Brieven uit „de Streek." Buitenland. te verzekeren. Inzonderheid waren het de dienst meisjes, aan wie hij dit heilzame vocht probeerde te slijten en die daartoe door hem per briefje op dit wondermiddel werden opmerkzaam gemaakt. Of de man veel succes heeft gehad weten wij niet, wellicht was de prijs f 1 per flacon, wel wat hoog om er de proef mede te nemen, doch zooveel is zeker, dat de politie gemeend heeft aan dergelijke bedriegerijen een einde te moeten maken. Een zeldzaam gezegend man was de man, die te Woensdrecht enkele dagen geleden zijn 26e kind bij den burgerlijken stand aangaf. Te Winkel heeft de lijst, den gegoeden inwoners ter teekening aangeboden, om den min- dergegoeden op den Nieuwjaarsdag een aange name verrassing te bereiden, f381,50 opgebracht. Yoor 't examen in Handenarbeid, dat van wege de Yereeniging voor Handenarbeid, gehou den is te Haarlem, op 23 en 24 December, is geslaagd H. C. van Heerikbuizen, alhier kweeke ling aan de Rijkskweekschool te Haarlem. Als een bizonderheid wordt ons meege deeld, dat de Heer P. Steen te Oude Niedorp met Pinkster zijn eerste bloemkool en met Kerst mis zijn laatste bloemkool heeft kunnen eten van denzelfden grond, terwijl hij driemaal dat product heeft mogen teelen. De bloemkool was van zeer goede kwaliteit. Onze straatjeugd! In een Amerikaansch tijdschrift wordt een ar tikel aan ons land gewijd. De schrijver noemt Holland zeer interessant; de wegen zijn, na die van Frankrijk, de beste van Europa, maar, gaat de schrijver voort, „de kinderen zijn gevleesde duivels en hebben een Europeesche beruchtheid door hun satanische kwaadaardigheid Is dat wel zoo ver mis? De zachte winter. Als een zeldzaamheid mag worden gemeld, dat bij een der conducteurs van de A. O. M., eene kip van het vorige jaar zoo juist aan 5 kuikens het leven heelt geschonken. In de provincie Groningen is de toepas sing van het plan-Coolen geheel mislukt. Slechts 3 personen boden zich als vrijwilliger voor de militie aan en van dezen werd er één slechts goedgekeurd. Nachtarbeid door Vrouwen. De aandacht der autoriteiten wordt er door het „N. v. d. D." op gevestigd, dat door twee exploi tanten van gemeentelijke telefoonnetten de gemeentebesturen van Amsterdam en Rotter dam misbruik gemaakt wordt van eene leemte in de Arbeidswet, welke nachtarbeid door vrou wen uitsluit in fabrieken, werkplaatsen, enz. Yooral te Rotterdam is de nachtdienst voor vrouwen bijzonder zwaar en van nadeeligen in vloed op de gezondheid. Beurtelings wordt daar telkens door drie vrouwelijke beambten, jonge meisjes van 1724 jaar, een geheele week ach tereen nachtdienst verricht van 10 uur's avonds tot 8 uur 's morgens, alzoo tien volle uren. Een aantal dier jonge meisjes wordt bovendien voor die zware nachttaak met f5 per week bezoldigd, d. i. nauwelijks 70 cents per nacht. Te Amster dam is de nachtdienst eenigszins dragelijker ge maakt, wijl daar slechts één nacht per week dienst gedaan wordt, doch den dag, daaraan voorafgaande, moet toch ook, hoewel gedeeltelijk, dienst gedaan worden. Moge eene aanstaande herziening van de Ar beidswet hierin verbetering brengen! In den S. D. wordt medegedeeld dat de minister van Justitie de door hem aan den heer Yau Kol verleende vergunning om de rijksop voedingsgestichten te bezoeken heeft ingetrokken, omdat de heer v. K. een bezoek in tegenwoor digheid van den directeur overbodig en nutteloos oordeelde. Een 110-jarige. De oude Boomgaard te Groningen maakt het nog wel blijkens het volgende schrijven aan de „Pr. Dr. en Asser Ct." Algemeen had men gedacht, dat de nestor al ler Nederlanders het jaar 1898 niet mede zoude uitgaan. De heer Boomgaard toch werd in den afgeloopen zomer minder; de zintuigen waren bijna allen uitgesleten; de 19-eeuwsche patriarch bracht zijne dagen in een dommeligen toestand door,maar thans staat de 110-jarige weder des mor gens te 8 uur op en gaat des avonds eerst te 9 uur