t
■W
UIT DEN OMTREK.
LANDBOUWTENTOONSTELLING
TE ALKMAAR.
BEKRONINGEN GROVE GROENTEN.
De grootste en schoonste verzameling Groenten (Akker
bouw) le pr. A. Boersen, Alkmaar; 2e pr. A. Bakkfe,., Alk'-
)maiar. i 1 1
Koolsoorten, Bloemkool (5 stuks), le pr. A. Boersen, Alk
maar; 2e pr. A. Bakker, Alkmaar.
Roode kool (Zomerkooi) ,(5 stuks), le pr. J- N. Ott„, t-oe-
dyk; 2e prijs J. Wagenaaï', StompetorenEerv. Verm. D.
Keizer, Oudorp; A. Boersen, Alkmaar en A. Bakker, Alkmaar.
Roodc kool (Winterkool) (5 stuks), le pr. J. Wagenaar,
Stompetoren; 2e prijs A. Boersen, Alkmaar. Eerv. Verm. A.
Bakker, Alkmaar.
Savoye kool (5 stuks), e lpr. JWagenaar, Stompetoren;
2e pr. A. Boersen, Alkmaar. Eerv. Verm. D. Keizer, Oudorp;
W. v. d .Meulen, Heerhugowaard en A. Bakker, Alkmaar.
Witte kool (5 stuks), le pr. J. Wagenaar, Stompetoren. 2e
pr. D. Keizer, Oudorp-
Witte kool (5 stuks) (Deensche). le pr J. Wagenaar, Stom
petoren.
Boerenkool (fijne) (10 stuks), le pr. A. Boersen, Alkmaar,
2e pr. A. Bakker, Alkmaar.
Uien (gesoorteerd in drie soorten), van elke soort 5 K.G.
le pr. J. Weel, Zuidscharwoude2e pr. A. Bakker, Alkmaar.
Eerv. Verm. A. Boersen, Alkmaar.
ST. PANCRAS.
TREURIG.
(Niaar we vernemen is het pleegkind van den heer Ten Hoeve
een Duitsch jongetje, door eenige andere jongens, leerlin
gen van de Openbare School, zoo in het oog gestoken, dat
niet alleen geneeskundige hulp moest worden ingeroepen, maar
dat opening wenscbelijk werd geacht in het St. Elisabeth-
gesticht te Alkmaar.
Wat is het toch ajmmer, zoo schrijft men tons, dat dit geval
weer aanleiding geeft tot velerlei veronderstellingen en
in verband wordt gebracht met een ander feit, dat de ge
moederen op het oogenblik bezig houdt. En dan gaat men
verder met te betwijfelen of de verdraagzaamheid wel vol
doende wordt gepredikt en aangekweekt op de plaats waar
de kinderen worden onderwezen. Wanneer zal men toch in
zien ,dat tweedracht scheiding brengt?
J PLAATSELIJK NIEUWS.
OUDKARSPEL. 1
Wij wijzen er belangstellenden op, dat bij gelegenheid van
de kermis aan het Noord-einde van Oudkarspel, (Luizeknip)
de bioscoop van den- ihecr J. de Bakker pp het doek zal bren
gen de ondergeloopen Bleekmeer. Schitterende tafereeltjes
zullen op het doek te zien zijn. f
LANGS DE STRAAT.
