1'^
- - j m b
te Waarland Vacatures Stnleiets wegelKS
vertrek iea Rrabman wegens uverlijdc®
Voor no- i bestaat die aanbeveling
uit de heentóni Reruooij, en P- Beldker,
voor |no- 2 uit de beerep P. Bekker en
P- de Jong.
'Beide mos- i worden met aigemeane
stemmen verkozen' verklaard.
Vaststelling gemöenterekeniing en re
kening van bet levensmid'tdelenbedrijf,
beddJe voor den dienst 1921-
De beer Dekker brengt namens den
modi rapport uit en zegt, dat de reke-
nöng in volkomen 01de is bevonden. Tot
goedkeuring kan worden geadviseerd en
een woordJ van dank aan den secretaris
voor de bereidwilligheid, waarmede hij
ons 'terzijde stond. Een groot verschil
ia echter gebleken in die rekeningen van
de Verschillende ambachtslieden.
De heer De Vries voegt hieraan toe
dat er posten bij zijn, die niet door den
beugel konden'. De opzichter moet er
maar eens naar zien, wat er wordt ge-
dlaan
De heer Dekker beeft voornamelijk
het oog op het liuisnumlmeren. De een
neemt 6, tite ander 11 en weer een an-
der 40 cent- Maar dat loopt toch te
veel uit elkaar-
i De voorzitter brengt dank voor de
door de raad genomen moeite en ks,
met de gedane opmerkingen rekening
te zullen houden, hoewel door de ge
meente niet eender wordt betaald, alt
vorens de opzichter de rekening heeft
nagezien-
De rekening wordt ha/erna vastge
steld met een bedrag in ontvangst op
f 83052,971/2 in uitgaaf op een bedragg
van f 84550,541/2, alzoo een nadeelig
saldo groot f 1497,57.
Op advies wordt eveneens goedge
keurd de rekening van het levensmid-
delenbednijf.
Hierna komt in behandeling de g.e-
meehitebegrooting, dienst 1922, welke
post voor post wordt nagegaan.
Veranderingen van ingrijpenden aard
of breedvoerige discussies worden niet
aangebracht of gehouden, waarna die
begrooting voorloopig wondt goedge
keurd met een bedrag in ontvangst en
uitgaaf op f 94596,621/2, waarhij een
post voor onvoorzien 'groot f 904,24-
'De H. O. werd geraamd op een be
drag van f24000-
De voorzitter zegt ,dat de post voor
onvoorzien niet hoog is, maar B- on
W. het niet noodig oordeelden den H.
O- te verhoogen, omdat de gemeente
een nooduitkeering zal krijgen, wan
neer bet ontwerp-wet in de Eerste Ka
mer wordt gesanctioneerd, tot een be
drag van f 1400.
De begrooting voor het B. A. wordt
voorloopig vastgesteld in ontvangst ;in
uitgaaf op f7187,—, met een post voor
onvoorzien groot f322.
Ingekomen is het verzoek van Me-j.
Modder onderwijzeres te Dlrksho: n,
haar zoo. spoedig mogelijk eervod ont
slag te willen verloenen-
Een begeleidend schrijven gaat hier
nevens, waarin zij excuus vraagt voor
haar onverwacht vertrek, maar daar
toe door omstandigheden werd genood
raakt-
B en W. stellen voor haar met in
gang van 16 Sept. dit ontslag te vrr-
leenen, hoiewiel het college niet kan
goedkeuren, dat zij. de gemeente nu zoo
voetstoots verlaat, -dg^redene*.
aan u allen bekend zijn. Niettemin was
zij een uitstekend onderwijzeres, De ge
meente 'komt door het plotseling ver
trek dn een zeer moeilijk geval te ver-
keeren, daar de kinderen nu zonder
onderwijs zijn. Op onze vraag aan .den
inspecteur werd medegedeeld, dat er
geen tijdelijke onderwijskracht was te
'krijgen- Zoodat op het oogenblik dbor
het onderwijzend personeel om' beur
ten aan die lias les wordt gegeven.
De heer Francis zegt niet tegen het
eervol ontslag te zijn. Haar work viel
steeds te prijzen- Alleen de plotselinge
haast en het eigenmachtig nemen van
ontslag valt niet goed te praten. De
reden, waarom zij dat heeft gedaan,
ook daar zullen wij bui tien blijven, maar
fact is een lastige kwestie voor de kin
deren-
De heer De Vries zegt, dat men niet
andiers 'kan dan betreuren wat er is
gebeurt. Zij heeft geen andere uitweg
gezien.
