Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken. N°. 24. Zondag 11 Juni 1899. 8e Jaargang. N ieuwstij dingen. Feuilleton. WEIIS I3SG1EIDKH. NIEUWE» LUI.EIUkER (III1 RUI. Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag. ABONNEMENTSPRIJS voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk per drie maanden 50 ct., franco p. post CÏO ct. UITGEVER: J. EL KEIZER. BUREEL: Noordscharwoude. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels 30 ct., elke regel meer r» ct. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Brieven rechtstreeks aan den Uitgever. Bij dit iiiimiuer behoort een bijvoegsel. Heer Hugowaard. Onder begunstiging van uitstekend weer, vierde de schooljeugd alhier haar feest. Met een vijftigtal rijtuigen reed men van de Buurt over Alkmaar en Bergen naar Schoorl, het doel der reis. Was deze rijtoer reeds een groot genoegen voor de kinderen, het top punt van genot was stellig het beklauteren van het duin. Een heerlijk gezicht was het, zoo'n kleine drie-honderd kinderen, allen beneden de tien jaar, daar te zien werken en ploeteren om de top te bereiken en dan dan naar beneden, dikwijls in te vluggen vaart natuurlijk, waardoor menigeen hals over kop naar beneden kwam. Dat de noodige mondvoorraad was meegenomen, spreekt van zelf en dat ook melk en versnape ringen gretig werden genuttigd, kan ieder zich voorstellen, die een dergelijk feest heeft bijge woond. Werd in vroeger jaren meestal gebruik gemaakt van den speeltuin te Alkmaar, het duin genot deed 't gemis daarvan hoegenaamd niet gevoelen. Ongeveer half vijf werd de terugtocht aanvaard. Te Alkmaar maakten de kinderen nog eene wandeling langs 't reehtsgebouw, door 't plantsoen en een gedeelte der stad. Een klein incident had plaats op de thuisreis, waarbij van een der rijtuigen een wiel afliep. Niemand bekwam daarbij echter eenig letsel; zelts het rijtuig kon na eene kleine herstelling weer den weg vervolgen. We zeggen zeker niet te veel, wanneer we beweren, dat door veler medewerking dit feest goed geslaagd mag hee- ten en eene aansporing zal zijn tot getrouw school- Doordien sommige landbouwers alhier over eene week een' aanvang denken te maken met het rooien van Deensche muizen, wordt door het bestuur van „Nieuw Leven" aan't hoofdbestuur van „Niedorper Kogge" 't verzoek gericht, de markt aan 't station Noordscharwoude halt Juni te openen. Naar we vernemen, zal binnenkort eene vergadering worden belegd met 't doel, een auto- mobielendienst in 't leven te roepen tusschen Winkel, Nieuwe-Niedorp, het Station en het dorp Noordscharwoude. no De zon was reeds ondergegaan, maar het was toch nog licht genoeg voor hetgeen Martineau te doen had. Midden op de binnenplaats was een kleine vijver, waar het water door pijpen onder den grond voortdurend in strooming werd gehouden en in dien vjjver bewaarde moeder Jacqueline haar forellen, waarmee zjj in den geheelen omtrek naam had ge maakt. Martineau stak het schepnet, aan een langen stok bevestigd, onder water, sleepte het een paar malen rond en trok het op Het was tamelijk zwaar, want er spartelden eenige groote visschen in. Met een glimlach van tevredenheid beschouwde Martineau de zilverwitte rivierbewoners. Mooi zoo, we hebben keus, zeide hjj, terwijl hij het net met de visschen op den kant legde. Maar waar blijft nu die slaapkop van 'n jongen? Heila, Phili- bert! Philibert! Daar kom ik al, daar kom ik alriep de jongen op ljjmerigen toon. Dat is maar goed ook, want ik wilde u al net komen halen! riep Martineau terug. De jongen slenterde de binnenplaats op en zette een emmer neer, waarin Martineau de visch zou kun nen werpen. Met kennersblik monsterde Martineau de forellen en had er weldra twee uitgekozen, die hij in den emmer wierp, terwjjl hjj de overige in den vjjver teruggooide. De forellen, die hg had uitgezocht, wogen elk min stens een kilo. Breng dat nu naar de keuken, zeide hij tegen Philibert, terwjjl hg hem den emmer toeschoof, en kom dan terug, maar vlug hoorl Terwjjl de knaap met zichtbare