Onderscheidene koek- en banketbakkers te
Utrecht zijn in de laatste dagen dupe gewor
den van een omstreeks 30-jarige juffrouw, die,
blijkbaar belust op taartjes en andere lekkernijen,
van allerlei verzint om aan haar snoepzucht te
kunnen voldoen. In den regel wordt door haar
de een of andere bestelling gedaan en uur en
adres van bezorging opgegeven. Meestal staat zij
dan reeds op de stoep van het genoemde perceel
den knecht op te wachten, neemt de doos of trom
mel in ontvangst, belt aan, vraagt naar een daar
niet bekend adres, en maakt dan, geen knecht
meer ziende, dat zij met haar buit wegkomt. Zoo
liep een banketbakker er in, die een doos met
taartjes moest laten bezorgen aan het ziekenhuis
waar zij verpleegster was. Als altijd was zij ook
nu weder op haar post, nam de doos van het loop
meisje aan en verdween. In het ziekenhuis was
zij natuurlijk niet bekend.
De zaak is thans in handen der politie.
Tegen het hardkooken der erwten.
Door den heer W. W. Schipper, leeraar in de
natuurljjke historie aan het Gymnasium en de
Hoogere Burgerschool te Winschoten, is eeno
nieuwe vinding gedaan, die aan vele landbou
wers ten goede zal komen.
Zooals algemeen bekend is kunnen sommige
erwtsoorten niet gaar koken. Dit verschjjnsel
doet zich zeer vaak voor en er zijn tal van land
bouwers die van hun gronden nooit goed kokende
erwten kunnen krijgen. Dat dit hun groote schade
veroorzaakt, wordt duidelijk als men weet dat
de hardkokende erwten uitsluitend als veevoeder
kunnen gebruikt worden zoodat ze veel minder
in prijs zijn.
Vaak reeds zocht men naar middelen om het
euvel van het hardkoken af te wenden. Tot he
den echter mislukten alle pogingen. Men kende
de oorzaak niet en wist ook geen middel tegen
het kwaad.
Aan den heer Schipper, die zich langen tijd
met dit onderwerp bezig hield, is het eindelijk
gelukt de oorzaak van het hardkoken te vinden.
Dat hij tevens in staat is om het kwaad af te
wenden, blijkt hieruit, dat hij o. m. in grond
van den heer Hagenus, landbouwer te Beerta,
waarvan tot heden de erwten steeds zeer hard
kokend waren, monsters gekweekt heeft die zeer
zacht in de kook zjjn.
't Laat zich voorzien dat door deze vinding
n.l. eene andere behandeling van den grond
aan de landbouwers a rij wat voordeel zal bezorgd
worden.
Niet in den doofpot.
In de zaak van de mishandeling van een
Utrechtsch student (een „groen") zijn Woensdag
4 getuigen in de instructie gehoord.
Te De Rijp (N.H.) doen allerlei verhalen
de rondte omtrent tekorten bij het „Fonds van
Nijverheid" aldaar (erfstelling Boon).
Een der directeuren, die als zoodanig een sa
laris genoot van f1600, heeft de gemeente ver
laten.
Het fonds heeft tot bestemming de welvaart
van De Rijp te bevorderen, en moet een heel
groot kapitaal bezitten. De commissarissen kre
gen ieder f 100 bezoldiging.
Een onderzoek wordt ingesteld.
De ontrouwe zilverbewaarder.
Naar men uit den Haag meldt is de ter
mijn vun gevangenhouding van den zilverbewaar
der Leblanc verlengd.
Transvaal en Oranje Vrijstaat.
De eerste lijst van ingekomen bedragen bij
het bestuur der Nederlandsche Zuid-Afrikaansche
Yereeniging, die is bekend gemaakt, bevat aan
ontvangsten een totaal bedrag van f 66.917.39'/2.
Op deze eerste lijst komen o.a. de volgende
giften vooreen van f 12000, een van f 10000,
drie van f 2000, twee van f 1500, drie van f 1000,
acht van f 500, een van f 400, zestien van f 300,
dertig van f200, negentig van f 100, enz.
Aan het Hoofdbestuur van het Roode Kruis
werd een kredietbrief verstrekt van f 48000 op
Pretoria, voor het onderhoud der 28 dezer ver
trekkende ambulance in Zuid-Afrika.
Een brief uit Transvaal.