Het eervol ontslag wordt verleerd*
ratispört |i
buien
Rondvraag.
De heer Dekker zegt dat een schreien kon
en is Wigekomien van het Kerkbesti/ .-T Kvtr-i
te Waarland om de openbare schoni
over tt.e nemen en te veranderen in J* cce'en
(k m oe stei
de haakJei
34lin suike
dank zij d<
de vc
ruim If P
Vooral
't daarop
rooien
wicht toeg
hooger is,
de geode
va n34 a
4aanleidiTi;
alsier per
dat wordt
contract v
K.G.
teelt goed
houderij g
H.A. wore
CV. vcuzaaiA-iRgi-oil Ml Ifru.
bijzondere school. Waarom1 is dit n/
op de agenda geplaatst?
De voorzitter antwoordt
W- dit schrijven hebben gezonden al!
den inspecteur voor het L- O. om advS
en tevens gevraagd is om een perso™
lijk nderhoud.
De heer Dekker. Wanneer het nu
bijiz- school wordt, zullen het hoofd
het ander onderwijzend personeel
wachtgeld worden gesneld. Maa rN
staat het dan met bet betrekken v';
de school woning?
De voorzitter antwoordt dat
Dekker de zaak vooruit loopt. Zoolas
de heer Renooij in de gemeente blij?
en hij geen andere betrekking heeft
blijft hij in de woning.
De rondvraag levert verder niets
waarna de voorzitter met een wooti
van dank voor de aangename besprei™
'gen de vergadering sluit
Wij lezen in „Het 'Nieuws van den Dag" het volgende
zeer lezenswaardige artikel:
NOESTE IJVER EN SPAARZAAMHEID.
■Met noesten ijver aan het herstel van
ide welvaart te arbeiden en angstvallig
f 'die spaarzaamheid te betrachten is ons
aller plicht." (Troonrede 1921).
Terwijl de overzichtschrijver van de „Economist" gelooft,
dat wellicht het ergste van dfe economische crisis- geleden is,
zegt mej. mr. E- C. van Dorp in dezelfid|e aflevering van
dat tijdischrift:
„Aan de crisis, waarin wij sediert het najaar ons be
vinden is voorloopig geen eindje te zienEr kan mog
jniet veel hoop op 'beterschap bestaan, zoolang de oor
zaken van de malaise niet zijn weggenomen."
De schrijfster beschouwt de malaise niet als een gevolg
van den oorlog, maar leidt haar, zooals ook Keynes deed, af
uit de reusachtige misrekeningen die het gevolg waren van
het niet doorzien van dien economisehen samenhang. En zij
gelooft dat het met dit misrekenen nog lang niet uit is.
De nieuwe minister van Financiën zegt in zijn millioenen-
nota: f
„Niet de crisislasten als zoodanig hebben ons in
1de moeilijkheid gebracht. Wel de verschijneselen, die
Ide oorlpgscrisis hebben begeleid, en daaruit zijn voort
gevloeid, waaronder de waardedaling van het geld en
1 Ide wisselvalligheid der financieele vooruitzichten.
Wij staan thans, gelijk gemeld, voor het onloochen
bare feit, dat wij als volk boven onze kracht leven.
Eer, particulier, die in zoodanige positie is geraakt, gaat
„zich bekrimpen." Voor den Staat schijnt geen andere
uitweg mogelijk. „Zich bekrimpen" beteekent niet
slechts verspilling tegengaan wat in alle tijden aan
beveling verdient, maar beteekent afzien van sommige
begeerlijke en nuttige zaken, die overigens haar geld
ten volle waard zijin."
Van Spaarzaamheid en noeste vlijt te gewagen gelijk de
regeexing in de Troonrede deed, klinkt dan ook als hoon.
Naast een zich tot gebrek lijdens toe bekrimpen: het lot'
der nieuwe armen, der pensioentrekkers, der gezinshoofden,
ziet men overal roekelooze spilzucht en veronachtzaming van
de economische lessen, die de oorlog ons had geleerd, een
spilzucht waarin groote ondernemingen, gemeenten en rijk
voorgaan. De voorbeelden bemerfeten wij overal om ons heen
En de noeste vlijt?
