deed zich de eigenaardigheid voor, dat een be
lendende tuin, die van den heer D. Pijper, mede
werd verkocht, zonder dat de eigenaar daartoe
last had gegeven. Volgens het kadaster toch be
hoorde die tuin tot het eigendom van de Wed.
O. Hartog, wier bedrijf verkocht is geworden.
Bij behoorlijke combinatié, zegt men, zou de
koopprijs nog wel 1000 gld. hooger zijn geweest.
Vergadering der Afdeeling Winkel van
de groenten-vereeniging „de Niedorper
Kogge."
Door het Bestuur der afdeeling waren de leden
uitgenoodigd eene vergadering bij te wonen op
Maandag 28 Aug. bij den heer C. Kieft te Win
kel en had ook het Bestuur der afdeeling Lut
jewinkelWeere een uitnoodiging ontvangen de
vergadering bij te wonen.
Van de leden was een groot aantal tegen
woordig, de 5 bestuursleden der genoodigde af
deeling eveneens en ook was aanwezig de heer
Collot d'Escurie, onder-directeur der Stoomtram
weg-Maatschappij „West-Friesland." De Voorz.
der Afd., de heer J. Koomen Hz., opende de verg.
met den wensch, dat de besprekingen zouden
leiden tot bevordering der harmonie en in het
belang zouden zijn van de opgerichte markt.
De notulen werden door den secretaris, den
heer Porte, gelezen en goedgekeurd, waarna de
Voorz. meedeelde, dat het Bestuur pogingen had
gedaan bij de Hollandsche Spoorweg Maatsch.
om goederen van de markt, die 's a\onds te
Schagen aankomen, den volgenden morgen per
eersten trein als vrachtgoed te kunnen verzenden
en bij de Tramweg Mij. om in 't belang der
markt extra tramnen te laten rijden voor het
vervoer der kooplieden in de richting Alkmaar
en Helder. De heer Collot d'Escurie deelde mede,
dat het antwoord der Tramweg-Mij. in het begin
der volgende week verwacht kan worden. Bij
monde van den Voorz. ontving hij den dank der
vergadering voor alles wat hrj in 'i belang der
afdeeling heeft gedaan en voor de zeer gewaar
deerde hulp, die geregeld door de tram-beambten
verleend wordt. Hierna werd een en ander om
trent de markt medegedeeld en kon ieder lid
mogelijke leemten te berde brengen. Zoo werd
er op gewezen, dat de ruimten tusschen de ver
schillende waren wat grooter dienden te zijn om
ze des te beter te kunnen bezichtigen en door
het Bestuur beloofd, dat het daarop zou letten.
Eenigen vonden het uur der markt wat laat,
doch dit was zoo gesteld om de bezoekers der
markt bij het station Noord-Scharwoude gelegen
heid te geven na afloop dier markt zich naar
Winkel te begeven. Er werd op gewezen, dat
velen hun vruchten nog aan huis verkoopen en
dit werd algemeen afgekeurd, als zijnde niet in
't belang der markt en ten nadeele van de ver-
koopers. Ieder, die de prijzen te laag vindt en
meent, dat zijn waren in de stad meer zullen
opbrengen, kan ze doen ophouden en door 't Be
stuur laten verzenden naar de markt in de stad,
waarvan dan natuurlijk makelaarskosten moeten
betaald worden. Wat de marktdagen aangaat,
werd besloten deze week nog 4 dagen te mark
ten en daarna alleen des Dinsdags en des Don
derdags des namiddags te half vijf, wat aan be
langhebbenden door 't Bestuur zal worden me
degedeeld. Besloten werd aan 't Bestuur 3 leden
toe te voegen voor de markt om zeker te zijo,
dat het Bestuur steeds goed vertegenwoordigd
zat zijn, een assistent aan te stellen voor den
marktmeester, ten einde alles vlug te laten af-
loopen en een keurmeester om te zorgen, dat de
koopers steeds goede waren krijgen. Als keur
meester is benoemd de heer Jb. Lindeboom te
Winkel. Wordt op monster verkocht, dan moet
van de geheele partij marktgeld, dat is 3 %of
bij ophouden 1 betaald worden en bij latere
levering het monster in handen van 't Bestuur
blijven tot de levering heeft plaats gehad. De
leden, die zich tot een commissie gevormd heb
ben tot 't verhuren van manden en zakken heb
ben den prijs daarvan bepaald op 21/i cent per
dag voor een mand, 2 cent voor een zak en 1
cent voor een pruimenmandje. De heer J. Korff
met zeer veel aandacht een oproeping voor de reser
visten te lezen, die naast de deur der secretarie was
aangeplakt, maar in werkelijkheid trachtte hij eenige
woorden op te vangen van hetgeen daarbinnen werd
gesproken. De deur was echter tameljjk dik, want
hjj verstond zeer weinig.