naar bed. Ook in den afgeloopen herfst zag Boomgaard zoovele ouden van dagen om zich wegvallen, maar deze verpleegde in het Jacoba- gasthuis ziet geslachten komen en gaan, en door leeft bij heldere oogenblikken nog eens zijn vroe ger leven, als hij spreekt over den Franschen tijd en zijn zeeleven van vroeger dagen. De Hooge Raad heeft uitgemaakt, dat de verplichting van den man tot onderhoud van zijne vrouw, ook dan bestaat, wanneer deze laatste niet met hem samenwoont. Zinnen uit kinderopstellen. De vertegenwoordigers der industrie worden verdeeld in: ten eerste schapenwol, ten tweede katoen, ten derde lompenals men door een adder gebeten wordt, zuigt men dezen uit; het paard is een dier, dat vier pooten heeft, aan eiken hoek eende haan is een kip, die zich voedt met brood, aardappelen, wormen en ander menschelijk voedseler zijn drie sekten de man, de vrouw en het kind; de ridders werden van voren en van achteren met blik be slagen, 'tgeen harnas genoemd wordt; Co lumbus had de gewoonte nieuwe landen te ont dekken de eieren van den nachtegaal wor den afgewisseld door het mannetje en vrouwtje gelegdhet Vondelpark is een melkhuis, waar omheen een tuin is aangelegd; eenden met lange halzen worden zwanen genoemdpetro leum is een vloeistof, die door een ezel getrok ken wordt; als wij onze boterhammen eten is het twaalf uur en staat de zon op haar hoogst; Jan Steen was een vroolijke schilder, die in de Jan Steenstraat woonde; een venster is een raam waar men uit kan vallenoverbu ren zijn menschen die inkijken. Een idylle van barmhartigheid. Twee kleuters, héél klein nog, broetje en zusje, waren door moeder van Schiedam uitgestuurd met de belangrijke opdracht, opoe in Rotterdam te gaan feliciteeren met opoe's verjaardag „en dat u nog lang leven mag". Moeder had ze elk vijftien centen in de han den gestopt „voor den conducteur" en ze in de stoomtram gezet. Nu maar stil blijven zitten en in Rotterdam uitstappen. Alleen op reis! Zij zaten op de knieën voor de ramen en keken naar buiten. Daar kwam de conducteur en voor den stren gen man zaten de kleuters dadelijk weer recht, stijf-uitziende in den wagen als nette fatsoenlijke kindertjes. Wel jongeneer, waar gaat de reis naar toe Naar opoe. Goed zoo. En waar woont opoe? In de Xstraat. Dat is dan dertig centeu voor jullie samen. En de conducteur hield zjjn hand op... 't Joggie kneep zjjn handen open, zag die han den beide leeg; zusje kneep de handen open, zag óók de handen leeg. 't Geld, 't wèlgetelde, pre cies afgepaste geld, was wèg. 't Joggie voelde en 't zat in géén zakje van zjjn pakje. De reis- som was verloren De conducteur grimmig, de reglementen en de controle gezien, dreigde, 't joggie zocht en huilde, 't meisje zat stil en huilde. Twee vroo lijke kindergezichtjes verdonkerd en vol tranen! Maar de conducteur o die reglementen en o, die controle kende geen erbarmen en dreigde ze uit de tram te zullen zetten, dadelijk, bij den wissel. Al ben je klein, daarom mag je nog niet zonder geld reizenBjj den wissel er uit Ze zaten, de handjes ineengeklemd en huilden, huilden en snikten met teere stemmetjes hun groot leed uit. Bjj den wisselDe wissel was al nabij en dan stonden ze, midden op den weg en ver van moe, nog verder van opoe die jarig was en een trommel vol koekjes had. Maar als de nood het hoogst en de wissel 't dichtst nabjj is, is er óók de redding: 't meelij dend hart van medepassagiers, 't Was zoo'n lut tele som en de kinderkens waren zoo bedroefd. In enkele oogenblikken 't ging bjj sprake- looze dadelijk gemaakte afspraak was 't geld bijeen en de conducteur gezien de reglemen ten en de controle voldaan. Toen mochien broertje en zusje blijven bjj den wissel en mee- rjjden tot Rotterdam en de gezichtjes, eerst nog sip, klaarden op als een hemeltje na een on weertje. Een maansverduistering op Java! Als er maansverduistering is, hoort men in huis en in de kampongs een helsch