Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
Tsr°. ïi.
Zondag 12 Maart 1899.
8e Jaargang.
N ieu wstij dingen.
Feuilleton.
NIEUWE
ünuKER loimu.
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor NOORD8CH AR WOUDEOüDKARSPEL, ZüIDSCHARWOUDE en Br. OP LANGEDIJK
per drie maanden 50 ct., franco p. post 0O ct.
UITGEVER:
J. H. KEIZER.
BUREEL:
Aoordscliarwoude.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Van 15 regels 30 ct., elke regel meer ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruiinte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
fltij dit nummer belioort een
bijvoegsel.
Onze jeugd neme dit tot voorbeeld.
Aan de kliniek van het Nederl. Gasthuis voor
Ooglijders te Utrecht werden op 't college van
Zaterdag 1.1. 4 jeugdige knapen voorgesteld, allen
met verwonding aan één oog.
De eerste, oud 11 jaar, was met een pijl in 't
rechteroog getroffen.
Dan een knaap van 3 jaar met verwonding
van de lens, ook al door pijlschot.
No. 3, oud 3 jaar, is aan 't linkeroog getrof
fen door een pijl, waaraan op 't uiteinde een
speld was aangebracht.
De vierde had een klap gehad met een stok,
waarin een doorn, waarbij de doorn in 't oog
was gedrongen.
Men ziet, de jeugd houdt zich bezig met ge
vaarlijk spel.
Een wielrijder deelde mede, dat hij, bij het
voorbijkomen van een uitgaande school, onthaald
werd op een regen van pijlen, afgeschoten door
eene bende van kwajongens, een waar beeld van
de meest onbeschaafde wilden.
Bij geluk waren ditmaal de oogen er goed af
gekomen.
Telegrafische liefdesverklaring.
Op het Beursplein te Rotterdam werd Donder
dag een besteller aangesproken door een vreem
deling met het verzoek een telegram aan het
Rijkstelegraafkantoor aan te bieden, waaraan de
besteller voldeed, terwijl de vreemdeling buiten
wachtte. Het telegram dat in de Engelsche taal
gesteld was, was gericht aan H. M. de Koningin
te 's-Gravenhage en hield in „I love you." Daar
het niet ouderteekend was werd het door den
telegraaf beambte geweigerd, doch nadat de be
steller er zijn naam onder geplaatst had, werd
het afgezonden.
Korten tijd later begaven de vreemdeling en
de besteller zich andermaal naar het telegraaf
kantoor en werd een in het Engelsch gesteld
telegram aan H. M. de Koningin verzonden,
onderteekend door den vreemdeling zelf, waarin
hij vroeg: Loved you my also. (Bemindet gij
mij ook?)
De vreemdeling deed vervolgens aan den be
steller het voorstel mede naar Den Haag te gaan,
om te vragen of de telegrammen ontvangen wa
ren. Aldus geschiedde en met den eerstvolgenden
trein reisden beiden af.
Aan het paleis aan het Noordeinde gekomen
trok de besteller de stoute schoenen aan en be-
Paul en Aug-usta.
Oorspronkelijke novelle.
26.)
SLOT.
Het duurde intusschen nog een geruimen tijd, eer
de overste geheel hersteld was telkens gingen zijne
wonden weder open en was hjj genoodzaakt, het bed
te houden. Van Hessen was in dit opzicht gelukkiger,
zijn krachtig gestel kwam zijne genezing spoediger te
hulp en maakte, dat hg reeds lang kon gaan waar hij
wilde, toen Laura's vader nog immer verplicht was
zijne kamer te houden. De jongelui deden echter hun
best, om het den ouden heer op zijne kamer zoo prettig
mogelgk te maken: nu eens maakten ze muziek, dan
weêr kortte hem Van Hessen den tijd met onderhou
dende gesprekken en verhalen, zoodat de overste zel
den tijd had tot klagen en morren over zijnen toestand.
Intusschen verveelden zich de geliefden in geenen
deele. Gelukkig in elkanders bezit, gingen de dagen
ongemerkt daarheen en slechts nu en dari, als er on
gunstige berichten kwamen van de zaak der zuidelij
ken, verdonkerde voor eenige oogeublikken hun hel
dere hemel, want dan was de overste alles behalve
opgeruimd en maakte zich driftig en onpleizierig,
waarvan het natuurlijk gevolg was dat zijn toestand
weder achteruit ging.
Eindelijk echter was hij in zooverre hersteld, dat
trad het paleis, waar hij evenwel door de bédien-
den werd ondervraagd en vervolgens aan de politie
overgeleverd, die hem in verzekerde bewaring
bracht. De vreemdeling was inmiddels verdwenen.