Hq giste echter dat de man uit de spoorwegcoupé
eveneens het geboorteregister wilde inzien en dat hij
ook belang stelde in de afkomst van Filip Dormelles.
Er was wel iu alles overeenkomst tusschen hen bei
den, waarom zou er daarin verschil bestaan?
En inderdaad het was zoo, daarbinnen werd de
naam Dormelles genoemd.
Aurélien spitste de ooren en tot zijn niet geringe
voldoening hoorde hjj duidelijk de volgende vraag:
Weet gij ook, waar de vader van mijnheer Dor
melles woont?
De secretaris antwoordde:
Zeker weet ik het niet, maar deze akte moet ge
zonden worden naar Bois-le-Roi in het departement
Seine-et-Marne, waarschijnlijk woont hij dus daar.
Aurehen oordeelde het voorzichtig niet langer voor
het oproepingsbiljet te blijven staan, te meer daar
hij nu reeds genoeg wist. Hij verwijderde zich dus
met haastige schreden en keerde naar den ingang van
het dorp terug, waar hij het rijtuig van Cavirol vond,
dat op hem wachtte.
Onder het rijden dacht hij:
Ik heb me toch werkelijk vergist, die Amerikaan
is geen reiziger in spek of petroleum. Zou hij dan
toch Robert Duhesme zijn? Maar in dat geval, welk
belang zou hij dan stellen in dien verwenschten Fi
lip Dormelles? Dat gaat mijn verstand te boven. Ik
sta hier voor een raadsel, waarvan de oplossing al
zeer moeielijk te vinden is. Wanneer ik eens een zeer
vermetel waagstuk ondernam, den Amerikaan op
wachtte, recht op hem afging en rondweg tegen hem
zeide:
Mijnheer, zijt gij niet Robert Duhesme, de ont
snapte galeiboef, die in Amerika fortuin gemaakt
heeft? In dat geval ben ik uw neef, geef mij de hand,
beste oom.
Ja, maar, voor mijzelven wil ik het wel bekennen,
ik ben in het geheel niet vermetel en als ik het eens
voor een enkele maal wilde worden, dan geloof ik dat
van Lutjewinkel stelde zijn rijtuig beschikbaar
om ook kooplieden van 't station N.-S. naar
Winkel te vervoeren, zoodat het getal leden, die
zich met het gratis vervoer belasten thans zeven
bedraagt. De voorzitter deelde mede, dat op de
4 markten, in de eerste week gehouden, voor
ruim f700 verhandeld is, dat er steeds goede
prijzen besteed zijn, in vergelijking inet andere
markten en 't aantal koopers voldoende is geweest.
Als ieder medewerkt en zoodoende voortdurend
een ruime toevoer verwacht kan worden, dan zal
de markt tot bloei geraken en een aanwinst
voor de gemeente genoemd kunnen worden.
Het Bestuur der afd. Lutjewinkol-—Weere
was op de vergadering genoodigd met het oog op
samenwerking der beide afdeelingen. Daaraan zal
het zeker niet ontbreken en mocht de afd. Lutje
winkelWeere een volgend jaar besluiten ook
een markt op te richten, dan zullen beide afdee
lingen dit wel in overeenstemming met elkander
doen. Nadat de heer A. J. Onnekes een woord
van dank had gebracht aan den heer J. Koomen,
voorzitter, voor den ijver, waarmede hij steeds
de algemeene belangen in de gemeente behar
tigt, werd de vergadering door den Voorzitter
gesloten.
Middel tegendiefstal van rijwielen 1
Naar aanleiding van de talrijke rij wiel ver
duisteringen, welke tegenwoordig geschieden ten
nadeele van de verhuurders, heeft men tot he
den maar tevergeefs op middelen gepeinsd, waar
door men dit misdrijf kan bestrijden. Bijna geen
zitting der rechtbanken in de groote gemeenten
is er, of er verschijnen personen, die zich wegens
verduistering van rijwielen te verantwoorden
hebben.
Een delinquent werd te Amsterdam verleden
week veroordeeld, die op één dag niet minder
dan vier rijwielen had verduisterd, welke een
waarde van f 385 hadden.