moeite den emmer naar de keuken sjouwde, begaf Martineau zich naar het kippenhok, dat eveneens op de binnenplaatsstond. De kippen van moeder Jacqueline sliepen reeds Den 5en Juli a.s. zal het 50 jaren geleden zijn, dat de afdeeling Sint Pankras (ook de Langedijker dorpen omvattende) van het Nederl. Onderwijzers-Genootschap werd opgericht. Als onderwijzeres aan de openbare lagere school te Beverwijk is in de vergadering van den Raad dier gemeente, gehouden Donderdag 8 Juni, benoemd: Mejuffrouw A. Kossen, onder wijzeres te Lutjewinkel. Weg Moerbeek—Lutjewinkel. Het uitdiepen van de ringsloot, waarmede men reeds drie weken bezig is, vordert zeer lang zaam, wat voor velen, vooral voor deschippers, onaangenaam is, wijl de kortst mogelijke tijd van stremming der vaart voor hen zeeT gewenscht zou zijn. Het gedeelte, dat te Lutjewinkel bijna droog ligt, leverde met de warme dagen een flinke hoeveelheid visch op, die met haken naar den kant kon worden gehaald. Menigeen heeft zich een paar dagen aan een heerlijk vischmaal te goed kunnen doen. Een der knapste kinderartsen was Profes sor Demme te Bern in Zwitserland. Als direc teur van een groot Kinderziekenhuis had hjj veel ondervinding op het gebied der kinderziekten. Zijne ervaring was, dat bij zeer veel ernstige ge vallen de oorzaak te vinden was in het gebrui ken van kleine hoeveelheden alcohol, (het bedwel mende, vergiftige bestanddeel van sterke dranken, likeur, wijn en bier.) Hij schreef een boekje „Over den invloed van alcohol op het kind", waarin hij tot de conclusie komt, dat het zeer, zeer on verantwoordelijk is van ouders, als zij hun kin- derefi alcoholhoudende dranken geven. Vriendelijkheden In de „Vrije Socialist" richt de heer Domela Nieuwenhuis eenige lieflijkheden aan 't adres van Mr. Troelstra, dien hij betitelt als „Zijne flesschentrekkerige Majesteit Pieter Jelles de eerste" en voegt hem o. m. toe: „Wij zijn niet vergeten de zaak der maat schappij „Voorzorg" te Arnhem, die hij in den steek liet. Niet het voorschot, dat hij van de Noord-Brabantsche boeren aannam voor de tiend kwestie, zonder iets aan de zaak te doen. Niet het geval van die erfenis van zekeren bakker Groeneveld te Harlingen. Niet het geval van den Leeuwarder politie-agent Houtman. Niet de erfe niszaak van dien eenvoudigen man uit Doetin- kalm op haar stok, maar in die kalme rust werden zij wreed gestoord door de lange armen van Marti- neau, die de grootste kip bij de vlerken pakte. Hij betastte het beestje overal en knikte met het hoofd, voldaan over den uitslag van het onderzoek. Goed zoo, mompelde hjj, ik heb er de mooiste uitgezochtdeze weegt wel drie kilo schoon. Hij nam zjjn buit mee naar het schuurtje. Weer schreeuwde hij PhilibertAllons Philibert De jongen stond ditmaal reeds achter hem. Hier ben ik al. Hjj is er alherhaalde Martineau spottend en klopte den jongen daarbij op den schouder. Braaf zoo, mijn zoon, als ge zoo voortgaat, dan zult ge nog vlug worden, bij lengte van jaren. De knaap lachte dom. Philiberthernam Martineau, hebt ge het mes bij u? Ja. Goed zoo, geef hier. Hjj nam hem het mes uit de hand en bekeek het. Kan men daarmee snijden? Welja. Hebt ge 't zelf geslepen? Weineen. Des te beter. Martineau zette het mes even aan op zjjn schoen zool en wierp daarna de kip achterover op de tafel in het schuurtje, terwjjl hjj haar kop achterovertrok. Philibert sloeg hem met aandacht gade, vol be wondering over zooveel handigheid en daar het al vrij duister was, kwam hjj met zijn gezicht in de nnmiddeljjke nabijheid van de ter dood gedoemde kip. Martineau wilde hem reeds toevoegen Kom er niet zoo dicht bjj, domkop, maar eens klaps kwam er een boosaardig plan in hem op, een plan, dat hem reeds bjj voorbaat in zjjn vuistje deed lachen. Krachtig haalde hij het mes door den nek van de kip en sneed haar de slagader open. Een straal warm bloed spoot uit de wond en spatte den armen Philibert in de oogen en over het gelaat. Poeh Poeh proestte hjj. terwjjl hjj wegliep, chem. Niet de zaak te Terneuzen. Niet