Buitenland.
De zaak Dreyfus en alles wat
daarmede samenhangt.
Het Hof van Cassatie heeft Woensdagavond
eindelijk van de militaire overheid het dossier
der zaak-Picquart ontvangenen de afgifte van
het geheime dossier in de zaak Dreyfus wordt
aanstaande geacht. De advocaat Mornard toch
heeft alle voorzorgen voor geheimhouding toege
zegd.
Op een vraag van den president van het Hof
heeft de zegelbewaarder verklaard, dat er geen
bezwaar bestaat, den minister-president, Mr. Du-
puy, als getuige voor het Hof van Cassatie op te
roepen.
Volgens het voorschrift van de wet moet ech
ter een besluit aan president Faure ter teekening
worden voorgelegd, waarbij de heer Dupuy ge
machtigd wordt, getuigenis af te leggen. Verschei
dene leden van het Hof van Cassatie zullen den
heer Dupuy in diens kabinet gaan verhoorenhij
behoeft dus niet naar het Paleis van Justitie te
gaan.
De „Gaulois" zegt te kunnen verzekeren, dat
het geheime dossier van de Dreyfus-zaak geen
brief van keizer Wilhelm bevat. Deze verzeke
ring is van belang wegens het blad, dat ze geeft.
Daarentegen toont Paschal Grousset in een om
standig schrijven, uit tal van gegevens, aan dat
de brief van keizer Wilhelm II bestaat, althans
bestaan heeften natuurlijk valsch is, gelijk graaf
Münster ook in een gesprek met een Kamerlid
van de rechterzijde heeft laten uitkomen. De
brief, zegt Grousset, heeft stellig een rol gespeeld
in het ontslag van Casimir Perier. De schrijver
bringt overigens hulde aan de loyale en ver
zoenende wijze waarop de Duitsche gezant steeds
opgetreden is bij de zaak.
De behandeling der processen wegens laster,
door luit.-kolonel Picquart tegen verschillende
dagbladen ingesteld, is tot 25 Jan. a. s. verdaagd.
De rechtbank voor strafzaken te Parijs heeft
Woensdag de behandeling der door Judet, hoofd
redacteur van het „Petit Journal, tegen Zola in
gestelde aanklacht wegens laster, acht dagen uit
gesteld.
De advocaat van Jacques Dhur, redacteur van
de „Petite République," had uitstel verzocht tot
na 11 Januari, omdat dien dag de zaak voor
komt van zijn cliënt, die eveneens door Judet
wegens laster is aangeklaagd en welke zaak met
die van Judet contra Zola in verband staat.
De advocaat Labori verzocht uitstel der zaak
Judet-Zola voor onbepaalden tijd, omdat zijn
cliënt wegens zaken van hooger orde thans
niet voor de rechtbank kon verschijnen. Daar
tegen nu verzette de advocaat van Judet, Joseph
Menard, zich niet, mits Labori kon zeggen, wan
neer zijn cliënt denkt terug te komen. Maar dat
kon Labori niet; althans niet met juistheid.
Alleen weet hij dat Zola naar dat oogenblik
haakt, en ook reeds zou zijn teruuggekeerd, als
zijne vrienden hem dat niet ernstig hadden ont
raden. Zeker echter zal hij naar Frankrijk te-
rugkeeren onmiddellijk nadat het Hof van Cas
satie zal hebben uitspraak gedaan, en zich dan
ter beschikking van de justitie stellen.
De correspondent van de Temps" te Amster
dam zegt, dat Esterhazy Nederland heeft verla
ten en thans óf in België óf in Engeland vertoeft.
Esterhazy heeft aan zijn uitgever Fayard ver
zocht niets openbaar te maken van de copie, welke
hij voor het tweede deel van zijn boek „les Des
sous de l'affaire Dreyfus" in handen had, en dat
wel met het oog op de mogelijkheid dat het Hof
van Cassatie zijn verzoek om gehoord te worden
inwilligt.
Weigert het Hof dat echter zoo zou hij ge
zegd hebben dat behoef ik geen voorbehoud
meer te maken en zal ik alles openbaar maken
wat ik weet, zonder er mij om te bekommeren
of sommige personen daardoor in moeilijkheden
worden gebracht.
Een groot gedeelte van het geld, dat Esterhazy
voor de uitgifte zjjner gedenkschriften toekomt, is
door Fayard aan zijn vrouw uitbetaald.
