De vereeniging van de 4 Langedijker gemeenten Vervolg. Nadat, de voorzitter de pauseerenden had bijeen geroepen, verkreeg de heer Zeeman het woord, voor het uitspreken van zijn rede, en zei onge veer het volgende: Vergadering Wij staan thans voor het feit, dat reeds door 3 van de 4 gemeen teD uitspraak .is gedaan, inzake (de vereeniging van Langedijk. Broek was er tegen. Zuidsoharwoude er voor, Oudkarspel is vrij-wel geneutraliseerd, terwijl door Noordscharwoude nog Uitspraak moet worden gedaan. Wat deze vergadering betreft, veel gewicht verwacht ik er niet avn in verband met Lange dijk één. Terwijl door deze vergadering ook geen invloed zal worden uitgeoefend bij de hoogerS autoriteiten. Het nut van deze vergadering ligt hierin, dat de Langedijk behoort te weten, wat er voor en tegen de vereeniging is. Den 27 December 1919 is door den Baad van Zuidscharwoude de kwestie van Langedijk cén •bij Ged. Staten aanhangig gemaakt. Eichter niet door die heeren is het zoozeer gedaan, dan wel door de feiten en omstandigheden. De tijden zijn thans rijp voor de samenvoeging van gemeenten Het is ongeveer een jaar otf 5 geleden, dat een zeer conservatief liberaal man, van Ged. Staten mij vroeg: Zeeman, kunt u er geen invloed op uitoefenen, dat de Langedijk één wordt? - waar op ik antwoordde: Wat moet ik daar nu aan doen? Het is geen soio. dem. eiseh en ook niet •zoo beschouwd behoeft te worden. Een ieder met een hedler en gezond oordeel zal begrijpen, dat dit best afgescheiden kan staan van alle poli tieke beginselen. De felste tegenstanders staan tegenover ons felste voorstanders van andere be- beginselen en waar practische invloeden voor zitten. De behandeling van het ontwerp is steeds in comité gebeurt en daar is het recht van vóór tegenover het bewijs(?) van tegen naar voren gekomen. Maar het laatste is mij zeer antipathiek Daarom wensch ik ook een compliment te maken aan de tegenstanders, die hebben geezgd, dat het nu maar eens uit moet zijn, met het maken van die flauwe rijmpes. Ja, het moet maar eens uit weeznïnet die flauwe kul, zooals de Langedijker Ristuien. Dat noemen wij snert. Waarom wij thans stelling nemen? Reeds lang staat het op ons gemeenteprogram om te komen tot Langedijk één. Een van onze burgemeesters eens gezegd: wanneer morgien de Langedijk één werd dan was ik er voor. En nog steeds denkt hij er zoo over. Toen is het dan ook bij[ den C. der Koningin aanhangig gemaakt. Groote za ken zullen tot stand kunnen worden gebracht en doeltreffender dan thans. Zoo was er bijvoor beeld het plan van den reinigingsdienst. Terloops is het besproken in den raad van Zuidscharwou de en ewer naar achteren geschoven, eü toch •behoefde het netis te koeten aan de gemeente. ïVan aprticuliere zijde is zelfs het voorstel ge daan om er een particuliere zaak van te maken En zeker zou het hygiënisch een groot voordeel zijn geweest. Dan hebben wij hier gehad de zoo zeer gevreesde typhusepidemiën, en dit haal ik aan in verband met het tonnenstelsel. Geen plaats is daar beter voor geschikt dan de Langedijk. waar men nog vindt de bekende „husjes" laings de slooten. De bemesting van het land wordt duur betaald terwijl bij het tonnenstelsel dit zoo'n goede bemesting was. Zoodat hier op schrik barende wijze veel wordt vermorst. Maar in dertijd is ook dit plan gestrand, mede ook door de schuld van Zuidscharwoude. Veel is er ge- Sproken en geschreven, maar wij hebben thans gemeend ons standpunt in deze te moeten bepa- eln. Wij werden geinspireerd door bepaalde ge dachten en op cursusvergaderingen hebben wij daaromtrent ons standpunt reeds uiteen gezet, terwijl deze vergaderingen toegankelijk waren voor de Pers. Hoeveel knappe koppen aan den Langendijk konden deze dingen niét naar voren