rtüfaï 4» si ™°T.
i =ig« - -s
ij l i».
Vergaderingen.
Feuilleton,
m MKSÜ BEB1ÏÏS
UIT 2*N HUMEUR.
Volgt thans bestuursverkiezing. Aftredend zijn
'de heeren J. Kuiper, D. Kansen en J.^Hopman,
echter allen herkiesbaar.
Tot stemopnemers worden aangewezen de
bracht De heer Leo S. erkende -wel Mej. J. J. heeren A. Kwadijk Jb. Jonker en P. Scheltus.
iT ziin artikel bedoeld te hebben, maar ont- De uits ag van de stemming is, dat de afte
kende het opzet te hebben gehad haar te belee- denden worden herkozen, respect, met 73, 69
digen- Zaak de "arlieid I 44 tndTapplaus der vergadering, verklaren
V°De officier was echter van meening, dat het de heeren, zich de herbenoeming te laten wel-
loswerkman J. G. M- te__Alkmaar, kreeg ^^'fij^n ^c™ tïii^een scheld- Ter kennismaking wordt thans onder de kj
Sfn zi> blad moeten onthouden. Hij is kort den verspreid het van den Bond
p-eleden no»- terzake beleediging veroordeeld en van Ziekenfondsen „Zelfbeheer,
het, O.M. vraagt ook nu zijn veroordeeling tot Zij, die zich wenschen t® abo^®eren
60 £rld boete subs. 50 dagen hechtenis. nen dit kenbaar maken bij het bestuur
De advocaat Mr Leesberg, wees op het ont- Terwijl de stemming plaats had werd over
breken van het opzet, het algemeen belang, ter- gegaan tot het voorstel van het bestuur, om de
i i_.i.P4. r»o« nn Hp onnt-rihiitie om de 14 deren op te halen, daar dit
had echter de .persoon die hij daarmede bedoelde
hem buiten het café zette. In zijn woede sloeg
H. toen een glasruit in. Eisch f 25 boete ot
2tf dagen hechtenis.
VAN DIK HOUT ZAAGT MEN PLAN
KEN.
Pancras. Hij gaf hem een peuter, dat Schot deD
grond zocht en diende hem toen nog een tik toe
Èiet een bezemsteel, die Schot uit zelfverdedi
ging tegen zijn veel grooteren tegenstander had
meegenomen. Ejsch f 25 boete of 25 dagen.
JALOUZIE DE METIER.
De visscher J. V. uit Sint Pancras was er niet
over gesticht dat de Alkmaasrche kaaskoopman J.
Verbeek in zijn vischwater in den polder Heer-
hugowaard ging visschen. Hij was van meening
dat V. ten onrechte in zijn vischwater hengel-
Vde en schold hem in zijn verbittering uit voor
dief, smeerlap en strooper, van welke beleedi-
gingen door V. een klacht werd ingediend bij
den burgervader van Heerhugowaard. leg®11 v-
werd 10 gld. boete subs. 10 dagen gevorderd.
GOD ZEIGENE DE GREEP.
Emilia W., de niet altijd gelukkige eehtgenoote
van den schilder O. V., nam te Hoorn, toen de
kans schoon scheen, uit een uitstalkastje van een
winkel een paar kousen en een kist sajet weg.
Haai handgreep was echter opgemerkt door een
voorbijkomende dienstbode en heden vorderde het
PM. tegen Emilia 2 maanden gevangenisstraf.
EEN ONGEWENS0HT BEZOEKER.
De deurwaarder der directe belastingen, die te
Hoorn bij zekeren K. een dwangbevel bracht
'omdat K. in gebreke was gebleven om zijn per
soneele belasting te betalen. Door de vrouw des
huizes Grietje G,, onthaald op scheldwoorden,
derwijl zij hem bovendien met een natte dweil
om de ooren dreigde te slaan. De deurwaarder
was heel spoedig verdwenen maar Grietje moest
de gevolgen ondervinden. Het O.M. vorderde te
gen haar 15 gld. boete of 15 dagen.
