BIJVOEGSEL \an de „Nieuwe Langcdijker Courant'' van Zondag 1 October 1899. Vervolg Nieuwstijdingen. De heer M. van Zanten te Dordrecht ontving het volgend schrijven, als antwoord op het aan mevrouw Dreyfus gezonden adres, waarop 300 ingezetenen van Dordrecht hunne handtee- kening plaatsten: „A Monsieur M. Van Zanten, Dordrecht (ïïollande). Madame Alfred Dreyfus vous envoie pour les habitants de Dordrecht qui ont bien voulu signer, ses meilleurs remerciments." („Mevrouw Alfred Dreyfus zendt U voor de inwoners van Dordrecht, die geteekend hebben de hartelijkste dankbetuigingen".) Het adres aan mevrocw Dreyfus, dat in de sociteit „Momus" te Maastricht terteekening lag, is gestolen! Ook geen botertje op den bodem. Op het Eiland IJselmonde is men druk aan het aardappelenrooiennaar de laatste jaren ge rekend, komt deze oogst ditmaal laat. De qua- liteit is over 't algemeen zeer goed, het beschot is echter niet als was verwacht. Verscheidene perceelen vallen aanmerkelijk tegen. Ook de prij zen, die slechts f2.10 tot f2.25 per H.L. zijn, vallen niet mee. Een vrouw, die wat „mans" is! Uit Druten werd indertijd melding gemaakt van het herhaald verzet van zekere vrouw Pe perkamp tegen de politie, nadat zij bekeurd was wegens het tappen van sterken drank zonder vergunning, en zoowel door den kantonrechter te Druten als door de rechtbank te Tiel veroor deeld was tot geldboete of gevangenisstraf. Zij had toen de wijk genomen naar den zolder en dreigde ieder, die haar durfde naderen, met een mestgaffel te doorsteken. Op deze wijze trotseerde zij gedurende een geheelen dag het beleg van 6 rijksveldwachters, die onverrichter zake moes ten terug keeren, nadat een van hen door haar verwond was. Voor die mishandeling werd opnieuw proces verbaal tegen haar opgemaakt en de rechtbank te Tiel veroordeelde haar tot 3 maanden gevan genisstraf, hetgeen dezer dagen bevestigd werd door het gerechtshof te Arnhem. Vreezende, dat zij nu opnieuw door de politie zal gehaald worden, heeft vrouw Paperkamp nu andermaal den zolder van haar huis betrokken, en, nog beter gewapend dan de eerste maal, wacht zij rustig de dingen af, die komen zullen. Een klein „fort-Cüabrol" alzoo op Nederland- schen bodem! In den tuin van L. Bakker te Haarlem mermeer bij Sloten is een reuzen-pompoen ge groeid tot een lengte van 7 meter. Deze is nog geheel groen, prijkt met bloemen en met drie pompoenen, waarvan één naar gissing 45 K.G. en de andere half zoo zwaar zijn. Om het kroppen van salade te bevorderen, begiet men ze met afvalwater uit de huishouding, vooral ook vaatwater, en lost daarin wat chili- salpeter op. Zoo ook met andijvie. Allereerst moet echter de grond voor alle bladgroenten zeer zwaar gemest worden, met stalmest of compost. Bij stalmest voegt men superphosphaat en chloorkalk Tot zijn groote teleurstelling ontving zoowel het personeel der Staatsspoor als der Hollandsche spoor bericht, dat de diensttijd van 10 uur, die met 1 October voor seinhuiswachters, wisselwach ters en het stationspersoneel, belast met den bui tendienst, zou in werking treden, op dien datum alleen van toepassing zal zijn op de seinhuis- wachters. Niettegenstaande de laatste spoorwegongeluk ken de wenschelijkheik hebben doen inzien, dat geen afmattende diensten worden verricht door het stationspersoneel, belast met de bediening der veiligheidstoestellen, zijn er thans nog ver scheidene drukke stations, waar nachtdiensten van 12 uur en meer worden verricht. Op den laatsten dag der maand! Morgen Morgen Hoe gaat 't? Hoe gaat 't! Geen geld? Geen geld! Absoluut niets? Absoluut niets! Adieu Adieu Belangrijke