinden
.het eigenlijk erg komiek; we zien op de Atjeh-
sche sawahs de Kneu-knen-ërs en Gioe-gloe-ërs
al aan het werk, verheugd, dat nu de Selimoen-
colonne stilletjes naar Segli is doorgemarcheerd
en het „gevaar" voorbij is. Nu krijgen ze weer
moed voor zesEen paar dagen later, en daar
komt waratje weer een colonne van Kota-radja.
Jongens, denken de Kneu-kneuërs enz., wat heeft
de Kompeni tegenwoordig 'n ontzettende hoeveel
heid soldaten. Neen, mannen, bergt je krissen
maar en schrijft de bestelling naar Penang maar
af: Daar helpt geen lieve vader of moeder meer
aan
„Het is dezelfde Selimoen-colonneNet als bij
de opvoering van de Navarraise; de soldaten
marcheeren over het tooneel, verdwijnen achter
de coulissen en komen aan den anderen kant
weer op, marcheeren, verdwijnen, kamen weer
op, enz.
„Nogmaals't zal alles wel nuttig en goed wezen.
Maar snappen doe ik het niet en lachen moet ik
erom."
Persnieuws.
Hof.
In enkele bladen kwam de vraag ter sprake,
of het goed was, dat hèt Hofpersoneel steeds
uitsluitend uit mannen en vrouwen vanadelijke
geboorte wordt samengesteld.
Men sprak de vrees uit, dat de Koningin op
die wijs haar volk niet leerde kennen.
„De Stand", zegt hierover het volgende:
Dit laatste is metterdaad een punt van ge
wicht, en er ligt niet de minste onkieschheid in
dat het in do pers aan de orde kwam.
Slechts zouden we ons de opmerking willen
veroorloven, of men niet beter zou doen, met de
Hofhouding hierbij te laten rusten.
Het denkbeeld om alle rangen en standen aan
het Hof op tenemen, zou er toe leiden, dat ook
een boerin en een werkster tot de bestendige
omgeving van de Koningin zou moeten behoo
ren, en zoo iets ook maar te denken, is immers
onzinnig.
Ook de Koningin moet geheel vrij blijven,
om haar omgeving uit zulk een stand te kiezen
als haar positie het meest nabjj komt.
Die vrijheid veroorlooft elk burger zich, en in
niets mag diezelfde vrijheid aan de Koningin
betwist worden.
Maar iets anders is de vraag, of het goed is,
zoo de Vorstin des lands het volk nooit anders
leert kennen, dan gelijk het zich voordoet, ge
zien door de bril der Hofhouding.
Degelijke vorsten duldden dit nooitzagen
steeds, buiten de Camarilla om, door eigen oogen;
en stelden zich daartoe in persoonlijk contact
met al wat in den lande, op allerlei gebied,
leidend en toongevend was.
Eerst nu als bleek, dat de Hofhouding ten
onzent hieraan in den weg stond, zou er bil
lijke oorzaak van klacht zijn, omdat hierdoor
beide Oranje en Nederland schade zouden lijden.
De oudstrijders van '30 en '31.
In het Maandschrift „De Landsverdediging
bestemd voor militairen en voor allen, die in de
weerbaarheid en de onafhankelijkheid van Ne
derland belang stellen," onder redactie van In-
vestigatoris, komt in een artikel over „Een na
tionaal feest" het volgende voor:
„De Nederlandsche natie, die zich opmaakt tot
een kroningsfeest, die schatten bijeenbrengt voor
versieringen en feesttooi, die Wilhelminalindeu
plant om het nageslacht levende getuigen achter
te laten van het één en onverdeelde volk, die
zelfde natie laat haar oud-strijders gebrek lijden.