brengen? maar ze doen het niet. En het is be ter deze verbeteringen naar voren te brengen dan 'ze achter te houden. En wij hebben deze verbe teringen genoemd. En dat heeft kwaad bloed gezet dat wij ons als voorstanders hebben doen kennen. Maar waarom Men heeft tegen ons ge ageerd op spottend sarcastische wijze. Maar ook dit kan goed én gezouten zijn, en kan veelal worden beschouwd als een geestelijk geneesmid del. Naast den spot moet men echter ook de ernst betrachten. En nog in geenen deele heeft men kunnen bemerken dat de ernst naar voren is gekomen. Ik noem mij zelf een le klas voor stander van de samenvoeging, maar dat neemt niet weg, dat ook ik zeg, dat men in Broek heeft gesproken met een zekere sympathie tegen de vereeniging. En het is mooi dat men zich daar geeft ozoals men is. Maar dat Zuidscharwoude het „broekje" van Broek wensch te aan te trek ken is gee ngeestigheid. Wij wenschen niet te pa- risiteeren op kosten van Broek. En zooals daar gezegd is, dat men federatief veel tot stand kan brengen, is dan het opheffen van gemeenten van zooveel belang? Voor Broek niet, maar voor ons wel. Én dan kunnen wij de historische banden ook niet zoo beschouwen als daar in Broek. Daar zegt men dat de scheiding is bij dé Broeker brug, maar dan moet men daar de consequentie ook doortrekken wat betreft het bezit van lan derijen. De gemeente Zuidscharwoude moet be staan van de inwoners, die hun middelen zoeken uit de opbrengsten van den grond. Maar van de 400 H.A. grond ongeveer is een groot gedeelte in handen der Broekers. Ik zal hun dat niet eu vel duiden, maar de consequentie eischt, dat men de historische lijn dan zoo streng mogelijk trekt Niet alleen moet men dan geen stoffelijke voor deden van een andere gemeente willen, maar ook geen materieele. De historie verbreekt en ver scheurt zich zelf. Er is een spreekwoord dat zegt, dab men de bakens moet verzetten, wanneer het tij verloopt Met andere woorden, daar moet verandering wor den gebracht, waar deze gewenscht is. Zoo las ik in de ,Nieuwe Langedijker Courant" van 31 Januari een artikel over de samenvoeging van ge meenten. En wanneer ik dat nu ga vergelijken met beschouwingen in den raad van Noordschar- woude. dan spreken deze elkaar geheel tegen. Dat vind ik jammer van het papier. Eerst schreef ik een artikel hier tegenin, maar nu vind ik het toch niet jjammer, dat het niet door mij is op gezonden ter plaatsing. Ik vind het aardig u nog eens een gedeelte daaruit voor te lezen, waarbij het spreker hoofdzakelijk te doen is om te wij zen op hetgeen daar geschreven is, nl.dat het vasthouden aan bestaande toestanden conserva tief is, hetgeen ten duidelijkste biteek door den bijzonderen nadruk die spreker op dit citaat lag. Nog vee Wordt er gesproken ovler de histo rie. En men mag de belangrijkheid hiervan niet onderschatten, omdat bij ieder mensch aanwe zig is het conservatisme. En ook dit is wel een gezond idée. Men moet echter niet teveel zweren bij het bestaande, want wanneer dat ge- j beurt was, waren wij nu zeker nog in den tijd der Ridders. De maatschappij gaat echter langs ontwikkelende banen. 'Langs steeds vervormende banen. Uit dit oogpunt bekeken heeft de historie afgedaan in verband met de verkregen ontwik keling. Broek mag dan zijn „broek" verliezen maai- het behoudt toch Langedijk. In verband hiermede leest spreker weer voor een citaat uit de „N. L. Crt." van 31 Januari en vergelijkt dit met het aardig opstel van den heer Keizer, zooals de BBurgemeester van Nd.