Plaatselijk Nieuws. ij i 't onweer en de branden in den omtrek, is een hulpbrug geslagen, bestaande uit dikke planken en voorzien van een leuning. Mr. Boonacker had een telegram gezonden aan eenige der padbewoners, dat hij medelijden met hen had en hun de brug zou teruggeven. Allen zien nu belangstellend uit naar de din gen, die komen zullen. Heer-Hugowaard. Het boeren- en bou- wersbedrjjf „Het Kaselotje", gelegen aan den Westdjjk van den polder Heer Hugowaard,^ ter grootte van ongeveer 6 V2 H. A. heeft in publieke veiling f8207.50 opgebracht. Verschillende dee- len zijn aan verschillende koopers toegewezen; de kooper van het huis met stalling heeft daarbij geen anderen grond dan het erf. De prijs per H.A. bedraagt ongeveer f1000. Bedevaartgangers. Kevelaar is dit jaar bezocht door een half mil- lioen pelgrims. Het plaatsje telt ruim 7500 in woners. Dezer dagen werd een negenjarig meisje dat schoolgaat in de Rembrandtstraat te 's Gra- venhage, bij het verlaten van de school aan gesproken door een man, die haar vroeg of zij een eindje met hem wilde meerijden, dan zou hij haar een zakje kaakjes koopen. Het meisje, reeds vroeger door haar vader gewaarschuwd nooit mot onbekenden mee te gaan, wat haar ook beloofd werd, weigerde, waarop de man haar aangreep zooals zij aan haar vader verteld heeft en op den wagen gooide, waarmede hij wegreed. Door het angstig schreeuwen van het kind zette de man het in de Van Djjckstraat weer van zjjn wagen. De polite doet onderzoek. Het bewuste meisje en twee schoolkameraadjes beweren den man nog te kunnen herkennen. De uitslag van den bij den Heer D. Vis ser te Hoogkarspel gehouden Kolfwedstrjjd, is als volgt W. Kraakman te Zuidscharwoude, le prijs met 146 p., C. Kossen te Koog a/d Zaan, 2e prijs met 139 p., D. v. d. Kolven te Koog a/d Zaan, 3e prijs met 126 p. R. Swagerman te Hoorn, serieprjjs met 53 p. Wel vroeg getrouwd. Te Oosterhout werd aan de loting deelgenomen door iemand, die reeds vader was van drie kin deren, waarvan nog twee in leven. De man trok gelukkig geen dienstplichtig nummer. Te 's Heerarendskerke (Zeeland) zijn de aardappelen zóó hevig door ziekte aangetast, dat ze voor 40 cent per mud verkocht worden. Een inwoner dier gemeente had in een groote mand, een zoogenaamde paardebagge, slechts twee aardappelen, waarin geen teekens der ziekte te bespeuren waren. Een geheim misdrijf. In sommige bladen komt eene advertentie voor, waarin door den Officier van Justitie te 's Gra- venhage de schrijver van een aan den Minister van Justitie bezorgden brief, houdendemededee- lingen betreffende een hoogst ernstig misdrijf, wordt opgeroepen om zich ten spoedigste bij hem aan te melden. Naar wij vernemen, is deze brief, blijkens het postmerk, te Zutfen op de post gedaan, en staat in verband met het dezer dagen gevonden lijkje van den ongelukkigen knaap van Wezel. Het gevonden knaapje. Uit den Haag wordt geschreven: Op eenigen afstand van de plek in de duinen, waar het lijk van Albert van Wezel werd ont dekt, zijn thans gevonden het pannetje, bord, enz., waarin de knaap den 25en April, den dag der verdwijning, zijn vader eten had gebracht. Zondag werd de plaats waar de overblijfselen van het knaapje gevonden zijn, door zeer vele personen bezocht. Tentoonstelling van zaailingvruchten. Woensdag werd de nitslag bekend der tentoon stelling van zaailingvruchten, te Ede te houden zijn voor het huis- en stalpersoneel, daar moet ik naar zoeken. De veronderstelling van Robert Duhesme was vol komen juist en nadat hjj langs den zqgevel was