Wanneer een tijd van algemeenen overvloed was aange
broken inplaats van een periode van schaarschte zou de ar
beidersbevolking in haar geheel de goeden niet te na .ge
sproken de zaken niet luchthartiger kunnen opnemen.
Iedereen zoekt naar midfdelen om den werktijd zooveel mo
gelijk te bekorten zonder daarbij naar het noodzakelijke cor
rectief van intenser werk om te zien. Men begint en eindigt
den dag met het gemoedelijkste dolce far niente en hoedt
zich gedurendje het overige van Iden werktijd met uiterste
zorgvuldigheid voor overmaat van productiviteit. De om 4
FEUILLETON.
DOOR EIGEN KRACHT.
„En zoo het dat niet was, zoudt gy mij dan haar naam niet
genoemd hebben? Ik wensdh niets liever dan u een goed
huwelijk te zien sluiten, dat wieet gij, want het zou u misschien
aan uwe woning doen hechten en u van zelf naar een werk
kring doen verlangen. Zoo gij mij verzwijgt wie het is, dan
bewijst mij dat alleen, dat zij beneden u staat in geoorte of
dat er andere onoverkomelijke hinderpalen bestaan."
De jongeman boog het hoofd en antwoordde binnensmonds:
„En ook al ware dat zoo, daarom behoef ik nog niet met
haar af te breken. O! vader, wees niet hardvochtig; gij, met
luw ijzeren wil, weet niet wat het zegt lief te hebben!"
De grijze staatsman hield stil; zijn streng gelaat onderging
plotseling een ongekende verandering; zelfs den blik zijner
oogen werd voor een wijle zachter, en zijn stem klonk bijna
week toer. hij hernam
„Dat denkt gij allen, wanneer een man den moed heeft
gehad aan zijn zwakkere gevoelens het stilzwijgen op te leggen
en toch vergist men zich steeds. Ga, op den avond van een
hardnekkigen strijd _het slagveld over; dolorzoek al de rijen
der 'gesneuvelden; gij zult daar helden vinden rusten en bloo
daards; mannen voor wier stroefheid een ieder beefde en
knapen die het leven nauw kenden. Er zullen 'daar edelen neer
liggen aan de zijde van kinderen uit het volk; heiligen mis
schien aan de zijden van losbandige deugnieten; maar geen
hunner of hij bezit een hart, en daar waar een hart geklopt
heeft, daar heeft ook liefde gewoond, om het even of die liefde
onzin of wijsheid heette."
„Maar gij, gij toch hebt nooit beminld...." prevelde Ernst
van Steinhof. 1
„Ilc ben evenmin als anderen aan dien algemeenen waanzin
ontkomen", ging de Staatsman voort, terwijl hij het gelaat af
wendde naar het openstaande venster, opdat zijn zoon de uit
drukking zijner trekken op dat oogenblik niet zien zou; want
hij gevoelde dat de herinnering aan de ééne zwakheid zijner
jeugd hem week stemde: „Zij die ik lief had was even teer
als ik zelf krachtig was; misschien wiel trok juist hare tenger
heid mij aan; zij geleek op een witte lelie en kwam uit het
Nioorden. Ik wist dat het haar doodien moest, zoo ik haar prijs
gaf en zwaarder forstelipg heb ik nooit doorstaan; maar reeds
toenmaals had ik bij mij zei ven gezworen dat geen man in heel
'Bergland grooter zou zijn dan ik', en zij ware een hinderpaal
.voor mijn loopbaan geweest. Daarom brak ik met haar af
uur van zyn werk komende, soms met zijn tijd geen raad
I werende arbeider is een voorwerp van spot voor zijn zich
afsloovende vrouw zelve.
Er kan nauwelijks genoeg nadruk op gelegd worden (dat
echter wordt maar zelden gedaan) dat de acht-uren-wet niet
zoozeer ongewenscht is dan wel dat zij in dezen tijd on-
1 gelegen komt.
