Hoe Marietta een Kerstengel werd. Marktberichten. mededeeling in een der Duitsche bladen, sinds eenigen tijd met groot succes een paardedarm als luchtband en meent dat deze, wanneer ze op de een of andere wijze chemisch geprepareerd kon den worden, nog doelmatiger zouden zijn. Hij deelt intusschen niet mee in welk opzicht de doel matigheid te wenschen overlaat. Het gebruik van een darm als luchtband lijkt ons echter interes sant genoeg om er hier met een paar woorden melding van te maken. Zooals ook hier te lande bestaat er in Duitschland onder de geleerden verschil van meening omtrent den aanvang van de nieuwe eeuw. Sommigen zijn overtuigd, dat met 31 Dec. a.s. te middernacht de 20e eeuw aanvangt, an deren meenen nog een jaar te moeten wachten. In 't koninklijke slot te Berlijn wordt dit jaar de bij het Pruisische Hof gebruikelijke officieele oudejaarsavond-receptie met bijzonderen luister gehouden. De rijkskanselier vorst von Hohenlohe zal den keizer en de keizerin 't eerst voorbijgaan en zijn gelukwensch uitspreken en daarna zullen, al naar hun rang, andere officieele personen, ook de buitenlandsche gezanten, den keizer en zijn gemalin passeeren. Ook zullen ditmaal dames aan aan de receptie deelnemen. Wie echter uit kalender-principes geen gast wenscht te zijn bij deze begroeting van de nieuwe eeuw, zal in 1901 gelegenheid vinden aan een hoffeest te Berlijn deel te nemen ter herdenking van do stichting van de Orde van den Zwarten Adelaar, die van het tegenwoordige Pruisische Koningshuis en van de Nieuwe eeuw, tweede editie. Een bijzonderheid, die bewijst hoe groot de trefzekerheid van de Boereu is: Het is ge bleken, dat generaal Wauchope, die bij Magers- fontein sneuvelde, getroffen is door 18 kogels, afkomstig van een troepje Boeren, die, toen zij hem bemerkten, hun geweren op hem hadden gericht. De Kaapsche Boeren die tegen het Brit- scho bestuur in opstand zijn gekomen, hebben zich een eigen vlag gekozen. Deze vlag is blauw van kleur met oranje strepen. Als staaltjes van de stemming in den vreemde deelt eene handelsfirma ons twee uitin gen mede van hare correspondenten. De eene, in Engeland gevestigd, schrijft met zekeren hu mor: „Wij zijn zeer teneergeslagen door de ne derlaag van Gatacre en gaan nog meer choco lade naar Afrika zenden, ten einde verder zulke rampen te voorkomen." Een Parijzenaar schrijft behoefte te gevoelen om te zeggen, hoeveel blijd schap de tijding van de overwinning van Gata cre „door die dappere Boeren" in zijne omge ving heeft teweeggebracht. wat een uitvinding opbrengt. Het heet, dat Marconi het Amerikaansche pa tent voor zijn telegraaf zonder draad verkocht heeft voor 10 millioen dollars. Alles is mogelijk. Tolstoï wordt beter. Zijne vrouw is er eindelijk in geslaagd om hem wat bouillon en wijn te doen drinken, iets wat den hardnekkigen vegetariër en geheel-onthouder een groote zelfoverwinning heeft gekost. Hij wordt nu buiten gevaar geacht. De reden, waarom Engeland geen Ne- derlandsche officieren bij de Engelsche strijdmacht in Zuid-Afrika wenscht toe te laten, moet, naar beweerd wordt, deze zijn, dat de beschikbare plaatsen zijn ingenomen door militaire vertegen woordigers