Brieven uit „de Streek," Groente- en fruitteelt. Een 25-tal asperge-, groente-en fruitkweekers te Bergen-op-Zoom heelt zich vereenigd en zal dit jaar voor gemeenschappelijke rekening naar verschillende plaatsen groenten en vruch ten zenden, om die in den vreemde meer bekend maken. Invoerrecht op meel! Op de graanmarkt te Amsterdam circuleerde een adres aan de regeering, waarin sympathie betuigd wordt aan het verzoek van heeren Meel fabrikanten om een inkomend recht op het meel te heffen. Yele bekende vrijhandelaars dus verzekert de „Ned. Bakk. Ct." teekenden het adres, en lieten dus voor dit geval hun beginsel in den steek. Alkoholgebruik. Vroeger meende men, en velen meenen het nog, dat het gebruik van sterkedrank, wijn en bier het lichaam van den mensch versterkt en een gunstigen invloed uitoefent op den gezond heidstoestand. Dat deze meening geheel in strijd is met de werkelijkheid, blijkt uit het feit, dat tal van levensverzekeringmaatschappijen in Enge land en ook een paar in ons land b.v. de Neder- landsche Algemeene Verzekerings-bank, gevestigd te Amsterdam, korting toestaan aan geheel-ont houders. Het weerstandsvermogen tegenover ziekten, zooals longontsteking en infectieziekten, is voor geheelonthouders grooter dan voor matige en veel grooter dan voor onmatige drinkers. Zoo stierven b.v. te Madras bij de cholera-epidemie van 1848—1849 op de 1000 onthouders 11; op de 1000 matige drinkers 28op de 1000 onmatige drinkers 45, en te Glasgow op 1000 cholerage vallen bij onthouders 192 en bij niet-onth. 912. De zaak-Hogerhuis. Door het Provinciaal Hogerhuis-Comité in Friesland wordt een provinciale meeting gehou den op Zondag 28 Mei te Sneek ten gunste der invrijheidstelling van de gebroeders Hogerhuis. Nog eens aardig. Een koetsier te Fijnaart, die 25 jaar bij een dokter in dienst was, ontving ter gelegenheid daarvan een enveloppe met een bankbiljet van f1000 en een zilveren medalje met inscriptie. LXXXI. Uit het vorig nommer van ait blad bleek mij, dat door de Landbouw- en Handelsvereni ging te Broek op Langedijk een schrijven tot hare zusterverenigingen aan „de Streek" is gericht, met verzoek de afschaffing van de toe tallen nogmaals in bespreking te brengen en pal te staan tegen mogelijke bezwaren of te genwerking. Tevens bleek mij daaruit, dat het bestuur van genoemde vereniging eenigszins teleurgesteld was, omdat op bedoeld schrijven nog geen antwoord was ontvangen. Nu acht ik het geenszins mijne taak, ook al was ik daartoe in staat, de redenen te vermelden die het bestuur van de Vereniging „de Tuinbouw" te Grootebroek noopten bedoeld schrijven on beantwoord te laten. Wel kan ik u mededeelen dat aan het ver zoek tot nogtoe niet is voldaan en laat ik er maar direct aan toevoegen, dat ik zulks in dit geval ook maar het best acht. Het besluit tot afschaffing der toetallen, is in de algemeene vergadering op 3 Februari j.l. genomen, en waartoe zou het nu dienen daar- voerde mg naar een open plek, waar vier breede wegen van het bosch te zamen liepen. Op die plaats had onze man halt gemaakt en een vrij groote, be vroren plas bloed toonde aan, dat hij er zelfs gerui- men tijd zich opgehouden had. Eenige lappen ge scheurd linnen, die over den grond verspreid lagen, bewezen mij tevens, dat de moordenaar van mijnheer Barley daar getracht had zijn wond te verbinden. Toen ik door de verdorde struiken mgn ontdek kingstocht