gegevens. In het avondblad van het „Alg. Handelsblad" dd. 26 Sept., komt een partic. corr. voor uit Parijs, waarin de schrijver statistische gegevens aanhaalt uit een artikel van Paul Louis, over Nederland, België en Zwitserland, hun econo mische rol en hunne sociale toestanden. Een uittreksel vinde hier eene plaats. De schrijver constateert dat de drie landen in. bloeienden staat verkeeren door onophoudelijke werkzaamheid. „Zij toonen aan als levend voor beeld, dat de rijkdom der volken onafhankelijk is van hun grondgebied. Het kapitaal, zich in de plaats stellend der soldaten, heeft nagenoeg overal in de wereld den Hollandschen, Belgischen en Zwitserschen invloed doen gevoelen. Deze drie Staten, die van den vrede leven, en daardoor groot worden, hebben meer dan alle andere be lang bij bestrijding van den oorlog, en zjj eeren zichzelve door de groote middelpunten te zijn waarin het internationaal recht van de toekomst wordt voorbereid. Tevens door een wonderlijk contrast infeodeeren zij zich langzamerhand, on danks hun trots op onafhankelijkheid, bij Duitsch- land dat meer dan J/4 van hun handel absorbeert. Het is een belangrijk en zeer opmerkenswaardig feit dat reeds Antwerpen, maar vooral Rotter dam en Amsterdam minder Belgische of Holland sche havens zijn dan Germaansche, die met Ham burg en Bremen wedijveren. Wat betreft de maatschappelijke toestanden, behooren zoowel de beide koninkrijken als de Zwitsersche Republiek tot de meest vooruitstrevende volksregeeringen. Wat betreft hun handel overtreffen zjj, als men de evenredigheid in acht neemt, Groot-Britanië en nog veel meer Duitschland, de Vereenigde Staten en Frankrijk. Terwijl de buitenlandsche omzet van Frankrijk nauweljjks 200 milloen per millioen inwoners overtreft, dalen deze drie sta ten niet beneden 850 of 900 millioen." De handel van Nederland is van 1889 tot 1897 bijna aanhoudend regelmatig gestegen en wel van 4676 millioen 1889 tot 6688 millioen in 1897, dus met 43 pCt., waardoor Hollands handel die in 1889 ruim de helft was van den Franschen handel in 1897 geen milliard meer verschilt van den omzet van geheel Frankrijk. Uitvoerig wordt daarna nagegaan dat de toe neming regelmatig verdeeld is over allerlei ge bied. De invoer nam in dien tijd toe met 36 pCt., zoodat de Hollandsche uitvoer in 1897 slechts 500 millioen minder bedroeg dan de Fransche. „Holland is een groot reservoir vau koopwaren, die van buiten gekomen door Nederland over hun koopers worden verspreid." Duitschland koopt voor 1400 millioen, en verkoopt voor 632, Rus land koopt voor 2 millioen, doch verkoopt voor 970 enz. Den Nederlandschen in- en uitvoer bij elkaar tellend krijgt men als handelsomzet in millioen francs met Duitschland 2032, met En geland 1155, met Rusland 972, met België 702, met de Yereenigde Staten 446, met Rumenië 106 en met Frankrijk, naar in- en uitvoer het zelfde cijfer geven 98. „De rol van Duitschland in het ecomonisch leven van Nederland wordt overweldigend, en op het Europeesche vasteland kent men geen mogendheid, die tegenover haar nabuur zulk een absorptiekracht vertoont. Yan de scheepvaart wordt medegedeeld, dat de tonneninhoud der in de Hollandsche havens binnengeloopen of uitgevaren schepen van 1889 tot 1897 met 55 pCt. is vermeerderd, terwijl de vermeerdering in de Engelsche havens geduren de die periode slechts 19 pCt. bedroeg, en in de Fransche 14 pCt. De toeneming is het sterkst met vreemde schepenonder de schepen der Hol landsche havens waren er in 1889 36 pCt. en in 1897 slechts 30 pCt. die de Hollandsche vlag voerden. De binnenscheepvaart is evenzeer toe genomen, de nieuwe