Die oorlog zal bloedig zijn, aan de eene zijde
de Engelsche huurling, gesteund door de jingo-
speculateurpartijaan den anderen kant de Afri
kaner, die vecht voor zijn vrjjheid. Wat zal het
einde zijn? Engeland zal 50,000 troepen stellen
tegen een 20,000 burgers. Als wij geen rekening
hebben te houden met de moorddadige Dum
dum kogels en de nog moorddadiger Lydietbom-
men, en de Kaffers, welke Engeland wel niet
openlijk tegen ons zal durven gebruiken, met
het oog op de Genèver-Conventiemaar toch
indirect tegen ons zal loslaten, dan heb ik geen
den minste twijfel, dat de overwinning aan onze
zijde zal wezen.
Hoe het zij, het is beter te vallen als een vrij
man dan om Engelands onderdaan, dat betee-
kent hier zooveel als Engeland's slaaf te wezen.
Gij leest de couranten, dus is het niet noodig
om er op te wijzen, dat het stemrecht alles maar
gekheid iszij willen het land hebben om Johan
nesburg bij Charterland aan te hechten, om die
zwendelboel, waarin tot zelfs de prins van Wales
belang heeft, te laten betalen. De Afrikaners
zijn woedend en ik geloof, dat zij niet zullen
toegeven; noch vrij willig, noch op het slagveld.
De Jingo-couranten berichten, dat Engeland De-
lagobaai van de Portugeezen gekocht heeft, maar
dat is nu al zoo een oude storie, dat ik er geen
geloof aan kan slaan.
De Portugeezen zijn een rampzalig volk en
hun gouvernement is aan Engeland zoowat 5
millioen schuldig, waarvoor Engeland het recht
van voorkoop heeft op Delagoabaai; maar zou
die belangrijke haven in de markt komen, dan
zou Duitschland toch meer kunnen betalen dan
Engeland en daar oerstgemeld land zijn handel
gedurig uitbreidt ten koste van den Engelschen
handel, zoude het dwaas van Duitschland zijn
om de kans, om Delagoabaai te koopen, te laten
voorbijgaan. Ik geloof er geen lor vanmaar
mocht dat het geval wezen, dan hebben de Re
publieken geen kans om een langdurigen oorlog
met succes te voeren, omdat hun toevoer van
ammunitie afgesneden zal zijn.
Dat zou spijtig wezen; elke Afrikaner, niet
van Engelsche afkomst, is als één man bereid
om zich met Engeland te meten, en daar dat
land niet meer troepen hierheen kan zenden dan
50,000 man, en de twee Republieken omtrent
26,000 man in het veld kunnen brengen, is, m.
e. w., het een bepaalde zekerheid dat wij eene
glorieuse overwinning zullen behalen, en die
vervloekte Jingo-speculateurs een les zullen geven
welke niet door hun gebroed in het tiende ge
slacht vergeten zal worden.
Mijn vrouw is bang geworden en is naar haar
familie in de Kaap-Kolonie; maar mijn zoon en
twee dochters zijn hier bij mij.
Gij zoudet pret hebben om uw broertje, uw
onderdanigen dienaar te zien tot de tanden toe
gewapend en gereed om het land, dat hij lief
heeft, tot het uiterste te verdedigen.
Ik slaap eiken nacht met mijn geweer en re
volver langs mij; die dingen zijn wel niet zulke
aangename slaapgenooten, maar wat zal een arme
zondaar doen, als hij eiken nacht in gevaar staat
door de roojes (Engelse) of wat nog erger is,
hunne vrienden, de Basuto's aangevallen te worden.
Als ik moet verhuizen, dan wensch ik toch
wel een paar van mijn vijanden mede te nemen.
Ik hoop evenwel van harte, dat de zaken nog
in orde komen en wij, de Republieken, vrede
krijgen, een vrede met eer.
Deze brief is een beetje lang, maar misschien
is dat een der laatsten welke ik het genoegen
heb aan u te zenden.
Sir Julian Pauncefote, gevolmachtigd mi
nister van Engeland, kwam Vrijdag te s'G-ra-
venhage tot onderteekening der protocollen van
de Vredesconferentie.
Zou hij nog iets gedacht hebben? Wellicht
spotte hij er mee!
Buitenland.
Engeland en Transvaal.
Wat de drijfveer is geweest van dezen ellen-
digen oorlog niemand die er meer naar vraagt.
