ide
sin
len.
§t,
t-
S.
rt.
■J
R.
der Staten-Generaal den eed van trouw in ont
vangst te nemen.
De omstandigheid dat deze plechtigheid in de
Nieuwe Kerk te Amsterdam plaats heeft, sluit
allerminst eenig godsdienstig karakter in zich,
wat trouwens de
ambtshalve tegen
woordigheid van
belijders van zoo
veel verschillen
de godsdienstige
meemngen
minder voegzaam
zou maken.
Het Grondwet
telijk voorschrift
deze luidt
slechts, dat wan
neer de Koningin
eenmaal de regee
ring heeft aan
w Het Paleis op den Dam te Amsterdam.
d, Zij zoodi
mogelijk plechtig
wordt beëedigd en ingehuldigd binnen de stad
Amsterdam, in een openbare en vereenigde verga
dering der Staten-Generaal.
In deze 4 vergadering wordt dan door H. M. de
volgende eed op'de Grondwet afgelegd:
■/Ik zweer aan het Nederlandschc volk, dat Ik
de Grondwet steeds zal onderhouden en hand
haven.
//Ik zweer, dat Ik de onafhankelijkheid en het
grondgebied des Rijks met al Mijn vermogen
zal verdedigen en bewarendat Ik de algemeene
en? bijzondere vrijheid en de rechten van alle
Mijn onderdanen zal beschermen, en tot instand
houding en bevordering van de algemeene en
bijzondere welvaart alle middelen zal aanwenden,
welke de Wetten te Mijner beschikking stellen,
zooals een goede Koningin schuldig is te doen.
//Zoo waarlijk helpe Mij God almachtig!"
Na het afleggen van dezen eed wordt dan door
den voorzitter der Eerste Kr.:ner de volgende plech
tige verklaring uitgesproken, die vervolgens door
hemzelf en door elk der leden van de beide Kamers,
hoofd voor hoofd, wordt beëedigd of bevestigd:
//Wij ontvangen en huldigen, in naam van het
Nederlandsche volk en krachtens de Grondwet,
U als Koningin; wij zweren (beloven), dat wij
Uwe onschend
baarheid en de -
rechten Uwer
kroon zullen
handhavenwij
zweren (beloven)
alles te zullen
doen wat goede
en getrouwe Sta
ten-Generaal
schuldig zijn te
doen.
//Zoo waarlijk
helpe ons God
Almachtig(Dat
beloven wij
Het zou ons te
ver voeren, wan
neer wij hier
zouden gaan uitweiden over al het ceremonieel, dat
aan deze toch reeds indrukwekkende plechtigheid
nog een hoogere wijding zal geven.
Eén blik in de geschiedboeken, waarin de
Inhuldiging van wijlen Z. M. Koning Willem III
staat geboekstaafa waarin onder meer het slot
staat opgeteekend van de kernachtige woorden,
waarmede wijlen Z. M. op dien gedenkwaardigen
12en Mei van het jaar 1849 de verzamelde leden
der Staten-Generaal toesprak, en dat luidde:
»Ik verbind Mij aan een Volk, grooter in deug
den dan in het bezit van een uitgestrekt grond-
Het Paleis Soestdijk.
gebied; krachtiger door eensgezindheid dan [door
zielental. Het is een grootsche roeping, Koning
van zulk een volk te zijn."
één blik in die geschiedboeken, zeggen wij, is
voldoende om doordrongen te worden van den
diepen indruk, dien
de Inhuldingsplechtig-
heid toen op alle aan
wezigen maakte.
En hoeveel te meer
zal dat dan nog het
geval zijn, nu het een
jonge, teedere, vrouwe
lijke Oranjetelg is, die
zich door een plech-
tigen eed aan Haar
volk zal verbinden
~f"Ye Grondwet noemt
ze eenvoudig zo
mer- en winterverblij
ven; in het dagelijksch
leven pleegt men ze
paleizen en lustoorden te noemen, de gebouwen
en bezittingen, waarover H. M. de Koningin de
beschikking zal krijgen,
wanneer Zij de regee
ring zal hebben aan
vaard, en waarvan hel
onderhoud tot een be
paald maximum aan den
Staat is opgedragen.
Zij zijn vijf in aantal.
Daar zijn in de eerste
plaats de Paleizen in de
Residentie: in het Noord
einde, en het Huis ten
Bosch in het Haagsche
Boschen te Amster
dam het Paleis op den
Dam. En dan is er Het
Loo, bij Apeldoorn, en
Soestdijk, bij Baarn.