ge- loopen vond hij in den achtergevel de deur die hjj zocht. Zij was niet afgesloten en vermetel trad hij binnen. Welbeschouwd had Robert slechts één vrees: in handen te vallen van de politiebeambten, die order hadden hem met geweld mee te nemen ten einde hem te verhinderen tot den heer des huizes door te dringen, maar de ontmoeting met een bediende leverde hem niet zooveel gevaar op. Hij kon voorwenden dat rnqnheer De Prabert hem hier ontboden had en hem in het geheim moest spre ken en om alle bedenkingen van een lakei te over winnen had hij een onfeilbaar middel bq zich, in den vorm van een met goudstukken ruim voorziene beurs. Hq kon dus in dit gedeelte van het hotel vrq zijn weg zoeken. De gang waar hq was binnengetreden, liep uit op een breed portaal, waar een dienstbodentrap was naar de vertrekken van het souterrain en die verder langs de vertrekken der benedenverdieping liep. Robert liep dit portaal door. Aan het einde was een groote galerij, electrisch verlicht, links en rechts waren deuren van kamers. Deze galerij was voor hem een zeer gevaarlijk ter rein, want in het heldere licht kon hij elk oogen- blik verrast worden, maar om 't even, hij liep onver schrokken voort. Eén geluk had hij, dat zqn voet stappen onhoorbaar waren op het dikke tapijt. Op twee derde van de lengte der galerij zag hq een kleine, matiger verlichte zijgang. Daar was het misschien. Robert Duhesme trad deze zqgang binnen, maar merkte spoedig, dat hij zich vergist had, want toen hq een paar meter voortgeloopen had, kwam hij in een helder verlichte, smaakvol gemeubileerde anti chambre, met blauwe zqde gestoffeerd en waar de liefelijke geur van heliotroop hem tehemoet kwam. Ik ben op een verkeerden weg, mompelde Robert, dit is waarschijnlijk de kamer van de vrouw van mijn broeder. i10p hetzelfde op 18, 19 en 20 October, door de Luntersche Tuinbouw vereeniging. I. 25 variëteiten der schoonste en deugdzaamste zaalingappels. le hoofdprijs van f 1000, J. H. F. W. van den Ham, Lunteren. II. Grootste verzameling zaailingappelvariëtei ten. le pr. niet toegekend; 2e pr. C. de Wilde, Heemstede; 3e pr. A. de Wilde, id. III. Grootste verzameling zaailingperenvarië- teiten. le en 2e pr. niet toegekend; 3e pr. J. H. F. W. van den Ham, Lunteren. IV. De 10 beste zaalingappelvariëteitenle pr. niet toegekend2e pr. afd. Groningen der Ned. Tuinb.-Mij.3e pr. B. Wigman, Lunteren. V. De 10 beste zaailing-peren variëteitenle pr. niet toegekend; 2e pr. J. II. T. W. van den Ham3e pr. H. van Lonkhuijzen, Heteren. VI. De 5 beste zaailing-appel variëteiten: le pr. J. A. Cremers, Bingelrade; 2e en 3e pr. niet toegekend. VII. De 5 beste zaailing-perenvariëteiten: le pr. J. II. T. W. v. d. Ham; 2e en 3e pr. niet VIII. De allerbeste zaailing-appel variëteitle pr. J. II. T. W. v. d. Ham en W. Zweers, Koe- vorden2e pr. v. d. Ilam3e pr. afd. Gronin gen der Ned. Tuinb. Mij. IX. De allerbeste zaailing-perenvariëteitle pr. J. II. F. W. v. d. Ham2e en 3e prijs niet toegekend. In afd. 2 was de eerste prijs een gouden med., de tweede een zilveren, in alle andere afdeelin- gen waron de le en 2e prijzen zilveren medail les, de 3e prijzen getuigschriften. VERSLAG van het verhandelde in den Raad der gemeente ZUIDSCHAR WOUDE, op Dinsdag 17 October 1899, '8 nam. half zes. Voorz. de EdelAchtb. Heer J. W. C. Kroon. Tegenwoordig alle leden. De vergadering wordt met een welkom aan de aanwezigen geopend, waarna lezing volgt der no tulen van de voorlaatste en de vorige gehouden vergadering, welke zonder op- of aanmerkingen worden goedgekeurd. Hierna deelt de voorz. mede: le. dat bij de op den 1 Oct. door B. en W. gedane kasopname aanwezig bleek te zijn, nadat alles wat in het vorige kwartaal had moeten geschieden was af gewikkeld, een bedrag van f94,591/2. 