van Staten, die in de laatste jaren oorlog voerden. Eenige dagen geleden heeft Esterhazyhet eiland Guernsey verlaten. Hij moet zijn voor nemen te kennen gegeven hebben, om naar Transvaal te vertrekken, ten einde onder een aangenomen naam in de gelederen der Boeren te gaan strijden. Prettige strijdbroeder Uit Paul Kruger's jeugd! Als 16-jarige knaap zond Paul's vader hem naar het veld, om een span ossen naar huis te brengen. Ook zijn kleine zusje ging mee, waar voor zijn vader hem uitdrukkelijk beval goede zorg te dragen. Paul's antwoord was slechts „Ik wil." Toen hij gereed was met de ossen naar huis te gaan, sprong plotseling een panter op hem af. De ossen schrikten, de wagen kantelde en de kleine zus viel er uit. Ongewapend viel Kruger den panter aan, wurgde hem, zonder acht te slaan op de vele bloedende wonden, die hij bij deze worsteling opliep, zoolang tot het beest rochelend nederzonk. Dan vervolgde hij zijn weg en keerde naar zijn >ader terug, alsof er niets was voorgevallen. Een gevaarlijk beroep. Het heeft reeds vele schaduwzijden kunstcriti cus te zijn, daar men zoo licht met het zelfbe wustzijn der kunstenaars in botsing komt, maar nog gevaarlijker is het wanneer men critiek moet oefenen over athleten. Dat ondervond dezer dagen een redacteur van de Leipziger illustrirte Zeitung, toen hij een briefje ontving, waarin Eugenia Wermke, een tandathlete en worste laarster, haar ongenoegen over een critiek met bittere woorden lucht gaf en waarin o. a. deze passage voorkwam„Denk er wel om, dat gij als journalist volstrekt niet tegen mij zijt opge- wasschen Deroulède veroordeeld. Deroulède is veroordeeld tot twee jaar ge vangenisstraf wegens beleediging van hetHooge Gerechtshof. Gebruik makende van de bevoegdheid, bij de Slotakte der Internationale Vredesconferentie voorbehouden aan de daarop vertegenwoordigde Staten, heeft Japan doen teekenen al de op die Conferentie gesloten verdragen en verklaringen. Kleine geschenken onderhouden de vriendschap. De Keizer aller Bussen zal aan Prins George van Griekenland, Gouverneur van Creta, een prachtig jacht als kerstgeschenk geven. De Czaar is, gelijk men weet, een neef en een groot vriend van Prins George, die hem als Kroonprins het leven heeft gered bij een moord aanslag, in Japan op hem gepleegd. Z. H. de Paus houdt op raad zijner genees- heeren rust, om sterk te wezen voor de inspan ning der aanstaande feestdagen. Hij hoest wel, en dat vermoeid hem sterk, maar hij geeft nog enkele audiënties en is ook niet ziek. Met Nieuwjaar wordt geen receptie gehouden. Zola's verzoek, om inzage te mogen nemen van het persoonljjk dossier van zijn vader aan het departement van oorlog is door de regeering ingewilligd. Het proces Zola contra Judet, dat Woens dag zou voorkomen, is een maand uitgesteld. De moordenaar van keizerin Elisabeth van Oostenrijk, Luccheni, heeft zijn zesde maand cellulaire gevangenisstraf geboet. Volgens de Ge- neel8che wet is er een speciale beslissing van den Bondsraad noodig om verlenging van de cellu laire straf voor den tijd van zes maanden to verkrijgen. Te Petersburg wordt druk gesproken over het feit, dat de Engelsche gezant aldaar in bijzondere