Intusschen moet het Hof van Cassatie al ken
nis hebben genomen van het schrijven van den
majoor, waarin deze verzocht gehoord te worden.
Een beslissing is echter tot de volgende week
verdaagd.
Prins George van Griekenland is met
groote geestdrift te Canea ontvangen. „Het was
een ontvangst", zegt de correspondent der „Times,"
„welke de gelegenheid waardig was". Niets is
er gebeurd wat storing kon brengen in de feest
vreugde. De Cretenzers hebben zich bewonderens
waardig kalm gehouden, en zulks is te merk
waardiger, omdat een Cretenzer, krijgshaftig van
aard als hij is, nog al spoedig naar de wapenen
grijpt. Geen enkel schot werd Woensdag gelost,
behalve de saluutschoten der vreemde oorlogs
schepen; en geen geweren werden gezien, behalve
die van de vreemde troepen en van de gendar
merie, welke het escorte van den prins vormden.
De aankomst van den prins werd door prach
tig weer begunstigdde majestueuze toppen der
Witte bergen schitterden in hun nieuw kleed van
wintersneeuw en de kalme zee weerkaatste het
blauwe uitspansel. Even vóór 8 uur des morgens
verscheen het internationale escader in de nabij
heid van Suda-eiland, waar de Turksche vlag
wapperde, het eenige bewijs der Turksche sou-
vereiniteit.
In den nacht van 16 op 17 dezer zijn in
Napels drie menschen bevroren,
De milicien Wilhelm Ehnke uit Wolfsee
bij Kiel is de langste soldaat uit het Duitsche
leger en een blad photografeerdo den reus. Een
ietwat excentrieke dame te Berlijn stuurde daarop
den man, die nu als voerman bij de Kieler Bier
brouwerij arbeidt, een brief, waarin zij verklaarde,
met hem te willen huwen. Zjj was in 't bezit
van 50,000 Mark en zou graag met hem in
Berljjn een zaak opzetten, of wanneer hij aan
het leven op 't land de voorkeur gaf, kon zij hem
een landgoed aanbieden dat zij geërfd had.
De reus had wel ooren naar dit origineele
huwelijks-aanzoek en toen hem rij kei jjk reisgeld
werd gezonden spoorde hij naar Berlijn om met
zijn uitverkorene kennis te maken.
Zijn aanstaande bruid wachtte hem aan den
trein op en spoedig wandelde het paar gearmd
door de Berljjnsche straten.
Twee dagen lang genoot het paar van alle
schoonheden van de hoofdstad, en de reus be
minde zijn meisje met 50000 Mark met al het
vuur eener eerste liefde.
Doch toen hij den derden eens over de
praktijk van het huweljjk ging spreken, vertelde
het bruidje onder tranen dat zij maar 1000 Mark
bezat, doch voor wel 100000 Mark liefde.
De lange minnaar nu geheel ontnuchterd ver
liet het meisje, dat hem zoo wreed bedrogen had
op staanden voet. Wat het meisje aangaat, zij
gaf den vertrekkende een paar thaler mede voor
zijn verloren uren en stortte zich daarop in de
zee van wee der troostelooze verlaten minnares
sen
Treurige cijfers doen dezer dagen de ronde
in de Fransche bladen, met betrekking tot de
echtscheiding. Donderdag 15 Dec. heeft de 4e
kamer van de Rechtbank der Seine eene zitting
gehouden, waarin niet minder dan 294 echt
scheidingen werden uitgesproken. (Donderdags
heeft dit gratis plaats.) Ze moeten een gratis be
wijs hebben, en dit te verkrijgen is gemakkelijk.
De man gaat eenvoudig naar de Commissaris van
Politie en zegt: „Mjjne vrouw verveelt me!"
Een agent gaat naar dat huisgeziu, ondervraagt
eventjes en voor de minste reden krijgt de man
een papiertje. In één oogenblik wordt dan het
huweljjk door de rechtbank ontbonden. De man
naar de kroeg, de kinderen op straat, (straks
naar de gevangenis) en de vrouw??? Parijs is,
met eerbied gesproken, het nest, waaruit de pro-
stituées te voorschijn komen en naar alle groote
steden der aarde zich begeven. (V. W.)