In een anderen tijd had de in beginsel rationeele arbeids
wet welkom kunnen zijn. N|u wij juist met man en macht moe
ten arbeiden om het hoofld boven water te houden bedreigt
zij de maatschappij met onheilen, die zich lang zullen doen
gevoelen. Ze stijfde de arbeidersbevolking in den waan, dat
het er niet zoo erg op (aan komt; dat prioldfuctie en loonen
niet in het nauwste verband met elkandier staan. Men eisch-t
het lopn dat men denkt noodig te hebben, vertrouwt op de
vakactie en staakt het werk. Na de ontzaglijke 'vernieling!
die de oorlog aanrichtte bracht de mijnstaking Engeland een
verlies van 500 millioen pond, wat meer is dian de "heele oor
log kostte, en Engeland t.ot het duurste kalenland van 'de
wereld maakte.
j Het verschijnsel is verklaarbaar. De in tijden van voor-
spoed door hun vakbewegipg tot maacht gekomen arbeiders
wilden van die macht genieten. Zij hadden nog niet geleerd
welke grenzen-macht zichzelf stellen moet én stelt. N'og min
der leerden zij de noodzakelijkheid van eendracht; integen
deel de Marxistische propaganda stelde werknemer en werk-
gever tegenover elkaar......
Het groote probleem van heden is nu: hoe den arbeider
opnieuw belang te geven bij „noesten ijver". De noodzake
lijkheid van het andere: de spaarzaamheid zal men misschien
wel spoedig vanzelf gaan inzien ondier den drang der harde
I noodzakelijkheid I
NIEUWSTIJDINGEN.
j —De Kerkbrand te Delft.
'Het is met den kerkbrand beter afgeLoopèn dan men aan
vankelijk had mogen hopen. Des avonds reeds was men den
brand meester, en werd het blisschingswerk stop gezet, zoodat
toen de groote motbrspuit kon inrukken. Met een kleinere
spui-, bleef de brandweer voor alle zekerheid dien geheeleu
nacht de wacht.
De heer Roodenburg, president-Kerkvoogd, deelde mede,
dat het gebouw op Amsterdamsche beurspolis verzekerd is,
en dat nog onlangs de verzekeringssom van het Kerkgebouw
aanmerkelijk was verhoogd.
De inboedel der Kerk is verzekerd bij de Arnh-emsche
i Verzekering Mij. te Arnhem.
Wat de schade betreft, deze valt op jhet oogenblik moeilijk
nog niet met absolute zekerheid te taxeeren. .Het inwendige
van de Kerk en vooral het schip, kreeg gnoote waterschade,
was men aanvankelijk van meening, dat het groote orgel hoe
genaamd niet had geleden, later bleek het tegendeel. Het fraaie
instrument zal een belangrijke reparatie moeten ondergaan.
Ook aar. den preekstoel, een voorbeeld van fraai. 16e Eeuwsch
Zelfs het geluk bracht ik aa nmijn naam ten offer."
„En zij?"
„Zij stierf een jaar later", antwoordde de prins, op doffen
toon. „De mannen der wetenschap gaven hoogst geleerde
benamingen aan hare ziekte, ik alleen wist echter wat haar
doodde; zij bevestigde dat trouwens in een brief, dien ik
na haar overlijden ontving. Nooit vernam iemand iets van
die oude, kinderachtige geschiedenis, zelfs uwe moeder niet;
het is onnoodig zijn zwakheden ten toon te spreiden; maar ik
heb gemeend dat ik u dien lang vergeten bladzijde uit mijn
levensboek moest blootleggen, om u te toonen hoe een man
behoort te handelen met die eenige kwetsbare plek die hij
in zich omdraagt: zijn hart."
„Niet allen bezitten uw moed", luidde het neerslachtig.
„Allen moeten dien hebben," hernam de eerste minister,
thans wed-er vol kracht. „Een vrouw mag nimmer de hoofd
gedachte in ons bestaan worden. Alleen daardoor reeds zou
zij onz.; schreden belemmeren. Wij behooren onzen tijd, ons
kend, onze geschiedenis, maar nooit der liefde toe, en de
man die zich door haar laat overheerscben wordt zwak en
machteloos als een Samson; doch ik kan niet langer over dit
alles spreken; men wacht mij in de vergaderzalen van het
rijk. Zeg mij kortweg uwe beslissing. Wilt gij mij gehoorzamen,
ja et iniet?" v
„Mag ik tot morgen nadenken?"
„Goed. Mits ik dan ook een vast besluit verneem En nu,
tot weerziens. Zelfs om mij(n zoons te redden van een dwaas
heid mag ik de belangen van den Staat niet verwaarloozen."
Ernst van Steinhof was slechts al te blij dien wenk op te
volgen en zich uit het gevreesde studeervertrek te verwijde
ren. Hij zocht zijn moeder op, ten einde bij haar een laatste
poging aan te wenden om zijn vader te verteederen, al durfde
hij ook niet 'hopen dat het haar gelukken zou daarin te slagen.
