Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken. N°. 20. Zondag 14 Mei 1899. 8e Jaargang. Dit nummer bestaat uit twee bladen. N ieu wstij dingen Feuilleton. WH1D GESCHEIDEN. NIEUWE s LAM1DIJKER ('01 B A AT. Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag. ABONNEMENTSPRIJS voor Noordscharwoude, Oüdkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk per drie maanden 50 ct., franco p. post 60 ct. UITGEVER: J. II. KEIZER. BUREEL: lYoorclscliarwoude. PRIJS DER AD VERTE NT IËN: Van 1—5 regels 30 ct., elke regel meer ct. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Brieven rechtstreeks aan den Uitgever. EERSTE BLAD. Heer Hugowaard. Den 10en dezer werd eene verg. gehouden der Prot. Kiesver- eeniging „Burgerplicht" ten huize van den hr, J. C. Hofdijk. De voorz. opent de verg. en vindt het betreurenswaardig, dat al wederom gesproken moet worden van weinig belangstelling, aange zien van de ongeveer 160 leden slechts een 16tal was opgekomen, en dat nog wel in eene verg. waarin de candidatuur zal worden bespro ken voor de a.s. gemeenteraadsverkiezing. De notulen der vorige verg. worden gelezen en onveranderd vastgesteld. De voorz. herinnert de verg. aan een vroeger genomen besluit, waarbij werd bepaald, dat ieder jaar eene comm. zou worden benoemd tot het nazien der rekening vóór de verg. waarin reke ning en verantwoording moet worden gedaan. (In verschillende vereenigingen ter dezer plaatse wordt eveneens gehandeld, om te voorkomen, dat de verg. werkeloos moet blijven, wanneer in de verg. zelve de comm. dat werk moet ver richten. Bij eene kleine onnauwkeurigheid of in gewikkelde rekening geeft dit soms veel opont houd.) De voorz. wordt gemachtigd die comm. samen te stellen en wijst daarvoor aan de hee ren Wiebe van Slooten en C. Berkhout, die zich deze keuze laten welgevallen. Door vertrek van den hr. J. Winkel moet een nieuw bestuurslid worden gekozen in Wijk 1. Met bjjna algemeene stemmen wordt gekozen de hr. C. Goed Jz., die door den Secr. zal wor den aangeschreven. Een schrijven wordt voorgelezen van de Holl. IJz. Spoorw. Maatschappij behelzende de mede- Geen verzet! raadde ik hem aan, uw toestand is buitendien reeds ernstig genoeg. Geef u over. Hjj schudde het hootd. Neen, niet voordat ik dien armen kleine heb gered, daarna kunt ge met mij doen wat ge wilt. Hq sprak die woorden op kloeken, vastberaden toon. Ik snelde op hem toe. Geen dwaasheid, wees verstandig, gij zijtaan alle kanten ingesloten, hoort gij daarginds mqn man nen niet naderen? Geet u over. Maar naarmate ik naderde, week hq terug, totdat hij op den oever stond, toen keerde hq zich eensklaps om en sprong te water. De dunne ijskorst aan den kant brak terstond on der zqn gewicht af; ik weende een oogenblik, dat hq door de koude werd bevangen en in de diepte zou verdwijnen en dat zqn vermetele daad slechts een poging tot zelfmoord was, maar neen. Met den eenen arm doorkliefde hq krachtig de sterke strooming en had weldra het midden van de rivier bereikt. Verstomd van verbazing keek ik hem na, ik kon mij niet voorstellen, dat een man, die nog boven dien een kind bjj zich had, dat ijskoude water en dien sterksten stroom kon weerstaan. Maar hij ontsnapt! schreeuwde ik wanhopig, hq zal den overkant bereiken en daar is hq gered. Halt! riep ik hem toe, halt of ik schiet. Geen antwoord. Ik herhaalde mijn bevel. Hq zwom steeds verder. Toen legde ik nauwkeurig aan en gaf vuur. Terstond daarop volgde een kreet van smart en wanhoop, de man was getroffen. Toen zag ik dat hq zich in het water ophief, ge heel zqn bovenlijf rees er uit op en duidelqk onder scheidde ik op zqn schouder de witte deken, waarin deeling, dat geen regard kan worden geslagen op 't voorzoek van „Burgerplicht" om wijzigingen in de dienstregelingnml. 