Nader wordt gemeld:
De vreemdeling, die is aangehouden, werd,
nadat geneeskundig was geconstateeerd dat hij
in zijn geestvermogens is gekrenkt, naar het krank
zinnigengesticht overgebracht.
Een holbewoner.
Uit Vaals wordt aan de „L. K." geschreven
Wie zou 't voor mogelijk houden, dat het bosch,
onmiddellijk grenzende aan onze gemeente, een
holbewoner in zijn schoot bergt! En toch is 't zoo.
Reeds sedert eenige dagen hoorden wij, dat een
onbekend persoon zich zou gevestigd hebben in
de voortzetting van ons uitgestrekt bosch, kort bij
de drie grenssteenen, op Belgisch grondgebied. Wij
konden de bekoring niet weerstaan, den modernen
eremiet een bezoek te brengen.
Al dadelijk viel 't ons op, dat 't woninkje
meer op eene onderaardsche vesting, dan op eene
eerzame kluis geleek. Het ding toch was haast
niet te bereiken, daar 't hol doorgraven, boom
stammen enz. afgesloten was. Ook werd onze
nieuwsgierigheid maar half bevredigd, daar wij
noch eene opening tot 't hol, noch den bewi -ïer
zelf té zien kregen. Dit wisten we trouwens al
half vooruit van eenige heeren uit Aken en Vaals,
die er onlangs een allerkoddigst avontuur beleef
den. Dit nu willen wij niet onvermeld laten.
Bedoelde heeren begaven zich op zekeren dag
op weg om ook eens het terrein te verkennen
en de kleine vesting, zoo noodig te nemen. In 't
hout verborgen, vonden zij na eenig zoeken de
behuizing, ongemerkt door den bewoner. Doch het
huisje was, zooals gezegd, haast ongenaakbaar.
Onze vrienden overwonnen evenwel die voor
werken weldra en stonden eindeljjk voor de ves
ting zelve.
Daar de bewoner er geen uitgang, ten minste
geen zichtbaren, op nahoudt, zoo waagde een der
heeren een koenen sprong op 't dak, bestaande
uit platen en plaggenmaar o weedaar zakte
hij erdoor en verdween voor de oogen zijner
makkers in de diepte. De kluizenaar, door dit
onverwacht bezoek opgeschrikt, snelde naar bui
ten en 't bosch in, na nochtans 't eerst den over
jas van den indringer in beslag genomen te heb
ben. Onze koene belegeraars zetten den vijand
na en haalden hem ook dra in.
Na heen en weer praten gaf de man het klee-
dingstuk terug en hadden de heeren gelegenheid,
den zonderling eens naderbij te bekijken. De
boschmensch maakte den besten indruk op hen.
Zelfs scheen het een welopgevoed en geleerd
individu te zijn. Op hunne vraag waarom hij zich
had afgescheiden van de bnitenwereld, weigerde
het huwelijk der jongelui kon worden voltrokken en
had dit dan ook in alle stilte plaats
»Was het dat onze zaak zegevierde," zeide de
overste, »ik zou een schitterende partij geven, maar
nu het tegendeel plaats vindt en de nooordelgken het
op ons winnen, ontbreekt mij daartoe de lust; la
ter, als er vrede is en de rust in het land is terug
gekeerd, kunnen wij op dit punt terug keeren, thans
echter wil ik, als het u ten minste goed is, het
feestvieren liever achterwege laten." Én het was
de jongelui meer dan goed elkander innig liefheb
bende, haakten ze naar geene woelige festijnen en
luidruchtige vermaken en genoten hun geluk met
ruime teugen, zonder het minste leedgevoel over
het gemis van bals en gastmalen.
Toen de overste zich sterk genoeg gevoelde om
de reis naar Europa te doen, werden alle toebereid
selen gemaakt en scheepte hij zich met de jongelui
onder een vreemden naam te New-York op eene
stoomboot in.
Zonder eenige ongelukken kwamen zg behouden
en wel te Liverpool aan wal en daar ze het op hun
gemak wilden opnemen, besloten zg allereerst, de
verschillende plaatsen van Engeland te bezoeken,
dan naar Frankrijk over te steken en als ze ook
daar het merkwaardigste hadden bezichtigd, langs
België de Nederlanden op te zoeken.
Wjj laten onze reizigers deze hunne plannen op
hun gemak ten uitvoer brengen en daar de lezers wel
weder iets zullen willen hooren van Beers en Paul,
spoeden wjj ons naar hen toe om hunne verdere
lotgevallen te leeren kennen.
De vervulling van vele wenschen en het
SLOT DER GESCHIEDENIS.