lawaai; het zjjn Javanen, die het eerste, beste voorwerp maar beetpakken om er op te kunnen bombardeeren, hetzij met een stok of de vuistEen waar ketel concert! Waarom doen ze dat? Volgens hun bijgeloof is de „boeto" (reus) op roof uit en tracht de maan te stelen de Javanen willen de maan redden en beproeven door het leven, dat ze maken, den boetó te verjagen, wat hun dan ook natuurljjk lukt, want binnen wei nige oogenblikken is de verduistering voorbjj Een lokaas, waaraan muizen en ratten geen weerstand kunnen bieden, is de gewone okkernoot. Een halve noot in een val opgehangen, lokt de dieren onweerstaanbaar. LXIL 22-29 December. Nog stoeds geregelde aan voer van bloemkool en nog steeds bevredigende prijzen. Werd in het laatst der vorige week eene daling opgemerkt, dit bleek slechts, zoo als in den bloemkoolhandel zoo dikwijls voor komt, van tijdelijken aard te zijn, zoodat de prijs thans weder vrijwel gelijk is aan die van de vorige week. De aanvoer bedroeg omstreeks 50000 stuks en de kwaliteit blijft zeer bevredigend. De vorst van Vrijdag en Zaterdag heeft geene noemenswaardige schade aan de nog te veld staande bloemkool toegebrachttrouwens de „Lombokkers" zijn niet zoo bijzonder ge voelig, wat waarschijnlijk moet worden toege schreven aan de ruime ontwikkeling van het blad, waardoor de bloem zeer beschut wordt. 't Staat er dus weer niet naar, dat de win- terrust, waarop onze koolboeren zoo groote prijs stellen, van langen duur zal zijn. De ar beiders zijn dan ook allen nog geregeld aan het werk. De losse arbeiders trekken 's morgens vroeg den polder in, om de reeds schaarsche bagger uit de slooten bijeen te garen, terwijl de eenigszins opgedroogde schachten reeds op het veld worden uitgespreid. De vruchtbaar heid van dezen bagger of slootaarde is voor onze culturen van onschatbare waarde. Niet alleen ontwikkelen zich de meeste gewassen, bij eene baggerbemesting, zeer voordeelig, doch de enorme hoeveelheden, die jaarlijks worden ver zameld, bezorgen bovendien aan velen een goed dagloon, en voorzien tevens in het tekort aan stalmest. Bij de voortdurende uitbreiding van den tuin bouw is de vraag, welke bemesting de meest gewenschte is, niet langer de belangrijkste, wel daarentegen, hoe in de behoefte aan mest stoffen te voorzien. De in onze omgeving bij de veehouders be- sclikbare voorraad kon slechts in een zeer klein deel aan de behoefte voorzien. De dage- lijksche aanvoer van paardenmest uit Den Haag en Amsterdam is van meer beteekenis, doch de aanvragen zijn zoo groot, dat men er al zeer vroeg bij moet zijn, om daarvan een deel te bemachtigen. De vereeniging „Akkerbouw" van Andijk beschikt voor hare leden over een belangrijk deel van de Amsterdamsche mest, doch tracht bovendien door aankoop in andere plaatsen in hare behoefte te voorzien. Te Purmerend en Urk werden door haar be langrijke aankoopen gedaan. Ook de stadsrei niging te Enkhuizen produceert belangrijke hoeveelheden compost die, hoewel de wijze van vermenging weinig vertrouwen inboezemt, zeer goede resultaten geeft. Het gebruik van hulpmeststoffen wil er nog niet recht in en 't moet erkend wordenwij behaalden daarmede nog weinig succes. Toch trachten de vereeniging Akkerbouw en de Marktvereeniging te Enkhuizen dit gebruik te bevorderen, door coöperatieven aankoop en de laatstgenoemde ook door het nemen van ver gelijkende proeven. Dat de uitkomsten van deze proeven niet ongunstig zijn, bewijst wel de toenemende aan vraag naar „aardappelmest" bij de Enkhuizer Marktvereeniging. Vooral dezen winter schijnt de bestelling vrij belangrijk te zijn. Jammer dat aan de re sultaten van deze proefnemingen zoo weinig bekendheid wordt gegoven. 