't stoppen van enkele treinen aan den Hasselaarsweg. Alvorens over te gaan tot den hoofdschotel voor dezen avond, meent de Voorz. een enkel woord van hulde te moeten spreken ten aanzien van den hr. J. Winkel, thans metterwoon ge vestigd te Lambertschaag, voor-de waardige wijze waarop hij als raadslid, en de laatste jaren tevens als Wethouder, de burgerij heeft vertegenwoor digd, alsmede voor do wijze waarop hij in 't ge meenteleven zijne krachten ten beste gaf. Met ap plaus wordt hiermede volle instemming betuigd. In herinnering wordt gebracht, dat de heeren D. Appel en J. Winkel als raadsleden moeten aftreden. Op de groslijst worden 8 personen geplaatst. Bij de bespreking dezer lijst wordt er door den heer G. Smit Az. op gewezen, of het niet wenschelijk zou zijn, te trachten aan Veenhui- zen weer een tweeden vertegenwoordiger te be zorgen. Als iemand, die langer dan een der aan wezigen in de gemeente heeft doorgebracht, schetst hij, hoe de vertegenwoordiging ten opzichte van Veenhuizen is geweest, van 't oogenblik der ver- eeniging met H. Hugowaard tot eene gemeente, en breekt eene lans voor den candidatunr van den hr. C. Appel. De hr. D. de Boer is van oordeel, dat het er weinig toe doet, in welk deel der gemeente een raadslid woont, waarop door den hr. Smit wordt geantwoord, dat in eene zoo uitgestrekte gemeente als de onze, dit z. i. wel van groot belang is, vooral met 't oog op de vaststelling van den hoofdelijken omslag. We zouden te uitgebreid worden, wanneer we in ons verslag de bespreking der candidatenljjst op den voet wilden volgen en meenen ons daarom te moeten beperken tot de mededeeling, dat die ten opzichte van enkele candidaturen werd aan gewakkerd tot eene zeer warme discussie, waarbij ten duidelijkste twee stroomingen waargenomen het kind gewikkeld was. Ongelukkigeschreeuwde hq mjj toe, ge zult mqn kind dooden. Weder keerde hq zich om en zwom met de kracht der wanhoop voort. Haltriep ik hem nogmaals toen en trok mqn tweede pistool uit den holster. Ik wilde nogmaals aanleggen, maar de witte de ken schemerde mij voor de oogen, het was mij als zag ik het engelenkopje van dat kleine, onschuldige kind er bovenuit mij smeekend aankijken, het on- noozele wicht, dat door het noodlot in dit somber drama was betrokken. Ondanks mjjzelven liet ik mqn arm met het pis tool weer zakken. Ik schoot niet. Mejuffrouw Valentine De la Reynie greep degrootte hand van kapitein Barillet en drukte die krachtig. Bravoriep zq uit, gij zqt een man met een hart, kapitein Ja zeker, beaamde Filip Dormelles, die met zeer veel belangstelling het verhaal van kapitein Barillet had gevolgd, het zou een dubbele moord zqn geweest, want wanneer ge den vader had ge raakt. dan had het kind moeten verdrinken, dat mocht ge niet doen, nietwaar, mijnheer De Prabert En de jonge luitenant tikte den echtgenoot van Felicienne even op den schouder. Een huivering ging mqnheer De Prabert door de leden, hq hief het hoofd op. keek verward om zich heen en stamelde Hm wat zegt ge O zekeronge twijfeld. Hij streek daarbq de hand over de oogen, die vol tranen stonden. Kapitein Barillet, die door het vertellen in opge wondenheid was geraakt, en wiens gelaat nog roo- der was dan gewoonlijk, kuchte een paar malen en ging toen voort Hm, ja, ja, uit het oogpunt van menschelijk- heid beschouwd, heb ik misschien zeer goed gehan deld, maar op het punt van den plicht is dat heel iets anders en daarom heb ik mq tegenover mijn superieuren dan ook maar nooit op mijn overgroote gevoeligheid beroemd, geloof dat maar gerust. Dus konden worden, welke uit de daarop volgende stemmingen eveneens wel zijn op te