Een der bekwaamste rechercheurs der Amster-
damsche politie, een specialiteit in het opsporeD
van rijwieldieven, heeft aan de verschillende rij
wielverhuurders een middel voorgesteld, waardoor
het misdrijf van rij wiel verduisteren tot het mini
mum kan gebracht worden. Dit zou hierin be
staan, dat de verhuurders eenparig van een onbe
kenden huurder diens portret vorderden als waar
borg.
Wordt het verhuurde wiel dan toch gestolen,
dan zal de recherche den delinquent wel spoedig
in handen hebben.
Hoe droog het was!
Zelden was, van het eiland Urk gezien zoo'n
groot deel van den omtrek der Zuiderzee duide
lijk te zien als de vorige week. Bjj helder we
der zijn Enkhuizen, Gaasterland, Kampen, soms
ook Elburg zichtbaar, doch thans kon men van
dit vrij hooge eiland Medemblik, Stavoren, Iiuinre,
Harderwijk, enz. zien; zelfs enkele voorwerpen,
als huizen en molens, waren te onderscheiden.
Wel een bewijs, hoe droog de dampkring tegen
woordig is.
De zaak der Hogerhuizen.
De „Sociaal-Democraat" kan mededeelen, dat
mr. Z. van den Bergh het aanzoek om de be
langen der gebroeders Hogerhuis in revisie te
behartigen heeft aangenomen.
Uit Amsterdam wordt aan de „Petit
Bleu" gemeld dat mr. P. J. Troestra er in ge
slaagd is de noodige gelden bijeen te krijgen,
voor de oprichting van een groot socialistisch
dagblad.
Wij kunnen hieraan nog toevoegen, dat het
plan bestaat het eerste nummer den len Januari
1900 het licht te laten zien. Uitgever is de heer
W. H. Vliegen te Rotterdam.
Kunst- en volksbeschaving.
Van de hand van onzen grooten toondichter
Rich. Hol, gewerd ons een artikel over „Kunst
en volksbeschaving," voor ons blad bestemd. Het
stuk is te groot het in z'n geheel op te nemen;
met een weekblad moet men bescheiden zijn tot
het verleenen van plaatsruimte.
deze gelegenheid al zeer slecht zou gekozen zijn, want
die Amerikaan ziet me er juist naai uit, om mjj bij
de eeiste woorden een vuistslag te geven dat ik te
gen den grond rolde. Och kom, waar denk ik aan?
Ómdat die man er nu uitziet als iemand, die uit
Amerika komt, omdat hij met zijn kinbaard en zjjn
haviksneus wel eenige gelijkenis heeft met mijnheer
Bernard De Prabert, mijn hoogvereerden papa, moet
hij daarom juistDwaasheid, mijn jongen, dwaas
heid? Alle maatregelen zijn immers zoo zorgvuldig
mogelijk genomen om den held van Miramont-la-
Montagne te beletten den voet op Fransch grond
gebied te zetten. Met ware woede hebben oom
Jacques en mama vooral mama. die, anders zoo
onverschillig en zoo op haar gemak gesteld, nu een
heel ander mensch schjjnt geworden zich tegen
de reis van dien armen Robert Duhesme verzet. Wan
neer hij de cholera in Frankrijk zou brengen, een
cholera die de familie de Prabert tot haar eerste
slachtoffers zou maken, dan kon men hem niet met
meer kracht hebben tegengewerkt. Mama heeft won
deren verricht, zij heeft ambtenaren van de prefec
tuur omgekocht, zij heeft den prefect, den minister,
al de kamerleden gesoebat en het zoover weten te
brengen, dat men den burger van het vrije Amerika
verzocht heeft zoo goed te willen zijn den Atlan-
tischen Oceaan tusschen hem en Frankrijk te laten
of anders, weer aan den ketting, terug naar het
bagno. De eer, de veiligheid, de goede naam van de
familie de Prabert en al die fraaiigheden meer wa
ren met het plezierreisje van mijn oom den dwang
arbeider gemoeid. Ik heb dat alles dom en kinder
achtig gevonden, maar het is toch gebeurd en mjjn
merkwaardige bloedverwant zal in Amerika wel zoo
practisch geworden zjjn, de welgemeende raadgevin
gen, die hij per telegraaf ontvangen heeft, niet in
den wind te slaan. Wacht eens, de oude Dormelles
is boschwachter, mogeljjk wil mjjn reisgenoot hem
een agentuur opdragen voor een firma in Ameri-
kaansche geweren.