IN D|E VERjLEIDlNG.
Jacob J., een arbeider te Wieringerwaard, die
voor de Justitie geen onbekende is, stal op 10
Nov. uit een vrachtschuit een paar schoenen, toe
behoorende aan den arbeider J. Mosk, aldaar.
pi ach 2 maanden gevangenisstraf.
c- 'N COLLEGA OP DE ZONDAARSBANK
De heer Leo S., Hoofdredacteur van
Blad", moest terechtstaan wegens beleediging van
een Haagsche Juffrouw, J. J-, huisvrouw J. B.
S. Deze zaak stond in verband met de indertijd
door ons gepubliceerde zaak contra twee metse
laars, die den eerw. Heer Bielars, kapelaan te
Alkmaar van onzedelijke handelingen met Mej. E.
S. hadden beticht. „Ons Blad" had over deze ge
schiedenis een uitvoerig artikel gelanceerd en
daarin was Mej. J. J- een schoonzuster van Mej.
E. S. aangewreven dat zij haar man ongelukkig
had gemaakt, terwijl de schrijver haar minach
tend betitelde als „Het schepsel en „feeks." Hij
wijl hii zich wat betreft de bews'eveijring nu de contributie om de 14 dgen op te h
o-etuise niet is verschenen, refereert aan het oor- een voordeel van 50 gulden aan de kas zal geven.
tot vrijspraak.
„onderling hulpbetoon."
Dinsdagavond vergaderde bovengenoemde Zie I
"kenvereeniging ten lokale van den heer Bakkum,
te Noordscharwoude.
De voorzitter, de heer J. Kuiper, spreekt zijn I
vreugde uit, over het tamelijk goed opgekomen
aantal leden, hoewel ongeveer een 130 leden zon
der kennisgeving zijn weggebleven. Spr. heet de
aanwezigen en ook de Pers, hartelijk welkom,
en hoopt, dat de besprekingen die hedenavond
gevoerd zullen worden, mogen zijn in het be
lang der leden, en dat der vereeniging in het bij
zonder, waarmee de vergadering voor geopend
wordt verklaard.
Hierna worden door den secretaris de notulen
van de vorige vergadering gelezen, en onder dank
zegging aan den secretaris voor het juist weer-
gegevene goedgekeurd.
Volgt thans rekening en verantwoording van
den penningmeester, De ontvangsten hebben be
dragen 1838,91, de uitgaven daarentegen 1731,61
alzoo eeen saldo groot 107,30. Het bezit der ver
eeniging is thans 2963,10.
Van de kasnazieners, waarvan geen enkele te
genwoordig is, is een schrijven ingekomen, waar
in zij verklaren de rekening te hebben nagezien
en. tot goedkeuring kunnen adviseeren.
Onder dank van den voorzitter aan den penning
meester voor diens accuraat beheer, wordt door
de jv*ergadering overeenkomstig het advies be
sloten.
Thans wordt door den secretaris het Jaarver-
verslag voorgelezen. Hieruit blijkt daft 7 gewone
.en 1 buitengewone bestuursvergadering is ge
houden. Op de advertentie voor oproeping van
nieuwe leden heeft zich geen enkele aangemeld.
Als bode werd door het bestuur voor drie maan
den benoemd de heer A. Bood, in de plaat# van
Mej. M. van der Sluis. De vereeniging is voor
uitgegaan, zoodat het aantal thans 235 bedraagt.
De voorzitter brengt ook den samensteller
'van dit verslag, hetwelk onder applaus der ver
gadering werd goedgekeurd, een woord van dank
,en wekt daarbij de leden op, zooveel mogelijk
mede te werken tot het werven van nieuWe leden.
hebben te Broek waar dit ook geschiedt, en- geen
- i overwegende bezwaren daartegen bestaan.
j Na een korte discussie waarbij door ver
schillende leden het bezwaar naar voren wordt
gebracht, dat het dan te betalen bedrag voor ve:
len te bezwaarlijk zal zijn, wordt, dit voorstel
in stemming gebracht en verworpen met 27 stem
men voor, 49 tegen en 4 blanco.