Het kiesrechtvraagstuk heette het belache
lijke verblinding! Speculatie, woeker, gouddorst,
roofzucht, zwendel, die allen hebben geleid tot
dezen menschonteerenden daad tot deze slach
ting. Het Engelsche gebroed lag steeds in hinder
laag om op schurkachtige wijze zijn klauwen
uit te slaan naar den prooi dien het verlangde,
waarom Om hooggeplaatste speculanten
te redden van een bankroet. Men heeft het niet
langer kunnen verzwijgen waarom het ging, en
thans komt de aap uit de mouw. De snoevende
taal, de groote bluf, waarmede werd gewag ge
maakt, van de schitterende wapenfeiten der En
gelschen in den slag bij Glencoe, deed de goud-
aandeelen aan de Engelsche beurs weder een
paar procent stijgen, en er was dus voorloopig
wederom een financieel voordeel behaald. Die
speculatieve geldmannen met den kroonprins aan
het hoofd, laten een paar duizend gesneuvelden
meer rapporteeren aan de zijde der zoo gehate
Boeren en een millioentje winst is weder gemaakt
Vervloekte zwendel, die het leven kost van dui
zenden en duizenden menschen. Vloek over zoo'n
natie, haar ondergang zij voorspeld.
Indien men heden voor een week juist, aan
Engelsche zijde niet was begonnen met de ver
spreiding van een aantal onbeschaamde en leu
genachtige berichten aangaande het verloop der
zaken in Natal, zou door de autoriteiten nu niet
allerlei onaangenaams geslikt moeten worden over
de lichtvaardigheid, waarmee het moederland is
verzorgd met geheel of gedeeltelijk gefantaseerde
berichten, welker tegenspraak of rectificatie meer
onaangenaamheid tengevolge heeft dan de oor
spronkelijke nieuwtjes vreugde hebben gewekt,
terwijl het vertrouwen voor langen tijd geschokt is.
Maar Albion wordt voorzichtiger. Het oor
logsnieuws is zóó schaarsch, dat die pijnlijke
stilte ongetwijfeld eene beteekenis moet hebben
en zeer zeker heeft die waarde bovendien. Ook
in Engeland is men nu niet zoo heel gerust
meer is het wonder? want wat is aan
den dag gekomen?
Men leze.
In de „MatiD" geeft Charles Laurent een mooie
beschouwing van den toestand, waaraan het vol
gende wordt ontleend
„Engeland zendt tegen president Kruger meer
infanteristen, cavaleristen en artilleristen uit dan
het ooit tegen Napoleon heeft gemobiliseerd. Het
roept zijn reserves op èn zijn militie; het zendt
zijn transportschepen over den oceaan in groote
eskaders.
„Het ziet dat is waar er op het laat
ste oogenblik van af, om zich te bedienen van
de duni-dum, waarmede het de patroontasschen
van al zijn soldaten had gevuld; het ziet er van
af, omdat dit projectiel de verontwaardiging van
Europa had gaande gemaakt, öf misschien, nog
wel zoo eenvoudig, omdat de uitwerking minder
was dan men zich had voorgesteld. Maar daaren
tegen gebruikt het in grooten getale Maxim-ka-
nonnen, die als het ware de maaimachines in den
oorlog zjjn. Het belust zijn beste generaals met
het leiden van den oorlog; het snijdt elke tele
grafische gemeenschap met de Transvaal en het
overige deel van de wereld af, om het stilzwijgen
te kunnen bewaren over eigen échecs en het
minste succes als een schitterende overwinning te
kunnen voorstellen
„En in het hart ecner Engelsche provincie
rondom een versterkt kamp, waar de Engelsche
troepen beschutting zooken en zich verbergen,
hebben gedurende vier dagen gevechten plaats,
waarvan de Engelsche telegraaf ons bijzonderhe
den mededeelt en die onveranderlijk eindigen in
Engelsche overwinningen,terwijl de Boe
ren, wel verre van te vluchten en naar huis te
gaan, altijd een weinig verder komen met hun
aanvallen
„Gisteren waren zij op de vlucht geslagen;
heden bemerkt men hen achter degenen, die
meenden hen te vervolgen.
„Mafeking belegerd, Kimberley afgesloten,
Newcastle bezet, de spoorwegen vernietigd, geblin
deerde treinen genomen, vijftig officieren reeds
buiten gevecht, vierhonderd mannen tegen den
grond, ziedaar het résumé der Engelsche
triomfen".
Daar komt dan nog bij, volgens de laatste tij
dingen de Engelsche overwinnaars steeds terug
trekkend voor de Boeren en hun stellingen ont
ruimend, om aan een nederlaag to ontkomen.
Wij kunnen het niet beter en daarom lieten
wij deze correspondent maar aan 't woord. Zoo
is de toestand.
Maar 't zal anders worden o, zeker; al
thans in het Lagerhuis wil men dat althans.
Een der afgevaardigden eindigde zijne rede,
met eene zinspeling op de Olifant en de Vos.