waterweg te Rotterdam met 100 pCt., het kanaal door Walcheren met 50 pCt. en de Rijnscheepvaart met 120 é,130pCt., terwijl de ontvangsten der spoorwegmaatschappij van 53 tot 76 millioen stegen. De Staatsbegrooting daarentegen is gedaald. „Vergeleken met het handelscijfer is het slechts V29, dus zoowel absoluut als in evenredigheid een der laagste van Europa". Toch ontsnapt Nederland niet aan de sociale beroeringen. „Amsterdam heeft zijn proletariaat van diamant werkers, die op sommige dagen rumoerige optoch ten houden en luide om revolutie roepen. Rotter dam heelt zijne dokwerkers, die naar een beter lot streven, Friesland zijne daglooners voor den landbouw, die een deel van het jaar werkeloos, gedurende het andere deel schandelijk geëxploi teerd worden. De groote grondeigendom heeft zich opnieuw gevormd, dank zij der toestrooming van vreemd geld en de ontwikkeling der handels betrekkingen." Buitenland. De Wereldtentoonstelling te Parijs. Onze lezers weten, hoe na de uitspraak van het Dreyfus-proces, er stemmen opgingen, de wereldtentoonstelling te Parijs te boycotten, door zich geheel van inzending te onthouden. Beslui ten dienaangaande werden reeds genomen in het buitenland, ja, zelfs heeft ook in Nederland deze kwestie de pennen in beweging gebracht. Na den heftigen toon van Dr. Gunning kwa men meer kalme betoogen, die tot voorzichtig heid aanmaanden en van kalm afwachten, be zadigd handelen spraken. Ook die stem vond weerklank, toen men weder bij koelen hootde was en de roes van verontwaardiging over de verkrachting van het recht, was geweken. Daarbij kwam, dat kalme overweging herinnerde aan het eenmaal gegeven woord of aan de reeds een maal besloten deelname. De Italiaansche regee ring althans ging nog verder zoo verluiden de berichten, dat zjj allen Industriëelen en fabrikanten die zich, nadat zjj eenmaal zich had den laten inschrijven, terugtrokken, een proces zou aandoen. Men heeft verder van de zaak niet meer gehoord. Maar verrukkelijk is 't ook, de nevenbedoelingen waar te nemen, die bleken te schuilen in het aansporen van de eene natie bij de andere, van de Parijsche Wereldtentoonstel ling weg te blijven en haar op die wijze te boycotten. Daar had men de poppen aan het dansen. Van edele verontwaardiging spraken alle artikelen, zoowel in binnen- als buitenlandsche bladen, maar toen ter sprake kwam het boy cotten der tentoonstelling en vooral in Engeland vele stemmen daarover opgingen, vroeg men zich in Duitschland af, of dit middel misschien door de Engelschen werd te baat genomen om wel licht op de Tentoonstelling het leeuwen-aandeel der inzendingen te vertegenwoordigen, een truc dus om andere landen te overvleugelen. Dit wekte ook den naijver der fabrikanten, indu striëelen en handelaars in andere landen op en ziedaar dit was dus te verwachten er zal van het boycotten van de wereldtentoonstel ling in 1900 door het buitenland al heel weinig komen. De gelegenheid voor de landen, die op industrieel en handelsgebied op de wereldmarkt een eerste plaats innemen, is te schoon om niet alle krachton in te spannen, ten einde de con currenten in de schaduw te kunnen stellen. Voor Duitschland is het een gelegenheid zonder weerga om te toonen, dat het, sterk geworden door den oorlog, zich groot heeft weten te maken door den vrede. De Duitschers toch hebben reeds lang begre pen, dat de economische strijd, alhoewel niet zoo bloedig als de andere, daarom toch niet minder hardnekkig is en zij strijden nu reeds sedert 30 jaren in die richting met de volharding, die hun aangeboren is. Met het doel de voornaamste plaats op de wereldtentoonstelling