In behandeling komt de vaststelling van het
bodeloon. l
De voorzitter zegt, dat het loon bedraagt 1.75
cent per lid en per week. Dat de vereeniging
aar. de spits staat met de betaling van het bode
loon en het bestuur dan ook adviseert dit zoo
te laten. i
Nadat door eenige heeren is meegedeeld dat zij
van meening zijn dat het bodeloon te laag is,
worden 2 voorstellen ingediend; le het loon te
brengen op 2 cent per lid en de contributie op
13 cent; het tweede voorstel bedoelt het loon te
brengen op 5 gulden per week en de contribu
tie op 13 cent per lid.
Nadat deze beide voorstellen in stemming zijn
gekomen $n daarna verworpen, wordt gestemd
over een derde voorstel, om het loon te brengen
op 2 cent en de contributie te laten zooals ze
is. Ook dit voorstel wordt verworpen. Het be
stuursvoorstel om het loon zoo te laten, wordt
hierna aangenomen met 8 stemmen tegen.
Volgt thans adviseursverkiezing. Aftredend de
heer O. Kroon, herkiesbaar. 1
De aftredende wordt herkozen met 62 stemmen
en aanvaardt zijn herbenoeming.
Komt thans in bespreking de uitkeering van
.Ziekengeld.
De voorzitter zegt dat de uitkeering thans be
draagt 1.25 per dag is 7.50 per week, welk be
drag ook alweer in verhouding tot de zuster
verenigingen hoog is te noemen.
Nadat ook hier in korte discussie door eenige
heeren gepleit is voor verhoogihg der uitkeering
wordt toch met algemeene stemmen besloten de
bestaande uitkeering te handhaven, in verband
met de eventueele inwerkingtreding van de aan
gekondigde ziektewet.
Benoeming afgevaardigden voor de algemeene
Bondsvergadering.
De heer Kansen stelt zich liever niet meer
Komt ter tafel het voorstel van den heer K.
van Dijk, om te komen tot uitkeering van de
drie wachtdagen, alvorens men trekkende kan
zijn.
De voorsteller, van den voorzitter het woord
verkrijgende, zegt, hier en daar eens geinformeerd
te hebben, maar steeds tot antwoord te hebben
gekregen dat het moeilijk uitvoerbaar is, en het
aehoud der vereeniging. Spr. aaht dat het voor
stel nu geen zin heeft om in behandeling te wor
den genomen, vooral ook in verband met de ko
mende dingen, en zegt zijn voorstel in te trekken.
De voorzitter zegt, dat met de inwerkingtre
ding van de ziektewet de wachtdagen vervallen
en het bestuur een desbetreffend verzoek had
willen doen aan den voorsteller, zooals thans door
hem het besluit is genomen, waarvoor de Voorz.
hem dank brengt.
Rondvraag.
De heer Bood, die tijdens de besprekingen over
het bodeloon de vergadering, heeft verlaten, in
formeert thans in welken geest het besluit is
5).
Op den asphalten vloer avU het perron, onder
de groote glazen bekapping, liep de knecht met
Irene's pels en voetenzak heen en weder.
Juist reed de sneltrein binnen, die, uit Weenen
komende, de hoofdstad der provincie slechts in
het voorbijgaan even aandeed.
Een dame naar Berlijn, conducteur! riep
Imevrouw Ebermann, wier moederlijke bezorgd
heid voor haar toch zoo zelfstandig pleegkind zich
weer met den ouden angst deed gevoelen.
De conducteur rukte een portier open en snel-
de voort. Een oorverdoovend rumoer heerschte
allerwegen. De locomotief proestte en snoof, uit
de assen der rijtuigwielen steeg een traanachtige
vetlucht op. Een man liep langs den geheelen
trein, bkute hier en daar even, en gaf met zijn
hamer een onderzoekenden slag tegen de assen, die
dan een helderklinkend geluid lieten hooren.