maken. Ten aanzien van den candidatuur D. Appel kan worden meegedeeld, dat die alle stemmen verwierf. Met den hr. Appel kwamen op het dub beltal de heeren J. Met met 10, Jb. van der Oord met 8 en C. Appel met 4 stemmen van de 16. Bij de stemming, welke de candidaten zou aan wijzen, verkreeg de hr. Jb. Met 9, de hr. Jb. van der Oord 6 stemmen. Door „Burgerplicht" zullen dus worden gepro- clamameerd voor de a.s. verkiezing de heeren D. Appel, aftr. lid, en Jb. Met voor de vacature J. Winkel. Aan het Bestuur wordt opgedragen, dit ter kennis van de kiezers te brengen, en dezen tot deelneming aan de verkiezing op te wekken. Hiermede is de agenda afgewerkt. De rondvraag levert niet anders op, dan eene enkele opmerking van geheel huishoudelijken aard door den hr. G. Smit Az., zoodat de voorz. zich haast de verg. te sluiten, aangezien het inmiddels ten gevolge der breedvoerige besprekingen reeds tamelijk laat was geworden. Ten bewijze, dat op 't gebied van land- en tuinbouw de resultaten voor een goed deel mede afhangen van de wijze, waarop de teelt en wat daarmee in verband staat, wordt uitgeoefend, moge dienen, dat de vorige week nog uitstekende roode kool werd geladen aan het station Noordschar- woude van den hr. Korver aan 't Verlaat alhier, en dat uwe corr. de verzekering ontving, dat zijne Deensche muizen op dit oogenblik volstrekt niet achterstaan bij die van De Streek of Sint Pan eras. Een Salomo. Te Beetsterzwaag vermiste een veehouder op de voorjaarsmarkt eenige lammeren. Hij ging nu met het moederschaap de geheele markt rond en het duurde niet lang of moeder en lammeren ont dekten en herkenden elkander, waardoor de ver- ik schoot niet. Natuurlijk maakte de vluchteling gebruik van mqn besluiteloosheid en zwom voort. Een oogenblik meende ik, dat de kracht hem zou begeven. Da kogel van mqn pistool, dat werd ik la ter gewaar, had hem in den arm getroffen en ge kunt u voorstellen welk een ongeloofelijke kracht die man moest ontwikkelen om weerstand te bieden aan de koude, die tot op zijn gebeente doordrong, aan den bijzonder snellen en sterken stroom en aan de he- vige pijn die zqn bewegingen moest belemmeren, maar er zijn van die oogenbiikken, waarin de mensch een bovennatuurlijke macht heeft, waarin de wil over alle hinderpalen zegeviert. Zujk een oogenblik doorleefde Robert Duhesme ook. Hij bereikte den tegenovergestelden oever, klom met moeite tegen den kant op en verdween in de duisternis van den nacht. Gelijktijdig hoorde ik achter mq geraas en ge schreeuw: het waren de arbeiders der fabriek, die de plaats, waar ik stond, naderden. Verward klonken hun stemmen dooreen: Zqt gij het, wachtmeester? Eindelijk hebben we u toch gevonden. Gq waart ons een heel eind vooruit. Hebt gij dat schot gelost? Hebt gq den moordenaar gezien? Al die vragen kwamen tegelijk. Stilte toch, lummels! riep ik uit. Wanneer gq wat meer vlug en behendig waart geweest, dan zou den wq hem hier overvallen hebben, en dan was hq nu in onze macht, maar toen hij zich hier ontdekt zag, is de vermetele kerel in de rivier gesprongen en naar den overkant gezwommen. Wat? In dat ijskoude water? Ja, zooals ik u zeg. Ik heb op hem geschoten, misschien is hq wel gewond. In dat geval kan hq zqn vlucht niet lang voortzetten en wanneer iemand zqn voorbeeld wil volgen en overzwemmen, dan vindt hq hem mogelijk op den anderen oever liggen. Maar mqn voorstel vond niet veel bijval, de ver- metelsten deinsden er voor terug, zich bq die koude in de rivier te begeven. Goed dan, hernam ik. Daar niemand het durft wagen en de pont aan den overkant ligt, blijft er keerde eigenaar in den val liep. Daar hier vermoe delijk diefstal in het spel is, is proces-verbaal op gemaakt. Een treffend verscheiden. Van het eiland Texel wordt geschreven: Ze hebben 55 jaren te zamen geleefd, de strand vonder en zijn echtgenoote; hij is geworden 84 en zij 78 jaren. Met God en met eere heb ben zij een dozijn kinderen groot gebracht en lief en leed met elkander gedeeld; gisteren zijn ze beiden ontslapen, zij te 11 uur en hij V/2 later. Te gelijk zullen ze naar den doodenakker gebracht worden, waar ieder hun zeker de wel verdiende ruste gunt. Te Heer Hugowaard (N.