voortzette, vond ik iets zonderlingser had daar te voren een licht rijtuigje met één paard gestaan en in dit bosch kwamen nooit andere voer tuigen dan de zware, met ossen bespannen karren van de houthakkers. Nu kon ik duidelijk de sporen van de wielen en de hoeven van het paard onderscheiden. Dit spoor was zeker belangrjjk. Ik doorzag nu een geheel complotde moord op mjjnheer Barley was met voorbedachten rade ge pleegd, de vlucht van de misdadigers was geregeld in een richting waarin niemand er zoo spoedig aan zou denken hen te volgen, dank zij de pont van de pannen bakkerij en het geheimzinnige rijtuig, waar mede een medeplichtige op deze afgelegen plek zou wachten en dat de toeleg niet geheel gelukt was zooals men dien had geregeld, was slechts te wijten aan mjjn hardnekkige vervolging. Blijkbaar had Robert Duhesme zich gewaagd om ons het spoor bijster te maken en zijn medeplich tige te redden. Waarom waren dezen de Douze over gestoken zonder hem en hadden zjj kind achterge laten Dat geheim is tot op heden nog niet opgehelderd. Zooals ge wel kunt begrijpen volgde ik het spoor, dat het rjjtuig, waarvan ik sprak, had achtergela ten. De boschweg, dien de vluchtelingen genomen hadden, liep regelrecht op het gebergte uit met twee dwarspaden, een naar Issoire en een naar Miramont. Op het midden van dien ongelijken weg vertoon den zich weder de bloedsporen Robert Duhesme was dus niet in het rijtuig gestapt, hij moest de zelfden weg gevolgd hebben, waarschijnlijk in de hoop het in te halen, en meer en meer hield ik mij er van overtuigd dat de uitvinder verraden was door zijn medeplichtigen, verlaten door zjjn vrouw, die omtrent nog nader te beraadslagen 't Zou mij volstrekt niet verwonderen wanneer eene na dere bespreking tot intrekking van het besluit leidde. Is dan het oordeel omtrent het nut of de wenschelijkheid van de afschaffing der toetal len ten uwent gewijzigd? zult ge misschien vragen. Och neen, doch ik geloof dat velen on zer koolbouwers zich daaromtrent zelfs in 't geheel geen oordeel hebben gevormd. Traent men hen duidelijk te maken waarom het wenschelijk is met de oude sleur te breken, dan zullen zij met u instemmen, doch wanneer een oogenblik daarna een tegenstander en vooral wanneer deze handelaar is, hen tracht te beduiden, dat de afschaffing der toetallen den handel en bijgevolg ook den bouwer zal schaden, dan veranderen zij veelal in tegen standers. Wij kunnen gelukkig ook op ande ren wijzen, doch het valt niet te loochenen, dat meenigeen, die gaarne de toetallen zag af geschaft, zulks niet tegenover de bestrijding van een handelaar zou durven uiten. Ik erken dat een en ander weinig vertrouwen inboezemt. Is 't het best. van deVereeniging „de Tuinbouw" werkelijk ernst met haar streven tot afschaf fing van het toetal, en ik heb geen reden daar aan te twijfelen, dan moet het er zich in de eerste plaats voor wachten, nogmaals daarover met de leden te beraadslagen. Het besluit is genomen en daarmede het bestuur de plicht opgelegd dit tot uitvoering te brengen. Bezwaren en tegenwerking zullen daarbij ongetwijfeld worden ontmoet. Moge het bestuur zich daardoor niet laten ontmoedigen want, ge lukt het thans niet, de toetallen zijn gedoemd te vallen, dan zal het een volgend of over twee jaar zijn. Reeds vroeger berichte ik u, dat de plannen van het bestuur van „de Tuinbouw" tot stich ting van een eigen kantoor, schipbreuk