Nieuwsblad voor LANGEDIJK en Omstreken. blauwe Go!b. Costumes Woensdag 30 Maart 1921. 30e Jaargang - per 3 maanden fl,00 - J. H. KEIZER. De Winterlezingen sf «is1"ss -sve», Voor 't Aanntmeu en Trouwen Spaander Co. Feuilleion. UB BG1DS aSHlUS -Yr i. u «ft 1 zsxzz Ho. 26. sal-fen*». NIEUWE LAOD1JKE8 COIRAST. Deie courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagavond AB0HKE«ENT8PBS.!S REDACT EUB-UITGEYER BUBBEL AoordBch&rwowsle. PRIJ8 DEK ADVERTENTIES! Va* 1—6 regels 78 et., elke regel meer 18 et. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend Brieven rechtstreeks aan den Uitgever DE DAG Dllf HEEREN. I. Met- dit onderwierp trad1 de Weleerw. Heer rjs J PDijk Van Oppenhui.zen öp voor het Comité van Winterlezingen. Als gewoonlijk was de Ned. Herv. Kerk vol met een belangstellen^ Na het zingen van Psalm ÜÏ81 1 en gebed van den spreker, ving deze zijn lezing ongeveer al- Ofschoon de 'titel v'an mijn onderwerp voor deezn avond geenszins onbepaald of dubbelzin- draden der samenleving onmiskenbaar heenwijzen heeft gezegd (Pb. 90 4) „Want duizend jaren overwinning te leiden, zou God tot Zijn eer ko- ----- tt„i„ a„,„. It.ot. moiaron oio lm, mon Er was zeer zeker in Iraels meenmg een» I int eeD stagnatie van den g'e'Wonen loop der din gen, dan wordt er meer dan gewoonlijk gegrepen j naar de aloude Godsspraken, omdat men onw'il- I lekeurig gtevöelt, dat zoo iets, zij eenig licht kun- I nen werpen in de duisternis, die al dichter en I steeds meer benauwend op ons aandringt. Men' mcwe het lochenen of welwillend erkennen, eeu°feit is het, dat een bange (vrees in zulke dagfen het overgroote deel der mensohheid beklemtmet ongewone spanning vraagt mén zich af, of en wat 'zich voor nieuws uit de ineenstorting van het tot dusverre gelbdende zal' ontwikkelen, dan wel het geprofeteerde einde der dingen nu misschien in zal treden. Groote, denkende geesten werpen' zich met nieuwen, zenuwachtigen ijver op het onderzoek der reeds zoovéél eeUwen heugende voor zijn in Uwe oogen als de dag Van gisteren, als hij: voorbij gegaan is." God is eeuwig. „Hij kent geen lang of kort'", Hij is van tijd noch eeuwig heid gemeten.'" Bij al dei, profeten is de „Dag dies HEEREN" een hoofdgedachte. Bij alle onderzoek moet rekening gehouden wor den met den tijd waarin de profeten optraden. te hooren kreeg dan hij of zij, afg(aande op dien kennis genomen van de reeds m het licht versche- te hooien Kreeg, aan nijuij, y r nen resultaten en nieuwe vondsen verbeid, titel misschien ver^ht ha nieulvré he- Ook onze dagen zijn rijk aan verhandelingten üie ere eaooarrTvierig, als herinnering aan ae op maar levert ^^tende moeilijk- Standing Van onzen Heere Jezus Clmiste, met 1 „wa.,. Wa* ,11,. -/awIac mep ten onrechte den naam Van „dag des HEEREN kern van waarheid: Israël Was het Volk des HEEREN in geheel eenigien zin: maas vergeten, werd dat er in elk vterbond twee deelen zijn. Zeker, Israel mocht rekenen op Gods bescherming en hulp, mits van zijn kant ook „Zijn getuig(a- 'genis Ne waarde" en de „Goddelijke" inzettinglen naarstig onderhield'1'. Israël rekende Wel met wat Zij waren geestelijk hoogstaande mannen, maar Jehovah van Zijn kant had beloofd, maar niet zonen van hun volk en menschen van hun tijd. I met de verplichtingen, die het zijnerzijds op zich' Hun Woord en prediking Was een getuigenis, dSat genomen had. Amos vindt die valsohe, onjuiste uitging tot hun tijdgenooten, maar dat zich aan- i voorstelling van den Dag des HEERENhij sloot bij de toestanden, 'waarin hun volk destijds i heeft het rechte inzicht, inzake de verhouding verkeerde en bij de begrippen, die er onder hen j van beide partijen; hij kent God als de Recht- vaardige. Waar Israel het Verband heeft verbro ken da,ar moet God hierover toornen; Hij moet maar over den Zondag, die zijn zejgen werpt over de gansehe week, die er op volgt, wensch ik toch in dit uur niet met u te behandelen. Men behoeft' nog niet tot de z.g. „Bijbelvaste" Chri'stenen „te behooren, om te weten, dat de Profeten van het oude