Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken.
TSP. 25.
Zondag 18 Juni 1899.
8e Jaargang.
N ieuwstijdingen.
Feuilleton.
wbxbs GESCHEIDEN.
NIEUWE
LAIGEIUKEt CWIAIT.
Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag.
ABONNEMENTSPRIJS
voor Noordscharwoude, Oüdkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk
per drie maanden 50 ct-, franco p. post 60 ct.
UITGEVER:
J. H. KEIZER.
BUREEL:
iWoordscliarwoiide.
PRIJS DER ADVERTENTIEN;
Van 15 regels 30 ct., elke regel meer r» ct.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever.
Blij dit milliliter behoort een
bijvoegsel,
Heer Hugowaard. Groote bedrijvigheid
heerscht thans op de akkers, die bestemd zijn
voor den koolteelt. Ziet men des avonds de kar
ren met koolplanten binnenkomen, (veelal wor
den deze van den Langedijk gehaald) den vol
genden morgen levert het een eigenaardig
schouwspel, de landbouwers en toekomstige
landbouwers, ja, ook meisjes en vrouwen, veelal
bij groepen van vier, druk in de weer te zien
met de planteD te zetten. Zal dit werk wat op
schieten, dan is daarmee vier man gemoeid, n.l.
de zetter, die steeds voorwaarts gaande de gaten
of liever gleuven spit, de planten zet en de
gleuven een weinig dicht druktop den voet
wordt deze gevolgd door een jongen, een meisje
of eene vrouw, die de planten aangeeftdaarop
volgt een derde, gewapend met een emmertje
superphosphaat, om elke plant daarvan een z.g.
„stortje" toe te dienen en eindelijk de vierde,
die de smachtende planten van een flinken teug
water voorziet. Yoor deze laatste bezigheid ziet
men vaak twee arbeiders in beslag genomen
deels omdat de grond zeer droog en hard is,
deels omdat we hier ten opzichte van water in
minder gunstige conditie zijn. Dat vele handen
voor den koolbouw alhier geëischt worden, blijkt
ten duidelijkste uit het feit, dat verscheidene
leerlingen, van school no. 3 althans, wegens
veldarbeid verzuimen, zelfs enkele uit de 3e en
4e klasse. Bij voortgaande uitbreiding van den
koolbouw, ware het in 't belang van 't onderwijs
wel wenschelijk, dat, in navolging van de Lan-
gedijker gemeenten, de vacanties geregeld werden
met 't oog op den koolbouw. "Waar we voor het
feit staan, dat kinderen, die tot heden nooit ver
zuimden, thans de behulpzame hand op den akker
moeten bieden, daar moet wel de gevolgtrekking
worden gemaakt, dat dit beslist onvermijdelijk
is; doch begrijpelijk is 't ook, dat dit schoolver
zuim storend moet werken op den gang van 't
onderwijs, en daarom moet worden uitgezien naar
12.)
Zoo gezegd, zoo gedaan, Martineau verliet zijn ob
servatiepost en klom van de rots af, maar dat af
klimmen ging niet zonder moeite en hoe voorzichtig
hij er ook bjj te werk ging, de steenen raakten onder
zjjn voeten los en rolden met geraas op den grond.
Verder liep het pad tusschen twee rotswanden door
en het was er volmaakt donker, zoodat Martineau
geen hand voor oogen zien kon.
Toen hij op den oever van den stroom kwam, zag
Martineau niets meer, noch op den vlonder, noch in
de nabijheid daarvan. Geen menschelijke gedaante,
noch geknield, noch overeind.
Wel alle drommels! riep hij uit, ik heb bepaald
de nachtmerrie gehad
De twee boomstammen, die bjj wjjze van brug van
den eenen oever op den anderen geworpen waren,
lagen nog goed op hun plaats. Niets toonde de aan
wezigheid van een menscheljjk wezen aan. Het wa
ter rees aldoor, maar het was nog drie of vier voet
beneden de brug.
Ik heb gedroomd, zeide Martineau ten volle
overtuigd. Ik heb spoken gezien, dat kan niet anders.
Maar die overtuiging hield niet lang stand.
Toch zal de duivel me halen, hernam hij,
als ik mij dat idee uit het hoofd kan zetten, ik.
Het rollen van een steen, die dicht bij hem op
den grond neerkwam, belette hem dien zin te vol
tooien.
Kijk, kjjk, hernam de soldaat, daar valt een
steen en een steen valt meestal niet vanzelf. Dat
geeft me een heel ander idee van de zaak. Daar rol
len nog meer steenen. Er klimt iemand tegen de
rotsen op en dat kan geen mensch anders zjjn dan
de man, dien ik daareven op den vlonder heb ge
zien. Hij heeft mjj hooren komen, zooals ik hem hoor
heengaan, hjj heeft zich in de een of andere rots
kloof verscholen en zoodra ik voorbij was. heeft hij
een middel, om 't kwaad zoo gering mogelijk te
doen zijn.