audiëntie door den czaar is ontvangen, waarschijnlijk in verband met de Transvaal- quaesti'e. Gebrek aan keukenmeiden schjjnt in de Duitsche stad Mainz te heerschen. Ten bewijze daarvoor diene, dat een keukenprinses, die langs den meer en meer gebruikelijken weg, dat is door middel eener advertentie plaatsing zocht, niet minder dan 83 antwoorden ontving, waar van 12 door de telegraaf. (Uit het Duitsch vertaald). Het is Kerstmis; en ook August de Domme, de aardigste clown uit het circus K., wil ditmaal met zijn beide kleine meisjes, Julia en Mariëtta, Kerstmis vieren. Het zijn tweelingen en hoewel zij nog zeer jong zijn, waren zij reeds herhaalde malen het glanspunt der voorstelling, zoodat duizenden haar om hare groote bevalligheid en onverschrokken heid luid toelachten. Even verschillend als heur uiterlijk is ook haar karakter en begaafdheid. Mooi is Mariëtta niet met heur donker haar en vale gelaatskleur, met haar grooten mond, die dubbel opvalt bij haar oudachtig gezichtje, waarin een paar ernstige grijsblauwe, treurige oogen lig gen. Maar niettegenstaande dit, voelt men toch veel sympathie voor het kind. Als zij optreedt en met haar magere armpjes het publiek een welkomstgroet toezwaait, wordt zjj nog bleeker en bijt op de onderlip, als leed zij onder al die op haar gerichte blikken,- of als vreesde zij niet geheel te zullen voldoen aan dat wat men vol spanning van haar verwachtte, en zenuwachtig kan men dan haar mager teer lichaam zien trillen. In weerwil van dit alles is Mariëtta toch haars vaders lieveling, want zij gelijkt het meest op zijn gestorven vrouw, die hij zoo trouw met zijn warm hart bemind heeft. Hij had haar niet bij het reizend kermisvolkje gezocht, maar hoog van boven uit het „paradijs" gehaald, vanwaar zij met gloeiende blikkon naar hem en het bonte klatergoud had gezien. En een brave trouwe vrouw was zij steeds voor hem geweest, die zonder morren met hem de wereld doortrok, al had zjj zich het leven aan zijn zijde anders gedroomd. Toen God hem echter de kin deren schonk, legde zij het moede hoofd neer en stierf. Hij wist nauweljjks raad wat met de kinderen te beginnen, en zonder het zelf te wil len, had hij hen in zijne wereld gevoerd. Het meest griefde het hem, dat hij zoo vaak van hen scheiden moest, want hij moest dikwerf heen trekken en niet eens kon hij zijn handen bescher mend op hun hoofd liggen, maar moest ze aan Gods genade en hoede overlaten en dat deed hij vol vertrouwen. Het Kerstfeest vereenigt ze. De mooie blozende Julia, met hare blonde lokken en bruine oogen, is vol vreugde en verwachting en kan maar niet begrijpen, dat haar zusje zoo kalm en stil is, alsof het heden een doodgewone avond is, in plaats van den heiligen avond met de brandende lichtjes aan den kerstboom en allerlei mooie din gen, die voor hen, voor hén alléén zullen zijn. Onze kleine kunstenmakersfamilie heeft in een herberg, ver van het drukste gedeelte der stad verwijderd, twee kamertjes gehuurd; in het eene slaapt de vader met de beide kinderen, in het andere ziet 't er rommelig uit; kleeren, schoenen, mutsen, alles ligt onordelijk door elkaar, maar dat hindert hun drietjes niet. De slaapkamer, in