Brieven uit „de Streek,"
Plaatselijk Nieuws.
UITVOERINGEN.
In den tuin der Ned. Herv. pastorie te
Heer Hugowaard staan twee theerozen, eene
roode en eene witte fleurig in bloei. Overigens
ziet men allerwege langs de wegen en velden
madeliefjes, speenkruid, zilverschoon etc.
Revisie in strafzaken.
Omtrent het nieuwe afdeelingsonderzoek in de
Tweede Kamer van het ontwerp betreffende de
revisie in strafzaken verneemt men, dat daarbij
ook ter sprake zijn gebracht eenige bedenkingen,
die de minister van justitie tegen het voorstel
had en waaraan de voorstellers in hun antwoord,
door wijziging van het ontwerp en ter bevorde
ring van het gemeen overleg, hopen tegemoet te
komen.
Heer Hugowaard. Yoor de opengeval
len betrekking van onderwijzeres aan school No.
1 hebben zich 8 sollicitanten aangemeld.
Callantsoog. Met het werk aan de dui
nen is Maandagmiddag een aanvang gemaakt.
Yan de Schag«rmarkt huiswaarts keerende,
geraakte de voerman Z. u/d Schagerwaard
door het breken van een der wagenstrengen met
paard en voertuig, waarop zes biggen waren ge
laden, te water. Vier biggen verdronken, terwijl
voerman, paard en twee der passagiers spoedig
weder op het drooge waren gebracht
LOOP DER BEVOLKING
van de gemeente WINKEL, over 1898.
M. V. Tot.
Bevolking op 31 Dec. 97: 913 884 1797
Geboren in '9814 20 34
Yan elders ingekomen: 78 75 153
1005
979
1984
Overleden in '98:
14
9
23
991
970
1961
Naar elders vertrokken
104
71
175
Totaal op 31 Dec. 1898: 887 899 1786
De bevolking verminderde dus met 11 personen.
Er werden 17 huwelijken gesloten, terwijl 1
echtscheiding plaats had en 4 geborenen als leven
loos werden aangegeven.
Op een dorp bij Nijmegen sterft een koe
„aan de tering." Schade leed de boer niet, want
hij was „in de fonds." Maar toch, het beestje
in den grond te stoppen zou jammer zijn. Het
zou allicht nog een kooper vinden, en zoo ge
schiedde ook. De doode koe bracht f 9 op, werd
in stukken gesneden, in een mand gepakt en
onder het étiquette „porselein" vervoerd naar
ja, wie zal zeggen waarheen?
Bij de viering van haar 100-jarig bestaan
Zaterdag j. 1., heeft de Alkmaarsche Courant een
gedenkschrift doen verschijnen. Daaruit blijkt,
dat den 6 December 1796 bij Adrianus Sterck,
op de Oudegracht, die een drukkerijtje bezaten
ook loterijbriefjes verkocht, verschenen het eerste
nummer der Noord-Hollandsche Courant, een
half vel schrijfpapier in 4 bladzijden groot, waar
uit geboren is de tegenwoordige Alkmaarsche
Courant, die driemaal 's weeks verschijnt en die
een eervolle plaats inneemt in de groote rij van
bladen, die in Noord-Holland boven het IJ ver
schijnen.
Door den hevigen storm, gepaard gaande
met een zeer sterken vloed, is het Zuiderzeewa
ter tot eene buitengewoonr hoogte gestegen en
staat 4/5 van het eiland Urk het onbewoonde
gedeelte blank.
LXIY.
5—12 Januari. Wordt het aanbod van reu-
zenbloemkool minder, Dinsdagmorgen was dit
nog vrij aanzienlijk en werden ruim 15000
stuks ter markt gebracht, die van f 4 tot f 7,25
konden opbrengen. De geheele aanvoer bedroeg
deze week 35000 stuks, dat is omstreeks 20000
stuks minder dan in de vorige. De prijzen zijn
dooreen genomen iets hooger, zoodat enkele
van de beste partijtjes f8 konden bedingen.
De verzending geschiedt thans in noofdzaak,
los in den waggon, naar Duitschland.
