Plaatselijk nieuws.
derde toekomst, dat Holland zonder nadeel voor
zijn onafhankelijkheid geplaatst wordt onder de
hooge bescherming van Keizer Wilhelm en dus
zijn hooge gunsteling wordt.
De kippenhokken dienen thans zoo inge
richt te worden, dat ze 's nachts voldoende warm
zijn. Wanneer zij met pannen gedekt zijn, doet
men best, als men aan de binnenzijde tegen de
pannen een lap zeildoek of een mat vastmaakt,
waardoor sterke afkoeling op den rug der sla
pende dieren verhinderd wordt. De luchtopeningen
mogen niet vlak boven de kippen zijn, omdat
deze dan aan tocht blootgesteld zouden wezen
maar zij moeten ziah bevinden boven het deel
van het hok, waar geen zitstokken zijn.
Het percentage der bij de nationale militie
ingelijfde manschappen, dat lezen noch schrijven
kon, was in 1865 ruim 18 percent, in het vo
rige jaar slechts ruim 372 percent.
Mest, dien men te velde brengt, moet ter
stond gelijkmatig uitgespreid worden en zoo daar
voor de tijd ontbreekt, dan zette men hem aan
een hoop, dien men daarna zorgvuldig met aarde
toedekt. Laat men hem open en bloot aan de
lucht, dan komt hij veel te spoedig tot ontbin
ding en vervliegt een zijner belangrijkste bestand-
deelenzich langzaam vormende ammoniakook
komt er dan door uitloozing te veel plantenvoed-
sel op één plaats. Door uitspreiding heeft de ver-
deoling der plantenvoedende stoffen het meest
regelmatig plaats en doet de mest het meeste nut.
In den tegenwoordigen tijd van de Trans-
vaalsche crisis is het volgende vermakelijk staaltje
bij Carré niet ondienstig. Een clown treedt op
met 4 ezels. De eerste is getooid met de Ame-
rikaansche, de tweede met de Duitsche, de derde
met de Fransche en de vierde met de Engelsche
vlag„Hoepla", zegt de clown tot den Ameri-
kaanschen ezel en deze draaft de manege uit.
„Hoeplaklinkt het weer en de Duitsche ezel
gaat. De Fransche ezel draalt een oogenblik,
doch gehoorzaamt ten slotte aan 't bevel en sjokt
weg. Alleen de Engelsche ezel blijft over. Of
de clown al luider „Hoepla" roept, het dier ver
roert zich niet. Daar brengt de clown de gebo
gen hand als een spreektrompet aan 't oor van
dien ezel en schreeuwt: „Daar komen de Trans-
vaalsche Boeren Hu vlucht grauwtje zoo snel
hij kan.
Yelen denken misschien, dat het niet straf
baar is, wanneer zij jachtovertreders tegen ver
dekt staande jachtopzieners waarschuwen; een
persoon, die in de verte loopende stroopers toe
riep, dat zij in „gevaar" waren, werd geverba
liseerd en is veroordeeld tot f25 boete, wegens
het belemmeren van een ambtenaar in het uit
oefenen van zijn dienst.
Een landbouwer uit Britswerd en een
koopman uit Goënga zaten volgens Hepk.
N. A. in den trein van Leeuwarden en spra
ken nu ja, men kan het ook niet altijd over
den oorlog hebben ze spraken over het vee.
Zulke hokkelingen als ik heb, blufte de land
bouwer, vind je in heel Goënga niet. Och kom,
zei de koopman, dat zou me al benieuwen. En
ik zeg je, hernam de landbouwer, die warm
werd ik zeg je, als je met twee hokkelingen
van Goënga op het nieuwe tolhuis komt, dan
zal ik er met twee van mjjn beestjes komen en
als de Goëngaasters dan beter zijn, krijg je er
een van mijne present.
Accoord's Anderen daags waren de boer en
de koopman en de vier hokkelingen op 't appèl.