Deelden we in den aanvang van ons bericht 1
mede, dat vele duizenden planten van den Lan
gedijk worden gehaald, ettelijke duizenden wor
den evenwel ook hier reeds geteeld, terwijl de
planten voor die van den Langedjjk niet behoe
ven onder te doen. Zelfs zagen we hier prach
tige plantenbanen, die, misschien een paar snees
groot, duizenden bij duizenden beste koolplanten
konden leveren. Hugowaards bodem toont zich
uiterst daukbaar voor behoorlijke bemesting en
goede bewerking. Yoor 't eerste ontbreken echter
bij velen de dubbeltjes, hoewel vooruitgang te
constateeren valt, voor 't laatste werkkrachten.
Waarom geene werkkrachten van buiten ge
haald? zal men vragen. Ons antwoord moet zijn,
omdat de mensch niet onder den blooten hemel
kan wonen. Langzamerhand zal daarin, geloo-
ven we, wel worden voorzien en als we dan nog
eenmaal vaargelegenheid krijgen, dan zal onze
polder ongetwijfeld eene zware concurrent moeten
worden voor den Langedijk.
Benoemd tot postbode te Oude Niedorp
de heer W. Swagerman, thans in gelijke betrek
king werkzaam te Schoorl. Deze benoeming ls
geschied met ingang van 1 Juli.
De WelEerw. ZeerGel. heer P. Groot,
theol. cand. te Schagen, beeft voor 't beroep
naar Oude Niedorp C. a. (Veenhuizen) bedankt.
Sint Pancras 16 Juni '99. Dinsdagavond
vergaderde de at'd. Sint Pankras der Landbouw-
eu Handel8vereeniging in het lokaal van den
heer Ruijs aldaar.
Als eerste punt der agenda kwam in behan
deling het Gewichtstelsel bij de aardappelen.
Van verschillende zjjden werd de klacht verno
men, dat er bouwers zijn, die meer dau 171/2 i
K. G., soms 19V2 K.G. geven. Dit nu is min
der aangenaam voor de bouwers, die het juiste
gewicht geven en men was dan ook van inee-
ning, dat op die manier het gewichtstelsel het
zelfde bezwaar heeft als vroeger het verkoopen
per mand. Besloten werd om den bouwers te
verzoeken aan het eenmaal vastgestelde gewicht
van 17V2 K.G. de hand te houden.
zich uit de voeten gemaakt. Ik heb dus niet gedroomd,
ik was dus niet zoo'n ezel als ik eerst dacht, mijn
spook was dus wel degelijk een man van vleesch en
been. Goed zoo, goed dat ik het weet, maar dat is
niet voldoende, ik moet trachten dien vriend in te
halen, want ik heb een paar ernstige woorden met
hem te spreken.
Martineau snelde naar de rotsen, klom en klau
terde, keek overal rond, maar hij zag niets, volstrekt
niets.
Hij was ongerust en slecht geluimd. Zjjn twjjfel
kwam terug en hij vond het nu niet eens zoo on
waarschijnlijk, dat hij het rollen van die steenen
ook maar in zijn verbeelding had gehoord.
Martineau had geen tijd, om daar lang over na te
denken, want hij zag in de verte op den weg twee
lantaarns van een rijtuig naderen, die den kant van
Saint-Colomban afkwamen.
- Dat is bepaald het rijtuig van mjjn luitenant,
zeide hij. Zal ik hem vertellen wat ik gezien heb,
of mij verbeeld heb te zien? Drommels, hij zal mij
uitlachen en daar zal hij misschien gelijk in hebben.
Nu, ook goed, laat hij me uitlachen, daar zal ik niet
van bederven. Ik zeg hem alles.
Het was inderdaad het rijtuig, waarmee Filip Dor-
melles van Saint-Colomban terugkeerde.
De officier liet aan den driesprong stilhouden en
stapte uit.
Ge kunt wel terugkeeren, zeide hjj tegen den
koetsier. Ik ga niet over Aiqurande, dat is te veel om.
Martineau kwam nader met de hand aan zijn kepi.
Present, luitenant:
Zijt gij daar, Martineau?
Ja, luitenant.
Ik had toch gezegd, dat ge vanavond wel weg
kondt blijven?
Dat is zoo, luitenant, maar ik dacht, misschien
is het beter als ik toch maar ga.
Nu goed, zooals ge wilt.
Luitenant, zou ik, voordat de koetsier weg
rijdt, hem even een dienst mogen verzoeken
Wat voor dienst?