Is de bloem klein van stuk, de kwaliteit
valt nog steeds te roemen en dit is dan ook
waarschijnlijk wel de reden,' dat nog zoo'n
flinke prijs kan wordeu bedongen.
De handel in vruchten, n.l. wintersuikerperen
en zure winterappelen is niet zoo vlug als
aanvankelijk werd verwacht. De voorraad was
gering, zoodat zelfs appelen uit Oostenrijk
werden geïmporteerd en ieder meende dat de
prijs ongekend hoog zou zijn. Heeft zulks de
gebruikers misschien afgeschrikt? De vraag
is tenminste niet groot en 't gevolg daarvan
is natuurlijk dat de prfizen sedert den herfst
slechts weinig zijn gestegen.
De mislukte vruchtenoogst van het vorig
jaar, heeft tot gevolg gehad, dat zich een over
vloed van vruchtknoppen heeft gevormd, waar
door kans bestaat, dat de in '98 geleden schade,
in '99 weder gedeeltelijk zal worden vergoed.
Blijkbaar zijn de fruitkweekers dan ook niet
ontmoedigd door de geringe resultaten die ver
leden jaar werden verkregen, want juist in den
gepasseerden herfst openbaarde zich eene sterke
neiging tot het aanplanten van boomgaarden
en vruchtentuinen.
De overtuiging, dat de vruchtententeelt
ruime winsten afwerpt, moet dus wel vastge-
worteld zijn, om zelfs na een vrijwel mislukten
oogst, tot grootere aanplanting te leiden.
Appel- en pereboomen werden, zoowel naar
het buitenland als in ons land, bij duizenden
afgeleverd, terwijl de vraag naar roode aal
bessen, zwarte bessen en kruisbessen, zoo
groot was, dat de beschikbare voorraad strui
ken daarvan bijna geheel is uitgeput.
Wordt de fruitteelt aan de Langendijk tot
nogtoe niet te veel veronachtzaamd? De bo
dem zal zich daartoe ongetwijfeld uitmuntend
leenen, terwijl de dagelijksche groenteveilin
gen de verkoop zeer vergemakkelijken.
Groote hoeveelheden fruit worden reeds in
ons land geteeld, doch onze gunstige ligging
ten opzichte van de groote buitenlandsche ver-
bruikcentra's, stelt ons in staat voor enorme
quantiteiten plaatsing te vinden.
In de Streek en de ten zuiden daarvan ge
legen gemeenten Venhuizen, Wijdenesen Schel
linkhout zijn 700 H. A. voor de teelt van ap
pels, peren, pruimen, hazelnoten, aalbessen,
zwarte bessen en kruisbessen in gebruik. Toch
wordt deze oppervlakte nog verre door de Be
tuwe overtroffen, waar ruim 4500 H. A. met
vruchtboomen zijn beplant.
Bepaalt zich de fruitteelt van de Betuwe in
hoofdzaak tot appels, peren en kersen, die in
het Westland vertoont meer overeenkomst met
die van de Streek.
Ook daar vindt men ruim 600 H. A. met
appels, peren, aalbessen en kruisbessen, ter
wijl de druiventeelt daar eene belangrijke om
vang heeft gekregen.
De muren, waartegen deze heerlijke vrucht
wordt gekweekt, hebben eene gezamelijke leng
te van bijna 200.000 M.
De gemiddelde jaarlijksche druivenoogst
wordt daar geschat op ruim een half mil-
lioen Kilo, waarvoor van 3 tot f 400.000 wordt
bedongen. Deze cultuur stelt evenwel te hooge
eischen ten opzichte van den bodem, de be
kwaamheid van den kweeker enz. om alge
meen in toepassing te worden gebracht. Ook
de Hoeksche Waard produceert, op ruim 400
H.A. belangrijke hoeveelheden peren, appels
en krieken, terwijl eindelijk aan de Langstraat
in Noord-Brabant de aandacht wordt gewijd
aan den teelt van aalbessen, kruisbessen en
frambozen.
Wordt tegen den teelt van appelen en peren
dikwijls het bezwaar geopperd, dat de oogst
te lang op zich laat wachten, met klein fruit
als aalbessen, kruisbessen, zwarte bessen en
frambozen, is dit niet het geval. Door een
zoogenaamdengemengden aanleg wordt dus dit
bezwaar grootendeels opgeheven.