Twee onpartijdige keurmeesters werden aange
wezen en de hokkelingen van Goënga
kregen den prijs. De boer had dus een zijner
een burgerkleeding hing naar de laatste mode: een
broek van fijne stof, die bijzonder goed om zijn lange
beenen paste, een vrij 'aag °Pen vesl en een
kleurig jasje. Dit gevoegd bij een linnen front en een
satijnen sjaaldas benevens een ronden hoed, was
voldoende om Martineau geheel van gedaante te doen
veranderen.
Martineau was niet meer Martineau.
Het was een lang jongmensch, wel niet mooi,
maar toch volstrekt niet onaangenaam of dwaas van
uiterlijk, in tegendeel, hij zag er schrander, eenigs
zins spottend uit en voelde zich ook veel meer op
zijn gemak dan in zijn uniform.
Mooi, zeide hij, terwijl hij zich in den spiegel be
keek, zoo kan het er mee door. Nu zullen we eens
zien of ik al die moeite niet voor niemendal gedaan
heb, verduiveld, dat zou me tegenvallen.
Maar hij troostte zich
Och kom, dan is het een tijdverdrijf geweest.
Onder deze verstandige redeneering opende Marti
neau zacht de deur der woning.
Er was niemand in de gang of op de trap.
Goed, zeide hij, nu zullen we eens zien, hoe de
zaken staan, poolshoogte nemen, zooals de zeelui zeg
gen. Hoewel ik mg met veel haast gekleed heb, zijn
er toch niet minder dan tien minuten met die ge
wichtige bezigheid verloopen, mijn aanstaand buur
vrouwtje heeft dus den tijd gehad om alles op haar
gemak met moeder Bergougnous te bepraten en daar
men toch geen woning huurt, zonder ze eerst gezien
te hebben, moeten de dames hier de trap opgaan,
of er weer af, zoo zij al boven zijn, dat is duidelijk,
vindt ge het niet? Ik wel, dus zullen we de deur
half open laten en het gunstige oogenblik afwachten.
Zoo gezegd, zoo gedaan. Martineau opende de deur
der woning op een kier en ging er achter zitten
met de ooren wgd open.
Inderdaad, er werd boven zijn hoofd reloopen een
lichte, vlugge tred, de aanstaande bewoonster en
plompe, zware stappen, moeder Bergougnous.
Zjj zijn boven, zeide Martineau in stellige over
tuiging. Als nu alle goede geesten, met god Culpido
aan het hoofd, maar geven, dat de plafonds niette
hoog of te laag, de tapgten zacht, de spiegels hel
der en de gordgnen mooi zgn.
beesten verloren, maar de koopman stelde zich
met vijf rijksdaalders tevreden.
In een tuin van een der woningen aan het
Plantsoen te Leiden staat een gouden regen in
volle blad en heeft zelfs enkele bloemen.
Dom bijgeloof!
Het gaat te Bodegrave met de diphtheritis-
gevallen nog al goed.
't Is, dank zij den serum-inspuitingen, bij één
sterfgeval gebleven.
Het volksgeloof hecht echter meer waarde
aan een doekje met levende regenwormen
op de keel, dan inspuitingen met serum
Bijna ieder probeert het heilzame middel
dan ook, zonder dat de geneesheer, die natuur
lijk den draak met deze geneeswijze steekt, het
bemerkt. Geneest de patiënt, dan wordt de ge
nezing alleen toegeschreven aan de wurmpjes
en niet aan de zorgvuldige behandeling van den
dokter
Hoe de Engelschen handelen met couran
ten, die uit Zuid-Afrika naar Nederland worden
gezonden, blijke uit het volgende
Een Winterswijksche familie, waarvan de
vader in Z.-Afrika verbljjft, verzocht hem de
couranten toe te zenden met de geloofbare oor
logsberichten. Toen de familie deze ontving
waren het slechts advertentiekolommen, die in
haar bezit kwamen, terwijl alles wat de oorlogs
berichten betrof er af was gescheurd.
Veiligheidsdienst bij onze Koninginnen.
Het is onze lezers mogeljjk niet bekend, maar
toch is het zoo, dat het rijwiel een groote rol
speelt in den veiligheidsdienst, die rond de per
soon van onze Koninginnen is georganiseerd.