Luitenant Hobson, de held vande„Merri-
mac", die dezer dagen te Chicago een lezing
hield over zijn waagstuk, was ook daar het slacht
offer der kusgrage Amerikaansche schoonen. De
dochters van den gewezen gouverneur van Noord-
Caroline kusten hem het eerst en toen tastte de
kuskoorts ook de andere dames, 165 in getal,
aan. Hobson scheen er pleizier in te hebben.
Een aanwezige generaal ried bem aan, alle vrou
wen te kussen, om geen twist en tweedracht te
zaaien en Hobson deed het, ofschoon er een aan
tal onder waren, die nooit een prijs op een schoon
heidstentoonstelling zullen behalen
Veeziekte.
Het is opmerkelijk, schrijft de „Tel.", dat die
landen, welke hunne grenzen gesloten houden
voor den invoer van Nederlandsch vee, dat juist
in die landen de ziekte het meest heerscht.
In België neemt die gevreesde ziekte met den
dag toe en zijn daar de provinciën Luik, Bra
bant en Henegouwen geheel besmet.
In Frankrijk bezocht die ziekte in de maand
September 500 gemeenten.
In Duitschland waren op 31 October 11. 1123
gemeenten besmet met 6608 stallen tegen 749
gemeenten op 30 September met 4148 stallen.
De dieren ook al!
In het „Royal Veterinary College" te Londen
hebben meermalen zeer merkwaardige operaties
van dieren, meest honden, plaats. Dikwijls ech
ter protesteert de patiënt; is hij een beetje al
te lastig, dan sluit men hem eenvoudig in een
operatiekamertje; hier wordt hij zoo vastgezet
in een toestel, dat hij ongehinderd kan geope
reerd worden. Zoo werd voor eenigen tijd een
prachtigen hond van den heer Morgan een gla
zen oog ingezet, daar een duel met een kat hem
eenoogig had gemaakt.
Tot de interessantste gevallen behoort de behan
deling van een hond door een tandarts. Daar de
tanden van het dier door zijn hoogen ouderdom
slecht waren geworden, meende zijn bezitter dat
hij hem wel een nieuw gebit kon laten maken.
De specialiteit volbracht de bewerking zeer han
dig. De 24 tanden, welke hij het dier leverde,
zijn van Ash' porselein; de snijdende kanten be
staan uit duuue vergulde platinablaadjes. Het ge-
bid schijnt den hond zeer goed te bevallen. Men
heeft reeds honden kunstledematen aangezet, bee-
nen van hout, zilver of gegalvaniseerd caoutchouc.
Deze kunstbeenen moeten zeer goed te gebruiken
zijn, daar ze van veeren voorzien zijn. Een en
kele maal heeft men zelfs koeien een houten been
aangezet, maar die gevallen komen hoogst zelden
voor. Bij paarden is slechts één dergelijk geval
bekend.
KERSTNACHT.
L
„Fred, geloof je nu heusch, dat het kerstkindje
komen zal?" „Ja Walt, ik geloof het zeker."
„Kan het kerstkindje alles doen, wat je aan
hem vraagt?" „Ik geloof het wel Walt."
„Dan zal ik hem vragen, of hij je beter wil ma
ken, zoodat je weer loopen kunt, net als vroeger."
Freddy zag zijn broertje met zijne groote droe
vige oogen aan, en zei zacht: „Ik heb het onzen
lieven Heer al zoo dikwijls gevraagd, maar het
helpt niet. Ik ben bang, dat ik nooit weer beter
word, Walt. Weet je wat ik aan het kerst
kindje zal vragen „Neen," klonk het ant
woord, en vol verwachting richtte Walt zijn
blik op den kleine zieke. „Nu wat dan vroeg
hij na een oogenblik ongeduldig, daar de droo-
merige oogen steeds voor zich uit bleven staren,
en er geen antwoord volgde. „Ik wilde hem
vragen, of hij mij meeneemt naar de engeltjes."
„Dan ga ik ook meeriep Walt uit. „Neen
Walt, dat kan niet, jij moet bij moesje blij ven."
Waarom wil je weggaan, en mij alleen laten
waarom blijf je niet bij me P"
De lipjes trilden, de oogen vulden zich met
tranen.
„Ik zal je het mooiste paard geven, dat het
kerstkindje mij brengt, maar dan moet je niet
weggaan. Jo zult wel weer beter worden, dat
zegt de dokter ook."
„Neen Walt, ik weet heel goed, dat ik altijd
door erger word, mijn been doet veel meer pjjn
dan vroeger. In den hemel heeft men nooit pjjn,
daar worden alle zieke menschen gezond."