Met deze oplossing stelde hij zich tevreden en ver
der deed hij zijn best om de gedachte aan dien rei
ziger uit zjjn hoofd te bannen door het zingen van
de nieuwste refreins van Yvette Gilbert en andere
sterren van het café-concert.
De schrijver doet uitkomen dat muziek verede
lend werkt op het volkskarakterbeveelt de be
oefening der muziek ten zeerste aan en geeft
zijne meening te kennen, dat indien het zang
onderwijs op onze scholen beter was, men meer
lust zou gevoelen zich bij een Fanfare- of Har
moniecorps aan te sluiten en dit dezen tak van
kunst ongetwijfeld ten goede zou komen.
Heeft schrijver vroeger met voorbeelden aan
getoond, dat volksbeschaving en kunstbeoefening
hand aan hand gaan, thans brengt hij in her
innering, dat een geestelijke de jongens alle avon
den naar de repetitie zond, omdat ze dan uit do
kroeg blevenen van een fanfaredirecteur had
schrjjver een brief ontvangen, waarin hem werd
medegedeeld, dat volgens dien fanfaredirecteur
„muziekbeoefening het krachtigste middel is tegen
drankmisbruik." Ten zeerste is het den componist
opgevallen, dat matigheid en ingetogenheid op
vele concoersen in Noord-Holland in hooge mate
worden betracht. Tevens wijst schrijver op de
vlugge vorderingen der verschillende gezelschap
pen.
Daarna geeft hij eene beschrijving der muziek
instrumenten-fabriek van den heer Kessels te
Tilburg en noemt die voor ons Vaderland eene
Koninklijke Inrichting.
Een ontzettende ramp.
Donderdagavond, toen Amsterdam nog in volle
feestvreugde was, had op het Noordzeekanaal,
ter hoogte van het Zaandamsche Gat, omstreeks
12 u. 50 m. een ramp plaats, die niet minder
dan negen menschenlevens eischte.
Het stoomjacht Willemtoebehoorende aan den
heer J. de Haan, eigenaar van het café „De
Ruyter" aan de De Ruyterkade, werd, op weg
zijnde naar Zaandam, om een gezelschap tooneelis-
ten, die daar Donderdagavond gespeeld hadden,
af te halen, overvaren door de Mercuriuskapi
tein Naerebout, van Gebr. Goedkoop.
De boot, van Amsterdam komende met een
groot aantal deelnemers aan de fanfare-uitvoe
ringen aan boord, was op weg naar IJmuiden.
Het ontzettende gevolg was, dat van de tien
personen, die aan boord waren, slechts éen enkele,
do heer C. J. Bastet, firmant van de firma Bastet
in de Kalverstraat en wonende De Ruyterkade
94, zich al zwemmende wist te redden.
Behalve de heer De Haan en zijne echtge-
noote waren aan boord de Heeren Iiipma met
zijne verloofde, mej. Kruysse. de heer Casimir,
candidaat-notaris, dr. Nievelt en een vriend,
wiens naam tot hiertoe niet bekend is. Verder
de schipper J. de Jong, wonende Looijersstraat
alhier, een machinist en de heer Bastet.
De heer Bastet deelde mede, dat de Willem
na den geheelen avond bij het vuurwerk op den
Amstel te zijn geweest, naar het IJ voer na aan
de Kromme Waal mevr. de wed. Hipma aan
wal te hebben gezet en omstreeks 12 uur onder
verschrikkelijk noodweer het Kanaal instoomde.
Op het oogenblik, dat de boot dwars lag om
het Zaandamsche Gat binnen te varen, liep de
Mercurius met volle vaart midden op de Willem
in, die, naar men zegt, geen licht van achteren
voerde, terwijl de schipper, waarschijnlijk ver
trouwende op de snelheid van het bootje, meende
nog voor de Mercurius te kunnen heendraaien.
Op het oogenblik van den schok was alleen
de schipper op het dek, terwijl de heer Bastet
juist de kajuit wilde binnentreden, waar het
overige gezelschap vroolijk en wel bijeenzat.
In enkele seconden was het onheil geschied,
De Willem zonk in eens in de diepte weg, den
heer Bastet medesleurende, die, na zich losge
werkt te hebben, tot tweemaal toe bij het naar
boven komen tegen de kiel der Mercurius stootte.
Eerst bij de derde maal was de boot over
hem heengegaan, en kon hij zich rekenschap
geven van het gebeurde.