eetkamer herschapen, ziet er daarentegen recht gezellig uit; op een tafel, die er tijdelijk in ge plaatst is, ligt een helder wit tafelkleed; lustig knettert het vuurtje in de kachel en geeft een behaaglijke warmte aan het vertrek. Sedert van middag mogen de kinderen er niet meer in. Yol geloof aan het Christuskindje zjjn zij op gevoed, en tot nu toe hebben zij dat geloot be houden. Julia spreekt sleohtsj nog fluisterend, ze is buiten zichzelf van ongeduid, en pakt de kleine Mariëtta telkens bij de schouders en schudt haar heen en weer, totdat zij beiden nauwelijks tot adem kunnen komen. Zij heeft een eenvoudig, gestopt, wollen jurkje aan, eu draagt een donzen randje, dat eens wit was, als kraagje om haren hals. Het staat haar mooi bij de roode wangen. De vader draagt een oud flanellen buis; zijn goe dig rimpelig gezicht straalt heden van geheime vreugde. O, in zulke uren voelt hij pas hoe ge lukkig het is, mensch te zijn; slechts ééne ont breekt hem, en de gedachte aan wat hij in haar verloren heeft, werpt de eenige schaduw om zijne feestelijke stemming. Te midden van deze groote kinderschaar valt de eigenaardig saamgevoegde kleeding der zusjes niet op. Gedurende den geheelen kerkelijken dienst ligt Mariëtta geknield en hare ernstige oogen zien geloovig over de geheele menschheid naar een andere wereld op. Julia's hoofdje beweegt zich van rechts naar links, en hoewel zij den tekst der psalmen niet kent, zingt zij ze toch met haar heldere stem meê. Wanneer zij thuisgekomen zijn, zijn ze alle drie geheel met sneeuw bedekt. „Nu lijken wij zelf wel Kerstkinderen," roept Julia nit, als zij naar haar zusje ziet. De vader pookt het vuur flink op en legt er dan wat hout op, want het moet vandaag eens heel, heel warm zijn. Dan treedt hij van uit de kamer waar het Kerstfeest gevierd zal worden op de kinderen toe. „Mariëtta, mijn lief kind," zegt hij met zachten stem, „voor wij feest vieren, willen wij eerst eens even een kleine repetitie houden, want wat morgen van je verlangd wordt, is moeilijk, zóó moeilijk, dat ik bang ben of je het er wel goed af zal bren gen. Ik weet ook, datje gisteren niet geheel zeker waart, ik las 't op je angstig bleek gezichtje. Zie hier heb ik den bal en hier de messen, wij zullen slechts een paar maal oefenen, vindt je het goed, kindlief P" Zij knikt toestemmend en verwisselt haar warm winterjurkje voor een dun afgedragen tricot, dat te slecht was om op een voorstelling gedragen te worden. Zij trekt haar leeren schoentjes uit en zucht zachtjes daarbij. De vader komt naar haar toe en strijkt haar over het zachte zwarte haar. „Je bent er toch niet boos om?" vraagt hij teeder. Als antwoord drukt zij zjjne hand en glimlacht mat. Julia laat haar lipje hangen, zij heeft zich zoo zeer op de kerstuitdeeling verheugd, en nu moet zij nog zoo lang wachten. „Duurt het een heel uur? vraagt zij ongeduldig; maar nu zij ziet, dat haar zusje beginnen wil, vergeet zij, dat zij een antwoord wil hebben. Zjj zet zich op een voetenbankje en steunt haar hoofdje met hare beide armenhaar mond staat een weinig open, zoo is zij er met hart en ziel bij, en met hare oogen volgt zjj elke beweging, die Mariëtta maakt. Wanneer