Lang reeds vóór dat de overste Crumpton met van
hij hardnekkig te antwoorden. Evenzoo verzette
hij zich tegen een bezoek der heeren aan zijn
hol. Wel merkte hij op, dat het voor vreemden
gevaarlijk was zijne woning te betreden; daar
deze ontplofbare stoffen bevatte. Zooveel liet hij
evenwel los, dat men te weten kwam, dat hij
Akenaar van geboorte en 30 jaren oud is.
Ook geen mooi zaakje.
In de civiele zitting van de Haarlemsche recht
bank kwam de heer mr. van Houten
namens eenige obligatiehouders in verzet tegen
de homologatie in het faillissement van de stoom
tram HaarlemAlkmaar.
Pleiter noemde het aangeboden accoord on
houdbaar en in strijd met de wet. Hij noemde
de historie van deze stoomtram een groot finan
cieel schandaal, betoogde dat twee dagen na de
storting van het oprichtingskapitaal, groot een
millioen francs, geen franc meer in kas was en
dat er geknoeid was met het aanleggen van de
lijn die veel te kostbaar was geweest. Er is mis
bruik gemaakt, zeide pl., van de goèdgeloovig-
heid van het publiek eu gehandeld in strijd met
wet en plicht.
Homologeert de rechtbank het accoord, dan
komen er nieuwe papieren en zal het publiek
opnieuw gedupeerd worden, daar de maatschappij
bij de betaling harer Juli-coupons toch weer
fail leeren zal.
Pleiter concludeerde, dat de rechtbank op de
homologatie niet zal ingaan.
Voor de maatschappij trad op mr. De Haan
Hugenholtz, die opkwam tegen de zwarte voor
stelling, welke zijn confrater van de zaak gege
ven had. Intusschen is de homologatie geen
gunst, die de maatschappij van de rechtbank
vraagtde groote meerderheid van de obligatie
houders vraagt die zelf. Wat een nieuw faillisse
ment tegen Juni betreft, vestigde mr. Hugen
holtz er de aandacht op, dat de rechtbank niet
heeft te vragen of een failliet zich na de homo
logatie kan staande houden en verzekerde tevens
zijnerzijds, dat de Juli-coupon wel degelijk zou
worden voldaan.
De rechtbank zal nader uitspraak doen.
Het hardnekkige oudje.
Naar uit Kampen wordt gemeld is de gasthuis
kwestie aldaar in zoo verre opgelost, dat de 81-jarige
Naatje Eikelboom haar woning verlaten en bij
familie intrek heeft genomen. Haar verblijf is
ongeschikt verklaard ter verdere bewoning; de
inboedel bevindt zich nog daarin. Hoe de zaak
verder zal loopen, wordt met belangstelling tege
moet gezien.
Te Krimpen aan de Lek is, bij het
afbreken van een muur van een onlangs afgebrand
pand, een potje gevonden, bevattende 5 gouden
Hessen en diens vrouw in Engeland aankwam, arri
veerde daar de stoomboot, met welke Paul en Beers
Amerika hadden verlaten. Zoodra zij met hunne goe
deren aan den wal waren, gingen zij per spoor naar
Londen en toen ze daar waren, kon Beers de verzoe
king niet weerstaan, om Paul te vergezellen naar
Amsterdam en Beverwijk, ten einde Augusta een
bezoek te brengen.
»Gjj wgkt nog al van het programma af," meende
Paul. ȃest mogelijk," antwoordde Beers lachende,
smaar waar het meisje is, trekt ook het hart van den
jongeling, dat weet gij immers ook wel en buitendien,
Londen ligt niet uit de wereld en als ik Augusta weêr
gezien heb,gaat het werk mg bepaald eens zoo gemak
kelijk van de hand."
»Denkt gij te Londen te zullen slagen?"
»Ik hoop hetik ben niet meer zulk een vreemde
ling in de knnst en den handel in schilderstukken als
vroeger en weet beter den weg, dien men moet be
wandelen om er af te komen daarbij komt nog, dat
ik vrij wat ben aangeleerd, zoodat ik in het minstgeene
vrees koester, of ik zal wel op de eene of andere wgze
slagen, maar eerst moet ik Augusta zien."
De jongelui vervolgden dan hunne reis en waren
spoedig te Amsterdam, waar ze dadelijk dokter van
Tinhoven opzochten, die niet weinig verbaasd was
hen te zien en welke bestormd werd met vragen
omtrent Augusta en Mathilda.
Het spreekt van zelf, dat onze vrienden, nadat ze
op dat punt ingelicht waren, vrg wat moesten vertellen
en niet het minst van den oorlog, dien geheel Europa
indertijd met zooveel spanning en aandacht gadesloeg.
Toen ze alles verteld hadden wat ze wisten, kwam
het gesprek op de toekomst der jongelui en was de
arts benieuwd te weten, welke hunne verdere plannen
en 29 zilveren geldstukken, welkedagteekenen uit
jaren tustchen 1591 en 1650, te zamen eene
waarde van ongeveer f300 vertegenwoordigend.