Ik wilde hem een van zijn lantaarns te leen
vragen
Dat is niet noodig.
Nu werd de handel in slaboonen besproken, j
Allen waren het er over eens, dat de tot nu toe
gevolgde wijze van verkoop bij het getal een
groot bezwaar heeft, dat het bij groote partijen j
nl. geen doen is om de boonen te tellen. Daarom j
werd het besluit genomen op de markt alhier,
dezen zomer de slaboonen per 5 kilogram at te
slaan. Dit gewicht werd genomen, omdat het
ongeveer gelijk staat met 1000 boonen.
Wat de zoogenaamde „zwarte lijst" aangaat,
werd met algemeene stemmen besloten san het
hoofdbestuur adhesie te betuigen met dezen
maatregel.
Op de opmerking, dat nu ook de handelaars
wel een lijst kunnen aanleggen van de namen
der smokkelaars onder de bouwers, werd van
verschillende zijden geantwoord, dat dit voor
eerlijke bouwers ook eene zeer gewenschte zaak
zou zijn.
Omtrent het door de afdeeling Broek geno
men besluit om de wortelen te veilen, lieten zich
alleen de aanwezige wortelenbouwers uit, en deze
waren van meening, dat dit in het belang van
den bouwers zou zijn en wilden zich gaarne er
toe verbinden, om ook de wortelen voortaan te
veilen.
Als laatste punt van bespreking kwam aan de
orde de contributieregeling. Door nagenoeg allen
werd ingezien, dat een afdeelingscontributie van
10 cent, zooals die voor de afd. S. P. was vast
gesteld, veel te gering is.
Yoor dit jaar overschreden ten minste nu reeds de
uitgaven al het driedubbele van de ontvangsten.
Over dit punt werd slechts eene voorloopige be
spreking gehouden, waarbij bleek, dat de geheele
vergadering zich zou kunnen vereenigen met eene
proportioneele contributieregeling, afhankelijk
van de grootte van de bouwerij, b.v. eene bijdrage
van i/2 cenf- Per snees boven het aan het hoofd
bestuur af te dragen quotum.
In dien geest zal op de volgende vergadering
door het bestuur der afdeeling een voorstel wor
den ingediend.
Door enkele leden werd de vraag gesteld, of
eene contributie van 50 cent per lid voor het
hoofdbestuur niet te hoog was, nu toch door de
oprichting van afdeeliugeu de administratiekosten
Pardon luitenant, ik heb er een bijzondere be
doeling mee, die ik u straks zal zeggen.
Filip haalde onverschillig de schouders op.
Vooruit dan maar.
Martineau ging naar den koetsier en kreeg de
lantaarn, onder belofte dat hij ze den volgenden
morgen vroeg terug zou brengen.
Vervolgens keerde hjj naar den luitenant terug,
die reeds den weg naar den vlonder had ingeslagen
en deelde hem in een paar woorden mee, wat hij
gezien had.
Filip luisterde versrooid naar hetgeen zjjn oppas
ser hem vertelde en dacht intusschen aan heel wat
anders. Toen Martineau zweeg, lachte de luitenant
even en zeide
Ge hebt gedroomd.
't Is mogelijk, luitenant, maar het zou ook
kunnen dat ik goed gezien had, in elk geval is het
goed dat wjj de lantaarn hebben.
Inderdaad, die lantaarn bewees uitmuntende
diensten.
Het was een vermoeiende dag geweest voor Filip,
er hadden zich zooveel gebeurtenissen op elkatsr ge
stapeld, dat hij zich, ondanks zijn wilskracht en zijn
ijzersterk gestel, nu uitgeput voelde. Zijn wond begon
hem weer pijn te doen en uit de gaatjes, die Marti
neau in het vel gemaakt had bij het dichtnaaien van
de kloof, kwam het bloed te voorschijn.
De jonge officier liep dan ook lang niet vast en de
oppasser had al zijn aandacht noodig om hem voor
vallen te behoeden. Met de eene hand hield hjj de
lantaarn vast. waarvan hij het licht op den ongelij-
ken grond liet vallen, ten einde de steenen en kui
len te vermijden, met de andere ondersteunde hjj
den luitenant en behoedde hem voor struikelen en
vallen.
Ondertusschen keek Martineau voortdurend om
zich heen en liet geen gelegenheid voorbijgaan om
een straal uit zijn lantaarn op de donkere rotspun
ten en diepe kloven te laten vallen, altijd in de hoop
dat hij den geheimzinnigen man zou vinden, die zich
hier of daar verscholen had.
Zij kwamen evenwel aan de brug. zonder iets ver
dachts gezien te hebben.
Zoudt ge hier nu niet even gaan zitten, lui te-
voor het grootste deel voor rekening van de kas
dezer afdeelingen komen.