Israel, wier geschriften ons in het Oude Testament bewaard zijn gebleven, ook telkens in hun Godsspraken handelen over „den Dag des HEEREN, en het is hierotvter dat ik dezen avond1 •enkele gedachten voor TJ hoop te ontvouwen, jnet de hoop, dat niet alleen ons vterstandelijk inzicht zal verhelderd worden maar ook, dat liet nog zal strekken tot ons allter geestelijk wel'- zijn en bovenal tot eer van den allteen wijzen en machtigen God, wiens volstrekte Majesteit juist in dien dag pp het luisterijkst zal uitblinkten. Het is een opmerkelijk maar niet te wteerspre- ken verschijnsel, dat de geschriften van Israels Profeten de meeste Waardeering (vindten in de keer punten van den tijd. Als de menschheid als het Ware voelt, dat zoowel de ontwikkeling van stel- seis en toestanden, gis de verwikkeling van de heden op. Inzonderheid voor hen, die zouden mee- nen, dat misschien wel met zekerheid zou zijn te zeggen, hoever de Wijzers op het groote wereld- uurwerk reeds zijn voortgeschreden. Men gjaat dan rekenen en hoe vaak bleek reeds dat men misrekende! Neen, voor d< Ijelijke buitènspo- een prachtsorteering f SS, f 75, f 85, f 95 ALKMAAR. Wegen» het nitzanden der Kweekerij worden alle Yruohtboomen tegen zeer lage prijs opgeruimd. üweekerU ïiahlia" Tel. 14, Mint Pancras. Cebrs. GBOEi. righeden lecnen zich de profeten nietde predi- diking van Israels zieners is voor zulk gepeuter in te groote stijl opgtezetin dezen dient nooit uit het oog verloren te Worden, Wat Mozes reeds weMen gevonden. Dit 'gteldjt ook vun „den Dag des HEEREN"het is jgieen vondst van de profeten aslzoodanigmaar zij troffen (dien aan in het volk. De profeet Amos leefde ongeveer in het midd;en van de achtste eeuiw voor Christus. Het was een critieke tijd. Bange oorloglen volgden elkander snel op. Vooral destijds had Israel1 een zeer vlee selij ke opvatting van datgene, wat hem van de andere hem omringende volken, onderscheidde. Zij waren het volk van Abraham, met wien Jehovah 'Zijn verbond had gesloten; en daarom! was Israel voorbestemd om ook in uiterlijkten zin boven de andere volken uit te blinken.; de Dag des HEEREN zou nu spoedig! komen en dan zou Israel volkomen zegevieren olvter zijd Vij anden en zijn belagers de wet voorschrijven. Gods eere vorderde dit. Alleen door Israël tot Kom ik te laat? Excuseer mij Neen, zeide Fribo, mama eii ik' wa ren eenige minuten ;te vroeg hier. over- anderde al haar gevoelens in den vijandelijksten Ach Irene was er maar al te zeer van tuigd 'dat dit gebrék aan tact zich teeh werkelijk toorn tegen dezen man hid voorgedaanWant 'die afgfeloopen dagen, waar- - Welnu, - riep mevrouw Steinbruék, r,. nnhaul- n den i I ii ganedhen afgrond* van bitterheid, waarin deze j zeggen: leien beetje Wind moetmen ^zich toch het kwaad met de roede bezoekten: Israel mag op Gods bijstand niet hopen; integendeel, het' heeft Zijn wraak te vreezen. Deze gedachte gfcijpt den profeet aan: hij werpt de valsche voorstelling van het volk omVer; houdt echter de gedachte vast, maar plaatst ze op steviger grondslag: drukt er zijn stempel op. De dag des HEEREN zal komen, zek'er, maar het zal een verschrikkelijke dag zijn; geen liefelijke zomerdag, wiens komst zich in heerlijk uchtendkrieken aankondigt, maar een dag van dikke .duisternis, vol angstige verschrikking. In dien dag zal God wrake doen over Zijn onheilig Israel.'" De profeten werden (van ouds „zieners'' ge noemd teekenachtige naam, want de oogen wa ren hun geopend. Hunner was niet enkel de gave oim voorspellingen te doen, wharVan de toekomst de 'Waarheid gaf te zien, neen, zij za gen als het. Ware achter den horizont van den tijd, achter het tijdelijk' gebeuren zagen ze d'en eèuWigheidsgrondin den tijd de vervulling, idle verwezenlijking van het eeuwige; achter het ver gankelijke. het blijvende in de opvolging der tij den, de voile gestadige verwerkelijking van den Raad Gods. Géds macht zal uitblinken, zek'er, maar niet zooals het oppervlakkige Israel Is raël zich dat denkt, maar zooals Gédis eer dat vordert. Zijn dag zal een 'dag der Wrake zijn. De rechtvaardigheid Golds is niet maar een God- «pgewlige vrottw - dMlW. It een-en-twintig, toen SteinbrB* S- ik 'n de stapten. En dat Vas uit I om de ooren laten waaien, men aan "trouwen toen Stteinbriïck karakter v'oor het leven te steVigen. 