Uit vertrouwbare bron wordt bericht, dat
de Vredes-Conferentie op 18 Mei e.k. te's-Gra-
Yenhage zal plaats hebben.
Slaapziekte.
Te Leiden is een bejaarde dame bezweken
aan nona, waaraan zij 10 dagen lijdende is ge
weest.
Door de afdeeling Warmenhuizen van
de Landbouw- en Handelsvereensging is besloten
tot het plaatsen van een bord langs den publie-
ken weg, waarop gelegenheid voor vraag en
aanbod zal gegeven worden. Zij, die een artikel
van de hand willen doen, of iets wenschen aan
te schaffen, wat het landbouwbedrijf betreft, zul
len daardoor waarschijnlijk koopers en verkoopen
vinden. Het mag een zeer practisch denkbeeld
genoemd worden.
Dat kan helpen
Een arbeider te Winschoten zag het vorige
jaar zijn geheelen grooten tuin door rupsen ver
nield. Als probaat middel hiertegen heeft de man
nu een zakje met dertien van die vernielers in
de schoorsteen gehangen.
Aardappelen uit zaad gekweekt.
Te Borger werden door enkele landbouwers
voor een drietal jaren pogingen aangewend om
aardappelen uit zaad aan te kweeken. Hoewel
vele dier pogingen niet tot een gewenscht resul
taat leidden, werden door G. Eising, aldaar, drie
vrij goede soorten bekomen van de op die wijze
aangekweekte aardappelen. De zaadaardappelen
leveren n. 1. allerlei soorten, door elkander ge-
mengd, op. Door uitzoeken en schiften verkrijgt
men dan goede soorten. Er zijn twee soorten roode
en eene witte soort van die aardappelen afkom
stig, die in 1898 beter dan de andere tegen de
aardappelziekte bestand waren. De beste van de
drie is een der roode soorten, door E. „Roobor-
gers" genoemd, waarvan in 1898 vier H L. wer
den geoogst. Ook de andere roode en witte zijn
vrij goede soorten, maar leverden in 1898 min
der op, dan de eersre. De teelt zal met alle drie
nieuwe soorten worden voortgezet.
Een tweetal jagers hadden in de vorige
week te Oude Niedorp het geluk eenen otter
te schieten.
Reeds geruimen tijd had deze onwelkome gast
daar zijn verblijf gehouden en aan eene brug
in die gemeente veel schade veroorzaakt.
Het eerste kievitsei.
Op Texel is voor het eerste kievitsei, dat dit
jaar aldaar zal gevonden worden, de buitenge
woon hooge prijs van f 5 uitgeloofd.
waren. Beers zei, dat hij zich bg het schilderen hield
en wel dacht voor Engelsche rekening werk in over
vloed te zullen vinden. Paul verklaarde, weder eene
plaats op een kantoor te willen zoeken, zoodra hij
was uitgerust van de reis.
Docter van Tinhoven vond hunne ideën zeer goed
en koesterde in het minst geene vrees dat beiden niet
zouden slagen smet een goeden wil" zeide hg, zgn
oud gezegde ophalende, »kan men alles en gelukt
ook het schgnbaar onmogelijke."
»Voor wij echter de handen aan den ploeg slaan,
gaan wg naar Beverwijk, niet waar?" vroeg Beers.
»Zeker," antwoordde Paul »en als ik Augusta heb
gezien ga ik naar Mathilda."
»Wat is de jeugd toch 'n wonderlijke leeftijd
wierp de arts tusschen.
Reeds des anderen daags haastten zich de beide
vrienden naar Augusta, die hen met open armen ont
ving en meer dan gelukkig was, hen gezond en wel
bij zich te zien. Ook de heer en mevrouw Doe ver,
bij wie Augusta nog altijd een gelukkig en tevreden
tehuis had, betoonden zich met het bezoek der jonge
lieden zeer ingenomen en zij mochten Beverwijk niet
verlaten, voor ze eene week er gasten waren geweest,
een vonnis, waaraan zg zich gaarne onderwierpen.
Beers en Augusta besteedden dien tijd, zooals geliefden
dat gewoon zgn te doen en zwierven halve dagen op
eenzame wandelwegen. Paul's tijd werd grootelgks in
beslag genomen door de beide oudjes, die niet moede
werden om naar zijne verhalen over Amerika te
luisteren.
Toen eindelijk de dag van vertrekken daar was,
viel het allen moeilijk van elkander te scheiden en
moesten de jongelingen beloven, hun bezoek te her
vatten, zoodra ze daartoe in de gelegenheid waren.