Eerstgenoemde zou zijn logge lichaam werpen
op de laatstgenoemde en haar verpletteren.
Maar zou ze daarvoor kans hebben Reintje
kan slim zijn, we weten het, en als die slimheid
thans moet beteekenen krijgstaktiek, dan kan de
olifant nog wel met haar meten, maar in Staats
manswijsheid och, dan wordt het werktuig
Chemberlain schaakmat gezet door Oom Paul,
den 74-jarigen grijsaard, die ook thans nog mee
vecht voor de onafhankelijkheid.
De Boeren trekken steeds vooruit, de verlie
zen der Engelschen èn te Glencoe, èn te
Elandslaagte én te Rietfontein zijn aanzienlijk
geweest en onder de aanvoerders is een zóó
groote slachting aangericht, dat men, met een
variatie op een bekende uitspraak, zou kunnen
zeggen: „nog eenige van die overwinningen en
het Engelsche leger in Natal heeft geen officie
ren meer"; de stelling te Ladysmith wordt ver
dedigd door een twaalf duizend man, waaronder
vier regimenten cavalerie en de bereden kolo
niale troepen met zes veld batterijen en een berg-
batterij, waartegenover gesteld kunnen worden
10.000 Transvalers met acht stukken geschut en
9000 Oranje Vrijstaters met een onbekend aan
tal kanonnen.
Men zal er wel spoedig van hooren, men leze
reeds onderstaande telegrammen
De „Temps" bevat de volgende dépêches van
27 Oct. nam. 4 uur:
De toestand der Engelsche troepen te Lady
smith baart groote ongerustheid.
Het gerucht loopt aan het minesterie van Oor
log, dat de spoorweg van Colenso naar Ladysmith
in handen is van de Boeren.
Als dit feit juist blijkt te zijn, zijn de
Britsche troepen geheel ingesloten en is hun
gevangennemiug nog slechts een quaestie van tijd.
De „Temps" verneemt uit Londen, dat de te
legrammen uit Kaapstad en Durban geen enkele
bijzonderheid mededeelen omtrent de zoogenaamde
voordeelen, welke door de Engelsche troepen bij
Mafeking zouden zijn behaald.
Een geheel escadron huzaren is door do Boe
ren gevangen genomen, maar wat voor de Boe
ren eene vreeselijke tijding zal zijn, is, dat
Esterhazy zijn diensten heeft gepresenteerd aan
het Engelsche leger.
Bijgeloof van de Kaffers.
In een particulier schrijven leest men:
„De Kaffers zjjn op 't oogenblik op de hand
van de Boeren, daar ze gelooven, dat deze over
winnen zullen.
„Weet u waarom ze dit denken?
„Ze hebben namelijk 3 koeien levend gevild,
en wel een roode, een witte en een zwarte. De
roode stelt Engeland voor, de witte Transvaal
en de zwarte de Kafferstammen. Zoodra de drie
koeien gevild waren, (dit gebeurde alle drie ge
lijk), liet men ze loopen die nu het eerst dood
viel, verloor. En nu is toevallig het eerst de roode,
daarna de zwarte gevallen, tetwijl de witte nog
bijna 5 minuten verder geloopen is.
„Nu gelooven ze stellig dat de Boeren over
winnen zullen."
In het land der langstaarten.
Het zal maar aan weinigen bekend zijn, dat de
ook in menig ander opzicht zeer belangwekkende
keizerin-weduwe van China een hartstochtelijke
worstelaarster moet zijn. Een Fransch blad schrijft,
dat de keizerin zich verscheidene uren van den
dag aan het worstelen wijdt. In haar nieuwe
paleis te Tientsin is een geheele zaal voor dat
doel speciaal ingericht. Daar houdt de keizerin
met twee of drie van haar hofdames wedstrijden
in de spierkracht, waarbij zij natuurlijk altijd
als overwinnares te voorschijn komt.
Blijkens bericht van Harer Majesteits gezant
te Brussel zal de invoer van Nederlandsch melk
vee, langs het Belgisch douanekantoor Visé (sta
tion) met ingang van 2 November e.k. wederom
zijn toegestaan.
Van onzen oorlogscorrespondent.
„Naar aanleiding van de ammunitie-veroverin-
gen door de Boeren op de Engelschen, zal de
Engelsche Regeering een protest bij de mogend
heden indienen, omdat de Boeren thans van Dum-
dum-kogels kunnen gebruik maken."
(Spectator.)
Een jonge Amerikaansche, die doofstom
en blind geboren is, heeft met succès het toe
latingsexamen afgelegd voor Radcliffcollege. Zjj
was nummer één in Grioksch, Latijn, geometrie
en algebra en had in de andere vakken zeer vol
doende.
