Weekblad voor LANGEDIJK en Omstreken. N*. 37. Zondag 10 September 1899. 8e Jaargang. J. H. KEIZER. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. EERSTE BLAD. Feuilleton. NIBU Deze courant verschijnt eiken Zaterdagnamiddag. ABONNEMENTSPRIJS voor Noordscharwoude, Oudkarspel, Zuidscharwoude en Br. op Langedijk per drie maanden 50 ct., franco p. post 60 ct. UITGEVER: BUREEL: Noordscfiarwoude. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels 30 ct., elke regel meer ct. Brieven rechtstreeks aan den Uitgever. VERSLAG van het verhandelde in de den 5 September, 's namiddags 2 uur, ge houden raadsvergadering der gemeente NOORDSCHARWOUDE. Tegenwoordig met den Voorz., den Edel Achtb. Heer C. Kroon Mz., alle raadsleden. De vergadering wordt met een welkom aan de aanwezigen door den Voorzitter geopend, waarna lezing en goedkeuring der notulen volgt. De Voorz. brengt nu in herinnering, dat vol gens art. 39 der Gemeentewet, het herkozen en nieuwbenoemde raadslid, de H.H. Opperdoes en Pool, den eed behooren af te leggen in handen van den Voorz. Hiertoe wordt overgegaan, waar na de Voorz. het herkozen lid, den Heer Opper does, zjjn felicitatie brengt, maar in 't bijzonder het nieuw gekozen raadslid, den Heer Pool ge- lukwenscht met zijne verkiezing, hopende dat de H.H. nog lange jaren de belangen zullen mogen behartigen, op eene wijze, zooals wij meenen hetzelfde te doen, zegt de Voorz. Hij twjjfelt hieraan echter geen oogenblik en hij hoopt nog langen tijd met hen samen te zijn. Hierop wordt overgegaan tot het benoemen van een wethouder in de plaats van wijlen den Heer Slotemaker. Uit de gehouden stemming blijkt, dat de Heer Opperdoes 6 stemmen op zich vereenigde, ter wijl 1 stem op den Heer P. Az. de Geus werd uitgebracht. De Heer Opperdoes verklaart, op de vraag van den Voorz., de benoeming aan te nemen, waarna hij de felicitatie van den Voorz. en die der leden ontvangt. De Heer D. de Geus Dz., die als Wethouder periodiek moest aftreden, wordt opnieuw herko zen, terwijl wederom de Heer P. Az. de Gens 1 stem verkreeg. 24.) Nu komt het er maar op aan, mompelde de zoon van Bernard De Prabert, dat ik goed toekjj kof mjjn reisgenoot van Miramont-Montagne werkelijk naar Parqs terugkeert, wil ik mijn mooie plan niet in dui gen zien vallen. Wanneer hjj aan een der talrijke tusschenstations uitstapt, dan ben ik het spoor bijster en is de kans verkeken. Aurélien lette goed op en hoewel dit spioneeren hem zeer spoedig begon te vervelen, hield hjj ijverig vol en loerde van achter de gesloten gord jjntj es van zijn conpé zou dikwijls als de trein stopte. Dit was achtereenvolgens te Saint-Germain-des-Fassés, te Moulins, te Nevers, te Cosne, te Mortargis, te Moret en te Fontainebleau, maar nergens stapte de Ame rikaan uit zonder in zijn coupéTerug te keeren. Geen twijfel meer, hij keerde naar Parijs, zijn punt van uitgang terug. Te Fontainebleau stopte de trein ten 6.48. Men was in de tweede helft van October en het was om dien tjjd reeds geheel donker, wat het po litiewerk van Aurélien niet weinig bemoeielijkte. Gelukkig was men bijna aan het doel, nog twee stations moesten gepasseerd wordenBois-le-Roi, een halt waar alleen op tjjdig verzoek werd gestopt en daarna Melun. Nog een anderhalf uur, zeide Aurélien geeuwend, toen de trein van Fontainebleau vertrok. Het zal mij niet spijten wanneer de reis is afgeloopen. Ik ben half gebroken. Hij strekte zich in zijn volle lengte op de bank uit. Eensklaps stopte de trein. Aurélien sprong op en snelde naar het portier. Wat is er? mompelde hij. Men was te Bois-le-Roi, een der reizigers scheen verzocht te hebben daar te mogen uitstappen. Voor het kleine station, niet veel meer dan een baanwachtershuisje, brandde een enkele lantaarn, De Heer De Geus verklaart eveneens