De slaperige kellner stapte met groote schre
den voor de coupéraampjes heen en weder, en riep
met luider stem op een zeurigen toon:
Koffie. Bier. Broodjes met vleesch. Warme
worstjes. Daarbij hield hij zijn vijf wijd uit
gespreide vingers onder het op zijn schouder rus
tende bord.
Etn terwdjl de knecht de pels op haar plaats
legde en daarna met een beleefden groet heenging
fluisterde Irene haar trouwe vriendin nog een
laatste verzoek in het oor:
Ga üiorgen naar papa. Laat u door hem met
Albertine in kennis brengen. Zeg hun beiden, dat
ik heengegaan ben met liefde voor hen in het hart
Papa heeft pas eergisteren, op het laatste station
zijner huwerlijksreig, de zaak vernomen. Mis
schien was mijn brief niet welsprekend genoeg.
Gij weet altijd de rechte woorden te vinden,
zoo juist, zoo aangrijpend, zoo liefdevol. Zeg hun
dat hun huis altijd mijn tehuis en mijn toevluchts
pord zal blijven.
Dit was nu voor mevrouw Ebermann geheel
nieuw. Zij had gedacht, dat de heer Von Melt-
zow met Irene's plannen en voornemens bekend
was.
Maar thans was er geen tijd meer tot nadere
inlichtingen. Zij omhelsden elkaar, en Irene stap
te in. Beiden waren sprakeloos van droefheid.
ten pijn van de koude en ondanks al haar ver
driet dacht zij:
Ebermann had toch weer gelijk, ik had
mijn gewatteerde overschoenen aan moeten doen
Juist toen de conducteur het portier wilde
sluiten, kwamen er in vliegende vaart twee hee
ren aanioopen, en liet hij hen bij Irene instappen
Maar dat is een damescoupéJ" riep me
vrouw den reeds wegsnellenden conducteur na
Doch tegelijkertijd zag zij, dat er op de deur
stond „Niet rooken!"
Daarbinnen deed Irene nog moeite om de be
vroren ruit neder te laten, doch tevergeefs.
De locomotief floot, de bel' werd geluid. Log
en loom en met dof geromeml rolde de trein weg.
De dame bleef er nog naast loopen, en wenk
te en wenkte en strekte vruchteloos haar
handen uit.
Aan den binnenkant leunde er een voorhoofd
tegen de ruit, en deden twee weenende oogen
vruchtelooze moeite om n ogeen laatsten blik op
'te vangen en terug te geven.
Een wand van ijsbloemen had zich tusschen
hen geplaatst.
Witte rook, door de zijden der locomotief
uitgeblazen, omhulde nu den geheelen trein. En
zoo snorde hij naar buiten, over het witte, wijde
sneeuwveld.
TWEEDE hoofdstuk.
En daarbij
Irene zette zich in een hoek neer en drukte
haar gezicht tegen de kussens der coupé. Weder
gevoelde zij diep in haar ziel die vastberaden
wilskracht, waarmede zij zich reeds sedert vele
dagen tegen iedere aandoening waepnde.
Zij had standvastigheid noodig, en daaraan
inoccht het haar niet ontbreken.
Zij droogde haar oogen af, hield een poosje
haren koelen zakdoek tegen haar gezicht er
schoof haren hoed weder terecht. Daarna wik
kelde zij zich eens goed in haar plaid en pels,
en bleef zoo stil zitten, met de handen in haar
mof. Zij deed haar best om aan allerlei praccti-
sche dingen te denken. Zij ging nog eenmaal al de
beschikkingen na, die zij bij haar vertrek aan de
dienstboden had opgegeven, en vereenigde in ge
dachten nogmaals Albertine's rijke uitzet mei
het aanwezige huishouden haars vaders samen
tot één geheel. Zij hoopte, dat Albertine overal
eene liefdevol zorgende hand zou herkennen.