de vader een blik op haar slaat, moet hij beken nen, dat het een prachtig mooi kind is; te mooi misschien om goed blijven. Met de voeten dicht naast elkaar geklemd, staat Mariëtta pal. In 't begin beeft zij zeer, eerst wiegt zjj bevallig haar bovenlijf heen en weer en buigt dan voor en achterwaarts. Dan strekt zjj hare armen uit en werpt met verbazende snelheid vier kleine dolkmessen in de hoogte en vangt ze dan weerop, en daarbij draait en buigt zjj, zonder hare voeten te verschuiven, naar alle kanten. Nu mag zij een oogenblikje uitrusten, maar niet te lang, want zij moet dadelijk ten tweeden male met dit gevaarlijke spel beginnen. Ditmaal getuigen hare bewegingen van meer kalmte en zekerheid, maar ze ziet doodsbleek, slechts hare lippen zien vuurrood, zoo diep heeft zij hare tanden in 't vleesch gedrukt. Hare oogen schijnen geheel door hare lange donkere wimpers bedekt. „En nu voor 't laatst," roept de vader verlicht uit. „Ondertusschen ga ik even naar binnen en spreek met het Kerstkindje." Julia lacht geluk kig en Mariëtta begint opnieuw. De messen vlie gen en worden met verbazende zekerheid opge vangen. Daar vliegt een arreslede voorbij en het geluid van het rinkelen der belletjes dringt ook tot de meisjes door. „Mariëttahet Kerstkind komt," roept J ulia uit en ze springt in de hoogte. Deze schrikt, verliest haar evenwicht, de voeten glijden uit, zij stort in twee van de messen, die zjj in hare hand hield, zoodat deze diep en doodeljjk kwetsend in de borst van het arme kind dringen. Een enkele vreeselijke gil roept den vader terug. Zinneloos staart hij op het treurige tooneel. „Ma- riëtje, mijn Mariëtje", roept hjj eindelijk met klagende, gebroken stem, „gij moogt niet sterven, neen, neen gij moet levenDoe toch nw oogjes open, mjjn lieveling, het Kerstkindje is er al Hij draagt het stervende kind naar de feest- kamer en Julia volgt hem met angstigen lang- zaraen tred. Zij vermoedt in 't geheel niet, dat zij haar zusje gedood heeft, zij weet nog niet eens wat sterven is. De vader heeft Mariëtta op haar bed gelegd, en staat, nu hij ziet dat zij werkelijk van hem heen wil gaan, geheel vertwijfeld over haar bedje gebogen. Juilia staart naar den brandenden boom en de oude zaken, maar zij komt nergens aan. Zachtkens gaat zjj naar haar vader en verlegen strpkt zij hem met hare hand over zijn wollen buisje. „Vadertje!" Hij antwoordt niet. „Va dertje is Mariëtta nu ook een Kerstengeltje ge worden Zij hoort zijn snikken en nu barst zij met hem in tranen uit. Nu is het donker bjj hen, een treurige Kerst nacht daalt over hen neder. En morgen barst het pnbliek in schaterlachen uit, als August de Domme met zijne handen in de diepe zakken van zijn pierrotpak begraven, en het hoofd droevig schuddend verzekert, dat hem geen enkele aardigheid te binnen schiet, want zijn hart is hem te vol. De tranen, die hem daarbij over de rimpelige wangen rollen houden zij voor de grootste aar- PREDIKBEÏÏRTEN. NED. HERV. GEM. OUD-KARSPEL. Zondag 24 Dec. geen dienst wegens vacature. Maandag 25 Dec. v.m. 9.30 u. ds. Stramrood. Dinsdag 26 Dec. geen dienst. NED. HERV. GEM. NOORDSGHARWOUDE. Zondag 24 Dec. v.m. 9.30 u. ds. Habbema. Na