op de vraag van den voorz. de benoeming aan te nemen, den leden daarbij dankzeggende voor het ver trouwen, de hoop uitsprekende, dat vertrouwen zich waardig te zullen maken. Tot Ambtenaar van den Burgerlijken Stand wordt hierna benoemd de Heer C. Opperdoes, die verklaart deze functie aan te nemen, waarna de vraag wordt geopperd of het misschien niet wenschelijk is, dat nog een derde ambtenaar wordt benoemd, omdat zich reeds eenmaal een geval heeft voorgedaan, dat het bleek noodzake lijk te zijn. Dit punt werd echter aangehouden tot de vol gende vergadering. Hierna doet de voorz. mededeeling, dat bericht is ingekomen van den ontvanger der Dir. Be lastingen, dat een bedrag van f 163.5972 den Gemeente-Ontvanger is toegezonden, welke mede deeling voor kennisgeving wordt aangenemen. Hierna wordt door B. en W. de Gemeente- begrooting voor 1900 tot onderzoek aan den Raad aangeboden, waaruit blijkt, dat deze bedraagt in ontvangst en uitgaaf f9491.98Y2 Hierna komt het Armwezen ter sprake. Deze zaak is nog al van groote beteekenis en van ge- wichtigen aard, Heeren, zegt de Voorz. Op grond, dat bij het hoofd der gemeente een verzoek was gericht een attest van onvermogen te willen afgeven voor Jantje van Weiland, bracht de Voorz. dit feit ter sprake. De kosten ter ver pleging in het Krankzinnigengesticht „Meeren- berg" bedragen f 180, doch wegens geloofsover tuiging zag de Diaconie der Geref. Gemeente alhier haar liever geplaatst in het Christelijke Gesticht „Bloemendaal" te Loosdrecht, waar even wel de kosten bedragen wegens particuliere in richting f270 per jaar. Het Rijk en de Provincie subsidiëeren daarvoor ieder f 45, dus te zamen f 90. Alzoo zou het bedrag, dat de Gemeente in de kosten had bij te dragen voor de plaatsing in dit gesticht gelijk blijven. Zekerheid, dat ook de Provincie eene subsidie van f 45 geeft, had maar die toch licht genoeg verspreidde om het per ron te overzien. Voor den duivel! riep Aurélien, mijn Amerikaan is uitgestapt. Inderdaad, de reiziger stond op het perron, juist onder de lantaarn. Reeds gaf de stationschef het teeken tot vertrek, de conducteur floot om dit teeken aan den machi nist over te brengen, de locomotief liet gillend haar stoom uit en de trein kwam weer in beweging. Aurélien greep zijn reistaschje, opende het portier aan den tegenovergestelden kant van het station en sprong op den weg. Tot zijn geluk kwam er geen trein voorbij, anders zou hjj onder de wielen ver pletterd zijn geworden. Nu liep hjj kalm over de rails en kwam op het perron, waar hjj zich zooveel mogelijk in de schaduw hield. De Amerikaan sprak met den beambte, die aan den uitgang de controle hield. Aurélien luisterde. Eu wat is de naaste weg daarheen? vroeg de reiziger. Gij gaat over de brug bjj het station, slaat links af, volgt den weg tot ge op de markt komt waar de kerk en het raadhuis staan, dan gaat ge langs het kerkhof, steekt den spoorweg over, gaat over de brug des Petits-Pres, slaat rechts af en komt zoo op een smal pad dwars door het weiland. Het eerste huis, waar ge aankomt is dat van den gepensionneerden boschwachter Dormelles. Ge kunt u niet vergissen, het staat geheel afzonderlijk. Dank u. De Amerikaan drukte den man een stuk geld in de hand, tot belooning voor de nauwkeurige inlich ting en liep met vasten, regelmatigen tred den weg op. Aurélien kwam nu te voorschijn en begaf zich naar den beambte, die hem verwondeid aanstaarde, want hij had gemeend slechts één passagier uit den trein te zien stappenmaar men kan zich vergissen, vooral bij avond. De jonge man vroeg, hoe laat er weer een trein naar Parijs vertrok. Om 9 uur. Goed, dan heb ik nog twee uur den tjjd. Wees zoo goed mjjn reistaschje zoolang te bewaren, ik kom het de Yoorz. echter niet en had zich daarom gewend tot