Oranje- N assau- oord,
niet ver van Wagenin-
gen gelegen, is meer
bijzonder tot buitenverblijf van H. M. de Koningin
Regentes bestemd. Het behoort tot de onverdeelde
nalatenschap van wijlen Z. M. Koning Willem III.
Korten tijd nadat
wijlen onze Koning voor
de tweede maal in het
huwelijk was getreden,
kocht Hij de heerlijk
heid Grunsfoort aan,
met de bedoeling om
Zijner Gemalin, Ko
ningin Emma, na Zijn
dood een bijzonder voor
Haar bestemd buitenver
blijf te kunnen nalaten.
De toen in Oranje-
Nassan-Oord herdoopte
heerlijkheid Grunsfoort
ontleende haaroorspron-
kelijken naam, die jaren
lang ook in De Kor-
tenburg was gewijzigd,
aan het kasteel Grunsfoort, dat er eens verrees.
Vanouds was Grunsfoort een adellijk huis, dat
in de geschiedenis van Gelderland geen onbe
langrijke rol heeft meêgespeeld.
Later werd het een Vorstelijk jachtslot, dat
omstreeks 1730 werd gesloopt en toen werd ver
vangen door een ruim gebouw met hoogen toren,
dat in 1870 onder den sloopershamer viel.
Thans verrijst op het landgoed een betrekke
lijk eenvoudig doch comfortable huis, waaraan
de fraaie, landelijke omgeving een groote be
koorlijkheid geeft.
Maar om tot de Paleizen van H. M. Koningin
Wilhelmina terug te keeren:
Het Paleis in het Noordeinde te 's Gravenhage
en het Paleis op den Dam te Amsterdam zijn te
zeer bekend dan dat het noodig zou zijn er lang
bij stil te staan.
Het weinig indrukwekkende, hoogst eenvoudige
Paleis in het Noordeinde te 's Gravenhage, sinds
1813 de hoofdzetel van het Huis van Oranje,
werd weleer het Oude Hof genaamd, terwijl de
ruime [tuin, waaraan het paalt, onder den naam
van Prinsessentuin bekend is.
Meer getuigend van den kunstzin des bouw
meesters is het massale, hardsteenen Paleis op
den Dam te Amsterdam, het werk van den be
roemden bouwmeester Jacob van Campen, die
twee jaar nadat dit immense meesterstuk van
bouwkunst gereed was, in 1657, overleed.
Zooals men weet, was de oorspronkelijke be
stemming van [dit bouwwerk een andere dan die
er ten slotte aan is gegeven. Aanvankelijk
toch strekte [het der gemeente Amsterdam tot
Raadhuis. In latere jaren echter trok het Stads
bestuur metjzijn administratie naar het Prinsenhof.
Van Raadhuis werd het gebouw toen Koninklijk
Paleis.
De groote gehoorzaal in het Paleis Het Loo. -fr
Van het Huis ten Bosch, in het Haagsche
Bosch, werd den 2en September 1645 de eerste
steen gelegd door Prinses Amalia van Solms,
de Gemalin van Prins Frederik Hendrik.
Tijdens den bouw van het Paleis overleed de
Prins, wat voor de Prinses-Weduwe aanleiding
was om het gebouw te laten voltooien als een
soort mausoleum, ter huldiging van de roemrijke
nagedachtenis van Haren Gemaal.
H -tr -ér De Rijksstandaard. -A
In het Paleis, dat in 1652 geheel voltooid was,
treft men dan ook, behalve sierlijk ingerichte
receptiezalen, de beroemde achthoekige Oranje
zaal aan, door knappe meesters uit dien tijd
versierd met zinnebeeldige voorstellingen uit den
bij
bij
werden
uiswaarts
dan ook,
sectio
i. 273,
len, in
i den
lee-
«D,
^or
ients
pig voor
Breleide,
AGEN
i
het noordelijk gedeelte van het dorp" te houden;
terugkomende, werden zij weder onthaald op koek
en een tablet, die de kinderen van den Heer
Van Houten hadden cadeau gekregen, zoomede
hoerah door allenwerd atagehpveneneenieder
keerde rustig huiswaarts, om zoo spoedig doen
lijk weder terug te keeren.
Daarna ging men tot de volksspelen o\ er
veel beter
helpen met
roorstelling
werd den kinderen eene gedenkplaat uitgereikt,
waarna allen voldaan huiswaarts keerden.
Om 7 uur begon de gondeltocht: eenige ver
sierde en verlichte vaartuigen der feestcommis-
Za-