- scharwoude het uitdrukte, waarin hij zijn per soonlijke meening had weergegeven. Toen ik dit las heb ik mij afgevraagd of ik nu als misdadi ger werd gedoodverfd. Maar, heusch, ik was mij niet bewust, dat ik zoo misdadig was. En wanneer geen betere argumenten tegen de vereeniging wor den aangevoerd, beschouw ik het als een zegen. Door Broek is gezegd, dat het federatief' wil samenwerken. En wil ik dit even critisoh bekij ken. Gaan wij dan even terug naar de stichting van de gasfabriek. Lang is er over gesproken, waar de fabriek moest staan, en einde'ijk kwam dan het ebsluit dat zij zou komen in het midden van de Ranged ijk. Nu wil ik n,iet beweren, dat het daar de gunstigste plaats is. Daar was misschien nog een plaats waar zij beter op haar plaats stond. Daarom moet het algemeen belang ook onderworpe nworden aan een technicus. Hoe juist was dan ook ht gesprokene van den heer Hemar inn den raad van Noordscharwoude, dat door de federatieve samenwerking de electrfi- catie van de Langedijk 30000 gulden meer had gekost, dan noodig was geweest. Men moet het gekozen tijdstip meer benutten. Zoo ook met den weg door de Diepsmeer. Ook dit is gestruikeld en wel op den huizenbouw. Nu zijn in Noord scharwoude de nieuwe woningen gebouwd aan 'den oostkant, maar de toekomst ligt in het wes ten. Zoo zit men altijd met het „ik wil dit niet en ik wensch dit wei." De geschiedenis van de waterleiding kennen wij allte. In het opstel van den heer Keizer staat 'dat 28 raadsleden meer kunnen dan 13. Maar in Noordscharwoude is toch een besluit van 24 raadsleden teniet gedaan door 4 andere raden. Maar hier konden dus 4 meer dan 24, door een ■besluit tegen te houden. Zoo zijn er nu door mij de tegenstrijdigheden genoemd, en wanneer dan ook de gasfabriek had gestaan op het lage lhnd in Broek, aan groot vaarwater, dan had men zeker minder vracht kosten, dus was daar wat voor te zeggen. De U.L.O.-kwestie is een lijdenskwestie. Ik had gehoopt, dat daarin spoedig onderwijs zou kunnen w orden gegeven, maar ik vrees met ban ge vreeze dat er ook dit jaar niet veel van terecht zal komen. Broek wensch te hieraan niet mee te doen. Het federatief samenwerken van Broek is dus geheel weg. Ja, zelfs zei men tegen mij: wees voor een Chr. U.L.O.school en wij doen wel (mee. Maar dat mogen wij niet doen. Ik betreur he tdan ook ten zeerste, dat de houding van de Broeker vrijzinnigen zoo slap is geweest Ik had verwacht dat gemn sterker zou zijn op gekomen dan gedaan is. Wij zijn niet voor Chr. onderwijs in den raad, maar voor het openbaar onderwijs. De openbare school is toch zeker nog niet vergiftigd? In Broek is door den heer B. Slot gesproken en dpor hem is gezegd, dat het •.openbaar onderwijs daar het „stiefkind" was, hetgeen maar al te waar is. Maar wij moeten ook erkennen dat het Chr. onderwijs in Broek zeer goed is. Wij moeten dus het openbaar onderwijs zoo goed moge!ijk maken voor de minstbedeeMen En wat wacht ons nog in de toekomst? Wat voor tegenspoed is er niet ondervonden bij de stichting van den reinigingsdienst? Bij het ma ken van den weg door de Diepsmeer? En dat hebben wij gevoeld. En daarom hebben wij1 ge zegd, dat wanneer die invloed een van de belet selen is, dan moeten wij komen tot samenvoeging Ook is in Broek nog gezegd da,t bij samen voeging een verkeerde pressie zou worden uit geoefend op hun heilige idëen. Maar zouden wij het ooit in onzen kolder krijgen om daar weer kermis te gaan houden? Ik zou er mij nooit toe leenen om daar een kermis te stich en. Daar gaat toch nets geen heiil van uit. En ook geen katholiek zou er zich toe lteenen. De heilige goe deren van Broek loopen geen gevaar. Men blijft daar een eigen type behouden. Men b ijft, daar toch in ebslote nRring. En de Kosteüjken zul len steeds met de Bakken kunnen omgaan. Maar dat is juist hel epdante van Broek. Men ziet zich daar te hoog aan, tegenover het noordelijk gedeelte van de Langedijk. En dan de ontwikkeling van de Langedijk. Hier zien wij verzedelijking en ontplooiing van