Voor de Langedijk met hare vruchtbare bo
dem acht ik deze cultuur wel der overweging
waard.
K.
Abnormale winters.
De winter van dit jaar ia zacht, als liet zoo
blijft. Deze laatste voorwaarde dient altijd in
aanmerking te blijven, omdat vele strenge win
ters zacht begonnen zijn en omgekeerd. Maar al
wordt deze winter nog zóó grimmig, dat wij b. v.
met Paschen eieren eten op het ijs, dan zal hij
toch steeds gerekend kunnen worden tot de ab
normale winters, wegens zijn zomerachtigeintrede.
Het tegengestelde zag men in den winter van
1893/94, toen de winter streng intrad. In Rus
land, ten zuiden van Moscou, werd het zóó koud,
dat het kwikzilver bij een temperatuur van 40
graden Celsius bevroor. In de straten der stad
werden vuren aangelegd, opdat de voorbijgangers
er zich aan konden warmen. Op het platteland
stierven vele bewoners, tengevolge van de koude,
en troepen wolven overstroomden de dorpen en
verslonden het vee en de vogels, die onder he
vliege waren bevroren.
Werpen wij een blik op de winters uit vroe
ger eeuwen, dan verhaalt de geschiedenis ons
van nog veel grooter koude. De ter beschikking
staande bronnen gaan tot meer dan 1400 jaar
terug en verhalen, dat de Zwarte Zee in den
winter van 401 met een dikke laag ijs bedekt
was.
In 822 waren Rijn, Elbe, Donau, Weichsel,
Maas en Oder geheel toegevroren, zoodat weken
lang zware lasten over het ijs konden worden
vervoerd. In 859 was de Adriatische Zee toege
vroren en de scheepvaart geheel gestremd. Venetië
zat geheel in het ijs. In 991 bevroor over geheel
Europa het winterkoren, tengevolge waarvan de
hongertyfus uitbrak. Een buitengewone koude
heerschte in 1067. Duizenden menschen en die
ren moeten toen in ons land en in Duitschland
doodgevroren zijn. In 1179 lag in de gematigde
streken nog in April de sneeuw acht voet hoog.
In 1269 reed men met sleden over het Kattegat
tus8cben Denemarken en Goorwegen; daarente
gen was de winter van 1297 zóó zacht, dat te
gen Kerstmis op verscheidene plaatsen de hoo
rnen in bloei stonden. In 1441 heerschte een
koude als aan de Noordpool, terwijl het in den
winter van 1478 bijna dagelijks onweerde.
In 1557 was de grond zes maanden lang met
een dikke laag sneeuw bedekt. In 1600 was het
zoo koud, dat men aan het Pransche hof bevro
ren brood moest eten. Van het jaar 1683 wordt
omtrent Engeland bericht, dat het ijs in de Theems
meer dan een voet dik was en dat het verkeer
op de rivier even druk was als op de Newa bij
St. Petersburg. In 1699 moet de strengste koude
geweest zijn.
De strengste winter in de vorige eeuw was die
van 1708/9. Reeds den 2deu October viel de koude
met zulk een strengheid in, dat vele vruchtboo
men doodvroren. De thermometer wees den 8sten
Januari 1709 in Duitschland 90graden Fah
renheit aan.
Op den verschrikkelijken vloed van 1717 volgde
in 1718 een zeer strenge winter. In 1729 waren
op eind van Maart de wateren nog bevroren en
eerst in April raakte het ijs los. De koude van
1740 kwam die van 1709 nabij. Menschen en
dieren bevroren; den lOden Januari vielen de
vogels dood uit de lucht; wijn en olie bevroren
in de vaten. Zeer koud was ook de winter van
1749.
Daartegenover zijn ook zachte winters aan
te halen. In 1759 moeten de rozen gebloeid
hebben en in 1783 was het omstreeks Kerst
mis zoo zoel als anders met Paschen.