'Ein zulk een onder het zorgvuldigste toezicht gerijpt' we zen moet toch voor den man een betpre levtensf1 gezillin Worden, dan een kind van zeventien jaar. Hier trad Martijd binnen, om' mijnheer Kugler, den consul, aan te d'ienen. Mevrouw' Steinbrüc'k, die zich hij' zulke „kib belpartijen" altijd gruwelijk verVeelde, stond op en zerzoeht Irene, haar te vtelgen zoodra Eribo gereed was m'et 'zijn lunch. Neon, zeide Eribo Vol geestdrift voop zijne vaststaande denkbeelden, die hij stellig be sloten bad eenmaal al's maatstaf, toetssteen en Weegschaal bij het aangaan van een huwelijk te bezigen, ik ben zilfs dan nogi van een andere Maar ïe'tn zeggen, wirue en zointussehen van een andere m tenants zouden natuurlijk Weigeren, eenige na- nog te vroeg. Daar denk ik' anders over! zeide Fribo Mevrouw Steinbriicfc vond bet Wreeselijk), dat <fu.auf JtT'" r t Trnrdiru»"' heeft - zij niet dadelijk v'oor den ddag durfde komen met dere inlichting te wen ^e Harding bed:aardheid. Beleedigend was de zaak, die liaar kwelde. Maar zij kende haren niet geweten wie bet wenn en wat mmste in de ^an Irene, omdat hij Eribo, en 'waagde het niet, hem ongehoorzaam dicht doet: Signe zal J ^ne denkbeelden ontwikkelde in de tegenwoor- te zijn. Onrustige menschen komen Wel m opstand wteten zal zi] het Zif h di heid van haar, een Vijf-en-twintig(jarige j ie X n.1^«« nirflr,o 1 c Ha otetlKren tecen gekomen! zeide mevrouw öteinDrucK. zoj uaa ;0 voren h toch -"z? ^"'„schuimend tegen de totsen Fibre scheen mtusscnen van 5^1^®^ Stïj opspatten'1'ï«et een biik op Irenes jnjze kleed *^2^' vo,orvaifen zijn geheel en al' T.om'b cn hare schouders ontbloot^ om u ternauwernood één kunnen noemen, uit heel ovinbaarde dit gebrek zich meer in den toon, dan in de vtrekking der .Woorden 'telooz^uiwiTen, "Cargeen vruchten Voort- neer zij Voor ^hardei opgaan, de onbeperkbte gemeenschap dter brengt. Zulk een jonge vrouw 1 voortdurende liefde en opvoeding. heeft behoefte der onschuld s-lechts een lichamelijke toop vader''1' zeide Irene met eenen, naar aan voertaurenue .- Mijn ^er' dio1 afwi;zenden blik. Irene werd opnieuw getroffen door al het Eribo toescheen, hoogmoe iy aip;nhriick die I besliste in al de gedragingen van dezen man. Zij 7 En+7er"endu Lm™n ?zÏÏ 55 m«sfzkh dagelfriïjmoeite gteven om van toch niet „meer dnriae yraQ j mvinbrück niet al te veel notitie te ne- Eribo, - tante^wdab^ftlnij nog mee? ax j toenemende heilangstelling, die zij erlieeld u eens, zij z g Viooo-achtiu^ en welwillendheid aanzag, ach- *de meeste beslistheid verzekert, i ko°l boffeiikte volrmen te verbergen. Want ding geehoord heeft ntteurzen 'wooXijner moedre stond loor alti^ beeft aan. de.stad en zonder uizondermg aan aUen, die er in wonenl verdere beloop van het voor Ih'are ziel past hij niet meer. zielen en des geestes, het liefdevolle!,' verdragfen door de vingers zien, ook dier wtederzijdscho Steinhruck, zeer waar. M^ar Jadeelfe gelijkgestemde en gelijkvoelende harten elkander slechts van toepassing op dat gedeelte Echtgelfooten zijn kameraden: zij zijn één Rijpheid en onrijpheid, opvoeder en leer linge bijeen, dat is geen huwelijk I riep Irene. Hij zag met beredeneerende kalmte in haar vlammende oogen. Fribö's gelaat werd zeer. somber. der jonge meisjes, dat uitsluitend voor de bals en voor de partijen leeft. Ook in de hoogere en hoogste standen treft men dochters aan, die hun grootste genoegen in het stille kuise ij 0® vinden, en wier voortreffelijke opvoeding hun leert, zich volgens het voorbeeld van een uit monden vader of een édele moeder in alle eer en deugd verder te lblijven ontwikkelten, de wilde -half-onnis te ziften en uit te breiden, en ban

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1921 | | pagina 1