in te nemen brach ten eei^3000 kooplieden en industrieelen meer dan 20,000,000 francs bijeen en zijn onder het opzicht van den heer Richter, die tot keizerlijk regeerings-commissaris is benoemd, aan den ar beid getogen. Duitschland wil voornamelijk de buitenwereld een idee geven van de vlucht, die het in de laatste 30 jaar heeft genomen en daarvoor biedt deze tentoonstelling juist zulk een geschikte ge legenheid, want de verschillende landen zullen daar niet exposeeren in secties zooals dat heet, doch in afdeelingen en groepen, die zoo inge richt worden, dat iedere afdeeling geeft te zien wat ieder land vermag voort te brengen. De afdeelingen en niet de enkele stukken zullen dan de logische basis vormen voor een oordeelvelling. Een heerlijke, vreedzame strijd alzoo, maar die evenzeer niet minder hardnekkig zal worden ge voerd, dan een strijd met wapenen. Zou de Duitsche Keizer nog te Parijs komen Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat een fransch blad zich gunstig daaromtrent uitliet, maar jawel, het moest spoedig vernemen dat an dere bladen vermelden, dat in Frankrijk een duit8ch blad was verschenen. Dit teekent den geest, de stemming onder het fransche volk. Re vanche klinkt den Franschman nog als muziek in de ooren de kansen zijn voor Z. M. niet gunstig. Ook is gesproken, dat vele rijke Engelsche en Amerikaansche familiën besloten hebben niet naar de tentoonstelling te gaan, ook al door het proces-Dreyfus. We zijn nog zoover niet, maar onmogelijk was 't niet, vooral wanneer Alfred Dreyfus ook dan nog niet in zijn eer is hersteld. Dreyfus. Zoolangzamerhand wordt de stemming ten op zichte van den martelaar in Frankrijk zelf nu ook beter. Of 't wellicht komt, dat men gaat twijfelen aan eigen overtuiging, nu men zich in het buitenland zoozeer ten gunste van den ex- banneling heeft uitgelaten zouden wij niet kun nen beweren, maar zeker is 't, dat van uit Frank rijk de stroom van brieven en telegrammen groot is. Intusschen geniet Dreyfus van zijn vrijheid ten volle. Hoe kan 't ook anders. Na gedurende vijf jaren niets dan een stukje blauwe lucht te hebben gezien met de vier wanden zijner gevan genis, steeds bespied en bewaakt, zelfs zoo, dat de in zijn benauwde droomen uitgestooten woor den en halve volzinnen werden opgeteekend en overgebracht, gepijnigd en gefolterd, belasterd en belaagd is't te begrijpen dat de vrijheid thans voor hem is een paradijs van vrede en geluk in het bijzijn van zijn heldhaftige vrouw en zijne dierbare kinderen. Dat was een oogenblik van heftige emotie, dat eerste wederzien. Gedurende langen tijd kon hij niet spreken; te ontroerd, te bewogen, te veel aangegrepen, te diep geschokt was de arme vader toen zijn kinderen hem om den hals vielen. Zullen we er nog meer van zeg gen? Dreyfus maakt lange wandelingen met zijn kinderen, ontvangt af en toe zijne familieleden, maar is nog niet in staat inspannenden arbeid te verrichten. Natuurlijk. Hij houdt zich dan ook uitsluitend bezig met zijn correspondenties, die hem nog dageljjks in groot getal toevloeien. Den winter zal hij doorbrengen aan de kust der Mid- dellandsche zee, of wel, ook hiervan wordt ge sproken, maar 't zal wel weer niet waar zijn, dat Dreyfus zou gaan wonen in een villa, hem door eenige Amerikaansche dames aangeboden. Ook heeft hij gewijgerd den eeresabel aantenemen, die hem eveneens door Amerikaansche dames zou worden vereerd. Natuurlijk dat ook Labori en Zola dezer da gen te Carpentras komen, om een bezoek te bren gen aan Dreyfus. Mathieu Dreyfus heeft verklaard, dat niet één, maar verscheidene nieuwe feiten aanwezig zijn, die