Wanneer n.l. onze Koninginnen op het Loo
bij Apeldoorn of te 's-Gravenhage rijtoeren on
dernemen, wordt Haar écuipage altijd op eenigen
afstand voorafgegaan en gevolgd door eenige
detectives per rijwiel, die speciaal voor dezen
bewakingsdienst zjjn aangewezen. Daar deze per
sonen als gewone wielrijders gekleed zijn ja,
we hoorden dat eenigen zelfs het Bondsinsigne
droegen zijn zij natuurlijk niet als geheime
politiedienaren te herkennen.
Door hun rijwiel zijn zij in staat de vorstin
nen op Haar rjjtoeren overal te vergezellen en
trekken zij ook niet de aandacht.
Dit bereden detectives-korps bestaat uit tien
man, die zich bij afwisseling en bij gedeelten
te Apeldoorn en te 's Gravenhage bevinden.
(„De Kampioen").
Valsch papier.
Bij een kassier te Arnhem is ontvangen een
valsch bankbiljet van f 25. Het had dezelfde kleur
als de echte en een zeer goode teekening. De
voornaamste kenteekenen zijn de slecht uitgeval
len getallen 25 in de hoeken, voorts het ontbreken
van het watermerk. Bovendien zijn de cijfers van
het nummer grooter dan op de echte. Het pa
pier verschilt ook, wat aan de achterzjjde merk
baar is. Het biljet droeg het jaartal 1896.
Te Abcoude had de gemeenteraad den
heer B. de Roos, hoofd van de school met den
Bijbel aldaar, benoemd tot gemeente-ontvanger.
Bij Koninklijk Besluit is echter de inwerkingtre
ding van dit besluit geschorst tot 1 Maart a.s.
Er dient volgens den Minister van Binnenland-
sche Zaken onderzocht, of het besluit van den
Abcoudschen gemeenteraad wellicht ook in strijd
is met de wet.
Te Nijverdal bij Almeloo is een
stroopersbond opgericht, waartoe 20 leden zijn
toegetreden. De contributie bedraagt 10 centen
in de week. Daarvan zullen betaald worden alle
boeten, die de leden oploopen.
Martineau wachtte in de grootste spanning.
Zgn lorgnet verveelde hem, hg wierp het met
een snelle beweging van zijn neus, ving het op en
streek het over zgn broek, waarschijnlijk om het
glas schoon te maken. Maar stil, daar werd op de
tweede verdieping een deur geopend, men hoorde
stemmen op de gang en daarna voetstappen, die de
tiap afdaalden.
Martineau zette zijn lorgnet weer op en wachtte,
eenigszins bleek en bevend van ontroering, het be
slissend oogenblik af.
Juist toen de aanstaande bewoonster op de gang
van de eerste verdieping kwam, opende Jules Leo-
nidas, onder het neuriën van een liedje, eensklaps
de deur der woning als iemand, die haast heeft.
Hij had het oogenblik zoo goed gekozen, dat hij
de jonge dame bgna omver geloopen had. Zg uitte
een zachten kreet van schrik en ging haastig een
paar passen terug en liet daarbg haar parapluie
vallen.
Martineau wist niet goed wat er gebeurde, hij
beefde en was geheel ontsteld, hij vond geen woor
den om zgn beklagenswaardige onhandigheid te ver-
ontshculdigen.
Mooi zoo,|mgnheer Martineau, zeide de portierster,
een zwaarlijvige vrouw met een hoogroode kleur,
dikke lippen en een zwaren onderkin, gg rent uw
deur uit als een stormwind. Zgt ge dan nog niet
goed uitgeslapen, dat ge ons niet gezien hebt.
De oogen van Martineau fonkelden toornig achter
de- glazen van zijn lorgnet en richtten zich vol ver
ontwaardiging op moeder Bergougnous.
Wat verbeelde zich zoo'n oude tooverlantaarn wel
met haar gemeenzamen toon Nog niet goed uitge
slapen en terwijl ze dat zeide, wreef ze met
haar handen, zoo ruw als die van een gendarme,
haar oogen uit nog niet goed uitgeslapen! Ver
duiveld!