Hierna werd door den voorzitter, den heer A.
Nobel op gebruikelijke wijze de vergadering ge
sloten.
De heer C. Slijker, lid van den gemeenteraad
alhier, heeft te kennen gegeven, dat hij wegens
zijn hoogen leeftijd bij de aanstaande verkiezing
niet weder in aaumerking wenscht te komen.
Heden avond werd hier weder de eerste afslag-
markt gehouden. Er waren 113 mandjes aardap
pelen aangevoerd.
De prijzen der muizen liepen van f 1,40 tot
f 1,70, die der gladblaadjes van f 1,50 tot f 1,80
per 17V2 K.G.
Bosuien golden f2,20 per 100 bos.
Markt station. Noordscharwoude.
Het Hoofdbestuur der Groentenvereeniging
„de Niedorper Kogge", gevolg gevende aan het
besluit, genomen in de te Winkel gehouden al
gemeene vergadering van 9 Maart, waarbij be
paald was, dat dit jaar weder een markt van
aardappelen enz. zal worden gehouden bij 't sta
tion Noordscharwoude, heeft in zijne vergadering
van Vrijdag 9 Juni besloten, dat de eerste mark
ten zullen plaats hebben op Donderdag 15, Za
terdag 17, Dinsdag 20, Donderdag 22, en Za
terdag 24 Juni, des namiddags te 21/2 uur, dat
vervolgens iedere week 4 keer zal gemarkt wor
den en wel iederen Maandag, Dinsdag, Donder
dag en Zaterdag, telkens te 272 ure en meer
dere markten zullen worden gehouden als het
blijkt noodig te zijn. Aan de leden is hiervan
per circulaire kennis gegeven en tevens mede
gedeeld, dat de aardappelen zullen worden ver
kocht per netto gewicht van 35 K.G., uien per
baaltje van 50 K.G., kool, bloemkool, enz. per
100 stuks, zonder toetallen.
Obdam. 16 Juni. Gisteren werd per spoor
van hier vervoerd naar het krankzinnigengesticht
„Meerenberg" zekere Jan Broers, die plotseling
krankzinnig geworden was.
Algemeen wordt als oorzaak genoemd het feit,
dat hij eenigen tijd geleden, wegens lichte mis
handeling tot twee dagen gevangenisstraf werd
nant en wat uitrusten, voordat ge over den vlonder
gaat? vroeg Martineau.
Filip zag het goede van dien aard in en zette zich
neer op een met mos begroeiden steen.
Hoort ge wei hoe hij raast en tiert, die dui-
velsche stroom, ging Martineau voort. Het is een vree-
seljjke draaikolk waar wjj straks over moeten, luite
nant. Het water spat zoo hoog op, dat het ons hier
zelfs in het gezicht stuift. Ik ga eens even zien of
alles nog wel in orde is op die kippenbrug.
Filip voelde inderdaad een fijnen motregen, ver
oorzaakt door het water uit den stroom en die hem
verkwikte, want zijn gelaat gloeide koortsig.
Met de lantaarn in de hand ging Martineau naar
den vlonder. Hjj begon met eenige malen aan de leu
ning te schudden, ten einde zich te verzekeren dat
deze stevig zat. Zjj doorstond de proef bevredigend.
Vervolgens zette hij den voet op de boomstammen
en deed voorzichtig een paar schreden.
Martineau hield zijn lantaarn zoo, dat hjj goed voor
zijn voeten kort zien. Zonder ongeval legde hij een derde
van de lengte der brug af.
Zooals wij weten bestond de vlonder uit twee boom
stammen, de leuning was geheel afzonderlijk en
rustte op paaltjes, die aan den kant in den grond
geslagen waren.
Martineau had aldoor op den rechterboomstam ge-
loopen, nu echter zette hjj den voet op den linker,
doelt zonder de leuning los te laten. Dat was zjjn
geluk, want nauwelijks had hij den linkerboomstam
betreden, of deze kraakte er brak een groot stuk mid
den uit en stortte in den stroom, waar het woeste
water het in duizelingwekkende vaart meesleurde en
tegen de rotspunten stootte.
Martineau hing echter met de eene hand aan de
leuning met de andere hield hjj lantaarn vast,
en wist zich daaraan op te trekken naar den rech
terboomstam.
Hij huiverde bij de gedachte aan het gevaar, waarin
hjj had verkeerd en kon zich niet genoeg geluk-
wenschen met zijn voorzichtigheid in geen geval de
leuning los te laten. Nu boog hij zich voorover en
beschouwde b|j het licht van zijn lantaarn de plaats
waar het hout was afgebroken en mompelde daarbij
Brrr, daar ben ik mooi afgekomen. Het had