Twee honden vechten om een been Ja, lezers en
lezeressen, er vochten eens twee honden. Wij zouden bij een
taalkundige zinsontleding het woordje ,,eens" kunnen benoe
men als (een „bijwoord van tijd". Maar dan veronderstelt men,
dat hst lang geleden is en het geval, dat ik U wil schilderen
is van zeer recenten datum. Het wa^ van de week'. Twee
honden, het bleken geen vrienden te zijn, ontmoetten el
kaar en daar waren de penen 'gaar. „Twee bullebijters
vochten" maar niet voor het wijnhuis van een groote
stad, maar bij het wijnhuis van een kleine gemeente, en
bij een brug. Ja, zij hadden zoowat den geheelen'
weg noodig en lieten geen plaats voor een voorbijgangster,
die het schouwspel met angstige blikken gadesloeg. Wat te
doen? De vechtende honden berekenden natuurlijk in het
minst niet hunne hondenpassen, zagen alleen met vlam
mende blikken elkanders tegenstanders en dreven de vrouw,
de dikke vrouw, waar men, zooals 'het liedje zegt, zoo
Wij hebben nagevraagd, hoe het in geval van veroordeel
gewoonlijk gaat. De ontvanger van registratie en domei,
zendt den veroordeelde een gedrukte kaart, waarop hij Wc
uitgenoodigd, de boete aafi hem te voldoen. Wellicht js
kaart in dit geval wiel verzeilden, maar ze (heeft in teder g,
haar bestemming niet bereikt. („Avp
Geschorst.
Naar wij vernemen is de heer A. B'een der directe^
van de oord-Hollandsche Bank te ANlkmaar, als verdacht
malversatiën, in zijn functie geschorst. Een der bedien
zekere B., zou zich eveneens aan onregelmatigheden het„
schuldig gemaakt. De politie is reeds in de zaken gekend
De Kerkbrand te Delft
I Gistermiddag even voor half twee is brand uitgebroken
de Oude Kerk, staande aan het Oude Delft, tegenover
Prinsenhof te Delft. De brandweer van deze gemeente
stevige houvast aan heeft, steeds meer achteruit.
Op
- NOORD-SCHARWOUDE.
De U. L. O. School telt thans, niaar we vernemen, 24
leerlingen. 1*
AANBESTEDING GASFABRIEK.
Bjj de gehouden aanbesteding van de Fundeeringswerken
voor de Transportbaan werd ingeschreven als volgt:
J. Henselmans, Noord-Scharwpude f 648S.
C. Klipbert, Oudbalrspel 6600.
K. Bruin, Oudklarspiel 6945.75
De begrooting bedroeg f 6902.Aan den laagsten in-
scrhijvier is het werk gegund.
- ZUID SCHARWOUDE. i
Bij den heer P. de Geus zijn Woensdag en Donderdag de
wedstrijden in het tonknuppelen gehouden. De uitslag was
dat door den heer schuit als gooier werden gewonnen de le
groene, de le„ 3e, 4e, 21e, 29e wit, jen de 2e kat; dcjor den
heer Bruin de 2e, 5e, 9e, 11e, 20e ,25e wit, de 3e, 5e, 6e
7e en 8e kat, en de le ijzeren; (door den heer G. Metties de 8e,
14e, 19e, 22e, 26e, 27e, 33e, 34e wit; de 4e kat en de laatste
groen; dctor den heer A. Mettes de 10e, 18e, 31e en 32e
wit benevens de 2e ijzeren; door den heer Barsingerhorn de
12e, 13e en 30e wit en de eerste kat; door den heer Zeeman
de 15e en 16e wit, door de nheer Groen de 17e, 23e, 24e en 28e
wit, benevens de laatste ijzeren. De gooiers werkten in op
dracht van inleggers.
De zaak van de leden van de gefailleerde Coop. „Vooruit",
die weigeren hun aandeel iin het verlies te betalen, zal nu, nadat
het deze maand weer was uitgesteld, op 4 October behandeld
iworden. i t
FEUILLETON.
DOOR EIGEN KRACHT.
1).
EERSTE HOOFDSTUK.