Niettemin werd zgn plichtbesef, dat voor een
oogenblik was ingeslapen, weer wakkerhij snelde
toe, raapte tamelijk onhandig de parapluie op, die
daar nog altijd op den looper lag en met den hoed
in de hand. bood hg hem beleefd der eigenares aan.
Neem mg niet kwalijk, mevrouw, stamelde hg,
dat ik zoo lomp was u te doen schrikken, ik ver-
In het reglement is den leden geheimhou
ding opgelegd.
Een volledige navolging dus van den bond
der clandestiene tappers zonder „vergunning."
Een dienstmeisje, dat zich in het huwelijk
wilde begeven, kwam dezer dagen toen zij om
eene geboorte-extract ter secretarie van Ubber-
gen vroeg, tot de voor haar onaangename ont
dekking, dat zij in het geboorteregister als „jon
gen" was ingeschreven. Zij zal haar huwelijk
dus eenigen tijd moeten uitstelleu en wel totdat
door de Arrondissements-Rechtbank te Arnhem
verbetering der acten zal zijn bevolen.
Een dominé als nachtwacht.
In een der Drentsche dorpen, waar in de
wintermaanden geregeld nachtwacht wordt ge
houden, wordt die dienst door de ingezetenen bij
wijze van beurtdienst waargenomen. Ook de pre
dikant kwam aan de beurt, en omdat hij door
zijne medeburgers van dezen dienst niet werd
vrijgesteld, maar tegen betaling van 50 cent
dien beurt door een ander kon laten waarnemen,
besloot dominé zelf voor een nacht op de wacht
te gaan. In gezelschap van een paar mede-inge
zetenen maakte hij eenige nachtwandelingen
door het dorp.
Een goed besluit.
Dezer dagen is de weduwe van den indertijd
tusschen Den Bosch en Den Dungen door een
militair wielrijder bij ongeluk aangereden werk
man, waardoor deze zoo kwam te vallen, dat hij
kort daarop overleed, verblijd met het bericht,
dat zij bij besluit van den minister van oorlog
in het genot is gesteld van f 5 per week gedu
rende 10 jaren, terwijl bij tusschentijds overlijden
van haar de uitkeering op hare kinderen bene
den den 20-jarigen leeftijd zal overgaan.
De moord te Koewacht!
Misseghers is reeds een paar malen in ver
hoor genomen, doch daar hij in Middelburg, als
in België, alle schuld blijft ontkennen, gaat men
over tot het onderhooren der getuigen. Tegen
Donderdag zijn uit Koewacht een tweetal personen
opgeroepen om voor den rechter van instructie
te Middelburg te verschijnen. Een hunner beweert
M. op een avond in April tegen gekomen te zijn
met een kruiwagen, beladen met drie gevulde
zakken. Hij reed in de richting van den put. De
andere getuige verklaart M. met een ledigen krui
wagen gezien te hebben, komende uit de richting
van den put, waarin de stukgesneden lichaams-
deelen van vrouw Haeck zijn gevonden.
Sedert eenige dagen staat er te Heerlen
in een hotel een koffer, zonder dat men weet
wie de eigenaar daarvan is, noch wie die daar
heeft gebracht.
Bij onderzoek naar den inhoud bleek, dat de
koffer voor f 60.000 aan kostbaarheden bevat,
waarschijnlijk van diefstal afkomstig.
Als verdacht de koffer daar gebracht te heb
ban, wordt een Duitscher gezocht, wiens signa
lement bekend is.
Alweer een spoor-ongeluk.
Woensdagmorgen is de locaaltrein van Medem-
blik bij aankomst in het station Hoorn, met
Hoorn, met vaart tegen den stootbok aangereden.
De materieele schade was tamelijk aanzienlijk,
maar ook passagiers werdeu gewond. Naar de
„Arnh. Ct." meedeelt, is een der reizigsters ten
gevolge van de bekomen kwetsuren overleden.