Reeds waren er vijf minuten verloopen sedert hij vertrok
ken w-ai en de deur achter zioh gesloten had, en nog altijd
stond Steinhof in gedachten verdiept naast een groote eiken
houten boekentafel, waarop een wereldbol prijkte. Zijn reede
gei impelde hand rustte op dien ronden bol, en terwijl zijn
gelaat alle stroefheid verloor, mompelde hij bij zichzelven:
„Ja, ik heb mijn levensdoel bereikt. Niét voor niets heb
ik hare in haar lente doen sterven, de eene bloem, d'ie ooit
eenige betoovering voor mij bezat. Ik ben meester over de
aarde. Mijn stem behoeft zich slechts te verheffen, om allen
schrik aan te jagen, om tot zelfs de invloedrijkste monar
chen tot verontschuldiging te dwingen. Alle gekroonde hoof
den krommen zich ootmoedig voor Steinhof's wil; ik ben
houtsnijwerk, zullen belangrijke herstellingen moeten geben
ren.
Het spreekt welhaast vanzelf dat in het kerkgebouw voor
loopig geen dienst kan worden gehouden. Kerkvoogden heb
ben evenwel de beschikking over een hulpkerk in de School-
straat, zoodat op Zondagen de prediking gewoon kan plaa's
hebben. Zoo spoedig mogelijk hoopt het Kerkbestuur met <le
restauratie van het Kerkgebouw aan te vangen.
De loodgieter H„ door wiens onvoorzichtigheid de brand w
de Oude Kerk ontstond, is gisteren door de Politie in arresf
gesteld.
Auto-ongeluk. r
Gistermiddag te kwart over 12 is een auto-ongeluk gebeurd
op de kruising van den Haarlemmerweg en den Admiraal de
Ruyterweg. Een auto, komende uit de richting Haarlem, kwam
in botsing met een uiit Amsterdam komenden trein van den
Electrischen Spoor. De chauffeur van de auto werd, volgens
zijn verklaring afgeleid door een wielrijder, die verkeerd uit
weck. Hierdoor werd het voorste gedeelte der auto gegre
pen door de treeplank van den trein. De auto werd meegesleurd
en als 't ware fijngeknepen tusschen den trein en een zwaren
ïjzeie:i paal voor de geleidingsdratifen. De schok was zoo
hevig, dat de paal gedeeltelijk doorbrak. Van de auto bleef
niet teel heel. De trein werd minder ernstig beschadigd.
De beide inzittenden van de auto, een dochter van 'den
eigenaar den heer Kesting uit O verveen, en mej. de Haan
uit H* adem, die beiden naar Amsterdam, naar muziekles
zouden gaan, werden dopr glasscherven aan hoofd en borst
gewond. t
Een reus.
Op de veiling te Honselaars'dijk werd door de tuinierster
mej. de weduwe K. van Zanten een pompoen aangevoerd die
76 pond woog. In vakkringen is men verwonderd dat ir
dezen buitengewoon drogen zomer een vrucht van zoo'n ge
wichtis kunnen groeien.
Dc oogst van suikerbieten in Groningen.
Men schrijft aan het „Hbld.":
De campagne aan de twee beetwortielsuikerfabrieken irr de
provincie Groningen is dit jaar extra vroeg begonnen. Vóór
half September was het bedrijf ai in vollen gang, al hadden
j de bieten welke toen geleverd werden, nog niet hun vollen
I wasdom bereikt en al halsden ze nog niet dat gehalte aan
j suiker, dat ze gekregen zonden hebben, wanneer ze nog en-
kel-e weken hadden kunnen groeien, 't Zou natuurlijk een
schadepost voor de boeren wezen, als de directie niet be-
paald had, dat bij levering vóór 1 October (mits niet eerder
dan op -9 September) per 1000 K.G. en per dag f 0-25 boven
den overeengekomen prijs zal worde ^uitbetaald, zoodat boe-
dren die b.v. op 20 September laden, f 8-50 per 1000 K.G.