In het fraai gemeubelde studeervertrek van Bérgland's eer
sten minister liep de alom gevreesde staatsman met driftige
schreden op en neer. Als naar gewoonte in generaalsuniform
gekleed, droeg hy hooge rijlaarzen, waaraan de zilveren sporen
met eiken stap op onheilspellende wijze klétterden, iets dat
by hem steeds het teeken was dat hij ineen donkere gemoeds
stemming verkeerde. Zijn naaste omgeving was slechts al te
zeer vertrouwd met dergelijke stormachtige buien, en wan
neer het mogelyk was liet men hem alleen, zoodra men ze zag
ppkomen. Ditmaal echter was het aan een der leden van het
gezin niet mogelijk geweest zich aan de uitbarsting daarvan
te onttrekken, want hijzelf was het voorwerp van dien toom
geweest, en al wat hij vermocht, was, in schijnbaar kalme,
lustelooze houding den stortvloed van verwijten aan te hooren,
dien de grijsaard over hem uitbraakte.
(Graaf Ernst van Steinhof geleek voor het uiterlijk in het
minst niet op zijn vader. Ofschoon van middelbare lengté,
scheen hij klein naast dien breedgeschouderdien reus, en zijn
gelaatstrekken waren zacht en glimlachend, tefwijl de min-
nister een krachtig geteekenden kop bezat, die als uit brons
was gegoten. Over het hooge, geheel van haar ontbloote voor
hoofd liepen breede aderen, die bij de geringste aandoening
opziwollen; de grijsblauwe oogen waren klein en bijna onder
de stoppelige wenkbrauwen verborgen; het gansche gezicht was
gespierd als de arm van een atleet, en de kortgeknipte, dicht -
geplante knevel bedekte slechts ten halve een mond, zoo on-
verbiddellijk en streng, dat men aanstonds raadde hoe deze lip
pen nimmer het woordje „(Genade" uit hadden gesproken.
De zoon daarentegen had gróote, bruine oogen, die even
goed in een vrouwengelaat hadden tehuis behoord. Zijn don
kere, krullende lokken omlijstten een wasklëurig gezicht, dat
aan het schilderachtige hoofd van Tannhauser herinnerde, en
zijn handen, die met een cigarette speelden, waren blank en
welgevormd, als hadden zij veeleer een guit aar da neen zwaard
moeten omklemmen. Reeds de tegenstelling tusschen de witte
reepje papier, waarin de fijne Turksche tabak gerold was,
en het korte, doorrookte pijpje dat vorst Steinhof tusschen de
tanden1 klemde ,had het onderscheid kunnen aangeven, dat'
tusschen de tanden klemde, had het onderscheid kunnen aan
geven,. dat tusschen de beide karakters heerschte.
„Ik vrees dat wij elkander nooit zullen verstaan," zeide hij,
op een oogenblik dat de grijsaard het stilzwijgen bewaarde om
adem te halen: „en ik wilde vader, dat gij u verder de moeite
bespaardet mij tot uwe inzichten over te halen. Wij behoor.en
immers beiden tot een geheel verschillend tijdvak. Mannen
Zooals gij worden er in deze dagen niet meer geboren. Zie
graaf Molsdorf slechts aan; hij ook is uw tijdgenoot, en wordt
er in het gansche leger één enkelen officier gevonden die hem
nabij komt?"
gevaarlijke wijze naderde zij reeds de ringsloot. Steeds
I de honden in haar angst betrachtende, berekende zij den
afstand niet die haar nog van dien breeden boezem scheidde.
I Haar boezem hijgde bij zoo groote hondenstrijd van angst en
ontdaanheid. Steeds liep zij achteruit, nog enkele passen
scheidden haar van het swalpend nat, dat toen de grens
van wal en water was bereikt zijn zwaren last „in zijn schoot
1 verborg". Het was een ontzettende gebeurtenis. Met de
boenen in de lucht, het hoofd naar beneden, brak zij in
haar val den „waterspiegel". Zij kwam weer op het droge.
Het kon niét anders, want zoo'n luchtbal in corset,
bleef drijven op haar vet.
NIEUWSTIJDINGEN.
Zonder te waarschuwen.
Eenigen tijd geleden is in de dagbladen die aandacht geves
tigd op het feit, dat men failliet verklaard 'kan worden zon
der dat men het weet. Vrijwel parallel daarmee loopt een an
dere dergelijke zaak die eenigen tijd geleden den redacteur
van een weekblad overkwam.