Daarna dacht zij nog aan het onverkwikkelijke
gesprek met den advocaat haars vaders. De wet
ffipvroüw Ebermann's voe- had het zoo gewild, dat haar nu het vermogen
beschikbaar, waarna onder applaus op diens voor
stel worden gekozen de voorzitter J. Kuiper en
de secretaris P. van Dijk.
gevallen.
De voorzitter antiwoordt, dat het bodeloon is
gehandhaafd.
De heer Bood spreekt zijn teleurstelling hier
over uit, en ze^, dat hij het nog een tijdje azl
volhouden, maar wanneer hij iets anders en be
ter kan krijgen, hij dat zal aanvaarden.
De heer Kansen wijst den bode' er nog op,
dat men hier aan de spits staat.
Onder applaus wordt op een vraag van den
heer Kansen, om het bestuur vrij mandaat te
geven om te handelen naar goedvinden, in verband
met de komende ziektewet, dit verleend.
De heer Kwadijk vraagt nog of bij ziekte ook
uitkeering wordt gegeven door de vereeniging,
wanneer door den trekkende reeds 70 pCt. van
zijn loon wordt genoten, door lid te zijn van den
een of anderen Bond.
De voorzitter antwoordt hierop bevestigend.
De rondvraag levert verder niets op, waarna
de voorzitter de vergadering sluit, onder dank
zegging veor de belangstelling en de ondervonden
samenwerking.
„HTTLP IN NOOD.'
De Jaarvergadering werd Dinsdagavond ge
houden in het lokaal van den heer Kuilman.
Na verschillende mededeelingen betreffende den
Bond in verband met de ziektewet, werd re
kening en verantwoording gedaan. Daaruit bleek
een ontvangst over het tweede halfjaar groot
1127,11 en rente over het geheele jaar totaal 60,06
De uitgaven waren 932,26, alzoo een saldo
van 254.93. De Jaarontvangsten waren 2290,88
de Jaaruitgaven 2493,03, alzoo een nadeelig sal
do van 202,15.
Meegedeeld werd dat door de verhoogde con
tributie 18 leden bedankt hadden, dat 1 nieuw
lid is toegetreden, 1 lid geroyeerd is 1 de volle
uitkeering heeft genoten en 1 vertrokken is
Llit het Jaarverslag bleek dat 5 bestuurs- en
2 ledenvergaderingen zijn gehouden, het aantal
leden met 34 is teruggegaan, 318 uitkeeringen
zijn gedaan aan 80 verschillende personenn, waar
van het totaal aantal ziekendagen 1586 was.
Bij enkele candidaatstelling werden als bestuurs
leden herkozen de heeren K. Bakker, L. de Wit
en W. van Dok.
Besloten werd de leden zooveel mogelijk in
kennis te brengen met het maandblad voor het
ziekenfondswezen en daarvoor een honderd exem
harer moeder werd uitbetaald. Zij was meerder
jarig en haar vader gnijg een tweede huwelijk aan.
Haar verstand zeide, dat dit alles slechte naar
orde en regel geschiedde, doch haar hart leed er
onder. In deze kleine uiterlijke formaliteit had
zij een symbool gezien. Zij gevoelde, dat zij van
van de bescherming haars vaders losgemaakt, dat
zij zelfstandig geworden was. De rente van dit
vermogen was tot dusver haar vader ten goede
Maar hij zou het verlies niet bemerken, want
Albertine bracht hem een veel, veel! grooter ver
moeng aan.
Van geld had Irene nog zeer weinig begrip,
en zij wist niet of 'zij met haar vierduizend
Mark rente volkomen onafhankelijk had kun
nen leven, of niet. Daarover had zij zóó weinig
nagedaccht, dat nog nooit het denkbeeld bij1 haar
was opgekomen, om gezamenlijk wet een fatsoen
lijke dame een woning te huren en op zicchzelf
te gaan leven. In dien vorm van vertrek uit haars
vaders huis zou zij dan ook zonder twijfel iets
vijande ijks hebben gevonden, wanneer men haar
dien had voorgesteld.
In de betrekking, welke zij thans wilde aan
vaarden, verdiende zij geld. Dit vond zij een
merkwaardig geval.