Hij ontdeed zich van zijn bovenkleeren en
bleef nog eenigen tijd in de buurt van de gezon
ken boot rondzwemmen in de hoop nog iemand
te kunnen redden. Deze hoop bleek ijdel, want
het water zal zoo plotseling de kajuit binnen
gedrongen zijn, dat het voor de binnenzittenden
onmogelijk is geweest aan den dood te ontkomen.
Om vijf uur was hjj in Issoire terug.
Vandaar vertrok geen rechtstreekrche trein naar
Parijs voor den volgenden morgen.
Komaam, zeide Aurélien voor zich, na zijn spoor
wegboekje geraadpleegd te hebben, dan ga ik maar
dineeren en logeeren te Clermant-Ferrand. De goede
stad Issoire ljjkt me wat al te saai om er een ge
heelen avond door te brengen.
De hoofdplaats van Auvergue had dien nacht de
eer, den jongen Prabert te herbergen en 's morgens
begaf hij zich met den omnibus van het hotel naar
het station, om daar den eersten sneltrein naar Parijs
af te wachten.
De trein stoomde het station binnen, juist toen
Aurélien op het perron verscheen en tot zijn niet
geringe verbazing zag hij een welbekend gezicht uit
het portier ven een coupé 1ste klasse kijken
Den man met den grjjzen kinbaard, zijn Amerikaan.
Neen, maar dat is nu toch wat al te krasriep
Aurelien uit. Die kerel vervolgt me als een nacht
merrie. Ik was al zoo mooi op weg hem te verge
ten en daar staat hjj eensklaps weer voor mijn neus.
Ik ben niet nieuwsgierig, maar nu moet ik er toch
het mjjne van hebben, wie en wat die man is. De
drommel haal me als ik het voornemen had hem te
bespieden, integendeel, op de heenreis heb ik zelfs
getracht hem te ontwijken, maar op de terugreis
vatten we dat heel anders op. Wacht eens vriend,
ik zal u in het oog houden, we zullen zien.
De jonge man stapte in een coupé naas^die waar
hjj den Amerikaan gezien had en die, tot zijn niet
geringe vreugde, ledig was. Hij trok de gordijntjes
neer en zette zich aan het portier, vast besloten om
goed toe te zien of de man ook onderweg zou uit
stappen. De trein vertrok en de Amerikaan was niet
op het perron gekomen, hij zette dus zijn reis voort.
Onder het rijden scheen er eensklaps een gedachte
bjj hem op te komen; hij haalde zijn spoorboekje
te voorschijn, keek wanneer de trein te Parijs zou
aankomen, scheurde vervolgens een blaadje uitzijn
portefeuille en schreef met potlood zoo goed zoo
kwaad het ging onder het rijden, de volgende regels
»Jacques Hilson, avenue des Camps Elysées,
Parijs.
Wacht mjj met trein, die 8.15 te Parijs is, breng
Do heer Bastet, daarna op eigen lijfsbehoud
bedacht, zwom naar het pontveer bjj de Hom-
brug, waarna hij onmiddellijk op weg naar Am
sterdam toog in natte kleeren, om hulp te halen.
Eerst om 4 uur kwam hij in Amsterdam aan,
is toen naar de firma Goedkoop gegaan, die on
middellijk 2 sleepbooten, Be Anna en de No. 7
en de Lapland van de firma Rutters, naar de
plaats van het onheil zond, waar reeds de Zaan
damsche politie, onder leiding van den inspec
teur Van Trotsenburg aanwezig was om de eerste
maatregelen te nemen.
Den geheelen morgen is men met een lichter
der firma's Goedkoop en Rutten. bezig gewoest
om de boot te zoeken.
Men vermoedt dat de schipper is overboord
geslagen, de lijken van de passagiers in de ka
juit zijn en dat van do machinist in de machine
kamer. (Zie vervolg bijblad).
Een nieuwe vloeistof voor thermo
meters.
Als men lage temperaturen wil meten, hebben
de meeste thermometers het gebrek, dat de vloei
stof bij temperaturen onder nul bevriest. Het
kwikzilver bevriest bij 39°5', alcohol bij
100°. Door prof. Kohlrausch is nu petroleumether
gebruikt, dat eerst bij een temperatuur van
190° bevriest, bij welke temperatuur de lucht
vervliegt.
Men verkrijgt petroleum-ether door distillatie
van petroleum, die een specifiek gewicht van
0.640.67 heeft, en eene kooktemperatuur be
reikt van 5575°.