Ged. Staten. Ook de inlichtingen van Baron Heemstra, die persoonlijk, om over deze zaak te spreken, den Burgemeester had bezocht, had ZEd.Achtb. niet wijzer gemaakt. En om nu een stuk te teekenen dat de Gemeente zich verplicht tot vergoeding der kosten in het gesticht „Bloemendaalachtte de voorz. niet voorzichtig. Wel had de Diaconie haar woord gegeven dat de meerdere kosten door haar zou worden vergoed aan de Gemeente, maar men moet daaromtrent dan toch zekerheid hebben, opdat de Raad verantwoord zij. De Heer P.Az. de Geus doet opmerken, dat allicht hieruit zou voortvloeien, dat, nu het een Christelijke stichting betreft, er wantrouwen ten opzichte van anders denkenden in het spel is, maar met nadruk verklaart hij, dat de discussiën niet in dien geest mogen worden uitgelegd. Alle raadsleden erkennen dat volkomen. Do vraag wordt geopperd wanneer de Geref. Gemeente of Diaconie wil teekenen voor f90.zij evengoed als de Gemeente het con tract zou kunnen teekenen voor de vergoeding der kosten in het gesticht „Bloemendaal" voor de verpleegster Jantje van Weiland. Hiertegen was bezwaar gemaakt, ook al zou de gemeente de 180.weder vergoeden, want. dan was de zekerheid weggenomen dat het Rijk en de Pro vincie ieder f45 zouden geven. Deze vergoeden wel aan de gemeente, maar het was zeer twijfel achtig of die vergoeding als dan zou worden verleend aan de Geref. Gem, Opdat de Raad de zekerheid hebbe, wegens de verantwoordelijkheid die op hem rust, dat ge noemde verpleegster de gemeente niet meer zal kosten dan f 180.—, stelt de Heer Pool voor, waarmede de Raad zich volkomen kan vereeni gen, dat zal worden opgemaakt eene verklaring, waarin de Geref. Gemeente zich verbindt tot terugbetaling der meerdere kosten, wanneer de verpleeging hooger bedrag dan f 180.eischt. Voor aleer de Raad in dezen geest een besluit straks afhalen. Hij volgde van verre den Amerikaan. De avond was donker genoeg, dat hij geen nood had gezien te worden, terwjjl hjj aan zjjn kant dui deljjk de voetstappen van den zwaargebouwden man kon hooren. Bovendien wist hij welken weg de rei ziger nemen zou. Deze scheen trouwens volstrekt geen achterdocht te hebben, want hij nam volstrekt geen maatrege len om zich te verbergen en ging recht en zonder aarzelen op zjjn doel af. Hij kwam onderweg niemand tegen. In de verte trachtte iemand een militairen marsch te blazen op een ontstemde trompet, maar behalve die valsche tonen brak niets de stilte af. De villa's zijn op dezen tijd van het jaar reeds onbewoond en de platte landsbevolking komt niet dan bij uitzondering na zonsondergang buiten. Met het grootste gemak vond de Amerikaan zjjn weg, zooals de spoorbeambte hem dien had aange wezen en toen hij aan het bewuste huis kwam, bleef Aurélien, die ongeveer honderd pas achter hem liep, stilstaan. Hij hoorde een hond blaffen, vervolgens verscheen er een licht, een oogenblik later verdween dat weer, er werd een deur gesloten en alles was weer even stil als te voren. Mjjn Amerikaan is ontvangen, mompelde Auré lien. Hjj is binnen, vooruit nu. Zonder tegenspoed kwam hjj aan het huisje, dat omgeven was door een kleinen tuin, welke met een jjzeren hek van den weg was afgescheiden. Een venster van het huis was verlicht. Aurélien bleef voor het hek staan en mompelde Het komt me voor, dat daarbinnen belangrijke zaken besproken worden. Die zou ik wel eens wil len afluisteren. Hij aarzelde. Zou ik durven? Hjj beefde ondanks de warme overjas, waarin hjj gehuld was, maar ten slotte zeide hij Komaan, wat waag ik er bjj Wanneer ik betrapt word, dan zal men mjj toch niet opeten. Een onderneming, die zoo mooi op touw gezet was en tot dusverre zoo door het toeval begunstigd werd, neemt, zal eerst het antwoord van Ged. St. wor den ingewacht. Daarop doet de voorz. mededeeling