„Is het geen schande, dat er ten bate van die
oudjes geschreven is: „Wie spoedig helpt, helpt
dubbel," want het aantal hunner, dat gebrek lijdt,
wordt steeds kleiner, hunne houding steeds meer
gebogen, bij velen hunner bedekt het zilverwit
der haren de eervolle litteekenen niet meer; de
een na den ander daalt in het kille graf met een'
zucht op de lippen, die een' klacht inhoud tegen
het Vaderland!"
„Het is heden niet voor 't eerst, dat er ge
wezen wordt op de plicht, den oud-strijders een
pensioen toe te kennen.
„Met dankbaarheid wijzen wij o. m. op de Am
sterdammer de Groene waarvan de redac
tie niet alleen met het woord, maar ook met be
hulp van de teekenstift van den bekwamen Braa-
kensiek, zoo krachtig heeft geijverd voor een pen
sioen aan de oud-strijders.
„Maar dat alles is vergeefs geweest, de Re
geering heeft die plicht nog niet gevoeld, de Staten-
Generaal evenmin, en de natie heeft haar volks
vertegenwoordiging nooit aangespoord tot het ver
vullen van die plicht.
„Nog slechts luttelejarenenhetzaltelaatzijn.
„Moge wij feestvieren en het Wilhelmus laten
weerklinken, terwijl zij, die eenmaal gehoorzaam
den aan het „te wapen" voor hun vorst, van giften
voortsukkelen
„Neen, dat mag niet!
„Laten we dan toonen, dat we inderdaad door
drongen zijn van de hooge en edele beteekenis
van de aanstaande kroningsfeesten, laten we er
mot kracht op aandringen, dat nog vóór die fees
ten aan de oud-strijders een pensioen wordt toe
gekend.
„Want nog eens, een nationaal feest zij de
uiting van een hoog nationaal bewustzijn en niet
een pretjesdag met vaderlandslievendheidgeschet-
ter.
We kunnen de aanstaande kroningsfeesten ont
heiligen door genietingen en bedwelmingen der
laagste orde, maar we kunnen ze ook wijden
door nationale daden en waardige feestvreugde.
„Het lag o.i. op den weg der Landsverdedi
ging hare meening te zeggen over de beteekenis
der aanstaande plechtigheid, omdat de verdedi
ging van het vaderland niet het het minst afhangt
van het zedelijk bewustzijn van het volk."
„De Amsterdammer" voegt hieraan o.m. nog
het volgende toe:
De jongsten van deze bedeelden zijn nu 85
jaren oudverscheidene 90 en daarboven.
Het aangenaam bericht aangaande een 93-jarig
oudstrijder, die nog gras maaide, mocht men deze
week in de bladen lezen
Nederland heeft die menschen een pensioen
onthouden, en daarmee in den loop der jaren
eenige tonnen gouds bespaardzoodat, wat njen
ook van „Oorlog" moge zeggen, niemand het zal
kunnen verwijten in één opzicht niet zuinig te
zijn geweest! Het liet zijn oudstrijders liever ge
brek lijden dan zijn budget met een pensioentje
te bezwaren. De Staten-Generaal hebben dat ge
doogd. Waarom, weten wij niet. Daar moeteen
reden voor bestaan, maar zij is ons onbekend.
Hoe anderen en wij er ook op hebben aange
drongen, zich nu toch eindelijk over die arme
tobbers te ontfermen, het mocht niet baten.
Intusschen, dat niet pensioneeren of behoorljjk
onderhouden van onze Oudstrijders is het eenige
wat men Reegeering, Volksvertegenwoordiging,
natie en pers ten laste kan leggen.
Geëerd heeft men die oudjes en gefêteerd
ook. Men maakte ze zelfs tot riddersvan metaal
En voorts midden op den Dam staat een
monument gewijd aan hun geestdrift en Neerlands
eendracht.... Wat wil men meer?
Dat liefdadigheid, dankbaarheid en vaderlands
liefde specifiek vaderlandsche deugden zijn
blijft dus toch waar.
Van hier en ginds.