Onze teneinde loopende negentiende eeuw is
ook rijk geweest aan koude winters. De winters
van 1809 en 1810 waren bijzonder koud en
daarop volgde de voor Napoleon zoo noodlottige
koude van 1812. In 1814 was de Theems voor
het verkeer ongeschikt. Het kanaal was door
groote ijsscholien gedurende eenigen tijd niet
bevaarbaar en het eilandje Helgoland bleef door
het ijs wekenlang van de buitenwereld afge
sneden. Daarentegen was de winter van 1829
buitengewoon zacht. „De wijnstok bloeide en de
knapen zwommen in de rivier," zegt een Duit-
sche geschiedschrijver.
Buitengewoon strenge winters met temperatu
ren van soms 20 graden koude, die vele lezers
zich nog herinneren zullen, waren die van 1830
'40, '55, '59, '71 en 79, maar wat sneeuwval
en intensieve koude betreft, staan zij achter bij
het lieve wintertje van 1890/91. „H. Ct."
Buitenland.
De zaak Dreyfus en alles wat
daarmede samenhangt.
Het groote feit in de zaak-Dreyfus is op dit
oogenblik het aftreden van den voorzitter der Ka
mer van burgerlijke zaken van het Hof van Cas
satie, Quesnay de Beaurepaire. Als voorzitter al
leen, zegt de Matinook als raadsheer, beweert
de Indép. Maar dit zij daargelaten.
De brief, die den minister hiervan kennis gaf,
luidt: „Ik heb de eer, u mijn ontslag te zenden
als kamer-president van het Hof van Cassatie.
Ontvang, enz."
Korter kon het zeker niet. Aan het agentschap
Havas zond de heer Quesnay zijn naamkaartje,
op den rug waarvan de mededeeling: „Wegens
een geschil, gerezen over het onderzoek dat door
het Hof van Cassatie geopend is, heeft president
Quesnay de Beaurepaire den minister van justitie
zijn ontslag gezonden".
Men weet, dat de procureur-generaal van Ca
yenne naar Duivelseiland zou gaan om den bal
ling in verhoor te nemén, met name wat zijn
beweerde bekentenissen betreft. Welnu, een de
pêche uit Cayenne brengt het antwoord van Drey
fus op de vraag, die de commissie van verhoor
hem had gesteld.
Dreyfus ontkent ten sterksteonder wélke om
standigheid ook, eenige bekentenis te hebben ge
daan. Hij betuigt opnieuw zijn onschuld.
Men gelooft, dat de arbeid van het Hof op dit
punt geëindigd is.
Verder vernemen we, dat de balling verklaarde
nooit een bekentenis te hebben gedaan aan kapi-
Lebrun-Renauintegendeel heeft hij niet opge
houden zijn onschnld te betuigen.
Het was 13 Jan. een jaar geleden, dat
Zola's Taccuse verscheen.
Esterhazy zal niet voor het Hof van Cas
satie verschijnen, omdat de rechter van instructie
Bertulus, die belast is met het onderzoek in de
aanklacht van Cristiaan Esterhazy tegen zijn
neef, den ex-majoor, heeft verklaard, dat hij ver
plicht zal zijn Esterhazy zoodra hij in Frankrijk
terugkomt, te laten arresteeren.
Een hevige storm waait over Engeland
en Ierland. De bladen melden een honderdtal
ongevallen met doodelijken afloop.
Blijkens bericht van onzen gezant te Brus
sel is de invoer van melkkoeien in België langs
het tolkantoor De Klinge van 15 dezer af tot
nader order verboden.
Een Duitsche erftante bevindt zich op reis
van Dresden naar Weenen, wordt te Praag ziek
aldaar opgenomen in een ziekenhuis en sterft.
De neefjes en nichtjes, die te Berlijn wonen,
laten het lijk overkomen, om het in de Duit
sche hoofdstad met de pracht en de praal, welke
een erftante toekomt, te laten begraven. Bij het
openen der kist komt men echter tot de verras
sende ontdekking, dat niet de goede, oude tante
in de kist ligt, maar een Russisch generaal in
groot uniform. Men telegrafeert naar Praag:
„Hier is geen doode tante aangekomen, maar
wel een Russisch generaal. Waar is de doode
tante?"