dat is in gekomen een schrijven van den Kerkeraad der Herv. Gemeente alhier, waarin mededeeling wordt gedaan, dat geen vergoeding voor ge neeskundige hulp meer kan worden verstrekt, en dat hij voortaan die geneeskundige hulp over draagt aan het Algemeen Armbestuur. De in komsten zijn in de laatste jaren zoozeer vermin derd, dat de Diaconie zich tot dezen maatregel heeft genoodzaakt gezien. Yerder doet de voorz. mededeeling dat de in gezetene Wortel bij hem is geweest met verzoek tot plaatsing van zijn kind in een gesticht, met de verzekering, nu van zijn herhaald verzoek niets kwam, hij, indien hij wederom aaneens doo- venmansdeur klopte, zich zou wenden tot Ged. St. De voorz. deelt mede, dat door hem advies was ingewonnen bij Dr. Rootlieb, en dat hij de verzekering had gekregen dat de plaatsing in een gesticht niet direct noodzakelijk was. Bo vendien was het gebleken, het kind niet vol doende werd verpleegd en verzorgd en het voor schrift van den doctor niet ten volle werd op gevolgd. De Raad zal het oordeel van Dr. Root lieb 'uljjven inwinnen en daarnaar handelen. Nu komt ter sprake dat ten gevolge van het afkalven van steen aan Geestmer-Ambachtssluis de deuren somstijds moeielijk kunnen worden ge opend. Na zich daarvan persoonlijk op de hoogte te hebben gesteld, zegt de Heer P. Az. de Geus dat wellicht door het plaatsen van eene schoei ing dit euvel verder kan worden voorkomen. Hij berekent de kosten daarvoor ten ruwste op f 15. of f 16.en spoedig daarin te voorzien acht hij dringend noodzakelijk. De vraag wordt geopperd, wien men met die werkzaamheden zal belasten? Algemeen is men van oordeel dat de timmerman Joon, hoezeer men ook voor gelijke begunstiging is, daarvoor de aangewezen man is, door zijn bekendheid met dergelijk werk. mag niet met een sisser afloopen. Oom Jacques en zijn detective zouden mjj uitlachen. Wat ik aanpak, dat volbreng ik ook, al zou de duivel er zich tegen verzetten, en wie mij kent, die weet dat. Komaan dus, moed. Vastberaden naderde hjj de deur van het tuinhek. Deze was niet gesloten, hjj behoefde de kmk slechts om te draaien en was binnen. Voorzichtigheidshalve, om zich zoo noodig een snellen aftocht te verzekeren, liet hjj de deur van het hek wjjd open staan. De paden van het tuintje waren met kittelzand bestrooid, hetgeen zijn voetstappen binnen zou doen hooren, daarom liep hij over de grasbanden en be reikte zoo het verlichte venster, waarachter hjj een zacht gedruis van stemmen hoorde. Naast het venster stonden een konjjnen- en een duivenhok en daartusschen was juist ruimte genoeg voor het smalle lichaam van Aurélien de Prabert. Op zulk een gunstige schuilhoek had deze niet gerekend en hjj draalde dus niet er gebruik van te maken. Over het konijnenhok heen kon hij juist door de opening van het gordijn naar binnen zien. Hjj zag een vrjj groote en zeer zindelijke hoeren kamer met een hoogen schoorsteen, waarondereen houtvuur brandde. In het midden stond de tafel, voor twee personen gedekt en daarop een soepterrine, waaruit de damp opsteeg. Ongetwjjfeld was de familie Dormelles door het bezoek van den vreemdeling in haar middagmaal gestoord. Deze zat bjj het venster, met den rug naar Auré lien toegekeerd. Aan de tafel zaten Dormelles en zjjn vrouw, door het volle licht van den lamp be schenen. De vader van Filip was klein van gestalte, maar kloek gebouwd, hij had een gebronsd gelaat, dik, krullend grijs haar, een zwaren knevel en kleine, zwarte, levendige oogen. Marie-Jeanne, de moeder, was langer dan haar man, maar tenger; haar bleek gelaat toonde aan, dat zjj niet sterk van gezondheid was, maar haar schrandere oogen getuigden van een helder verstand. Aurélien, die uit zjjn schuilhoek zeer goed kon

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 1