2e. Dat de rekening met de daaraan gehechte goedkeuring is teruggekomen, welke zooals reeds ter kennisse van den Raad was gebracht, sluit met een nadeelig saldo van f842,501/2- 3e. Dat de nieuwbenoemde ouderwijzer, de Heer De Vries, zijne benoeming heeft aangeno men, en na ten slotte voor hem eene woning is gevonden, verwacht mag worden, dat hij den 1 Dec. zijne betrekking zal aanvaarden. 4e. Dat na onderzoek door den voorz. aan het Hypotheekkantoor zoowel als aan het kadaster, is gebleken, dat de grond, waarop de heer Slot eigendunkelijk een gebouwtje had geplaatst of daarmede een begin had gemaakt, aan de ge meente toebehoort, dit ter kennisse van den Heer Slot is gebracht, die zich bij deze uitspraak neer legt, en het verder nu de vraag is of het ge bouwtje op dat gedeelte aan den gemeente toebe hoorenden gemeentegrond, mag blijven staan of niet, tegen eene kleine vergoeding per jaar bij voorbeeld. De voorz. vraagt of een der leden hierover het woord verlangt. De Heer Zeeman doet opmerken, dat hoewel de gemeente van het gemis van dezen grond geen last heeft, de zaak toch niet in den haak is. De Heer Greidanus meent dat hem die vergun ning tot wederopzegging toe moet worden ver leend; die bepaling is eene noodzakelijkheid. Ook de Heer Jongerling kan zich hiermede ten volle vereenigen. De voorz. doet ook nog opmerken dat door betaling eener recognitie het eigendomsrecht van de gemeente is verzekerd. De Heor J. Kroon wil gaarne aannemen, dat Slot te goeder trouw heeft gehandeld, waarop de Heer Greidanus doet opmerken, dat hij in elk geval over zijn plan had moeten spreken, nu de vraag aan wie de grond toebehoorde, zeer kwestieus was. Besloten wordt, den Heer Slot dezen grond in erfpacht af te staan tegen een jaarlijksche vergoeding van f 1.daar het volstrekt niet de bedoeling is van den Raad, er eenig voordeel van te trekken. Yerdor wordt op voorstel van den Yoorz. be sloten, evenals vorige jaren, ook nu weer aan den Gemeente-veldwachter Parma en den Rijks- eldwachter Jongepier eene gratificatie van f 5. ieder toe te kennen voor bewezen diensten bij spraken, door de groote galerij. Het waren lakeien, die zich waarschijnlijk naar hun kameraden in het souterrein spoedden, waar hun diner wachtte, Voorzichtigheidshalve wachtte Robert even. Tegelijkertijd werd zijn aandacht getrokken door een gedruisch van stemmener werd gesproken in de kamer naast hem. Een woord trof zijn oormen had de naam van kolonel Allevard genoemd. Hij herinnerde zich, dat de hoofdofficier, die zoo ongunstig jegens Filip gestemd was, dien naam droeg. Zqn nieuwsgierigheid werd opgewekt, hij begaf zich naar de deur van het vertrek, waar dit onderhoud gevoerd werd, lichtte de portière up en drukte zqn oor tegen het sleutelgat. Gemakkelijk Aurélien gemakkelijk zeide een afgebroken, kortademige stem. Mijn hemel, dat alles maakt mij bang, deed een vrouwenstem zich hooren, wanneer gij eens niet slaagdet Oom Jacques heeft gelqk en ik vind zqn plannetje uitstekend, zeide een derde stem, die aan zijn hel deren klank duidelijk als die van een jongmensch te herkennen was, het is zooveel als een staatsgreep en daar hebben de grootste mannen niet tegonop gezien, als 't noodig was. Het onbetwistbaar talent als calligraaf van dien waarden oom verzekert ons reeds vooraf een goeden