Een nog al fel artikel in zijn krant haalde hem een aanklacht
wegens beleediging op den hals. Hij verscheen voor de recht
bank te Amsterdam en hoorde wegens beleediging een oete
vfairtj f 100 tegen zich eischen.
Uiteraard ging hij niet luisteren naar de uitspraak; wel las
hij in de rubriek „Rechtzaken" in de bladen 'dat de uitspraak
luidde: f 50 boete ,subs. acht dagen hechtenis, j
Daar onz eman nog nooit met het gerecht in aanraking
was geweest en dus niet wist, hoe én waar deze boete betaald
moest worden en bovendien kort no de uitspraak naar Den
Haag was verhuisd, wachtte hij rustig op officieel bericht
aangaande de uitspraak, hij hoefde die, meende hij, toch niet
uit een krantenbericht te vernemen.
Op zekeren Zaterdagmiddag omstreeks 5 uur thuiskomend
vond hij daar een open berichtkaart, door een politieagent
namens den officier van Justitie aan zijn huis gebracht en
door de dienstbode aangenomen, waarbij hij werd geïnviteerd,
zich Maandagmorgen tusschen 9 en 10 uur aan te melden
aan het Huis van Bewaring ten einde wegens niet-betaling
der boete acht dagen in hechtenis door te brengen, wanneer
hij daaraan niet voldeed, zou hij onmiddellijk' worden gearres
teerd. Gelukkig had hij op dien Zaterdagavond1 toevallig f 50
in huis. Hij heeft zich dus gehaast dit bedrag, telegrafisch
over te maken aan den ontvanger der registratie en domei
nen in zijn vroegere woonplaats en hééft daarna het recu
van dezen telegrafischen postwissel met begeleidend briefje
gébracht bij den officier van justitie. Hij wilde natuurlijk
niet d erisico loppen midden op straat te (worden gearresteerd'.
In dat begeleidend briefje vestigde hij er de aandacht van
dén Officier van Justitie op, dat er een verzuim moést hebben
plaats gehad, ernstig genoeg om aanleiding te zijn voor een
onderzoek. 1 l
„Molsdorf heeft geen kinderen", riep de minister met don
derende stem: „zoo al de a|nderen zwakkelingen willen schij
nen in vergelijking met hem, dan hebben zij tenminste deze
ééne verontschuldiging dat zijn bloed hen niet door de aderen
Stroomt; maar ik, ik heb zoons; op hen rust de verplichting
den naam op te houden, dien ik zpo groot heb gemaakt en ik
verbied hen zich langer aan te stellen als onbeduidende vad-
zige saletjonkers, die geen andere kunst verstaan als het
hoofd der vrouwen op hol te brengen."
„Maar vader, daarin ligt immers nog niet zulk' een groote
misdaad. Ik ben .gelukkig 1 nog ongetrpuwd, en wanneer ik
op die wijze mijn tijd popg te dooden, dans handel ik niéts
anders als de meeste jon'g|eli\eden van mijn jaren, die zich
op de een of andere manifer trachten te verstrooien. Als ik
speelde of weddenschappen aanging zou het dunkt mij vrij
wat erger wezen."
„Het woord alleen dat gij durft uijeh geeft uwe gansche
moreele waarde aan", bromde de prins. „Schaamt gij u niet
over tijd dooden te spreken, als gij mij, die een grijsaard
ben, dag op dag, ziet woekeren met de minste oogenblikken?