-H.) had Zon dag het zesjarig zoontje van H. Sch. den mor gen bjj zijn grootouders doorgebracht en ging, na thuis het middagmaal gebruikt te hebben, de straat op, zooals de vader dacht, naar de buur jongens. Bij het bloempjes plukken aan den sloot kant is het knaapje in de wegsloot geraakt, waarin hij, een half uur nadat hij het huis was uitge gaan,door een buurmeisje drijvende werd gevonden. Hoewel men onverpoosd en langer dan twee uur de bekende behandeling van drenkelingen heeft toegepast, is het niet gelukt de levensgees ten weder op te wekken; de inmiddels ontboden geneesheer kon slechts den dood constateeren. Verliefd op zijn pijp! Te Garderen is dezer dagen op 72 jarigen leef tijd overleden een man, die zijn gansche leven bijna rookende heeft doorgebracht. Deze harts tochtelijke rooker was zoo bang geen tabak ge noeg in in voorraad te hebben, dat hij nooit naar een naburige plaats ging' of hij bracht een hoe veelheid mede. Bij zijn overlijden werd dan ook niet minder dan 100 pond tabak in zijn scha mele woning gevonden. Dezen geheelen voorraad had de zonderling gelegateerd aan zijn inwonend nichtje, onder voor waarde dat zy de tabak zelf zou moeten rooken uit de lievelingspop van den overledene! niets anders over dan dat wq de brug overgaan. Een van u moet naar de fabriek gaan om versterking te halen, de anderen volgen mij. Mijn bevelen werden ten uitvoer gebracht. De vurige ijver van het eerste oogenblik was be koeld, maar de vijandschap van de werklieden jegens den uitvinder hield hun moed staande en belette hun terug te keeren. Ongeveer een uur later stond de geheele troep op den linkeroever aan de Couze, ter plaatse waar Ro bert Duhesme aan land gekomen was. Wij onder zochten met de grootste nauwkeurigheid den gehee len omtrek; mijn mannen hadden zooveel lantaarns en fakkels, dat het geheele bosch, te beginnen van den oever der Couze, tot aan de bergketen 1' Esca- lette, er door verlicht werd. Maar zoek nu eens in het kreupelhout, vol distels en slingerplanten en boomwortels, die boven den grond uit groeien. Mijn eenige hoop was, dat Robert Duhesme uit geput neergevallen zou zqn, voordat hij vijftig schre den ver had kunnen gaan, maar het scheen wel alsof die man de duivel in persoon was. Evenmin vonden wq een spoor van de vrouw van den uitvinder, de mooie, slanke Georgette, om wie de ongelukkige met zooveel wanhoop daarstraks op den oever der rivier had geroepen en die hq eenige minuten later zoo bitter had gevloektook geen spoor van haar broeder. Wat konden wq doen? Wq moesten den dag af wachten. Tegen zonsopgang kwamen mqn gendarmen terug: er was niemand aan het station van Issoire geweest, geen enkele reiziger was met den nachttrein ver trokken. Dat gaf ons weer een weinig moed. Tegen twee uur in den namiddig trokken twee bloeddruppels die op een witten steen gevallen wa ren mijn aandacht. Eindelqk een spoor! Meer van die bloeddruppels die hier en daar lagen op den rotsachtigen bodem, wezen mij den weg aan, dien een gewonde had genomen en die gewonde kon niemand anders zijn dan Robert Duhesme. Met de uiterste zorgvuldigheid en het geduld van een Roodhuid volgde ik dat twijfelachtige spoor. Het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 1