uitslag. Een man als de onze te onteeren en in de gevangenis te doen op sluiten staat gelqk met hem te dooden. Maar dan zoudt gij in elk geval een voorbeeld van zijn handschrift moeten hebben. Odat is het minste bezwaar, autografen van dien heer zijn zoo zeldzaam niet en vooral hier in huis zqn er genoeg te vinden. Wacht eens, heeft hq verleden week niet aan papa geschreven? Juist, antwoordde de vrouwenstem, hij berichtte, dat hij bevorderd was en overgeplaatst naar het ministerie. Dat is alles, wat we noodig hebben. Papa bewaart al zijn brieven, die niet over zqn zaken handelen dezen zijn onder berusting van Puybarrau ineen lade van zqn schrijfbureau, wq behoeven daar dus slechts te gaan zoeken.^ 5e. Dat door deu niewbenoemden nachtwacht aan ZEd.Achtb. is verzocht om een jas, om zich in de uitoefening van zijn ambt, voldoende te kunnen beschutten gedurende den winter. De Yoorz. zegt, dat de oude door den vorigen nachtwacht is afgedragen en vraagt nu den Raad of deze een nieuwe zal aanschaffen. De Heer Kroon vraagt, of de Raad daartoe verplicht is, waarop de voorz. ontkennend ant woord. De Heer Molenaar acht het niet meer dan billijk, dat aan den nachtwacht van gemeente wege een jas wordt gegeven. De Heer J. Kroon zal er zich volstrekt niet tegen verklaren, maar hij is toch van meening, dat hij, die naar eene dergelijke betrekking solliciteert moet zorgen, die betrekking te kun nen waarnemen. Het kost de gemeente al spoedig een f 20. De Heer Greidanus erkent dit gaarne maar hij meent, dat het loon van den nachtwacht f6.— in de zeven nachten, toch waarlijk te gering is. Het voorstel hierna in stemming gebracht, wordt met algemeene stemmen aangenomen. 6e. Dat is ingekomen een adres van de com missie, die zich heeft gevormd bij de gemeente besturen aan te dringen op pensioneering harer politie, in welk adres tevens de tarieven voor eene dergelijke verzekering zijn neergelegd. Nadat door den Yoorz. dit adres is voorgele zen, verklaart Z.Ed. Achtb. zich in principe wel voor de zaak, hoewel hij van meening is, met het oog op vele omstandigheden, deze zaak voorloopig te moeten laten rusten. Z.Ed. Achtb. zou gaarne het gevoelen van den Raad kennen. Uit de bijgevoegde tarieven blijkt, dat voor Parma, op zjju 38-jarigen leeftijd een jaarlijksche premie van f 36.42V2 zou moeten worden betaald. De Heer Greidanus zegt, zich er evenzeer in beginsel voor te verklaren, maar daarom ech ter nog met geen voorstel zal komen aandragen. Het ligt evenwel op den weg der gemeente besturen zijn ambtenaren te pensioneeren, zegt de Heer Greidanus. We moeten dien weg op. Om te voorkomen, dat zij niet broodeloos, tot schade van zich zelf en tot last van anderen hun ouden dag zullen moeten doorbrengen, zullen wij voor hen moeten zorgen. Daarom zou hij ook thans er voor zijn, ook met het oog op de geringe kosten, en ongetwij feld zou de betrokken persoon een deel in de premiebetaling willen bijdragen. Allen erkennen, dat in de gegeven omstandig heden moeielijk gevolg kan worden gegeven aan dit adres, terwijl de Raad omtrent enkele daarin vervatte punten, zich gaarne nog wat beter in gelicht zag. De Yoorz. deelde nog mede, nadat men alge meen van meening was, dat de betrokken per soon zelve ook in de betaling der premie zou kunnen bjjdragen, de veldwachter Parma had te kennen gegevon, daarvoor wel f 10 over te hebben. Tenslotte wordt op voorstel van den voorz. besloten de permanente commissie te berichten, dat de Raad zich in principe voor de zaak heeft verklaard, dat door omstandigheden daarop voor loopig niet kan worden ingegaan en dat verdere inlichtingen worden gevraagd omtrent enkele den Raad minder duidelijk voorkomende punten. Bovendien zou een dergelijke post toch nu niet meer op de Begrooting voor 1900 kunnen worden gebracht, maar wel voor 1901. 