„Als je het hem vraagt, dan doet hij het zeker,
en dan blijf ik alleen," sprak Walt op schreien-
den toon.
Fred sloeg zijn beide armen om den hals van
■zijn broertje, en fluisterde hem toe: „Als ik een
engeltje ben, dan kan ik je toch nog zien, en
dan zal ik vragen, of het kerstkindje je eene
zweep brengt, net als Sepp van vader Matteas."
Walts gezichtje helderde op, hij droogde snel
zijne tranen af en vroeg: „zoo'n mooie, meteen
geel zijden koordje, en even groot „Ja Walt
precies eender." Juichend liep het kind de kamer
uit, om buiten lucht te geven aan zijne vreugde,
terwijl Freddy zijn hoofdje in de kussens ver
borg, en krampachtig snikte, omdat hjj wel nooit
weer beter zou worden en omdat hij Walt alleen
moest laten.
II.
Het is kerstavond! De hooge bergen zijn met
sneeuw bedekt, die dik op de dondere dennen
ligt. Het is doodstil, slechts van tijd tot tijd gaat
er een zuchtje door het woud, en vallen er witte
vlokken op den grond als groote, witte bloemen,
rein en zacht! De hemel is vol sterren, ze schit
teren en glanzen in heldere pracht, en de maan,
dat groote lichtoog, zendt haren matten, blauwen
gloed over de aarde. Ze werpt hare trillende stra
len tusschen de dennen in 't eenzame woud, waar
de herten en reeën slapen; ze beschijnt den klei
nen bergstroom, dien de strenge winter in een
ijskasteel heeft opgesloten, waar hij gevangen zit
en wacht op de lente, die hem weder zal be
vrijden. Hij heeft zich eene hooge poort gebouwd
van doorschijnend kristal en daarin weerspiegelt
zich de maan en doet haar foudelen als diamant,
en van verrukking begint de beek te zingen heel,
in de diepte. Uit het dorp, dat daar sluimert
in het stille dal, klinkt zacht en liefelijk gezang
en door ieder venster dringt een lichtstraal. De
Vrede, die onhoorbaar langs de hutjes zweeft,
en door alle raampjes naar binnen kjj kt, ziet lou
ter vrooljjke gezichten. Kerstboomen, groot en
klein, behangen met brandende kaarsen en allerlei
geschenken, prijken op ruwe houten tutels en de
kinderen staan met wijd geopende oogen sprake
loos al dat moois aan te staren, of zingen met
hunne zuivere stemmetjes hun kerstliedjes.
Uit het dorpskerkje schijnt ook licht; straks,
om 12 uur, dan gaan allen daarheen, om het
kerstwonder voor den zooveelsten keer te hooren
vertellen.
Zachte orgeltoouen ruischen door de vallei,
als zong een englenkoor hoog in den hemel een
jubellied.
Opeens verbreken het gerinkel van schellen en
de hoefslag van een paard de plechtige stilte.
Het komt naderbij en verwijdert zich in de rich
ting van de villa, die daar op de helling van
den berg staat. Ook daar is de sneeuw verlicht
door het schijnsel dat door de venstergordijnen
dringt. Plotseling houdt het gerinkel der bellen op,
de deur wordt geopend, eene zee van licht stroomt
naar buiten, dan een haastig sluiten en alles
zwijgt weder. Na een half uur klinkt nog
maals het hoefgetrappel en het schellengerinkel
en de menschen zien elkaar aan en fluisteren:
het is zeker weer niet goed op 't slot, dat was
de slee van den dokter." En de Vrede, die ook
langs het groote huis komt, schudt treurig het
blonde hoofd en richt den stralenden blik op de
helder verlichte vensters; dan gaat hij het woud in.
III.
Boven, in zijn wit, warm bedje, ligt de kleine
zieke. Eentonig tikt de hangklok tik-tak-tik-tak.
Wat weet die klok ook van Kerstmis afen toch
zal ze straks het middernachtuur verkondigen,
met luide, langzame slagen. Mat en getemperd
valt het lamplicht in 't rond. Het is nu elf uur.