leden, zoodat naar men meende de oude toestand zou worden bestendigd. De Heeren Jb. Boon en D. Bot, caféhouders nabij het marktterrein, stellen daarvoor n.l. beide, eene gelegenheid beschik baar, waar de betaalmeester beurtelings, telkens voor den tijd van eene week, zitting houdt. Toen echter aan de bezwaren, daartegen door den Heer C van Kleeff ingebracht, niet werd tegemoet gekomen,werd door genoemden han delaar het verzoek ingediend, om ook in zijn café kantoor te komen houden. Hoewel enkele bestuursleden weinig neiging gevoelden, om aan dit verzoek tegemoet te komen, leidde toch de overweging, dat de Heer v. K. de grootste af nemer van „de Tuinbouw" is, tot inwilliging van het verzoek. Thans evenwel verneem ik dat ook door den Heer K. Buisman een derge lijk verzoek werd ingediend en ik twijfel niet, of ook daarop zal gunstig worden beschikt. Im mers, ook de Heer Buisman kan onder de groote afnemers worden gerangschikt. Zal het daarbij blijven, of zullen de Heeren C. Baas en A. Vriend nog volgen? De vereeniging „de Tuinbouw" zal zich dus straks de weelde ver oorloven er vier, misschien zelfs wel zes kan toren op na te houden. Of dit in de praktijk wel erg zalr voldoen, zulks valt wel wat te be twijfelen. Één voordeel is er vrij zeker aan verbonden en wel dit, dat 't het best. a.s. win ter niet veel moeite zal kosten, den leden duidelijk te maken, dat de vereeniging een eigen kantoor behoeft. Een koffiehuis, met druk pratende marktbe- zoekers, is dan ook geen ideale plaats voor het voeren van eene administratie over eenige honderdduizenden guldens. K. reeds haar kind verlaten had. Drie kilometers verder liep de boschweg uit op den grooten weg, die naar Tulle voert, dwars door het gebergte en hield het spoor eensklaps op. Op dit zeer eenzame punt stond een boschwach- terswoning, het eenige huis in een omtrek van twee mijlen. Ik klopte aan. Een vrouw met onthutst gelaat deed open, met een slaapend kind op den arm Het scheen dat ik haar schrik aanjoeg, want zjj beefde van top tot teen. Niets is mg ooit zoo onaangenaam geweest als een vrouw lastig te vallen, deze de vrouw van den boschwachter scheen dertig jaar oud ongeveer, was mager, bleek en ziekelijk, had een droefgees tig gelaat en fietsche oogen. Ik kwam dien kant zeer weinig uit, zoodat ik nog slechts een paar malen haar man ontmoed had, een klein, gebronsd kereltje, die men nooit anders noemde dan de Picardier. Ik haastte mg het bedeesde vrouwtje gerust te stellen en deed haar eenige vragen. Zij stamelde slechts een paar onsamenhangende woorden, waaruit ik moest opmaken, dat haar man niet thuis was en dat zg niets gehoord of gezien had. Nooit van mgn leven heb ik een vrouw ontmoet, die zoo weinig spraakzaam was. Toen ik eenigen tgd later deze opmerking maakte tegen den bosch wachter, zeide de Picardier een oud soldaat, gedecoreerd met de militaire medaille, dat hun zoontje ernstig ziek was geweest, en dat zijn vrouw zich door de verpleging zeer had afgemat bovendien verveelde zij zich doodeljjk in deze afge legen streek en de bosch wachter hoopte maar, dat men hem op voorspraak van zjjn superieuren, zou verplaatsen naar Picardië, waar hg reeds om had gevraagd. Zgn verzoek is dan ook werkelijk ingewilligd, want een paar maanden later vertrok hg om een nieuwen post te bekleeden. Hoe weinig de boschwachtersvrouw mij ook gezegd had, toch was het genoeg om mij eenige