7e. Dat een adres is ingekomen, tot spoedige opgave van de verordening op het heffen van schoolgeld, begrafenisrechten, sluisgelden, leges enz. aandringende. Nadat door den voorz. is voorgelezen de ver ordening op het heffen van Schoolgeld, wordt door ZEd. Achtb. voorgesteld de heffing op den 1 Jan. 1900 als volgt vast te stellen: Yoor ieder kind uit één gezin f 0 20 twee kinderen - 0.30 ieder volgend kind meer -0.10 Minvermogenden betalen half geld. Voor Onvermogenden en bedeelden is het on derwijs kosteloos. Het Schoolgeld wordt per drie maanden gehe ven, terwijl door B. en W. zal worden bepaald wie onder de min- of onvermogenden zullen be- hooren te worden gerekend. Daarop vraagt de Heer Bak of deze heffing is het minimum bedrag. Ter sprake komt nu dat deze heffiDg toch ook wel wat laag is, waarop de voorz. antwoordt dat het onderwijs een hoogst belangrijke zaak is, waar voor men moeielijk hooger kosten kan heffen. De heer Jongerling zegt nu, dat men dan trou wens ook evenredig moet gaan verhoogen als ook den H. O., waarop de voorz. antwoordt dat men volgens zijne meening 't liefst heelemaal niet moet verhoogen. De Heer Jb. Greidanus zegt, dat die verhoo ging, zoo die van invloed zou zijn op de Ge- meente-financiën, dan niet gering moest zijnwant men moet niet vergeten, dat het grootste aantal burgers der gemeente, die schoolgaande kinderen hebben, min- of onvermogenden zijn. Verhooging der belasting kan beter worden gedragen door gezinnen zonder kinderen dan met kinderen, en men mag dat dan ook veel liever doen. De Heer Bak zegt, dat 't wel moeielijk is te gaan splitsen maar 't is toch nog al bezwarend dat alle arbeiders onder de onvermogenden wor den gerekend. Dit wordt door sommige raadsleden erkend. Er zijn arbeidersgezinnen waar 's wekelijks ge noeg inkomt 0111 de kosten van het onderwjjs te kunnen dragen. Door den Heer Jongerling wordt nog opge merkt, dat door sommige gegoede burgerlui niet meer aan de gemeente wordt betaald, dan wat het onderwijs aan hun kinderen kost. De kosten van het onderwijs voor elk kind op f 30 k f 40 De Heer Jb. Greidanus zegt, dat die rekening nu niet geheel juist is, want dat van de kosten van het onderwijs afgaat de vergoeding van het Rijk. Daarna wordt de verordening op de heffing van schoolgelden goedgekeurd en geteekend. Hierna wordt de verordening op het heffen van begrafenisrechten vastgesteld als volgt Voor het uitsluitend recht van eigen dom op een graf zal worden geheven t 6. Yoor het begraven van een lijk be neden het jaar f 0.50 Van 1 12 jaar f 1. Yan een lijk boven de 12 jaar f 2. Voor het gebruik van baar en lijkkleed zal worden in rekening gebracht f 0.50 Voor het luiden der klok f 0.60 Yoor onvermogenden kosteloos. Onder de onvermogenden zullen niet worden gerekend zij, die uit een begrafenisfonds eene uitkeering tot bestrijding der begrafeniskosten zullen ontvangen. 