kunnen leiden tot cassatie van het vonnis van den krijgsraad van Rennes en het beginnen van een nieuw proces. De familie Dreyfus wil met het nieuwe proces echter wachten, tot de ex-kapitein in zoover zijn krachten heeft terug gekregen, dat hij de vermoeienissen van een nieuw geding zal kunnen weerstaan. Engeland en Transvaal. De, als een gunstig voorteeken beschouwde stilte, waarmede de geschillen tusschen Engeland en Transvaal bleken te worden behandeld, zijn niets anders geweest, dan een zich opnieuw tot den oorlog voorbereiden, een dralen van de zijde van Engeland, die het in staat moest stellen, zich beter tot den oorlog toe te rusten. Het schijnt wel, dat men het elkander heeft inge fluisterd in welken geest men zich thans moet uitlaten over de houding der Transvaalsche re geering. Toen de oorlogskansen voor Engeland minder goed waren dan thans, d.w.z., dat het nu beter toegerust kan ten strijde trekken, toen was men blijkbaar voor een vredelievende oplossing; heden echter, nu men ziet, dat de onderhandelingen steeds op den langen weg wor den geschoven en Engeland dien tijd zich ten nutte maakt, steeds meer troepen naar Zd.-Afrika te zenden en zich voor een compleeten oorlog geheel voorbereid en klaar kan maken nu veranderen de bladen, zoowel als de invloedrijke personen, die voorheen den oorlog met Transvaal nog een misdaad noemden of een te gevaarlijke speculatie, van coulisses en vertoont het tooneel een reusachtig leger, onder een krijgsmarsch zich inschepende naar Transvaal, om het aan hunne broederen gepleegde onrecht te wreken. Het vaandel wappert, de oorlogstoortsen branden en onder de toonen van het „Got save the Queen," vertrekt de legerschare om in naam der gerech tigheid en der menschheid te strijden onder de vlag der natie, die zich eens voor de onbeschaafde Transvaalsche natie heeft moeten vernederen. Maar de Engelschen zijn moedig. Zij weten dat zij in aantal wel driemaal zoo sterk zjjn als de Transvaalsche strijdmacht en daarom er op los wij zullen overwinnen. Dat is een heele andere toon dan nog voor enkele weken aangeslagen, maar intusschen eene beslissing is nog niet gevallen. Men wacht en wacht, tot men gereed is om, gedreven door roofzucht en gouddorst, een staat te dwingen tot geheele onderwerping aan het Engelsche gezag. Maar zoover zijn wij nog niet. Sterk in het geloof overtuigd van hun goed recht ze ker van hun schot profiteerende van het zoo gunstig liggende tot eene verdediging zoo uit stekend geschiktffterrein zal Transvaal z'n onaf hankelijkheid verdedigen met de hoop en het geloof in het hart, met moed en vertrouwen op z'n strijdhaftige mannen. Zeker is 't dat de Oranje Vrijstaat Transvaal hierin zal bijstaan. Het antwoord van Transvaal op de laatste te legrammen van Chamberlain van Pretoria ver zonden zegt, dat de regeering der Z.-A. Repu bliek streng zich houdt aan de Londensche con ventie van 1884, en dat zjj niets meer vraagt. Geen zinspeling wordt gemaakt op de suzerei- niteitsquaestie. Van den kant der Jingo's wordt beweerd, dat Transvaal in het gunstigste geval maar 18.000 man op de been kan brengen! De Vrijstaat zou zelfs beneden dat cijfer blijven. Ook al krijgen de Boeren dus nog wat steun uit Kaap Kolonie en Natal, dan zal Engeland ze toch makkelijk baas kunnen worden, De Kaapsche Jingo Thomp son spreekt zelfs van hoogstens 15,000 Transvalers en ongeveer 6000 Vrijstaters! Over de aan Engeland in het geval van een Zuid-Afrikaanschen oorlog ter beschikking staande strijdkrachten, worden allerlei mededeelingen ge daan. Zoowel in het Vereenigd Koninkrijk als ook in Indië zijn bepaalde