Hare onderworpenheid aan de luimen eener
vreemde zou betaald worden.
Hierover dacht zij lang en diep na. Hoe bitter
moest zulk een denkbeeld voor een arm meisje
zijn, dat door den nood gedwongen was, zich in
dienstbaarheid te begeven.
Dat er dienstverhoudingen bestaan, waarin vlijt
kennis of kunstvaardigheid betaald worden, wist
Irene reeds. Zij zag het aan haren eigen vader
en aan hare dienstboden. De kennis van den een
betaalde de Staat, de vlijt der anderen haar vader.
Maar dat men zedelijke eigenscchappen, zoo
als geduld, volgzaamheid en vriendelijkheid be
taalde, vond zij plotseling vernederend, meer nog
voor dien die betaalde, dan voor hem, die zijne
vrijheid verkocht.
Waarschijnlijk, zeide zij bij zich zelve, wa
ren deze beschouwingen de terugslag van een
hoogdravend gesprek, dat zij eenige dagen ge
leden met den steeds philosopheerenden Dr. Er
berm an n gevoerd had.
Terwijl Irene daar zoo stil in hare gedacchten
verzonken neerzat, vermoedde zij niet, dat er op
haar gelaat eene voortdurende afwisseling van
utdruikking viel waar te nemen. Hare levendige
trekken waren altijd een spiegel harer ziel. Eil-
ke aandoening zwe.efde er als een ggchaduw óf
een lichtstraal overheen. In hare grijze oogen,
die regelreccht op den wand tegenover haar ge
richt waren, maar inderdaad niets van dien wand
zagen, vlamde nu eens een gloed alb van toornige
energie en werd dan weer de blik als door wee
moed beneveld. Hare neusvleugels, die er fijn en
nerveus uitzagen, beefden soms.
Nog minder evenwel vermoedde Irene, dat zi;
nauwlettend werd gadegeslagen.
De tegenwoordigheid der beide heeren in de
coupé was haar zoo onverschillig, dat zij er in
het geheel niet meer aan dacht.
Aanvankelijk wisselde ook het tweetal1 geen
woord met elkaar. Ieder had izch slaperig in zijn
hoek gedrukt. Maar toen het langzamerhand bui
ten helder dag was geworden, namen zij de me
hen medereizende jonge dame eens wat nauw
keuriger in oogenschouw. Louter aan de omstan
digheid dat zij, alleen in een coupé niet rookei
zat, ontleenden 'zij reeds hun |goed recht om nieu'w
gierig te mogen wezen.
Door .e|en blik verklaarden zij, het er weder
keerig eens over te zijn, dat hunne reisgenoot
er zeer innemend en buitengewoon interessan
uitzag.
De een was een slank, zeer deftig geklei
heer, die bij den eersten oogopslag jonger schee
dan hij was, en in wiens geheele houding eene z(
kere opzettelijke, jeugdige elasticiteit lag ui!
gedrukt, zonder dat deze in het minst den indru
van het smakelooze of belachelijke kon doen on
staan. Deze heer had zeer regelmatige ge
trekken, kalme, heldere oogen en een zorgvui
dig onderhouden baard.
Hij was de eerste, die zacht een gesprek mi
zijnn overbuurman begon.
Blijkbaar van den schouwburg, fluisti
de hij zich een weinig naar voren buigend.
Dekt ge dat? luidde de wedervraag va
den ander, die met de grootste vrijmoedighe
naar Irene keek.
Deze andere was een kleine, tot gezetheid ne
gende h eer, met een bontgeruiten reismantel
een ineengedeukten groenachtigen vi.ien hoed va
niet te ontraadselen vormen. Maar de blanli
.zeer zorgvuldig onderhouden hand, waarmede
zijn grijzenden baard streek, en de vrij rondzien'
oogen, benevens een trek van onverstoorbare zei
bewustheid op zijn gelaat, lieten geen twijfel' ov
dat hij tot de deftigste kringen behoorde.
Kordt vervolgd»