Eenigen tijd geleden is Walt bij hem geweest,
voordat hij ging slapen, en heeft zijn kerstliedje
voor hem gezongen. Fred heeft geprobeerd om
mee te doen, maar het ging niet, toen heeft hij
maar geluisterd met gesloten oogen. „Fred, we
hebben nu geen kerstboom, zou het kerstkindje
ons toch wat brengen?" „Ja Walt, dat zal
hij zeker." „Zul je om 12 uur wakker blij
ven, om te zien of hij komt? Ik zal het ook pro-
beeren, maar ik heb zoo'n slaap." „Ja Walt
ik zal wakker bljjven." „En je zult hem om
de zweep vragen?" „Ja Walt." Daarop was
Walt neergeknield, en had gezeid: „ik zal mijn
gebedje hier maar opzeggen," maar in plaats van
de gewone regeltjes had het stamelend geklon
ken: „Lief kerstkindje, maak Freddy beter; en
geef mij de mooie zweep, die Fred me beloofd
heeft, Amen." Aan dit alles denkt hij, terwijl hij
daar zoo stil ligt, en de uren zoo langzaam voort
kruipen. De dokter is er ook geweest, en heeft
zijn handje lang vastgehouden en hem een paar
vriendelijke woorden toegesproken, en als hij nu
even de oogen opent, ziet hij papa en moesje bij
zich zitten, en hij is zoo rustig, zoo kalm. Hij
mag niet slapen, dat heeft hij aan Walt beloofd.
Zou het kerstkindje komen? O zeker! Zou
het hem meenemen Freddy's hartje begint snel
ler te kloppen. -Is het slecht, dat hij zoo graag
meewil? Hij heeft er met Walt niet meer over
gesproken; Walt ging er van builen, en nu is
hij het heelemaal vergeten, maar Freddy zelf
niet. Hoe zou het kerstkindje komen? „Als
het Christuskind op de aarde komt, dan zingen
de engelen", heeft moesje verteld, daarnaar moet
hg dus maar luisteren. Hoor! Is dat niet zin
gen? Ja, ja duidelijk, het wordt sterker! Hoe
helder en jubelend klinkt het! Freddy richt zich
op„Maatje„Wat is er lieveling?" „Daar
komt het Kerstkindje! Och, til mjj even op en
laat mij eens kijken, toe maatje!" Voorzichtig
neemt zijne moeder hem in hare armen, en draagt
hem naar het venster, de gordqnen worden open
geslagen, en Freddy staart in de heilige stilte
van den kerstnacht. Lang en schitterend rust
zijn blik op de verlichte vallei, op den oneindi-
gen, fonkelenden hemel, en op het kerkje, waaruit
het gezang omhoog stijgt. „Nu komt hij!" fluis
teren de lipjes in verrukking„Kerstkindje, geef
Walt een mooie zweep net als Sepp van
vader Matteas en neem mij mee naar
de engeltjes 1" Machteloos zinkt het hoofdje
neer en als zjjn vader hem haastig overneemt,
en weer in zijn bedje legt, glijdt een glimlach
over zijn gezichtje. „Daar is hg! Hoort u hoe
ze zingen? Dag paatje dag moesje
dag Walt!"
En uit de verte klonk het zacht en plechtig
„Gloria in excelsis Deo
Toen Walt den volgenden morgen wakker werd,
lag de mooie, nieuwe zweep op zijn kussen, maar
Freddy was weg! (Holl. Lelie.)
Marktberichten.
ALKMAAR, 23 Dec. 1898. Aangevoerd369
stapel Kaas, wegende 122414 Kg. Kleine f27,50
Commissie a f 28,— Middelbare f 28.50
ALKMAAR, 24 Dec. 1898. Aangevoerd4
Paard f 90,— a f 6 Koeien f 80 a
150; 28 Nuchtere kalveren f 10.0 a f 22.—
Vette Kalveren t a f per kilo f0.— a 0.—
287 Schapen f 10, a f22,— 0 Lammeren f 0,
90 Vette varkens per kilo f0,32 a f 0 .35;
67 Magere varkens f 13.a f 15.304
Biggen f 5.— a f 7,506 Bokkën f 3.— a f 6.—
0 kleine id. f 0.— a t 0.— Boter per halve K.G. f 0.50
a f 0.52
Aardappelen fl.30 a f2.25; bieten f0.at 0.
uien f 1.25 a t 0.— Bloemkool f10,a f14.
per 112; wortelen per 100 bos f0,70 roode kool
f4,— t 6,— savooische 12.— f6,— Koolrapen f 0.50
Meirapen 10.per 100 bos. Peien f0,a f 0,
Appelen f0,— a f0.Pruimen f0.a f0,per
mar.dje. Witte kool f6,
Kippen t 0.40 a f 1.20; eenden 0.60 a f 1,20
konijnen f 0.10 a f 1.40; kippeneieren f5.- a f5.50
eendeneieren f0.a 0.kuikens f0.30 aj f 1.30
SCHAGEN, den 22 Dec. 1896
i.