hoop te ge ven. Wanneer Robert Duhesme daar niet geweest was, wanneer hij er bjj gevolg geen hulp had gekre gen, dan moest hg wel spoedig in mijn handen vallen. Burgerlijke Stand. Gemeente Heer Hugowaard. Ingeschreven van 130 April 1899. GeborenPieter, z. v. Pieter Danenberg en Trijntje Groot. Simon, z. v. Jacob Stam en Grietje de Graaf. Jan, z. v. Klaas Broersen en Jantje Wiering. Geertje, d. v. Pieter Koppes en Aafje Groot. Paulus, z. v. K. Hartigh en A. Mazereeuw. Ondertrouwd Luitje Appel, wednr. v. Dieuwer- tje Groot, en Geesje Postbumius, wed. v. Pieter Bakker. Pieter Slot, wednr. v. Elizabeth Hartog, en Neeltje Rol. Jacob de Vries en Antje Kant. Pieter Scheper en Grietje Hoogeboom. Ondertronwd en Getrouwd: Hendrik Kaal en Jantje Kuileman. Petrus Wester en Elisabeth Kieft. Jan Bakker en Antje Burger. Dirk Kos ter en Trijntje Akkerman. Jacob Schuurman en Maartje Boomgaard. Gerrit Stoop en Ida Appel man. Willem Meereboer en Geertje Kief. OverledenGerardus, z. v. Pieter Groen en Anna Kruijer, 2 j. Arie, z. v. Jacob Weel en Neeltje de Boer, 6 mnd. Catharina, d. v. Dirk Oudhuis en Neeltje Schouten, 18 mnd. Jozef, z. v. Lodewijk Frederiks en Maartje Buur, 9 mnd. Evertje Tijssen, wed. v. Jan Jansen, 65 j. Trijntje Smit, echtg- v. Dirk Bruijns 27 j. Neeltje, d. v. Pieter Ursem en Antje Klaver, 9 j. Cornelia, d. v. Cornelis Groot en Maartje Nanne, 2 j. Johanna, d. v. Klaas Schilder en Johanna de Groot, 11 we ken. Petrus Johannes, z. v. Pieter Laan en Trijntje van Straleu, 2 j. Antje, d. wijlen Cornelis Nieuwland en Grietje Stins, 15 j. Johannes, z. v. Cornelis Beers en Maartje Huisman, 18 mnd. Paulina, d. v. wijlen Paulus Oudeman en Ursula Bekker, 16 mnd. Gemeente Koedijk. Ingeschreven van 131 April 1899. Geboren: Susanna Maria, d. v. Simon Koorn en Willempje Quak. Gerardus, z. v. Klaas Smit en Jacoba Kaandorp. Neeltje, d. v. Gerrit Ban kersen en Antje Schipper. Jan, z. v. Dirk de Waal en Aaltje Leeuwenkamp. Anna Maria, d. van Jo hannes Petrus Berger en Grietje Kuiper. Ondertrouwd: Cornelis Groothuizen te Sint Pancras, en Clasina Oud alhier. Jacob Bras te Ileiloo, en Trijntje Oud alhier. Douwe Homma en Marritje van Waveren. Ondertrouwd en GetrouwdCornelis Bos en Wilhelmina van der Oord. Gemeente Haringcarspel. Ingeschreven van 130 April 1899. Geboren Reijer, z. v. Willem Roos en Elizabeth Borst. Gerrit, z. v. Johannes Borst en Maria Tak. Margaretha Maria, d. v. Cornelis Limmen en Jo hanna Borst. Anna Laurencia, d. v. Willem Stroo- per en Guurtje Roos. Abraham, z. v. Abraham Hoogland en Jannetje Breed. Ondertrouwd: Petrus Krujjsnaar te Akersloot en Reintje Jansen, alhier, onlangs te Akersloot. Antonius Broersen, alhier en Maria Sweep te Ur- 'sem. Reijer Kistemaker te Zijpe, en Ariaantje Kruit, alhier. Gerbrand Klaver en Geertje Spaan- sen, beiden alhier. Jan Floris en Trijntje Hout man, beiden alhier. Pieter Bleeker, te St. Maar ten, en Guurtje Spaans, alhier. Joannes Cornelis Bruin, te Zevenbergen, onlangs te Zijpe, en Adri- ane de Jongh, alhier. Simon Schoon, weduwn. van Elizabeth Koelemij, en Jantje Zijp, wed. van Luitje Molenaar, beiden alhier. Casper Die- mer, te Zweeloo, en Trijntje Bij post, alhier. Cor nelis Bijpost, alhier, en Guurtje Wagenaar, wed. van Klaas Balver, te Broek op Langedijk. Gehuwd: Petrus Kruijenaar, te Akersloot, en Reinsje Jansen, alhier, onlangs te Akersloot. An tonius Broersen, alhier, en Maria