Te kras toch.
Werdt vermeld de ontruiming bij
politie-maatregel van 21 woningen te Haarlem,
welnu, in sommige ervan waren gezinnen met
vee! kinderen, die geen andere woning kunnen
zeker u op mgn woord van eer, dat het anders
mgn gewoonte niet is, dames te hinderen.
De jonge dame hield zich met een hand vast aan
de leuning van de trap en, weer geheel bekomen
van den schrik zag zij hem eenigszins spottend aan.
De arme Martineau werd nu tot over de ooren
verliefd en maakte bij zich zeiven de opmerking,
dat zjj nog honderdmaal schooner was dan hij had
durven veronderstellen. Nog nooit had hg zulk een
lief gezichtje gezien, zulk blank vel, zulke heldere
oogen, zulk mooi zwart haar; geen schepsel ter
wereld kon een zuiverder gestalte, een slanker leest^
volmaakter vormen hebben.
Martineau maakte zich evenwel ernstig bezorgd
over den eersten indruk, die hg op deze volmaakt
heid had gemaakt, maar hij trachtte het verloren
terrein te herwinnen en stamelde verlegen en zoo
rood als een kreeft
Ik smeek u mevrouw, wees even goed als engel
achtig schoon en vergeef mij.
De zwarte wenkbrauwen der jonge vrouw trokken
zich eenigszin smisnoegd samen over dit plompe com
plement.
Zjj nam de parapluie uit de hand van Martineau
aan en antwoordde met een stem o 1 een stem,
die klonk als muziek
Maar ik vergeet het u, mijnheer.
Daarna keerde zg zich om en vervolgde haar weg,
zoo licht als een vogel.
Onze vriend Martineau wist niet hoe hij zich
houden moest, toen hg haar onder het heengaan
zacht hoorde lachen.
Nu, Martineau, mgn jongen, zeide hg spottend
tot zichzelf, zijt ge nu niet zeer tevreden over uw
behendigheid? Ge hebt u kranig gehouden, dat
moet gezegd worden. De eerste indruk zal wel goed
zgn, uitmuntend, voortreffelijk, onverbeterlijk. In
derdaad, ik ben onder een merkwaardige ster gebo
ren.
Maar Jules-Léonidas was niet zoo gemakke
lijk uit het veld geslagen en hij voegde er bij,
als om zich te troosten
Och kom, wie weet, de vrouwen zjjn zoo zon
derling.
krijgen. Van de uit hunne woning gezette per
sonen brachten velen daarom den nacht op straat
door. Maar dat is toch meer dan onbarmhartig
Snugger!
Blijkens de „Franeker Courant" van 16 No
vember ji.,worden door B. on W. van die gemeente
nog opgeroepen personen, die bij de nationale
militie als vrijwilliger wenschen op te treden,
terwijl, naar men weet, bij de wet van 22 Juli
jl. met het stelsel van vrijwilligers is gebroken.
De „Ass. Ct." zegt uit vertrouwbare bron
vernomen te hebben, dat een wetsontwerp tot
wijziging van art. 243 der gemeentewet bij den
Raad van State is ingekomen.
Een sterk geslacht.
Vijf broeders en zusters in het Friesche dorp
Grouw zijn thans 88, 85, 82, 79 en 74 jaar oud.
Eene overleden zuster werd 80 jaar.
Emigratie naar Zuid-Afrika.
Er heeft zich een voorloopige commissie ge
vormd tot oprichting van eene Ned. Emigratie-
Mij. voor Transvaal en Vrijstaat. Het maatschap
pelijk kapitaal zal f 4.000.000 bedragen, verdeeld
in 16 seriën, met aandeelen van f 10.f 100.
f 500.— en f 1000 aan Toonder. Winstbejag ligt
niet in het doel dezer Ver.
PERSNIEUWS.
Een viertal cijfers.
In het „Weekblad v. h. Recht" is opgenomen
een schrijven van den heer O. Q. van Swinderen
te Groningen, waarin bezwaar wordt gemaakt
tegen het verlagen van den leeftijd voor het be
reiken van de meerderjarigheid en het verhoog'en
daarvan voor de strafrechtelijke verantwoordelijk
heid.