8e. Een adres van het Bestuur der Naamlooze Vennootschap tot exploitatie van de Paarden- trem Alkmaar—Oud-Karspel(behelzende het zelfde verzoek als het in den Raad der gemeente Broek op Langedijk breedvoerig behandelde zie ons vorig nr. Red.) Besloten wordt, de behandeling van dit adres tot een volgende vergadering uit te stellen, om dat B. en W. het daarin vervatte verzoek niet voldoende toegelicht zien en zich daardoor te weinig op de hoogte achten den Raad van ad vies te dienen. Afgesproken, en nu ga ik Robert Duhesme kon niet langer luisteren, want hq hoorde voetstappen, die de deur naderden, waar achter hq stond. Hij moest zich dus snel verwijden, wilde hq niet betrapt worden, maar hetgeen hij van het gesprek had opgevangen, was reeds voldoende geweest, om een heftige ontroering bij hem teweeg te brengen. Mqn God, zeide hq voor zich, ik weet met welk complot die ellendingen smelen, maar ik vrees het te begrqpen. O! had ik slechts zekerheid! Had ik slechts zekerheidIk vermoed, dat zij een laffen aanslag beramen jegens h e m, zoo eerlijk, zoo recht schapen. Indien dat zoo is, wee hen dan, wee hen 1 Zqn gelaat nam een onheilspellend dreigende uit- drukking aan en hij verwijderde zich met wankelende schreden. Voor het oogenblik stond hij toch geheel machteloos. Wij zullen zien wq zullen zien, mompelde hij, ik zal trachten hem in het geheim te waar schuwen, voor het onheil, dat hem dreigt, dan kan hij zijn maatregelen nemen. Door deze gedachte bezield liep hij recht voor zich uit de galerq door en vergat alle voorzorgen, die hij bij het binnentreden had genomen. Hq liep de galerq ten einde, bevond zich daar tegenover een breede trap en klom die met drie treden tege lijk op. De ligging der vertrekken op de eerste verdieping was ongeveer gelqk aan die van beneden en het kostte hem niet veel moeite de kamer te vinden, aan welks venster hij den vorigen avond Bernard gezien had. Hq was juist in het midden van dit gedeelte van het hotel, dat zijn gevel had in de rue de Penthi- èvre, hq kon zich niet vergissen. Hier moet het zijn, zeide hq, terwijl hq vooreen deur bleef staan en aanklopte. Een vriendelijke stem antwoordde Binnen 1 Hij trad binnen. Robert Duhesme bevond zich op den drempel van een ruim vertrek, volkomen gelijk aan dat op Saint- Colomban, waar wij Filip Dormelles zagen bmnen- j:» onderscheid, dat deze kamer vierkant was. Overigens stonden er dezelfde don kere, stemmige meubelen, hing er dezelfde sigaren rook en zaten er dezelfde personenBernard De Prabert en Puybarreau. Laatstgenoemde stond verwonderd op bq het zien van dezen vreemdeling, die door niemand was aan gediend hij ging hem eenige schreden tegemoet en vroeg Wie zjjt gij, mijnheer, wat verlangt gq Robert antwoordde niet; met een enkele hand beweging schoof hq Puybarreau ter zqde en naderde Robert Deze was, toen hq Robert zag binnenkomen van zijn fauteuil opgestaan, hq begon te beven en zag de binnentredende strak in het gelaat. Het electrisch licht van eenige booglampen, dat door gazen kappen was getemperd, liet slechts ter nauwernood toe, de gelaatstrekken te onder scheiden. De bezoeker had zich recht tegenover Bernard De Prabert geplaatst. Bernard, zeide hij, ik ben het. Een rilling voer Bernard van hoofd tot voeten, zijn bleek gelaat werd eensklaps hoogrood ge kleurd. Robert! Robert 1 Mijn broer! nep hjj uit. Hjj stak beide handen naar Robert uit, greep de zijne en schudde die hartelijk. Gjj, gij, stamelde de grijsaard, ik zie u dus weer, en zoo eensklaps, zoo onverwacht, na zoo veel 'jaren van scheiding. Ik dacht al dien tjjd dat gij dood waart. O! Robert, mjjn arme broe der. Welk een vreugde u terug te zien, mjjn God, mijn God! Tranen vloeiden over het gelaat van Bernard en hij hield nog altijd de handen omklemd van zjjn broeder, die hem zooveel had doen lijden, en dien hij toch nooit had kunnen haten of ver achten. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 2