Uit Praag wordt geantwoord „Wanneer doode
tante niet in Berlijn is, dan is zij te St. Peters
burg."
Het telegram naar St. Petersburg: „Wat moet
er gedaan worden met den dooden generaal?
Waar is de doode tante?"
Antwoord uit St. Petersburg: „Begraaf Rus-
sischen generaal zoo stil mogelijk. Tante hier
zooeven met militaire eer ter aarde besteld!"
Wel verre van zich gewillig aan de Ame
rikanen over te geven, bereiden de Philippi-
no's zich voor op een hardnekkigen strijd met
de overwinnaars. Zij achten hun troepen volko
men in staat weerstand te bieden aan de Ame
rikanen, vooral omdat de laat3ten over het alge
meen aan den drank verslaafd zijn en veel min
der weerstand kunnen bieden aan de invloeden
van het klimaat dan de matige Spanjaarden.
Maar zelfs al zouden de opstandelingen in een
grooten slag worden verslagen, dan nog zullen
de Amerikanen zich niet in het rustig bezit van
de eilandengroep kunnen verheugen. Want de
geregelde oorlog zou gevolgd worden door een
guerillaoorlog, dien de opstandelingen volgens hun
meening minstens een jaar of acht kunnen vol
houden. En in dien tijd kan er veel gebeuren
dan zijn de Europeesche mogendheden wegens
de suprematie in Oost-Azië misschien reeds met
elkaar in botsing gekomen. Als dat eenmaal ge
beurt zijn de Philippino's zeker van hun onaf
hankelijkheid, tenzij de Vereenigde Staten Staten
waar voor hun geld kiezen en de onafhankelijk
heid afkondigen vóór het tot een oorlog komt.
Zal de aarde op 13 November van dit jaar
vergaan? De weerprofeet Falb heeft op de moge
lijkheid gewezen, dat op dien dag onze planeet
in onzachte aanraking kon komen niet de komeet,
door Biela in 1823 ontdekt. Over dit geval heeft
de heer Lütsen de vorige week in Berlijn een
voordracht gehouden en daarin aangetoond, dat
de botsing bedenkelijk genoeg kan zijn voor
de komeet. Het is een feit, dat men door den
dichtsten staart van een komeet nog de sterren
kan zien, terwijl een gewone rookwolk dit belet.
De komeetstof is dus uiterst ijl en vooral bij die
van Biela heeft men dit waargenomen, zoodat zij
bij een omloopstijd van 6'/2 jaar in't laatst niet
meer kon worden waargenomen. Hare deelen
schijnen allengs in h«t heelal verstrooid te zijn.
Dit is niet gelijkmatig geschied en zoo komt de
aarde slechts nu en dan met overblijfselen in aan
raking, en wel in de jaren 33, 66 en 99 van elke
eeuw. De komeet heeft dan iets van een muggen
zwerm, waardoor de aarde veilig heenvliegt en
er slechts enkele deelen van vasthoudt, die zich
voor ons ,oog als vallende sterren vertoonen. Men
zal dus, volgens den Duitschen geleerde, in No
vember een prachtigen sterrenregen kunnen waar
nemen als in 1833 en 1866. In het eerstgenoemde
jaar telden Humboldt en zijn assistenten er 25000
in één uur.
Uit Ilo-Ilo wordt gemeld, dat Aguinaldo
den aldaar gevestigden Amerikaanschen consul
voor een krijgsraad heeft gedaagd wegens ver
duistering van de oorlogskas der opstandelingen,
welke 47000 dollars bevatte.
Op 't platteland in Rusland heerscht we
der een algemeene hongersnood, die erger moet
zijn, dan de hongersnood van zeven jaar geleden.
De vorige maal zond Amerika drie scheepsla
dingen graan naar Libau, die juist op tijd aan
kwamen om eenige duizenden menschen voor
den hongersdood te vrijwaren. Thans echter heeft
Rusland voor hulp van buiten bedankt en de re
geering, geholpen door particulieren, hoopt al
leen voldoende hulp te kunnen brengen.