afloop der godsdienstoef., benoeming van drie Notabelen. Maandag 25 Dec. v.m. 9,30 ds. Habbema. Dinsdag 26 Dec. geen dienst. GEREFORMEERDE GEMEENTE. Zondag 24 Dec. v.m. 9 u. n.m. 2 u. J. C. de Moor Student van Amsterdam. Maandag 25 Dec. v.m. 9 u. Godsdienstoef. Dinsdag 26 Dec. v.m. 9 u. Godsdienstoef. NED. HERV. GEM. ZUIDSCHARWOUDE. Zondag 24 Dec. v.m. 9.30 u. ds. Onnekes. Maandag 25 Dec. v.m. 9.30 u. ds. de Boer. Dinsdag 26 Dec. geen dienst. NED. HERV. GEM. BROEK OP LANGEDIJK, Zondag 24 Dec. v.m. 9 u. ds. Gemser. Maandag 25 Dec. Dinsdag 26 Dec. GEREFORMEERDE KERK. (Zuiderker k.) Zondag 24 Dec. v.m 9.30 Godsdienstoef. n.m. 2.30 ds. Schoenmakersvan Dirkshorn. Maandag 25 Dec. v.m. 9.30 Godsdienstoef. n.m. 2,30 ds. Stadigv. d. Held-er. Dinsdag 26 Dec. v.m. 9,30 ds. Stadig, v. -d. Helder. CHRISTELIJK GEREFORMEERDE KERK. Zondag 24 Dec. v.m. 9.30 n.m. 2.30 de heer v. d. HeidenTheol. Student. Maandag 25 Dec. v.m. 9.30 n.m. 2.30 de heer v. d. Heiden, Theol. Student. Dinsdag 26 Dec. v.m. 9.30 ds. Jansen, van Amsterdam. DOOPSGEZINDE GEMEENTE. Zondag 24 Dec. v.m. 9,30 ds. Fleischer. Maandag 25 Dec. Dinsdag 26 Dec. geen dienst. NEDERL. HERVORMDE GEMEENTE HEER HUGO WAARD. Zondag 24 Dec. v.m. 9.30 u. ds. Brink. Maandag 25 Dec. v.m. 9.30 ds. Brink. Dinsdag 26 Dec. geen dienst. 8CHAGEN, den 21 Dec. 1899. 5 Paarden Veulens Stieren 10 Geldekoeien (magere) 33 Idem (vette) Kalf koeien Vaarzen Graskalveren. 15 Nuchtere Kalveren Schapen (magere) 50 Idem (vette) 1500 Overhouders Lammeren Bokken en Geiten 12 Varkens (magere). 66 Vette varkens p. kilogr., 70 Biggen Konfjnen Kippen Eenden 1800 Kipeieren (per 100) f 110 95 105 35 Bij geringe aanvoer van magere geldekoeien, waren deze prijshoudend. Vette koeien gingen flink van de hand; le quali- teit gold 32 ets. per halven kilogr. In vette schapen was de handel stug en de prijzen gedrukt. Ook bleven vele overhouders, tengevolge van den tragen handel, onverkocht. De prijzen der vette varkens zijn eer achter- dan vooruitgaande. ALKMAAR, 22 Dec. 1899. Aangevoerd: 296 stapels Kaas, wegende 104586 Kg. Kleine 31.— Commissie f 31,—; Middelbare f 33,—. ALKMAAR, 23 Dec. 1899. Aangevoerd: 3 Paarden f 100,a f 150, 9 Koeien f 150 a 170; 34 Nuchtere kalveren f 8.a f20.30 Vet te Kalveren f 35,af 135,per kilo f 0.70 a 0,90 53 Schapen f 12,a f 33,0 Lammeren f a 53 Vette varkens per kilo f 0,34 a f 0,42 53 Magere varkens f9 a f 12.— 287 Biggen f 4.— a f 6,—3 Bokken 3,- - f a f 4.— 1 kleine id. f 1,50 af 0.Boter per halve K.G. f 0150 a f 0.55. Aardappelen fl«— af 0.— per zak; bieten fl.25 a f0.— uien f 1.25 a t0.—Bloemkool f 0,- afO,— per 100 wortelen per 100 bos 0.60 roode kool f 6.— a f 0,—savooische 14.— a f8,— Koolrapen f0,70 Rapen f0.— per 100 bos. Peren f0,— a f0.— Appelen f0,a f0.—Pruimen f0.a f0,per mar.dje. Witte kool f0,— Kippen f 0.15 a f 1.20; eenden f0.40 a fl,30 konijnen f0.50afl.50; kippeneieren f5,50 a f6.— eendeneieren f0.a 0.kuikens f 0.30 a fl. GROENTENVERVOER. Van 1623 December zijn van het station Noordscharwoude 59 waggons en van Heer Hu- gowaard 52 waggons groenten verzonden met bestemming naar het buitenland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1899 | | pagina 6