Sweep, te Ur sem. Gerbrand Klaver en Geertje Spaansen, beiden Er was niet anders te verwachten, dan dat hij uit geput zou neervallen aan den voet van een boom, in een Loschje of in een greppel, en daar zou hij ge makkelijk te vinden zijn door het kind. Ik moest mij echter haasten, wilde ik hem nog levend terugvin den. Ik verzamelde dus spoedig zooveel mannen als ik maar krijgen kon, wel'n honderd, en daarmee or ganiseerde ik een algemeene drijfjacht in het geheele liosch Wanneer onze man nu nog in het bosch was. dan kon het niet anders of wjj moesten hem spoedig gevonden hebben Ditmaal bedroog mgn hoop me niet. Nauwelijks was onze drijfjacht begonnen of men kwam mij al zeggen, dat er een spoor ontdekt was. Ik begaf mg naar de aangeduide plaats en zag daar in den grond indrukselen van fijne, smalle laarzen. Wg zijn erriep ik uit. Het spoor liep tameljjk recht, maar, zonderling ge noeg, het drong door in het dichtst begroeide ge deelte van het woud. Het verliet weldra het bergvlak en daalde af in een ravjjn, waardoor een kleine zij tak van de Couze liep, thans met ijs bedekt. De voet stappen bewezen een ongeljjkmatigen loop, wanke lend, hier en daar struikelend. Blijkbaar kon de vluch teling slechts met uiterste krachtsinspanning voort komen. Hg was het ijs overgegaan en daar gevallen, want er lag daar een groote plas bloed en men kon aan de krassen in het ijs zijn, dat hij zich met boven- menscheljjke moeite had opgericht. Verder liepen de voetstappen het bosch in, dat aldoor woester en dich ter begroeid werd; een eind verder lag weer een bloedplas, daar moest hij nogmaals gevallen zijn. Ten slotte kwamen wg in de rotsen uit, moesten wij door spelonken kruipen, over groote steenblok ken klimmen en het bloed, dat overal aankleefde, bewees ons, dat wg nog altijd op het goede spoor waren. Daar tusschen die rotsen was het echter ge vaarlijk en bijna nooit waagde zich iemand op die plek, want zij diende tot schuilplaats voor de wolven. Op die plek vonden wg Robert Duhesme. Hg lag op den grond, dicht bjj den ingang van een roofdierenhol. Waarschijnlijk had hjj zjjn einde voelen naderen en zich daar neergelegd om te ster ven, in de hoop, dat de wolven zijn ljjk zouden ver- alhier. Reijer Kistemaker, te Zijpe, en Ariaantje Kruit, alhier. Overleden: Dirk Groet, oud 82 jaren, weduwn. van Elizabeth Moeies, wonende te St. Maarten, Johannes Stoop, oud 23 mnd. Gemeente St. Pancras. Ingeschreven van 130 April 1899. GeborenMartje, d. van Jan van der Wal en Grietje Klingeler. Anna Catharina, d. van Cor nelis Josephus Abbes en Cornelia Catharina Bloothoofd. Sijtje, d. van Jan Smit en Antje Kui per. Teetjè, d. van Jacob Duif en Niesje van der Molen. Susanna, d. van Pieter Kloosterboer en Neeltje Madderom. Ondertrouwd Cornelis Groothuizen, alhier, en Clasina Oud, te Koedijk. Willem Kos, te Oud karspel, en Geertje Groothuizen, alhier. Ondertrouwd eu Getrouwd: Wijert Bes, te Heer Hugowaard, en Alida Schouten, alhier. Overleden: Geertje Duif Simonsd. 