't Vooroordeel te gen het gebruik van deze meststoffen is tame lijk groot, zoodat goedgeslaagde proeven vooral onder de aandacht van de belanghebbenden moet worden gebracht. Een groot beletsel voor de verspreiding is ongetwijfeld de totale onbekendheid, bij de meeste landbouwers, van de aart en samen stelling dezer meststof en van de behoeften der door hen geteelde gewassen, 't Is daarom dan ook niet te verwonderen, dat de toediening van hulpmeststoffen, dikwijls geheel in strijd is met de behoefte der cultuur en de uilkom sten daaraan overeenkomstig. Zal daarin verandering ten goede ontstaan, dan moeten de talrijke land- en tuinbouwver- eenigingen zich meer dan tot nog toe met dit belangrijke vraagstuk bezig houden. Overal dienen proefvelden te worden aangelegd, om onze land- en tuinbouwers aan te toonen, hoe deze bemesting moet worden uitgevoerd en welke resultaten daarmede kunnen worden ver kregen. De rijks land-en tuinbouwleeraren zijn daarvoor de aangewezen adviseurs, die ons daarbij gaarne van dienst zullen zijn. K. De zaak Dreyfus en alles wat daarmede samenhangt. De stroom van geruchten, praatjes, verzinsels wellicht, gaat in Erankrjjk, met betrekking tot de Dreyfus-historie, nog altijd door. Zoo wisten enkele dagen geleden weer een paar anti-revisionistische bladen te vertellen, dat Mc. Bard, de bekende rapporteur van de Strafkamer, en Picquart onder één hoedje speelden. Het Parijsche Hof van Cassatie, afdeeling Strafkamer, onderzocht het „geheime dossier in de zaak Dreyfus. Het weid haar, overeen komstig de afspraak, door kapitein Cuignet ge bracht en later door dezen ook weer weggehaald. Aan den „New-York Herald" meldt men uit Paramaribo, dat kapitein Dreyfus van het Dui velseiland naar Cayenne is overgebracht en van daar den 4den 1.1. naar Frankrijk is vertrokken. Bijzonderheden ontbraken. Reeds herhaarldelijk zijn in de laatste dagen dergelijke geruchten verspreid en aanstonds we der tegengesproken. Yan dit hebben wij nog geen tegenspraak. In de „Petite Republique" doet Jaures belang rijke onthullingen omtrent de rol van Von Schwartzkoppen, den Duitschen militairen attaché te Parjjs, en diens betrekkingen tot Esterhazy. Von Schwartzkoppen kocht geheime stukken van den majoor, terwijl hij door de Fransche officieren als kameraad behandeld werd. Ester hazy vernederde Schwartzkoppen door chantage en dreigde alles bekend te maken, als hij een woord uitte in het geval met het borderel. Een dame, zoowel met Esterhazy als met Schwartzkoppen bevriend, smeekte Emile Zola haar toch vooral niet te compromitteeren en deelde hem mede, wat zij wist. Jaures vernam van Zola, hoe deze tot zijn overtuiging van de Bchuld van Esterhazy was gekomen en eindigde met de woorden „Ik ben er heel zeker van, want deze vro'uw is zelf bij mij gekomen en heeft mjj alles verteld. Wat een laagheden in dit drama Een Engelsch blad verzekert, dat Zola te Bornemouth in Engeland vertoeft en in het huis woont, waarin Cornelius Hertz in ballingschap leefde en stierf. Dezer dagen zou hij met zijn secretaris Londen hebben bezocht. De zaak-Dreyfus op aardewerk. In Frankrijk heeft men de zaak-Dreyfus dienst baar gemaakt aan de aardewerkindustrie, zoodat men daar tegenwoordig borden en schotels koo- pen kan, die boschildord zijn met episodes of por tretten, op die zaak betrekking hebbende. Het oenige nadeel van dit vaatwerk zou kunnen zjjn, dat men ze elkander naar het hoofd wierp, doch het spreekt van zelf, dat de fabrikanten daardoor slechts gebaat zouden zijn! Men heeft natuurlijk revisionistische en anti-revisionistische borden, zoodat de bedienden voortaan aan de gasten zul len te vragen hebben, van welke zij wenechen te etenZij, die er geen meening ten opzichte van het proces op nahouden, zullen zich met de ge wone witte borden moeten behelpen. Deibier, de beul van Frankrijk, zal zijn ontslag nemen. Hij is 76 jaar oud en heeft 38 dienstjaren In dien tijd heeft hij 52 malen dienst gedaan, waarvoor de regeering hem aan bezoldi ging en onderhoud zijner werktuigen een som van 1.200.000 francs heeft betaald. Zijn jaar- lijksch inkomen bedraagt 6000 francs. Hij zal opgevolgd