troepen-afdeelingen zoo ingericht, dat zij elk oogenblik naar Zuid-Oost- Afrika kunnen vertrekken, waarbij nog kan op gemerkt worden dat, volgens een door Balfour in het Lagerhuis afgegeven verklaring, in een even- tueelen oorlog met de Boeren slechts blanke troe pen gebruikt zullen worden. Reservisten zijn volgens een officieele verkla ring niet opgeroepen, noch heet de regeering van zins dit voorloopig te doeq. De strijdmacht zou 33.200 koppen bedragen, welke bij de reeds in Zuid-Afrika aanwezig zijnde 10.000 man ge regelde troepen zouden komen. De opperbevel hebber van deze laatsten, luitenant-generaal sir Forestier Walker, is 6 September in Kaapstad aangekomen. Het opperbevel over de geheele strijdmacht is opgedragen aan generaal sir Red- vers Bulier, thans commandant van het leger in Aldersbot. Aan de troepen zou klaarblijkelijk nog eene marine-brigade worden toegevoegd, die van het Kaap-eskader, ten gebruike bij de landoperaties. Het zich in de buurt van Delagoabaii bevin dende smaldeel onder Sir R. Harris zou voorts in geval van oorlog worden versterktthans telt het 15 schepen, en wel twee kruisers tweede klasse, 5 kruisers derde klasse, en acht zeer kleine vaartuigen. In geval van oorlog zou de eerste taak van dit eskader zijnhet afsnijden van al len toevoer van krijgs-materiëel voor Transvaal. Velen betwijfelen het echter, of Brittanje met een goede 30.000 man den strijd tegen de Boe ren zal durven wagen. Immers moeten dezen „verpletterd" worden, en daartoe zijn 30.000 Roodbaaitjes wel niet in staat, vooral niet nu de Vrijstaters de Transvalers gaan helpen. Te Berlijn vernam men dan ook, daar Albion van plan is het dubbele van het bovengenoemde aan tal soldaten te sturen, zegge 68.000 man, 18000 paarden, 2400 wagens en 156 kanonnenEen ontzaglijke legermacht alzoo. Dinsdag is admiraal Dewey met zijn „Olympia" in New-York aangekomen en daar met ongekende geestdrift begroet. Booten en bootjes verlieten den wal en verzamelden zich om het Amerikaansche oorlogsschip; de in de baai en haven liggende schepen prijkten weldra in vlaggentooi. Luide klonken over het water de hoera's der duizenden en nog eens duizen den, die gekomen waren om den admiraal te verwelkomen. De manschappen van het oorlogsschip stonden op de verschansing aangetreden en hieven even eens luide hoera's aan. Admiraal Dewey bevond zich op het dek in klein uniform en beant woordde herhaalde malen de toejuichingen door het afnemen van zijn uniformpet. Admiraal Sampson bracht dadelijk een bezoek aan boord der „Olympia" en overhandigde Dewey een adres van gelukwensch der Amerikaansche marine. In bijna alle steden der Vereenigde Staten wordt feest gevierd ter eere van den volksheld, hetgeen heel wat feestcommissies met de handen in het haar doet zitten, omdat Dewey's terug komst een dag later was verwacht. Knoopen uit melk. In het East-End van Londen zijn drie groote knoopenfabrieken, waar de melk, die in de groote melkinrichtingen verzuurd is, gekarnd wordt, tot dat er een soort van kaas gevormd is. Deze kaas wordt onder groote drukking ge perst, totdat de laatste druppel vocht er uit is, en daarna in een verhitte kamer gebracht, waar de temperatuur zeer hoog is. Bij dien hoogen warmtegraad wordt de massa gebleekt en geplet en in de vereischte vormen geperst. De onkosten van bewerking van de knoopen, die op deze wijze vervaardigd worden, bedragen nog niet de helft van die voor de vervaardiging van beenen knoopen, terwijl zij niet zoo licht breken en niet verkleuren. Kenschetsend. Te Genève werd een reiziger, die veel op ge*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 5