het arme hoertje uit Twente." Mr. Troelstra zal op deze tartende insinuaties ,het antwoord wel niet schuldig blijven. De Vredesconferentie. De „Times" verneemt van haren correspondent te 's-Gravenhage, dat de leden der Conferentie vol goeden moed blijven, vooral „omdat het nu wel zeker is, dat de quaestie van ontwapening met algemeen goedvinden verder zal bljjven rus ten." De „goede moed" echter is hierop gegrond, dat de plannen voor arbitrage, en voor bemidde ling, des te meer kans op een volledig succes moeten hebben. In het portaal van de Polytechnische School te Delft is een brief te lezen, gericht aan den voorzitter der examen-commissie voor B, prof. dr. P. Zeeman, en waarvan de inhoud luid als volgt „WelEdel HoogGel. Heer! Ik ben afgewezen, indien er nog meer zakken voor de examens B of B2 bestaat u na 11 Mei niet meer voor de Polytechnische School. Wacht u er voor!" Dit fraaie epistel is met potlood geschreven en te 's Gravenhage gepost; natuurlijk wordt aan de bedreiging weinig waarde gehecht. Een ontrouw burgemeester! Men meldt aan de Haagsche Ct. uitAn- delst (Betuwe), dat de raad van Yalburg besloten heeft, te gaan procedeeren tegen de wethouders en de erven van wethouders in de volgende zaak. Ruim een jaar geleden verdween plotseling de burgemeester dier gemeente. Het gerucht wilde, dat hij zich door vergif van het leven had beroofd. Later bleek, dat er schuldvorderingen ten laste der gemeente bestonden, tot een bedrag van meer dan t 100.000, terwjjl de werkelijke schuld der gemeente slechts ongeveer f16.000 bedroeg. Het schijnt, dat de burgemeester leeningen sloot ten laste van de gemeente, soms van 10 of 20.000 gulden, en daartoe valsche obligatiën maakte. Ook zou hij een der wethouders overreed hebben, zijne handteekening te plaatsen op een blanco papier, waarna van dat stuk misbruik werd ge maakt. De „Maatschappjj voor Geraeente-crediet" zou o. a. voor f17.000 zijn opgelicht. Slaapwandelen. Bij een der bewoners van de Grensstraat te Amsterdam werd in het midden van den nacht zoo hard hjj kon. MoederMoederdaar zal ik blind van worden. - Neen, daar wordt ge niet blind van, maar dat leert u beenen maken riep Martineau. Toen zjjn kip geslacht, geplukt en schoongemaakt was, ging hij naar de keuken, uiterst voldaan dat alles zoo naar wensch ging. In de keuken vond hij moeder Jacqueline bezig het gezicht van haar Philibert af te wasschen, ter wjjl zjj hem geruststelde, dat zoo'n beetje kippen- bloed hem niet blind zou maken. Kom, kom. zeide Martineau om den vrede te herstellen, een glaasje »bessen" zal alles weer goed maken. Philibert had een zwak voor aalbessen-brandewijn. Zoodra hjj zich overtuigd had, dat hjj uit zjjn linker zoowel als uit zjjn rechteroog nog goed kon zien, zette hjj zich in de gelagkamer tegenover Martineau aan tafel en dronk met zichtbaar welgevallen het roode vocht, waarop deze hem trakteerde. Martineau en de sappeur-koetsier, die intusschen zijn paard uitgespannen en gestald had, verkwikten zich aan een glaasje absinth. Een half uur daarna werd een helderwit tafelkleed, dat sterk naar iriswortel rook, op de tafel uitgespreid en bracht moeder Jacqueline een soepterrine op, waaruit een eetlustprikkelende geur ontsnapte. Opgepast, moeder Jacqueline! riep Maitineau, die soep ruikt om van te watertanden. Hebt ge nu nog Chapareillan in den kelder? Meer dan gjj zult opdrinken, was het antwoord. Dat is nog zoo zeker niet, want ik heb gewel dig dorst. Het diner was in elk opzicht volmaakt en de sap peur-koetsier verklaarde gulhartig, dat hij nog van z'n leven zoo lekker niet gegeten had en dat het hem volstrekt niet speet, dat hij met Martineau was mee gegaan. Het beviel hem in de gelagkamer van moeder Jac queline en bij den heerljjken wjjn van Chapareillan zoo bovenst goed, dat hjj er wel tot zonsopgang had willen bljjven, maar zjjn kameraad, die op het oogen- blik zjjn meerdere was, want hij betaalde het gelag, dacht daar anders over. Toen het onfeilbare horloge van Martineau op half gebeld door een