worden door zijn zoon. Een Kongo-legertje van 125 man heeft den stam van de Boendja's, die vier Belgen hadden vermoord en misschien opgegeten, ge heel verslagen. De inboorlingen waren driedui zend man sterk en lieten na afloop van den strijd twaalfhonderd schilden en achthonderd lansen achterde Kongo-troepen hadden zes dooden en vier gewonden. Vervalsching van levensmiddelen. Een reiziger, die jaren lang in Afrika had vertoefd, geraakte, toen hij in Nederland terug kwam, verliefd, trouwde, en keerde met zijne vrouw naar Afrika terug. Maar met zijne vrouw bracht hij ook de Eu ropeesche onoprechtheid mee, want wat de kunst hier heeft uitgevonden om er voordeeliger uit te zien, valsche schouders, opgevulde armen, enz. enz., was door haar aangewend, omdat ze van natura niet begiftigd was met bijzondere vlee- zigheid. Zij vielen in Afrika in handen van kanniba len, en werden afzonderlijk opgesloten. Maar den volgenden dag reeds komt 't opperhoofd den rei ziger zeggen, dat hij hem uit vroegere vriend schappelijke relatie's genade schenkt en zelfs vrij zal laten trekken. „En mijne vrouw?" vraagt de reiziger. „Die blijft hier om volgens de wetten des lands gestraft te worden wegens vervalsching van le vensmiddelen," klinkt het stroef uit den mond van het hoofd Wat is er in den mensch! Deze vraag, onlangs door de „Debats" gesteld, is door een Duitscher als volgt beantwoord De voornaamste bestanddeelen van een mensch van gemiddeld gewicht van 68 K.G. worden in gelijke evenredigheid teruggevonden in het wit en het geel van 1200 kippeneieren. In gasvormi- gen toestand gebracht zou de mensch 91 kub. meter gas opleveren en genoeg waterstofgas om een ballon van 70 K.G. draagkracht mede te vullen. In normalen toestand bevat het mensche lijk lichaam genoeg ijzer om er zeven groote spijkers van te bereiden, genoeg vet voor 61/2 K.G. kaarsen, genoeg koolstof voor 65 gros potlooden en genoeg phosphor om 820.000 lucifers van kop pen te voorzien. Bij deze idgrediënten komen verder nog twintig theelepeltjes zout, 50 stukjes suiker en 42 liter water. In de Zwitsersche bladen was er den laat- sten tijd herhaaldelijk over geklaagd, dat er zoo veel „onbeheerde" jonge meisjes vooral 's Zon dagsavonds in de herbergen en koffiehuizen ko men, en zich daar als mannen te goed doen. Men waarschuwde de meisjes voor zedelijke gevaren. Nu verschijnt daarop het volgende antwoord van een „jongemeisjes-comité." „Wij verklaren, dat wij ons door zulke kran tenschrijvers geen voorschriften laten stellen en dat onze zedelijkheid in hun tegenwoordigheid meer in gevaar is, dan zonder hen. Wanneer er in de koffiehuizen zulke groote gevaren dreigen, waarom worden ze dan zoo ijverig door de man nen bezocht, en waarom zitten die daar zoolang tot ze op hun vaak zeer krommen weg naar huis op zijpaden raken of door nachtelijke straatslij pers naar hun woning gebracht moeten worden. Daarom juist achten wij het onze taak er voor te zorgen, dat er steeds meer personen van ons geslacht naar de koffiehuizen komen, ja zelfs koffiehuizen en herbergen met vrouwen en meisjes vol te proppen, totdat de zoogenaamde heeren der schepping daar geen plaats meer vinden, en dat zoo lang tot de mannen aan spaarzaamheid gewend zijn. Dan echter zullen ook wij weer vrij willig tot do ons aangeboren spaarzaamheid terugkeeren. Nu weer: een zachte winter? In de vorige week zijn te Casselte in het groenland nog kieviten gezien Tevens vertoeft in het groenland onder Gieten nog een ooievaar. Men wil uit deze verschijnselen afleiden, dat er een zachte winter zal komen. Australië heeft geen weeshuizen. Ieder kind, dat door zijne ouders niet onderhouden wordt, komt onder toezicht van den Staat, die er een jaargeld voor betaalt en het in eene familie uit besteedt. Tot op zijn veertiende jaar wordt het op die wijze van kleeding en voedsel voorzien.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 2