Uit Den Haag wordt aan „De Tel." ge
schreven
Cordang gaat 't nog eens doen. Dat vind ik
erg jammer, niet om Cordang, maar om het pu
bliek, dat hem daartoe in de gelegenheid stelt.
Een duizend gulden of vijf, ze te verdienen
met 24 uur achtereen heel snel te trappen op
een wiel, gelijk heeft de manhet publiek dat
door zijn opkomst die gelden bjjeenbrengt heeft
ongeljjk.
Dat er bij een fietswedstrijd-te-goeder-trouw
nog menschen komen kijken kan ik me voor
stellen. 't Is ook iets„in 't worstelperk der eer."
Dat er nog menschen komen kijken naar fiets-
wedstrijden waar de deelnemers moeten worden
betaald voor hun rijden, waar fiets- en bandfa
brikanten die deelnemers betalen voor de reclame
met de wielen en banden waar er voorts geen
zekerheid bestaat dat de geldprijzen niet tusschen
de trappers gezamenlijk worden gedeeld, zoodat
van een „worstelperk der eer" geen greintje
overbljjftdat vat ik niet.
Evenmin begrijp ik de belangstelling voor een
streven naar record-verbetering door een flets
heid, héél alléén, 24 uur lang, met gangmakende
werktuigen voorop. Noch het belang zie ik er
van in, noch het pikante, het aantrekkelijke,
het mooie. Als de man 't nu volbrengt, zijn et
maal op de flets, en hij slaat het record van
Walter, wat dan nog? Gelukkig voor hemden
ken velen er anders over. De menschen hebben
er verleken week hun nachtrust aan opgeofferd
om te gaan kijken naar hem. Voor 'n kwartje
kon je d'r in. Bij dag zou 't meer worden, de
toegangsprijs. En tegen het einde nog meer, wel
vijf gulden.
Twee rijksdaalders, om het finale te aanschou
wen van een 24-uurs-rit. Een afgetobde man,
in een effort suprème om nog wat meer motors
in te halen, te zien komen tot zijn doel. Nie
mand vertelle mij dat die man niet afgetobd zal
zijn. Al zal 't in de kranten staan, dat hij frisch
was als de rozenvingerige Aurora, bij aankomst,
ik geloof er niets van, al geloof ik anders alles
wat in de krant staat. Wanneer dierenbeulen
't een hond dwongen te doen, op hondenmanier,
dan zou de dierenbescherming tusschenbeide ko
men en de politie.Tegen een mensch die vrijwillig,
om den lieve broode, zijn weerstandsvermogen
prostitueert, komen andere menschen niet in verzet.
Slakken.
Het is algemeen bekend welk een groote schade
de kleine slak in tuinen en velden kan teweeg
brengen.
detectieve mee, werk voor hem.
Aurelien."
Hij wachtte tot de trein aan het eerstvolgende
station stopte, schoof het portiersraampje neer en
wenkte den beambte.
Kunt gij dit telegram even voor mjj laten over
seinen vroeg hij.
Zeker, mijnheer.
Spoedig dan en breng mjj het ontvangbewjjs.
Hij gaf hem het telegram benevens een tien-francs-
stuk.
Wat er overbljjft is voor uw moeite.
De beambte snelde naar het telegraafkantoor van
het station en kwam even later met het regu terug.
Mooi, dank u, zeide het jongmensch, waarna hij
het raampje weer optrok en het gordjjn er voor schoof.
De trein vervolgde zijn weg.
Ziezoo, mompelde Aurelien, nu ben ik zeker
van mijn zaak. Wanneer ik te Parijs kom vind
ik daar oom Jacques aan het station met den
politieman, dien hij in zijn persoonlijken dienst
heeft genomen en die, te oordeelen naar het loon
dat hij ontvangt, bijzonder slim moet zijn. Hem
zal ik zeggen, dat Robert Duhesme waarschijn
lijk in Frankrijk is, ik wijs hem mijn verdach
ten Amerikaan, hij bespiedt hem in al zijn doen
en laten en een paar uur later weet ik precies
waar ik mij aan te houden heb.
Na dit plan gemaakt te hebben loosde Auré
lien een zucht van verlichting, hij was tevreden
over zichzelve, niemand had behendiger en met
meer overleg van de gelegenheid gebruik kunnen
maken.
Waar zou dit op uitloopen?
Misschien op niets, maar misschien ook kon
de uitslag zeer gunstig zijn. In elk geval was
het een goed middel om eens te onderzoeken of
die man van de prefectuur werkelijk zoo slim
was als oom Jacques verzekerde.
{Wordt vervolgd.)