Nagebootste kinderen.
Het Amerikaansche brein is nooit uitgebacht,
als het er op aan komt iets nieuws te bedenken,
iets ongehoords, al is het dan ook nog zoo dwaas.
Zoo ook nu weer.
Nu de avonden al weer langer begonnen te
worden, trachtte men zich bij de „upper ten"
te amuseeren met het houden van afternoon-tea's,
soupers, bals, enz., doch daar dit alles afgezaagd
begint te worden, wenschte men iets nieuws in
te voeren. In de fijnste Amerikaansche salons
kan men nu heeren en dames avondpartijtjes
zien bijwonen inbaby-costuum, die zich ver
maken met allerlei spelletjes, bestemd voor jon
gens en meisjes van 6 tot 10 jaar. Bij een van
de laatste dergelijke feestelijke bijeenkomsten
verscheen de gastvrouw als jong meisje gekleed
met lang haar en een grooten hoed met kant
op. Haar gemaal, een zes voet lange, gebaarde
man, zag er, gekleed als de „kleine Lord Faunt-
leraye, buitengewoon komiek uit. Een dollar-prins
van in de dertig jaar, droeg een kort hesje en
een kinderboezelaartje.
De menschen, die zich met deze flauwe lief
hebberij bezighouden, beweren zich daarbij kos
telijk te vermaken.
Zóó zal het wezen!
Toen de aan de Kaapsche en Engelsche bla
den ontleende zotte bewering bekend werd, dat
President Kruger de man van het gebed -r-
zich „onvoorwaardelijk zou willen overgeven aan
de Engelschen", vroeg een jongen angstig
„Zob dat waar zijn, vader?"
„Jawel, mijn jongen, maar aan God!"
was het antwoord.
Het ontsmetten van afgekeurd vleesch.
Zooals men weet mag in België geen dier ge
slacht worden, of de rijksveearts moet eerst een
bewijs afgeven, dat het dier gezond is. Ook het
vleesch der geslachte dieren moet door hem ge
keurd worden.
In den laatsten tijd zijn vele dieren afgekeurd,
als zijnde min of meer aangetast door de ge
vreesde pokziekte. Het vleesch dezer dieren werd
vernietigd of in den grond bedolven. Velen be
treurden het, dat al dit schoone vleesch zoo maar
in den grond gestopt moest worden. Daarom
heeft men een toestel bedacht om dit afgekeurde
vleesch voor het gebruik geschikt te maken. Het
vleesch der dieren, aangetast door longtering,
wordt in dit toestel gedurende 2 a 3 uren op
eene warmte van 110 graden gebracht; waarna
het geheel en al onschadelijk is. Het ontsmette
vleesch ziet er uit als lekkere bouilli en heeft
de geur van gebraden vleesch, terwijl het niet
als het gewone gekookte vleesch een groot ge
deelte zijner voedingskracht verloren heeft. Be
hoorlijk gezouten kan men het zelfs langen tijd
bewaren. Het wordt in België op de meeste
plaatsen tegen 50 centimes per kilo verkocht,
vleeschsap is zeer voedzaam en smakelijk. Met
een liter sap bij 3 a 4 liter water te mengen
bekomt men een lekkere soep. Te Brugge wordt
dit vleeschsap verkocht tegen 10 centimes den
liter, elders tegen 25, op sommige plaatsen zelfs
tegen 50 centimes den liter. In vele stedelijke
slachthuizen van België is reeds zulk een toestel
geplaatst.
Te vlug.
Zondagnamiddag zat een bekend veesmokke
laar, aan de grenzen algemeen bekend onder den
naam van Chassé, in een herberg op Belgisch
grondgebied nabij Zuiddorpe een glaasje bier te
drinken. Zijn fiets had hij aan de deur laten
staan.
Een paar Belgische douanen, die reeds lang
op hem loerden de man heeft wegens smok
kelen nogal wat straf te goed trachtten hem
aan te houden.
Daartoe namen zij eerst de fiets in beslag;
doch Chassé was hun te vlug af en de douanen
konden alleen de fiets houden op grond, dat zij
niet „gelood" was, het kenmerk van vrijen in
voer in België.
President Kruger.
Volgens de Heer Lecky lijkt President Kruger
sprekend op den ernstigen Puriteinschen krijgs
man uit den tijd van de „Commonwaalth" een
streng, halsstarrig man, met een ontembaren
moed en vastberadenheid, met een heel klein
tintje beschaving, maar met een zeldzame aan-