i
ill
i
-If
y
l
li*
5 1
algemeene
dam i 250
lem 550.
mond fit
gen f 550
Van we
hoeftige o
Westelijk
lig prate
veranderi
vlugger
tranen
het wate
bezinnin
hulp te
verre. Ee
Koningin
Tberesia
Regen tsc
den voer
regeering
en hetzij
gebracht
in die
men, ovt
voldoend
H. M
tes den
Mackay
r- ene
dat in 18
Van H
minister
wind in
formuli
van de
keuring
Brittan
vaststel
Bezittin
die ond
stelling
volksagit
liefde voor
herziening,
vorsten kan
ijde der K
tasten te ji
worden.
Zij die 't
lijk zich we
archie zich
troon
En voor
Wil hei. min" a en Haar volk zijn elkaar, nu H. M.
eerlang de Koninklijke waardigheid zal aanvaar-
den, niet meer vreemd.
w
°ok het buitenland kent onze jonge
Koningin reeda voor een deel, en onze
Koningin het buitenland.
Kénnen doen alle be
schaafde naties Koningin
Wilhelmina reeds; kennen
namelijk in de beteekenis
van weten dat over het Ko
ninkrijk der Nederlanden
eerlang een Vorstinne zal
regeeren, op Wier lief
talligheid in uiterlijk
Haar volk prat gaat, en
Wier geest en aanleg, in-
Prof. Dr. C. M. Kan.. ^'en c'e voorteekenen niet
bedriegen, Haar als voor
bestemd doen schijnen voor de taak, die Haar
wacht.
Men behoeft er de buitenlandsche bladen en
tijdschriften maar op na te slaan om tot die
wetenschap te komen, een wetenschap, die even
vleiend voor Koningin Wilhelmina als aange
naam voor onze natie is.
Maar óók hadden ver-
schiUende landen reeds
gelegenheid om aan onze
jonge Koningin in persoon
hun hulde te brengen, en
om aan de werkelijkheid
aL datgene te toetsen, wat
reeds over de toekomstige
Koninginne van het
Landje aan de Zee was
verluid.
En algemeen was de F. J. L. Kramer.
erkenning, dat de faam
beneden deze werkelijkheid was gebleven.
Men zou om voor een oogenblik de chro
nologische volgorde te verbreken de Fransche
bladen van vóór een paar maanden slechts be
hoeven in te zien, om, indien men daarvan nog
niet overtuigd ware, tot de erkenning te komen,
dat men in Frankrijks hoofdstad volslagen onder
de bekoring kwam van de innemende verschij
ning en de lieftalligheid van Nederlands jonge
Koningin.
Koningin Wilhelmina.
(Naar de schilderij van Thérèse Schwartze.)
En zooals daar was
het overal.
Om de tijdsorde echter
weer in eere te herstellen
behalve de reizen, die
Koningin W ilhelmina met
Hare Moeder des zomers
incognito, in het belang
van Hare gezondheid, naar
Zwitserland, Tyrol en
Dr. Salverda de Grave, andere heilzame oorden
maakte, bracht Zij aller
eerst een officieel bezoek aan Duitschland,
waar het sympathieke Duitsche Keizerpaar
niet verzuimde om het verblijf van de Holland-
sche Koninginnen door een reeks van schitterende
festiviteiten tot een onvergetelijk moment in Haar
leven te maken.
In 1895 volgde daarop het bezoek der Vorstin
nen aan Engeland, wat de oudste en de jongste
der Europeesche Vorstinnen in elkanders gezel
schap bracht.
En alweder was het de lachende jeugd, die
bij den grijzen ouderdom te gast kwam, toen
H. M. de Koningin met Hare Moeder te Weimar
toefde, ter gelegenheid van het gouden huwelijks
feest van den Groothertog en de Groothertogin
van Saksen Weimar Eise
nach.
Aan het bezoek der Ko
ninginnen aan Frankrijk
werd door ons reeds herin
nerd. Het sluit voorloopig de
rij der reizen van Koningin
Wilhelmina naar het bui
tenland reizen, die, zooals
gezegd, er slechts toe bij
droegen om ook in den
vreemde algemeene sympa
thie te wekken voor onze
Koningin.
«3? «J?