125
150
120
20 Geldekoeien (magere)
100
130
30 Idem (vette)
160
240
5 Kalfkoeien
120
150
Graskalveren.
20 Nuchtere Kalveren
6
16
Schapen (magere)
150 Idem (vette)
20
27
700 Overhouders
14
19
Lammeren
4 Bokken en Geiten
2
4
25 Varkens (magere).
8
11
41 Vette varkens p. kilogr.„
0
33
0
35
4
7
40
1
20
Kippen
50
0
90
Eenden
70
1
1000 Kipeieren (per 100)
4
4
50
Eendeieren
0
0
1200 Boter (Kilogram)
1
1
10
500 Kaas
0
•40
050
De prijzen der magere geldekoeien en kalf koeien
bleven heden stationnair. Bij belangrijken aanvoer van
vette koeien, was de handel stug: le qualiteit gold
27ct. p. '/i kilogram. Bij staande prijzen, was de
handel in vette schapen trekkende. Tegen flinke prij
ken gingen overhouders goed van de hand. Vette var-
zens blijven laag in prijs.
Groentemarkt.
BROEK OP LANGEDIJK.
Van 17 tot 23 Dec.
17 Dec. Wortelen, bos, f0,a f 0,-
per 100 bos. Aardappelen, 0 mnd., f 0,a
f 0.per 17"2 kilo. Bosuien (halve bossen)
f 0,a f 0,—Bloemkool. 5500 st., f6,a
f 9,50 le soort, f 1,10 a f5,50 2e s. (per 112 st.)
19 Dec. Wortelen,bos, f0,— a f0,-
per 100 bos. Aardappelen, mnd., f0,a
f0,per 17y2 kilo. Bosuien (halve bossen)
f 0,a 0,Bloemkool, 5600 st., f10,a
f 13,le soort, f 1,20 a f 8,25 2e s. (per 112 st.)
20 Dec. Wortelen,bos, f0,— a f 0,
per 100 bos. Aardappelen, mnd., f0,— a
f 0,per 17'/2 kilo. Bos uien (halve bossen)
f0,— a f0,— Bloemkool, 5800 st., f8,50 a
f 11,25 le soort, f 1,— a f7,50 2e s. (per 112 st.)
21 Dec. Wortelen,bos, f0,a f0,
per 100 bos. Aardappelen, 0 mnd., f0,a
f0,— per 17V2 kilo. Boa uienfO,—afO,
(halve bossen). Bloemkool 6500 st. f 7,50 a
110,le soort, f 1,10 a f7,2e s. (per 112 st.)
22 Dec. Wortelen,bos, f0,— a f0,
per 100 bos. Aardappelen, mnd., f0,— a
f0,per 17Y2 kilo. Bloemkool 1400 st. f2,50 a
f 0,le soort, f 0,a f0,2e e. (per 112 st.)
23 Dec. Wortelen,bos, f0,— a f0,
per 100 bos. Aardappelen, mnd., f0,a
f0,per 171/2 kilo. Bos uien f 0,a f 0,
(halve bossen). Bloemkool 2000 st. f 4,a
f5,le soort, f0,a f0,2e s. (per 112 st.)
De prgs der Roode kool is p. 112 st., 14,— a
7,50. Geele f4.a f6.Witte kool f4,a
f 8,—. Uien f 1,70 a f 1,85 per baal, (50 kilo.)
Bieten, f 12,a f16,— p. 1000. Koolrapen
f2,a f3,per 104 st. Wortelen f2,— a
f2,50 per 1000 st.
Het aantal bloemkoolen deze week aangevoerd
bedraagt te zamen 26,800 stuks. Nog altijd blijkt
de handel hierin zeer wispelturig te zijn. In het
voorst van de week n.l., werd f 13.00 besteed,
terwijl 2 dagen later dit product weer geen geld
waard scheen te zjn, zoodat de bouwers ze dan
ook ophielden, hetgeen in den regel niet veel
geeft.