27 j. Gemeente Oudorp. Ingeschreven van 130 April 1899. Geboren: Guurtje Neeltje, d. van Cornelis Kramer en Aaltje de Jong. Jacob, z. van Pieter de Boorder en Guurtje Arp. GetrouwdJacob Bommezij en Elizabeth Spaan. Gerbrand Pauw en Wilhelmina Spaan. OverledenCornelis, z. v. Lourens Bijl en Trijntje Bos, 9 j. Gemeente Hensbroek. Ingeschreven van 1—30 April 1899. Geboren: Johannes, z. v. Jan Commandeur Pz. en Jantje Boots. Klaas, z. v. Pieter Appelman en Aafje Groot. Lourens, z. v. Simon Appelman en Guurtje Schaap. OndertrouwdJacobus Mak en Aaltje Huis man. Ondertrouwd en GetrouwdFrederik Masteling en Maartje Klaver. Cornelis Ylaar en Aaltje Heilig. Cornelis Hartland en Trijntje Kok. Dirk Kok en IJtje Koeman. OverledenHermanus Schrooder, 60 j., echt genoot van Antje Stammis, eerder van Maartje Klaver. Trijntje Bakkum Kd. 16 j. Levenloos kind van de echtlieden Gerrit Inding en Elisa beth Luitjes. Gemeente Nieuwe Niedorp. Ingeschreven van 130 April 1899. GeborenJohannes, z. v. Cornelis Beerepoot en Antje Veldman. Jan, z. v. Jan Veldman en Maartje Takken. Pieter Dirk, z. v. Gerrit Klare en Neeltje Swager. Ondertrouwd: Alewijn Bakker en Jannetje Zwaag. Jan Kooij en Neeltje Bakker. Adolf Gutker en Neeltje Bakker Jbd. Jan Karmetk en Dieuwertje Prins. Ondertrouwd en GetrouwdJohannes Wiers en Maartje Bestevaar. Pieter de Jong en Vrouwtje Pool. OverledenGeene. Gemeente Oude Niedorp. Ingeschreven van 1—30 April 1899. GeborenMaartje, d. v. Dirk Hoogland en Cornelia Mol. Maria, d. v. Jan Tamis en Guurtje Schilder. Cornelis Johannis, z. v. Dirk Dekker en Trijntje Wit. Adrianus, z. v. Maarten Brink en Trijntje Molenaar. Johanna Maria, d. v. Arie Ruiter en Antje Bakker. Ondertrouwd en Getrouwd: Teunis Appel en Wintje Strijbis. OverledenJacob de Jong, z. v. Jan de Jong en Helena Meiten, 24 weken. Maartje Hoogland, d. v. Dirk Hoogland en Cornelia Mol, 2 dagen. Levenloos geboren dochter van Arien Bakker en Neeltje Zut. slinden en hij zoodoende van de aarde zou verdwij nen zonder een spoor achter te laten. Vol bewondering mompelde Filip Dormelles Dat is grootsch, dat is schoon. En mejuffrouw Valentine De la Reynie voegde er bij Het is ten minsle verre van alledaagsch. Ik vind dat die Robert een held was. Kapitein Barillet zette zijn verhaal voort. Wg namen hem op en droegen hem weg van deze gevaarlijke plek. Hij was verstijfd en gaf geen teeken van leven meer. Iets zonderlings viel ons op, iets dat ons verbaasde en ons tegelijk met diep me delijden bezieldede zware baard en de lange ha ren van Robert Duhesme, die, toen wg hem den vorigen dag zagen, gitzwart waren, waren thans sneeuwwit geworden. Hg hield de oogen gesloten, zgn trekken waren krampachtig verwrongen en zgn kleeren hingen aan flarden. Op zjjn borst voelde ik nog een weinig warmte en tegelijk nam ik waar, dat zgn hart nog klopte. - Hij is niet dood riep ik uit. Wjj moeten ons haasten hem te verwarmen, hem bg te brengen. Men zocht snel een hoop droge takken tezamen en legde een groot vuur aan, dat helder opvlamde. Vervolgens brak ik met mgn mes de op elkaar ge klemde tanden van Robert Duhesme open en goot hem eenige droppels cognac uit mjjn veldflesch in den mond. De warmte, zoowel in- als uitwendig, wekte de levensgeesten op en een kwartier later opende de moordenaar van Mijnheer Barley de oogen. Hg zag met wanhopigen blik om zich heen en toen hjj mg herkende, mompelde hjj Mijn God, zjj hebben mg niet laten sterven. Daarna viel zjjn hoofd achterover en hg bezwjjmde opnieuw. Filip Dormelles riep vol medelijden uit Arme man 1 Eenige minuten heerschte er een diepe stilte in het vertrek. Zoowel de verteller als de toehoorders waren diep getroffen door dit aangrijpende veThaal. Eensklaps werd deze stilte dooreen stem verbroken. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 2