1^-1 ierboven spraken wij
reeds van het niet ge
noeg te waardeeren kenmerk
van de voorbereiding van
Koningin Wilhelmina tot
de zware taak,, die Haar te
wachten staat.
Het meest sprekend bewijs
daarvan wordt wel
gevonden in het veelzijdige onderwijs,
dat H. M. ontving van hen, die, elk op
zijn gebied, tot de specialiteiten in het
vak hunner bijzondere studie behooren.
Men behoeft slechts een blik te slaan
op de lange lijst van namen der vrouwen
en mannen, wier schoone roeping het was
onze Koningin al die kennis en weten
schap deelachtig te doen worden, welke
Zij noode zou kunnen missen in Haar
volgend leven, om met ontzag vervuld te
worden voor de vele uren, die onvermij
delijk dagelijks door de jonge Koningin
moesten worden gewijd aan studie en
onderricht.
Men behoeft slechts door ingewijden te
worden ingelicht omtrent de wijze, waarop
voor H. M. de dag was ingedeeld; hoe véél
uren bestemd waren voor Hare voorberei
ding tot de regeeringstaak en hoe weinige
uren betrekkelijk slechts voor Hare ont
spanning, om tot het besef te komen, dat
deze voorbereiding een ernstige en dege
lijke was, en tevens om daaruit het ver
trouwen te putten, dat het niet altijd
even licht te hanteeren roer van het Schip
van Staat in Hare jonge handen veilig
zal zijn.
Het wetenschappelijk onderricht, aan
H. M. in de laatste tien jaren verstrekt,
Koningin W
in Frieschi
it Koningin Wilhelmina it
op 16-jarigen leeftijd.
kwam ons voor van zóó overwegend belang, een
kort overzicht ervan zulk een voortreffelijk mid
del te zijn om H. M.'s onderdanen bij de aan
staande Inhuldiging in onze jonge Koningin niet
alleen de bekoorlijke, innemende Jonkvrouw te
doen bewonderen, maar ook de wèl voor Hare
taak voorbereide, de alzijdig
met kennis toegeruste Vorstin,
dat wij ons moeite gaven om
de noodige gegevens voor zulk
een overzicht te verzamelen, én
tevens om door het weergeven
van hun conterfeitsels hulde te
brengen aan allen, die aan dit
onderricht hun deel hadden.
Uit de portretten tusschen de
zen tekst blijkt, dat wij, wat het
laatste betreft, zoo goed als
volkomen geslaagd zijn. Wat
het eerste aangaat, de resultaten
daarvan vindt men terug in het
geen hieronder volgt.
Het openen van dit overzicht
wordt ons niet weinig verge
makkelijkt door de inlichtingen,
die in de eerste plaats de heer
F. Gediking, hoofd der school
te 's Gravenhage, H. M.'s eerste
onderwijzer, ons welwillend ver
strekte, en die wij hier in den
beknopten, zaakrijken vorm, waarin wij ze ont
vingen, laten volgen:
„Toen ik, tegen Nieuwjaar 1887,"aldus de heer
Gediking „werd uitgenoodigd, Prinses Wtt.hf.t-
mina de eerste lessen te geven, werd mij tevens
medegedeeld, dat zij „niets kende," hetgeen in
dit geval nog meer dan
gewoonlijk cum grano salis
moest worden opgevat.
„In den eersten tijd
ongeveer twee jaar, met
toeneming van den dage-
lijkschen leertijd, om
vatte dit onderwijs aan-
schou wings- en spreekoefe-
ningen, vertellen, lezen,
Prof. Dr. P. J. Blok. schrijven, rekenen.
„Bij 't laatste sloot zich
later 't onderricht aan in 't metrieke stelsel en in
vormleer, bij de eerste twee allengs een geregeld
onderwijs in de Nederlandsche taal.
„De beschouwing van de leerkamer, die 'tuit-
ILHELMINA
dracht.
Handteekbning van Koningin Wilhelmina.
Eene liefde overigens die niet meer mag heeten
dan een plicht van piëteit.
jke stemming,
meisjes in het wit kwistig met oranje ge
nu weder niet kon nalaten het afgebakende ter*
rein voor de spelen te betreden. De stroom was
I