j extra krijgen. Onder deze condities hebben vooral de ver-
j bouwers wier perceelen pjp grooten afstand van kunstwegen
1 liggen, graag vroeg geleverd: het droge weer maakte het
vorst over allen. Voor mij ssiddert een ieder, zelfs de Cor-
sicaan zou voor mij in het stof gebogen hebben, indien hij
mijn tijdgenoot ware geweest. En toch, en toch, wat ik geen
sterveling ooit zou bekennen, het is de troosteloosheid waar-
med eik haar tallooze jaren beweend heb; het smachtend
verlangen naar slechts een enkele liefkoozing van den cénen
mond, die mijn voorhoofd niet aan kon raken, zonder mij
rijker te maken dan al de schatten die mij later toegeworpen
zijn; het is de noodzakelijkheid waarin ik verkeerde, aan-
1 stands na het breken met dien zomernachtdroom, voor altijd
I mijn leven aan dat van een andere vrouw vast te ketenen,
opdat ik de verzoeking zou weerstaan, tot haar terug te
keeren, en haar mijn gansche toekomst, mijn onverzadigbare
eerzucht prijs/e geven. Wat zouden de zwakken dezer aarde
worden, als zij vermoeden konden hoe krachtigen zijn?"
Intusschen was Ernst bij zijn moeder binnen getreden. De
prinses, een zachtmoedige vrouw, met een bedroefd gelaat,
dat geen spoor hoegenaamd van vroegere schoonheid meer
behield, was bezig een brief aan hare oudste dochter te schrij
ven, en liet de pen rusten om naar de smeekbede van haar zoon
te luisteren.
„Wilt g|ij mij beloven mijn zaak te bepleiten 1" bad hij
dringend, nadat hij haar alles had gezegd.
„Ik zal het doen, omdat ik u niets weigeren kan," luid'cfe
het antwoord: „maar stel u niet voor dat ik zal slagen, Ernst.
Het is niet de -eerste maal dat ik op (den vasten wil uws vaders
zal afstuiten."
„O! Ik bid u, moeder, beproef wat gij kunt."
„Toen gij binnenkwaamt was ik bezig aan Selma te schrij;
ven; ik doe dat sedert twee jaar dag aan dag. Weet gij
waartoe?" f
„'Neen. Wij plagen er u steeds mede."
„E11 toch is de oorzaak meer dan ernstig, mijn kind, Uwe
zuster heeft mij eenmaal vrij wat vuriger nog dan gij, ge
smeekt, hare voorspraak te zijn. Zij was door uw vader tot'
een huwelijk veroordeeld, dat met zijn plannen strookt, doek
haar hart brak, omdat zij elders liefhad. Dagen achtereen
streefd ,ik haar strijd. \Mjj iwerden overwonnen, en sedert dien
ben ik dc eenige die haar dag aan dag verhinder zich uit watt-
hoop het leven te benemen, of te vergeten wat zij aan (haai
echtgenoot verschuldigd is. Begrijpt gij thans wat een moeder
lyden kan? Eerzucht is een groote macht, maar een macht
die vele menschenllévens vernietigt. Onthoud dat, mijn jongen,
voor den dag waarop ook u die dorst zal aangrijpen."
JWordt vervolgd) l
- OUI
Bij een
en Noords
voor. De
en di
verontrust
bevriend
nede. Gis
ichijnsel-er
er-niet één
personen
ingeroepei
Een onde:
ie roepen
noet last
nader te
gesteld we
dat hier ie
dezen tot
iGistermi
plaats o.p;
ongeveer
xihaald a
lort, 3de
ien vvoom
laagde vi
Mel gre
menigte vi
aarde
Rijks-pr
•an den 1
en. vei
ilechtighe
Een rei
agemeene
plaatst, w;
ïjehuiJd la
omhangen
To en d
nonieel a;
u daar i
begeva
sche troep
sche rnüit
de Marol
ijken con
UI
- SINT
Niet een
wnde: com
>uitsch m
ongeluk,
lat opnem
naar no-od
Ook is p
'el leerlin.
orzaak vai
'eest, doe
:eurig de
jongen
iam en tro
ihand h
Naar -wij
liopen,
'jn, schijni
ebben, da
'Zond
bmipetitiev
oet bajclub
N. H.
aai Vrona
rijt bega
tkkig, daa
enjg-e doei
°or de ru
ijandelij
'rotia i v,
krachtig
'at ook n
ezoek, da,
bigde.
OUD
Uitslag
Bakker
SI, J:b.
B- K00:
kort eg,ij
Wijnkar
kLA/
- ZUID
heer
va» ee
mopder