het vrijzinnige. Van de kunst, en dit is op het andere einde niet aanwezig. Hier is iets gepres- teerd. Ja, Wat de toets der öritiek kan weerstaan Het is een genot, dé ontwikkeling die zildh hier ontplooit ,gade te slaan. Sport, mq^jek, tooneel, hebben een verheffenden invloed, en dat moet men zooveel mogelijk steunen. En ook Langedijk moet dat steunen door een terrein beschikbaar te stelien. Gaat Nieuwe Niedorp geen grachten dempen om er een sportterrein van te maken? De jongelui moeten het niet zoeken in smerige kroegen. Dat is slechts schijngenot. Dus ook op dit terrein is er voor de gemeente nog veel weg gelegd. En daarom spijt het mij dat in Broek zoo 'tritisch is gesproken over Voetbalwedstrijden Dit meende ik te moeten zeggen in verband met de rede van den heer Ytsma en den heer P. Slot. Een compliment wensch ik te maken aan den heer B. Slot voor zijn bezadigde wijze van spre ken. Maar wanneer er één ding moeilijk is, dan is het zeker wel het toetsen aan een andere ge meente van gelijke grootte. Wij hebben hier tóch zeker niet zooals in Wormerveer 18 politieagen ten noodig, hoog en laag. AI is het hier dann ook niet altijd even rustig. Wormerveer is nu een maal anders, doordat het een fabrieksplaats is. En ook de vergelijking met Enkhuizen gaat niet opD'at is een havenplaats. Ik heb mijn best niet gedaan om gegevens te ontvangen van andere plaatsen, omdat een vergelijking zoo moeilijk valt te maken. E nwat de besparing aangaat, ik ge loof dat het een besparing zal1 geven van 5 a 8000 gulden. Men moet niet de finantieel'e zij de gaan zoeken, maar men moet zich afvragen hoe de gemeente het best is in te richten. En dan kan bezuiniging niet uitblijven. Nu hebben wij 4 van allte ambtenaren. En moet alles 4 maal ge daan worden, en dan maar 1 maal. Dus alleen op de administratie reeds zal bezuinigd kunnen wor den. Wij zullen natuurlijk niet toekunnen met een burgervader die tekort, onderlegd is. Er moet iemand zijn die goed geschoold is voor zijn taak Ik ebn dan ook gedurende den tijd dat ik een kijkje heb kunnen nemten in de gemeentezaken, tot de overtuiging gekomen dat het leiden en beheeren van een gemeente een vak is. De wet tenkennis van een burgemeester moet zoo uit gebreid zijn, dat hij voor dien tijd een grondige opleiding moet genieten. De ontwikkeling van een gemeente kan niet worden tegengegaan en komt zoowel bij één als bij vier gemeenten. Dan zegt de heer Slot liever niet mee te werken aan de stichting van een bewaarschool. Maar is de bewaarschool dan niet noodig en nut tig? Dat zien wij aan de stichting bij de r.k. kerk. Zoo zouden de kosten dus omlaag wor den gehouden, ten koste van instellingen, die tot stand moeten komen En dan het ziekenhuisbedrijf. Dfaar wenschén wij niet aa nknee te doen. Maar dat doet "Wor- merveei wel. Wij zullen dingen krijgen, die wij noodig hebben. Wij gaan onherroepelijk de hoog te in bij de dingen die tot stand zullen komen. In Broek op L. zegt men dat men geen uit- keering vraagt uit de O.W.belasting. Dat daar een brug is, waar twee rijtuigen elkander kun nen passeeren.'Maar kreeg voor die brug toch zeker 2000 gulden van de groentecentraite. Dat er een straat is naar' de brug naar Heerhugowaard, Maar kreeg daarvoor toch zeker 4000 gulden van de groentecentrale. En dan het onderhoud van deD stortdam, wordt daaraan dan ook niet bijgedragen door de groentecentrale Nu moet men daar dus niet zoo'n hooge borst opzetten. Dat is niets noodig. De verbeteringen aan het vei lingsgebouw, dat zeer billijk door de gemeente wordt verhuurd, zijn betaald uit de zakken van da menschen uit de omgeving. De stof van den Broeker „broek" is dus niet echt, maar is samen egsteld ui tstof van de geheelte omgeving. En dit is nu de historische