Het kan moeilijk worden betwist en wordt dan
ook door de meeste practische juristen erkend,
beweert schrijver, dat do wijziging eener wet
alleen dan gerechtvaardigd is, wanneer de prak
tijk haar eischt.
Uit dat oogpunt wensch ik op een viertal cij
fers de aandacht te vestigen.
Naar ons burgerlijk recht begint de meerder
jarigheid met het bereiken van den leeftijd van
23 jaren. Er wordt nu voorgesteld dien leeftijd
op 21 jaren te bepalen. Ik acht dit onnoodig,
omdat op 20-jarigen leeftijd in die gevallen,
waarin zulks noodzakeljjk is, vonia aetatis kan
worden verleend.
Maar niet slechts onnoodig, doch hoogst gevaar
lijk is een ander voorstel, om de strafrechtelijke
verantwoordelijkheid van 16 tot 18 jaren te ver-
hoogen, omdat de practijk in alle landen geleerd
heeft, dat door personen tusschen de 16 en 18
jaren oud dikwijls zeer zware misdrijven worden
gepleegd. Wat ons land betreft, zij het voldoende
te wijzen op den 17jarigen moordenaar te Schagen
en op mijne meer dan dertigjarige ervaring, die
mij geleerd heeft dat dikwijls door personen van
dien leeftijd diefstallen onder zeer verzwarende
omstandigheden zijn begaan»
Schr. heeft het zijn plicht geacht, hierop de
Nederlandsche juristen te wijzen. Wellicht was
dit overbodig voor die hunner, welke de practijk
kennen, maar zeer stellig niet voor hen, die
slechts theoretici zijn.
Gedurende de maand November 1899, zijn
op het Hulpkantoor te Zuidscharwoude, in
de Rijkspostspaarbank ingeschreven 98 inlagen,
tot een gezamenlijk bedrag van f 292.15, terwijl
over gelijk tijdvak 16 terugbetalingen hebben
plaats gehad tot een totaal van f2779.42.
Het was een schrale troost, maar in elk geval
een troost.
Intusschen ging hij de trap af en had het ge
noegen te hooren, dat de portierster beneden in
de loge zijn lof verkondigde.
Het is een goede jongen, zeide moeder Ber
gougnous, misschien een beetje raar soms, zijn
hoofd wat in de war, maar hij heeft een hart
van goud en hij houdt dolveel van een grap. Hij
is soldaat, oppasser van den kapitein die op de
eerste verdieping woont, maar hij is geen sol
daat zooals er zooveel van het platteland komen,
die geen sou bezitten buiten hun soldij, oneen,
hij is een jongmensch uit den gegoeden stand,
dat dikwijls aangeteekende brieven ontvangt en
dan geeft hij altijd aan mij, moeder Bergoug
nous, een vijf-francstuk voor iederen brief met
vijf regels dien ik hem breng. Het leger is tegen
woordig zoo veranderd met den algemeenen dienst
plicht, er zijn nu wel zoons van millionairs, die
eenvoudig soldaat zijn. Dat is misschien wel bil
lijker, maar het is toch zeer onaangenaam voor
die arme jongelui, ja, zeker.
De lofrede, die moeder Bergougnous op Marti
neau hiuld, was zeker verre van schitterend, maar
onze vriend was er toch nief minder tevreden
mee. Zij had wat goeds van hem gezegd, de por
tierster, iets wat indruk maakte, jongmensch uit
den gegoeden stand, aangeteekende brieven, vijf
francs fooi, dat alles moest wel eenig vertrouwen
inboezemen. Weer wat opgewekter liep hij de
portiersloge voorbij, waar de beide vrouwen nog
over de huur stonden te praten.
Toen Martineau op straat was, haalde hij met
volle bort adem, vervolgens wist hij niet welken
kant hij zou oploopen, want zijn uitgaan was
slechts een voorwendsel en hij moest nergens
heen.
{Wordt vervolgd).