Ik ook, ik haak dikwijls naar een uur rust; 'ik zou niet zelden
met goud één 'enkele week van uitspanning willen koopen: en
ik heb het voortdurend in mijn macht, zoolang ik maar wil
het bestuur van zaken in andere handen over te dragen; doch
in mijn rusteloosheid ligt mijn kracht; den dag waarop ik mij
vrij zou maken, ook slechts van een deel mijner verplich
tingen, zou ik ophouden te zijn wie ik ben. Thans beschouwt
een ieder mij als onmisbaar, en ik ben het, want ik heersch
over al die onstandvastigen, 'die niets anders vragen dan uit te
rusten van hun eigene luiheid. Wanneer de ijverigsten mijner
ambtgenoot en zes uur in een etmaal gearbeid hebben, roemen
zij hun verbazende werkkracht, en moeten zij minstens twee
maal per jaar naar het Zuidien of de baden om hunne ge
schokte zenuwen te kerstenen, en terwijl verbroddelen hun
onderhoprigen al hetgeen zij in dien tusschentijd tot stand
brachten: mijn pliaats kan niemand vervangen; dertien uren
daags ben ik voor het land bezig, en als 'ik des avonds zie,
dat mijn taak niet af is, blijf ik ook den nacht aan het werk."
„Ten koste van de hevigste zenuwpijnen, vergeet dat niet,"
zuchtte de jonge man, een rookwolke naar omhoog blaeznjde.
„F.n wat beteekent dat in het leven van een man?" bulderde
prins van Steinhof: „Zijn die pijnen er ooit pi geslaagd mij
te dooden of voor mijn taak ongeschikt te makén? Heb ik
mij niet altijd sterke^ betoond dan mijn kwalen? Wanneer
bet lichaam lijdt* dan behoord de geest het lichaam te ver
geten, en dat Is mij alt yd geluktik ben er oud mede geworden.
Alleen onder werkeloosheid zou ik bezwijken, en gij weet 'het
niet half hoezeer ik ze minacht, die krachtelooze figuren, die
mij haten, die mets liever zouden wenschen dan mij te zien
vallen, en die my toch beurt om beurt ntoodig hebben, als
zij zich wenschen t egaan vermaken, of naar verademing
haken. De keizer zelf weet in zijn eigen papieren gieen weg
meer; al wat hem of de anderen verveelde of te veel inspan
ning kostte, laadde ik vrijwillig op mij, en ik behoef slechts
tjel dreigen dat ik mijjo ontslag zal nemen om alles van onzen
spoedig met twee stoomspuiten ter plaatse, doch vreezende,
de brand een "grooten omvang zo uaannemen, werd onmitfd
lijk de Haagsche brandweer gewaarschuwd, zoodat tegen
drie nog twee Haagsche motorbrantspuiten op de plaats
onheils verschenen. f
Met twaalf stralen werd water gegeven op het vuur, dat
op het oogenblik van het afzenden van dit bericht, nog
perkt tot het linksche gedeelte van het kerkgebouw. Het ke
gebouw heeft drie daken en op het linksche dak waar
terenmorgen een loodgieter zijn bezigheden heeft verricht
de brand ontstaan. Onder dat dak, dat gedeeltelijk reeds
gestort is, bevindt zich de consistoriekamer en een gede
dor kerkbanken. 'Niettemin wordt het orgel in de kerk op.
oogenblik nog ernstig door het vuur bedreigd. Het heeft ret
evenals het overige gedeelte van de Kerk, groote waterscha
bekomen .terwijl ook grootr brokken gesmolten lood in
kerkgebouw storten.
Het blusschingswerk gaat met groote moeilijkheden
paard, daar de spuitgasten met hun stralen moeilijk de
ivleter hoge dak kunnen bereiken. Met ladders werden
spuitgasten omhoog gevoerd in He in de nabijheid staande bc
men, van waaruit het blusschingswerk wordt verricht. Ook
een Magirusladder opgezet.
Hoewel het vuur in de nabijheid van den toren woedt,
men het gevaar, dat deze in brand zal geraken, o phet oog/
blik geweken. y
Honderden nieuwsgierigen waaronder velen uit den Haa
die daar van den brand vernamen, slaan den brand en
blusschingswerk gade. i
De Oude of St. Hypolituskerk is een van de weinige
bouwen, welke Delft uit de Middeleeuwen heeft overgeh'o
den. De bekende scheefgebouwde toren, aan de Oude De
dateert vermoedelijk uit 1250. Hij heeft als onderbouw
Frankischen wachttoren. De kerk zelf is in den loop der
gende eeuwen dikwijls vergroot. Sedert 1548 heeft zij fc
tegenwoordigen vorm. In dat jaar is oPk de toren tot
hoogte, welke hij thans heeft, 90 meter, opgetrokken.