ontwikkeling van Broek. Wij hebben elkander noodig. En is het ook niet zoo met Noordseharwoude Trekt dat ook niet de voordeelen van de omgeving. Aan den tramdienst over de geheele Langedijk wilde BBroek niet meewerken en geniet nu dage- lijksch de 'voordeelen van de gunstige ligging van het spoor. En geen zal mij bestrijden, dat dit tot stand zal komen wanneer Langedijk één is. Hebben wij thans niet de plannen van sluis bouw door Noordscharwoude en Broek? En de toekomstige gemeenteraad zou daar toch zeker ook voor zorgen. Dan zou dat geschacher er niet meer zijn. Wat noodig is voor verbetering, zal door de gemeente Langedijk op doeltreffende wij ze worden gedaan. In het opstel van den heer Keizer wordt ge zegd, wat niet gekomen zou zijn. Zoo o.a. de sluis te Oudkasprel. Zou die sluis werkelijk niet gekomen zijn Ik zeg u wat niet gekomen zou zijn, wanneer Langedijk één wa sgerweest, voor 75 jaar terug. Dan hadden wij niet gehad de spoorlijn naar Den Helder waar zij nu is, maar aan den westkant langs de huizen, volgens het plan van den ouden burgemeester Kroon. Dan .zouden wij niet hebben gehad die twee pooten, zooals burgemeester Kroon van Oudkarspel het eens zeide. Wij hadden gekregen besparing) van energie en arbeidsvermogen. Van achteraf is het echter altijd goed spre ken. Maar in de tokomst zullen wij dezelfde fouten begaan wanneer Langedijk niet één wordt Wij moeten leeren uit de lessen van de ouden. Wat goed is moeten wij waardeeren, maar wat niet goed is moeten wij critisch beschouwen. Wanneer men deze kwestie van B.K. stand punt bekijkt, staat men verbaasd dat er onder hen nog tegenstanders van vereeniging worden gevonden. Bij hen toch gaat het parochiaal be stuur van een centraal punt uit, dus zal het burgerlijk bestuur, wanneer het van een cen traal punt uitgaat, ebter tot zijn rech komen. Daarom: centralisatie is de aangewezen weg. En dat is'ook ingezien door Ged. Staten niet alleen, maar ook door het tegenwoordige recht- sche Ministerie. Wij mogen ons niet laten weer houden door een zeker conservatisme. Daarom hoop ik ook dat -de Raad van Noordscharwoude een strop krijgt, en de burgercommissie, daar i aanstonds ook uitspraak zal doen in dien geetft, dat zij zegt: Ook wij zijn voor Langedijk één (Applaus.) Op de vraag van den voorzitter gaven zich voor het debat de heeren Jhr. A. van Spengler de Heer J. H. Keizer. Jhr. van Spengler het woord verkrijgende, zeg Piet zeer veel genoegen naar beide sprekers t hebben gehoord. Ook hier Wordt thans bewaarheid', „onbeken maakt onbemind." Omdat men het intense van 'zaak niet kent staat men er antipathiek tegei over. Betreuren moeten, wij het, dat de tegen standers in deze zaak zich niet ontzien otm me alle middelen te strijden. Ook vind ik het jamme dat de protestvergadering in Broek uitsluiten voor Broekers waren, boven de 18 jaar. Wan graag had ik nog iets willen ezggen na de sym pathieke rede van den heer Rens Slot. Broek i 'tegen de vereeniging op grond van de historie jnaar men vergeet daar dat iedere gemeente haa eigenaardigheden heeft en Zuidsoharwoude toe! 'ook haar zelfstandigheid opoffert. Wanneer hie dan ook een vreemdeling de Langedijker dorpi ■doorloopt en men zou hem zeggen dat hij door vier dorpen is gegaan, zal hij dit niet wil 'len gelooven. De natuur zegt nu eenmaal, dat he hier de aangewezen streek is om één gemeente vormen. Dan is door den heer Slot behandeld het ■nantieel vraagstuk. De vergelijking die de heer Slbt met Wormer veer maakt is minder gelukkig gekozen en on juist. Wat de werkelijke bevolking betreft kom dezeg emeente ongeveer overeen met Langedijl Wormerveer heeft echter een stedelijk karakte veroorzaakt o.a. door hare velte afbrieken groote arbeidersbevolking. Daarbij mag niet ve