De verkeersmiddelen zijn in Rusland sedert
189192 veel verbeterd en men heeft, door de
ervaring geleerd, nu ook beter den slag er van,
op welke wijze de ongelukkigen van voedsel te
voorzien zonder al te groote sommen door de on
eerlijkheid der beambten te verliezen.
In het district Ufa is de nood het hoogst. Daar
zal de bijstand niet minder dan 6 millioen roe
bels eischen. Niet alleen aan graan doch ook aan
hooi is groot gebrek bij de arme boeren, die hun
paarden derhalve voor belachelijk lage prijzen
hebben van de hand moeten doen.
In de districten Ufa, Menzeliusk, Belebawsk,
Birin en Sterbat is 1,200,000 roebels voor aan
koop van hooi noodig, 300,000 menschen zijn
in die districten werkloos. Honger en typhus
heerschen er, waarbij komt dat de menschen uit
zuinigheid, om huur en licht te sparen, zoeveel
mogelijk in één woning bij elkaar huizen.
Een reiziger zegt dat in 't district Menzelinsk
alle kinderen naakt waren en de menschen hun
leven rekken door aardappels te eten.
Geen liefhebbers meer!
Dezer dagen maakte te Livorno (Italië) een
deurwaarder den inventaris op bij een bankier,
die failliet was gegaan. Hij gevoelde zich onge
steld, ging naar huis en nauwelijks had hij zich
te bod begeven, of hij kreeg een beroerte en
stierf.
Een anderen deurwaarder werd opgedragen den
inventaris op te maken. Hij werkte den ganschen
dag en ging te 5 uur naar huis om te eten. Na
het eten van een bord soep, werd hij ongesteld
en een uur later stierf ook hij aan een beroerte.
En nu is er te Livorno geen enkele deurwaar
der te vinden, die den noodlottigen inventarsi
wil opmaken.
Een huis voor de geheele wereld.
Een Engelsch statisticus heeft een berekening
gemaakt, om te weten te komen, welke afme
tingen een huis zou moeten hebben, waarin alle
menschen op aarde zouden kunnen wonen. Het
„Wereldhuis", zoo noemt hij het reusachtige ge
bouw, dat natuurlijk slechts in zijn verbeelding
bestaat, zou 12 kilometer lang, even breed en
300 meter hoog moeten zijn. Het zou 100 ver
diepingen bezitten; zijn 2800 trappen en zijn
1,500,000,000 kamers zouden verlicht worden
door ongeveer 2,270,000,000 vensters. Ieder ge
zin zou vijf vertrekken tot zijn beschikking heb
ben en iedere man, iedere vrouw en ieder kind
ziu een ruimte van 30 kubieke meters voor zich
hebben. Zonder den prijs van den grond mede
te rekenen zou het bouwen van het monsterhuis
937 milliard guldens kosten. Het ameublement
zou 450 milliard eischen en de huuropbrengst
zou 50 milliard per jaar beloopen.
Keizer Wilhelm van Duitschland heeft
Zondagmiddag onverwacht een bezoek gebracht
aan den Franschen gezant te Berlijn, den markies
de Noailles, met wien hij zich geruimen tijd heeft
onderhouden. Ofschoon in officieele kringen ver
zekerd wordt, dat dit bezoek slechts een tegen-
beleefdheid is op het bezoek, dat de gezant de
zer dagen, in opdracht van president Faure, aan
den keizer bracht, om naar diens gezondheids
toestand te informeeren, wordt beweerd, dut het
bezoek een politieke strekking heeft en dat er
zonder twijfel gesproken is over de toenadering
tusschen Frankrijk en Duitschland en waarschijn
lijk ook over de oorlogzuchtige houding van En
geland.
Hoe te Londen een straat in doorsnede
er uitziet.
Als type nemen wij Queen-Victoria street en
zien dan
1. boven de straat een luchtspoorweg
2. de straat;
3. onder den grondgas- en waterleidingbuizen!;
4. daaronder een onderaardschen spoorweg;
5. nog lager het hoofdriool;
6. en daaronder ten slotte nog een onderaardschen
spoorweg.
Of daar van de ruimte ook profijt getrokken
wordt
Men moet niet zeggen, dat men op het platte
land altijd verstoken is van genietingen, waar
van men in de stad wel kan profiteerenwel in