De kerk bevat de praalgraven van Maarten Harpertsz.
Cornelis Tromp en van Piet Hein, benevens gedenkteeke
voor Van Leeuwenhoek en Boot, den Delftschen wondf
dokter. 1
Ook Elisabeth, de dochter van Marnix van St. Aldegom
vond in bet bouwwerk haar laatste rustplaats.
TenlgOvofee
een muur t
agen gevalle
jjg ge wonder
prof. NAGj
NI
ine,
De woningnood op het land.
Het getal dakloozien in de gemeente Emmen, dat reeds
was, is nu nog uitgebreid met ruim 8 Ogez'imnen uit de Duitse
Venen, die (in 't voorjaar uit Emmen derwaarts vertrokken
turf te graven) nu, na afloop van het ywerk, teruggekeerd
Velen huizen nu tusschen en nabij de groote turfhpopen en
een soort nederzetting, zoo goed als in d nopen lucht.
De gemeente overweegt den bouw van noodwoningen,
BROEKHUIJS.
Ten Broékhuijs, den directeur van de z.g. Rotterdamse
Landbouw- en Handelsbank is wegens overtreding der lotet
wet 3 jaar gevangenisstraf geëischt.
De Javabo
,rhioaid, dat
ad ta'et profe
jjjjke luinavietr
celaem'ers aa
astern Assoc
ie, dat in A'
ad
Professor I
p grooytvadc
tij d .n 11
aiscliap' bestp
lia]cen vloeien
ja zeer veel
iil, waarop 1
nschap' stiaec
De vadier va
eef zieer laty
i daar voor
as in Japan
edische wiete;
ank zij hetgt
ers had gelee
daar in 1
nog gaea
as zelfs zoo
oörd'ihad voc
pgiëne". En 1
agayo' gewae
'jig voor h
ord eseij".
En hiet zijp
s geweest",
_/o zijn boe
apanners, de
n. En allee
jjn dank Iwilt
ndsche vrien
in aam het a
ilde (graag d
eten kennen,
en piet de i
opers van dl
ersoomlijlk eer
Wat mij i
Professor Ni
e4 Imidië e,ea
en i
oord!
BUITENLAND.
De ontploffing te Oppau.
De slahtoffers der ontploffing te Oppau zullen in een
groeve worden bijgezet. Zondag wordt de rouwdienst gehoud
Het Oppercommando van het Fransche Rijnleger heeft
een wenk uit Parijs de troepen kleurlingen van de plaats
onheils teruggetrokken, omdat het gebruik daarvan bij
hulp- en afzettingsjnaatregelen de bevolking onaangen
aiandeed.
vorst gedaan te krijgen wat mij wenschélijk voorkomt,
zou zich niet meer kunnen redden zonder mij, en tot z<
mijn ergste vijanden zouden mij na mijn aftreden smeekt
weder bet roer van dein Staat in handen te nemen. Zit
wat mijn macht, wat mijn grootheid uitmaakt."
„Ik geloof het gaarne vader", sprak de jongeling glim'
chend: ,,en ik bewonder er u om, doch zonder moed of la
te gevoelen uw voorbeeld na te volgien. Ik kan niet nalaten
steeds te herinneren dat wij maar eenmaal leven, en een bestaa
zooals het uwe kbmt mij erger voor dan de zwaarste slevernij
„En toch zult gij van gedrag veranderen 1" riep de mini
stampvoetend uit.