meisje, blootsvoets en in nacht gewaad gekleed. Het meisje was de zuster van het dagmeisje, dat daar diende en in eene na bijgelegen straat woont. Met hare zuster in het zelfde bed slapende, droomde zij, dat deze hare hulp vroeg, en in slaapwandelenden toestand verliet zij, zonder dat een der huisgenooten iets gewaar werd, haar bed en hare woning, om een wandeling te gaan maken door de stille straten. Zij ontwaakte eerst, toen zij aanbelde aan het huis, waar des daags hare zuster dient. Tweede Kamer. Het Wetsontwerp tot wijziging der Militiewet (bestrijding van het plan Coolen) is in de verga dering van 8 Juni aangenomen met 64 tegen 12 stemmen. (Zooals men weet bestond het plan Coolen hierin, dat door voldoende geldmiddelen werd getracht voor het geheele contingent, dat een gemeente moest leveren, in dezelfde gemeente vrijwilligers te vinden, die de dienstplicht moes ten vervullen voor hen, die wegens hun num mer moesten dienen, maar het noodige er voor over hadden om vrij van den dienst te zijn.) Yan een 5-tal kinderen, die aan het „stoei en" waren op de spoorbrug te Maassluis, op het oogenblik, dat de trein van 4.38 binnenkwam, moesten drie hun speelschheid met den dood Een het gevaar ziende aankomen, sprong van de brug te water en werd gered, een tweede ontkwam het, door plat op den buik te gaan liggen, waardoor de trein over hem heen reed, doch de andere drie werden onder de wielen vermorzeld. Zoo vermeldden sommige bladen dit treurige feit, dat ook werkelijk treurig zou zijn, indien voor kinderen geen honden moest worden gelezen. Een zuigende koe! Deze bijzonderheid deed zich dezer dagen voor bij het vee van den heer V. d. F. te Waddings veen. Een kalfkoe werd in 't land gebracht. Een paar dagen daarna betrapte men de jeugdige moe der, dat ze zich te goed deed aan de melk harër medegrazende zusters. Toen ze zich die hebbe lijkheid niet ontwende, werd haar een andere weide gegeven, bij de paarden. Onder deze be vond zich ook een veulenpaard en wat zeker nooit gezien is werd thans hier vertoond. Rustig zag men de koe zuigen bij moeder paard. elf storid, sloeg deze zjjn dischgenoot op den schouder. Nog een laatste glas, mijn jongen en dan in spannen. Inspannen vroeg de andere gemeljjk. Waarom Hè, hè, die goede vriend zou wel willen door drinken tot hij onder de tafel rolde en dan opzijn gemak zjjn roes uitslapen! lachte Martineau. Nu, bij een volgende gelegenheid hoor, maar thans moet ge me naar de plaats brengen waar we vandaan geko men zijn, want ik voel me niet stevig genoeg ter been om dat eindje te loopen. Als ge dat gedaan hebt kuni ge verder gaan pierewaaien zooveel ge wilt, nu weet ge waar hst op staat. O zoo, gaat ge dan met mjj mee terug? Neen, de luitenant wilde over den vlonder en door de vallei des Villards naar het kamp terugkee- ren, om het paard een weg van een groot uur over Aiqurande uit te halen. Ik <a hem tegemoet. O! als het daarom is. Daarom is het. Dan gaan we. Juist zoo. De koetsier schikte zich in het onvermijdeljjke, dronk zjjn glas uit en ging naar den stal om zijn paard in te spannen. In dien tjjd betaalde Martineau aar» moeder Jac queline het gelag, ten bedrage van 13 francs 50, waarmee de goede vrouw zeker geen woekerwinst maakte, de batterjj van ledige flesschen in aanmer king genomen, die achter de tafel stond. Het tentwagentje kwam voor, Martineau klom er in en voort ging het. Het voertuig schokte en stootte evenwel op den ongelijken weg, dat de twee soldaten dikwijls tegen elkander aan rolden. De voornaamste aanleiding daartoe was evenwel niet de ongeljjke weg. maar de wjjn van moeder Jac queline, waarvan de koetsier zooveel had gedronken, dat hij slecht voor zich uit kon zien en ook niet de noodige vastheid van hand had, om de teugels te voeren. Hè kameraad, kijk een beetje uitriep Marti neau, die heel goed zag dat het rijtuigje als een zeil schip over den weg manoeuvreerde, ik heb er vol strekt geen lust in om in de sloot terecht te komen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 1