geten worden dat duizenden arbeiders dage lijk van elders aldaar werkzaam zijn, hetgeen natuur lijk vele uitgaven vordert op politietoezicht admi nistratie (veiligheidswet, arebidswet, e.a. )enz Dat jdel asten in een industrieplaats than, groot zijn behoeft bijna geen betoog, men denk slechts aan het stopzetten van vele fabrieken de daaruit voortvloeiende finantieele gevolgen Dit is eveneens het geval in Groot Eindhove een industriestad met 50000 ziel'en, waar ook vel fabrieken, men denke aan de sigarenindustri werden stopgezet. Langedijk heeft en behoudt haar lhndelijk ka rakter, dus kan niet vergeleken worden met ii dustrieplaatsen. Ware het ook maar eenigszin denkbaar of mogelijk, Jat als gevolg van same voeging dezer dorpen, Langedijk op zulke zwar lasten zou koonen als meergenoemde stad, dai zou niemand, ik in de eerste plaats, zulks wage: en wenschen te bevorderen. Mi ar dan vraag ik mij: af wat een tuinbouw kan oerdeel'en over het personeel op de seeretari Ze t-mij in uw bedrijf, en ik zal heel weinig va mijn kool terecht brengen. En dan moet men i Broek ook niet denken dat aan 'den eenen kan blanken wonen en elders negers. Hier heeft mei alle dezelfde belangen. En wanneer deze stree niet één wordt, welke moet het dan wel woi den. Dan komt mij in de gedachten een gedich van Staring. Op een plaats moeten de menschen die naa de kerk willen, door een water waden. Maar n lang praten en onderzoeken wordt er een bru gemaakt. Alle menschen maken er gebruik va Maar er is een koppige boer, die zegt: mijn va der, grootvader en overgrootvader gingen al] door het water. Ik ga er ook door. En hij maakt geen gerbuik van de brug. Men moet niet vasthouden .aan alle bestaand toestanden. Het is (Voor imij ook geen IkUnst (otm( u (cijfers vod te goochelten, waaruit blijkt, dat het gemeente beheer van Langedijk één goedkooper zal zijn En het is dan ook te gek om te gelteoven dal hier een 20 man politie noodig zou zijn. En he is jammer dat dit naar voren is gebracht. E wanneer Langedijk één wordt, Mat het den hea Bens Sl'ot dan een geruststelling zijn, dat de open bare school niet meer het stiefkind zal zija (Applaus.) De voorzitter zegt, dat wat door Jhr. va Spengler is gezegd, niets heeft van een vraag een debat maar een ieder zeker met genoege naar het gesprokene geluisterd heeft. En dank den spreekr voor zijn woorden. Hierna verkreeg de heer Keizer het woord fk heb mij afgevraagd, zoo vangt spr. aa waar ik het nu eigenlijk over moet hebben en of ik er goed aan doe den geachten inleide te gaan bestrijden, maar wat naar voren is bracht heeft mij zijdelings teveel geraakt. En zou er gesproken worden over het nut van sa menvoeging van gemeenten in het algemeen, maai' men heeft ons gegeven ©en tuiltje bloeme uit het socialistisch ruikertje. (Applaus.) En da spijt mij. Ik had veel goeds verwaoht in dez rede. Wat betreft, de berichten die in de verschi lénde bladen zijn verschenen, wensch ik een eens een en ander recht te zetten. Het valt m niet, mee, dat, waar ik zoowel het "voor en te gen in mijn blad heb afgedrukt, dit wordt ui' gespeeld tegen hetgeen door mij als burger va Noordscharwoude in de raadszaal is gezegd. E heer Zeeman noemde öen paar ristu'enties „snert hee.'emaal niet geestig, dit is de heer Zeemai aleen bij zijn waschinrichting. Ik aanvaard dez „zeitenhieb' 'niet. En wanneer wij dan van de hand van den 1 richtgever van de „Schager Courant" in dat bla ltezen, dat de Langedijk snakt naar vereenigin zeg ik: „dat is een leugen; een.groote leugen- En een berichtgever die zooiets schrijft is vofl mij niets waard. En de aankondiging van deze vergadering al even geheimzinnig al» raadselachtig. Men aoi o

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1921 | | pagina 2