„Waarom dat?" klonk het onbeschaamd: „Heeft niet
Bonaparte een hertog van ReiChstadt tot zoon gehad? En
deed u waarlijk tot dusverre geen oneer aan. Binnen den koi
mogelijken tijd voltooide ik mijn studiën; aan dé hooge scho
onderscheidde ik mij bij ieder nieuw examen; ik bezit
mijn diploma's om, zoo noodig, eenmaal een staatkundi
loopbaan te kiezen, en het is meer dan waarschijnlijk dat
daar na verloop van ëenijge jaren toe over zal
mij tot zoolang, bid ik u, met vrede. Men moet toch ook
weinig) van zijn jeugd genieten."
„Dus weigert gij mijn wil te volbrengen?"
„Voorloopig, ja vader."
„Zeer wel. Gij zijt Igeen kind meer, en ik kan u niet d
gen tot hetgeen uw eigen eergevoel u had moeten ingetf
maar ik laat u zelf de keuze. Of wel gij neemt den post al
van secretaris bij ons gezantschap te Londen; of wel ik
u ,van heden af, elke toelage. Het zal' niet gezegd worden 1
ik zelf u door mijn geld in staat zou stellen een n
bestaa nte leiden."
„Vader 1" riep Ernst van Steinhof uit, vol schrik ovei
rijzende: „Gij zult zoo onmenschelijk niet zijn. Gij weet dat
geen penning bezit van mijzelven."
„Zooveel te gelukkiger vfoor u, want het volslagen ge ld ge
zal u misschien tot inkeer brengen."
„Maar ik kan de stad niet verlaten, zonder diep ramp#
te worden. Gijj faioet het allang geraden hebben dat
schijnbaar luchthartige tegenstand, 'een ernstige reden
grondslag had. Ik ben met hart en ziel aan een jong me'
gehecht." r
Ongeduldig haalde voorst Steinhof de schouders op.
„Dat is men altijd op uw leeftijd", bromde hij;: „en het,1
noch de eerste noch de laatste maal wezen. Hoe eer g'J
een dergelijke dwaasheid uit 'het hoofd ziet hbe beter.
„Het is geen dwaasheid", mompelde Ernst.
V t (Wordt vervolgd),.
ontho
uttel#
ZWARE
troOMINE
ÓrTUGAL.
Berichte!
d palamcar,
jzefl ingiesto:
roomingen. I
jtigtal giewo
-aagt We#"
(a stor
Saragc
Er zijn ie
is aar
ebracht-
«iaindiers. H;
nering,' hoez
i introdnotie
fappiem gehic
plijik is gewe
Het voornaa
srlaiKlsche v
de rkiassai
ael uit die
ïbamnen fcee
pi, tfat idiezie
teer idian bdjg
Onze voorw
irdie plat ien
it hum eigen
ogiaipbische
rertuigidle, (m
geleerd h
oters kwam
ip gelooven,
ingen 'zjul'ks
ersteumen1. D
mtelimg in
Zij
etemschapplel
aseerdlen hor
tps iem objlecl
,Er is echte
ie in wellicht
Dat Japan
:ha (pbetrc
igu is, is een
en zullen wie
:hiid aa (nis
enn van' ppISl
:cties.
Eenigen tijk
«n professor
die Tokio
widen is', orn
e vriei
éllawdiers tij'i
iwfore Pierry
«t het Toklu
apdiedsverdra;
Algemeien j
°ek omverwa
chter nijejt o
lelijkheid.
Een jaar v
hats greei
édviemeimten.'
e Batavia ei
"eietr o phet
,Wij v-ema
lan is, iaën
:®diem, (om
ltïek tie vier:
wij |u w
kt Japan mi
*t onversch
eda »sc
an i
«wan a:
fflgloozie
fiwejer
:rei
IW,
kb
ij wij zien
opiiumN>
oai) o pverz
®gielanidi, w«
ek in- tie vie
hraerika een
®>tvangen, r;
6 KWerwiegem
eh, waardoo
tamdl zojud't
In die idagti
tfeakt dloior
^gen Ihielidu
?«rkamte sch
®ig verkond
keizer |en v