Hier deugnieten, gins deugnieten. De wereld
is er vol van. Zelfs de residentie herbergt ze.
De politie in Den Haag heeft jl. Woensdag
de hand gelegd op een 16 jarigen bengel, die
op straatde dames met zwartsel insmeerde.
Arme schoonen gekleed in lichte zomer-toiletjes.
Op die wijze te worden „aangehaald" zal wel
geen enkel meisje verlangen of het moet zijn, als
het een schoorsteenveger oftewel „roetmop" tot
vrijer heeft. En dan nog zou het wellicht ver
zoeken een beetje voorzichtig te zijn. Zoo'n
schelmstukje is echter nog niet zoo aftekeuren
dan luiheid. Wie lui is, denkt misschien niet aan
een dergelijke guitenstreek, maar zou misschien
wenschen dat er 365 rustdagen in een jaar waren.
„Dat zou mij nog te weinig zijn," zei iemand,
die dien wensch hoorde uiten, „want dan hadden
we elke vier jaar toch nog een werkdag!" Het
is werkelijk het toppunt van luiheid, doch wie
zoo gevat was een dergelijk antwoord te geven,
had toch zeer zeker niet zijn tijd in ledigheid
doorgebracht, en wist misschien wel een goed
antwoord te geven op de vraag „waarom het voor
een Arnhemmer zoo moeielijk is, aardsrijkskunde
te leeren." Wie't niet weet leest verder. Ten O o s-
ten hebben ze daar Wester voort, ten westen
Oosterleek, ten Noorden de Zuiderzee en
ten Zuiden Noord-Brabantheel aardig ge
zocht, zult ge zeggen, en dit is ook zoo, maar
het is toch geen vraag die de kennis van Bartjens
te boven zou zijn gegaan, die ons leerde 5X6
maanden 30 maanden. Dat is echter ook al
weer anders geworden, tenminste de Haagsche
rechtbank kan 't ons anders voorrekenen. Een
zekere Willem Boekhoven had één rijwiel gesto
len en kreeg 6 maanden. Een reiziger te Loos-
duinen had er 5 verduisterd en kreeg 9 maan
den. Voor het eerste rijwiel 6 maanden en de
overige 4 dus 3 maanden; dan had hij maar
liever die eerste mogen laten staan, want
96 3. Het zal nu echter wel 9 maanden
blijven, en willen wij hem liever een middel aan
de hand doen om van eventueele bezoeken van
muizen in zijn cel verschoond te blijven. Dat
middel werkt overal even best. Wie dus last van
die knaagdieren heeft, of van ratten, plaatse
eenige ondiepe borden met chloorkalk, die met
water of azijn is bevochtigd, op eenigen afstand
van elkaar en de plaaggeesten zullen gaan ver
trekken. Niet alle plaaggeesten verdrijft men zoo
gemakkelijk. Dat ondervonden ook de kerkbezoe
kers te Cornislwille (Kentucky.) Een jonge
boer, die mede de godsdienstoefening bijwoonde,
en op dat oogenblik onder den invloed van
sterken drank verkeerde, stond midden onder de
reek op en gebood den predikant zjjn mond te
ouden. Eenige personen, die hem daarop wil
den verwijderen, werden gedreigd te zullen wor
den doodgeschoten. In de worsteling, die nu volgde
tusschen een aantal personen die hem wilden
ontwapenen en den dronkaard, doodde hij 2 man
nen en 2 vrouwen. Van de algemeene schrik
gebruik makende, vluchtte hij en is nergens meer
op te sporen. Hij zal ongetwijfeld een rare pijp
dansen, indien hij wordt gevangen genomen. Doch
niet alleen kan 't iemand, wanneer hij een rare
pijp danst, z'n leven kosten, maar ook wanneer
hij te veel danst. Een negentienjarig jongmensch
uit Pest heeft zich op een bal dood gedanst.
Hij had den geheelen avond achtereen gedanst,
totdat hij eensklaps ineenzeeg. Wie zich in die
mate door zijn hartstocht laat meevoeren, heeft
die kunst te duur moeten koopen. Geneeskundige
hulp komt in dergelijke gevallen meestal te laat.
De heer J. P. de Korte te Meppel was hierin
gelukkiger. Niet ten opzichte van zich zeiven,
maar van zijn kippen. Onder dezen waren er
twee, waarvan de krop zich zoodanig ontwik
kelde, dat deze over den grond schuurde bij het
loopen en de pooten telkens in de veeren ver
ward geraakten. Zijn werkman wist echter raad.
Hij snijdt den krop open, haalt er een bal, groo-
ter dan een vuist, bestaande uit heide, gras, enz.,
dat zich, onverteerd, daar had opgehoopt, er uit,
naait met een draad wit naaigaren, door olie ge
haald, en een naald de borst weer dicht en zie,
14 dagen na de operatie zijn de kippen weer ge
regeld aan het leggen. Een uitkomst die verras
send mag heeten, al werd hetzelfde kunstje met
hetzelfde succes meermalen vertoond. Tot de
nieuwigheden kan dit dus niet behooren, maar
wel de nieuwste kinderprentenboeken die thans
in Frankrijk in den handel worden gebracht.
Deze zijn zoo ingericht, 'dat men slechts aan een
koordje te trekken heeft of verschillende zeer
kleine blaasbalgjes gaan werken die blazen als
een trompet, kraaien als een haan, koekoeken als
een koekoek, blèren als een geit of moderne koe
(die feitelijk nooit „boe" zegt) of hinniken als
een paard. Men behoeft dus niet meer dergelijke
geluiden na te bootsen, hetgeen menigeen ook
soms heel slecht gelukt, ja zelfs behoeft men niet
meer bij die prentenboeken te vertellen, daar
vele figuren enz. ook op bovenbeschrevenwijze
„papa" en „mama" zeggen, of wel „Vive" (leve)
die of die. Óp bestelling is 't mogelijk deze bui
tengewone kunstwerken te verkrijgen met actueele
blaasbalgjes, die geluiden geven in overeenstem
ming met de heerschende halitieke meening. Ge
brek aan nieuwigheden, dit weten we al, bestaat
er niet, somtijds meer gebrek aan woningen. Een
hutje van klei, is, zou men bijna zeggen, al de
nederigste woning die men kan betrekken, doch
wie ook dat niet heeft en wie toch wonen wil,
die maakt zich misschien nog blij met een kip
penhok. De vorige week trad aan den Hoek-
van-Holland een jong paar in het huwelijk,
dat tot hun woning moest kiezen een hok, het
welk in den laatsten tijd diende tot een verblijf
van kippenEn dit louter uit gebrek aan
woningen. Het is erg! En dan staat het jonge
paar nog te wachten, dat de lieve straatjeugd
die primitieve woning niet zal passeeren, na vooraf
spottenderwijs een kakelende kip te hebben na
gebootst.
Buitenland.
Be oorlog tusschen, Spanje en de
feieenigde Staten.
Eindelijk heeft Spanje dan toch ingezien, dat
langer volhouden niets baten, maar den toestand
naar binnen en naar buiten verslimmeren zou.
Een viertal telegrammen uit Washington spre
ken van te beginnen of reeds begonnen vredes
onderhandelingen. Van Spanje is het verzoek
uitgegaanNiet rechtstreeks, o, neen, want dat
zou een schending van de nationale eer zjjn
maar Sagasta heeft den Pranschen gezant in
den arm genomen, en die heeft namens Spanje
het verzoek tot M. Kinley gericht. Voor het
feitelijke verschilt dat niets.
Maar zien we nu wat de telegrammen inhou
den. Het eerste luidt nog vaag en spreekt slechts
van voorbereidende stappen. Meer niet. In de
tweede depêche wordt gezegd, dat Cambon zijn