1'^ - - j m b te Waarland Vacatures Stnleiets wegelKS vertrek iea Rrabman wegens uverlijdc® Voor no- i bestaat die aanbeveling uit de heentóni Reruooij, en P- Beldker, voor |no- 2 uit de beerep P. Bekker en P- de Jong. 'Beide mos- i worden met aigemeane stemmen verkozen' verklaard. Vaststelling gemöenterekeniing en re kening van bet levensmid'tdelenbedrijf, beddJe voor den dienst 1921- De beer Dekker brengt namens den modi rapport uit en zegt, dat de reke- nöng in volkomen 01de is bevonden. Tot goedkeuring kan worden geadviseerd en een woordJ van dank aan den secretaris voor de bereidwilligheid, waarmede hij ons 'terzijde stond. Een groot verschil ia echter gebleken in die rekeningen van de Verschillende ambachtslieden. De heer De Vries voegt hieraan toe dat er posten bij zijn, die niet door den beugel konden'. De opzichter moet er maar eens naar zien, wat er wordt ge- dlaan De heer Dekker beeft voornamelijk het oog op het liuisnumlmeren. De een neemt 6, tite ander 11 en weer een an- der 40 cent- Maar dat loopt toch te veel uit elkaar- i De voorzitter brengt dank voor de door de raad genomen moeite en ks, met de gedane opmerkingen rekening te zullen houden, hoewel door de ge meente niet eender wordt betaald, alt vorens de opzichter de rekening heeft nagezien- De rekening wordt ha/erna vastge steld met een bedrag in ontvangst op f 83052,971/2 in uitgaaf op een bedragg van f 84550,541/2, alzoo een nadeelig saldo groot f 1497,57. Op advies wordt eveneens goedge keurd de rekening van het levensmid- delenbednijf. Hierna komt in behandeling de g.e- meehitebegrooting, dienst 1922, welke post voor post wordt nagegaan. Veranderingen van ingrijpenden aard of breedvoerige discussies worden niet aangebracht of gehouden, waarna die begrooting voorloopig wondt goedge keurd met een bedrag in ontvangst en uitgaaf op f 94596,621/2, waarhij een post voor onvoorzien 'groot f 904,24- 'De H. O. werd geraamd op een be drag van f24000- De voorzitter zegt ,dat de post voor onvoorzien niet hoog is, maar B- on W. het niet noodig oordeelden den H. O- te verhoogen, omdat de gemeente een nooduitkeering zal krijgen, wan neer bet ontwerp-wet in de Eerste Ka mer wordt gesanctioneerd, tot een be drag van f 1400. De begrooting voor het B. A. wordt voorloopig vastgesteld in ontvangst ;in uitgaaf op f7187,—, met een post voor onvoorzien groot f322. Ingekomen is het verzoek van Me-j. Modder onderwijzeres te Dlrksho: n, haar zoo. spoedig mogelijk eervod ont slag te willen verloenen- Een begeleidend schrijven gaat hier nevens, waarin zij excuus vraagt voor haar onverwacht vertrek, maar daar toe door omstandigheden werd genood raakt- B en W. stellen voor haar met in gang van 16 Sept. dit ontslag te vrr- leenen, hoiewiel het college niet kan goedkeuren, dat zij. de gemeente nu zoo voetstoots verlaat, -dg^redene*. aan u allen bekend zijn. Niettemin was zij een uitstekend onderwijzeres, De ge meente 'komt door het plotseling ver trek dn een zeer moeilijk geval te ver- keeren, daar de kinderen nu zonder onderwijs zijn. Op onze vraag aan .den inspecteur werd medegedeeld, dat er geen tijdelijke onderwijskracht was te 'krijgen- Zoodat op het oogenblik dbor het onderwijzend personeel om' beur ten aan die lias les wordt gegeven. De heer Francis zegt niet tegen het eervol ontslag te zijn. Haar work viel steeds te prijzen- Alleen de plotselinge haast en het eigenmachtig nemen van ontslag valt niet goed te praten. De reden, waarom zij dat heeft gedaan, ook daar zullen wij bui tien blijven, maar fact is een lastige kwestie voor de kin deren- De heer De Vries zegt, dat men niet andiers 'kan dan betreuren wat er is gebeurt. Zij heeft geen andere uitweg gezien. Het eervol ontslag wordt verleerd* ratispört |i buien Rondvraag. De heer Dekker zegt dat een schreien kon en is Wigekomien van het Kerkbesti/ .-T Kvtr-i te Waarland om de openbare schoni over tt.e nemen en te veranderen in J* cce'en (k m oe stei de haakJei 34lin suike dank zij d< de vc ruim If P Vooral 't daarop rooien wicht toeg hooger is, de geode va n34 a 4aanleidiTi; alsier per dat wordt contract v K.G. teelt goed houderij g H.A. wore CV. vcuzaaiA-iRgi-oil Ml Ifru. bijzondere school. Waarom1 is dit n/ op de agenda geplaatst? De voorzitter antwoordt W- dit schrijven hebben gezonden al! den inspecteur voor het L- O. om advS en tevens gevraagd is om een perso™ lijk nderhoud. De heer Dekker. Wanneer het nu bijiz- school wordt, zullen het hoofd het ander onderwijzend personeel wachtgeld worden gesneld. Maa rN staat het dan met bet betrekken v'; de school woning? De voorzitter antwoordt dat Dekker de zaak vooruit loopt. Zoolas de heer Renooij in de gemeente blij? en hij geen andere betrekking heeft blijft hij in de woning. De rondvraag levert verder niets waarna de voorzitter met een wooti van dank voor de aangename besprei™ 'gen de vergadering sluit Wij lezen in „Het 'Nieuws van den Dag" het volgende zeer lezenswaardige artikel: NOESTE IJVER EN SPAARZAAMHEID. ■Met noesten ijver aan het herstel van ide welvaart te arbeiden en angstvallig f 'die spaarzaamheid te betrachten is ons aller plicht." (Troonrede 1921). Terwijl de overzichtschrijver van de „Economist" gelooft, dat wellicht het ergste van dfe economische crisis- geleden is, zegt mej. mr. E- C. van Dorp in dezelfid|e aflevering van dat tijdischrift: „Aan de crisis, waarin wij sediert het najaar ons be vinden is voorloopig geen eindje te zienEr kan mog jniet veel hoop op 'beterschap bestaan, zoolang de oor zaken van de malaise niet zijn weggenomen." De schrijfster beschouwt de malaise niet als een gevolg van den oorlog, maar leidt haar, zooals ook Keynes deed, af uit de reusachtige misrekeningen die het gevolg waren van het niet doorzien van dien economisehen samenhang. En zij gelooft dat het met dit misrekenen nog lang niet uit is. De nieuwe minister van Financiën zegt in zijn millioenen- nota: f „Niet de crisislasten als zoodanig hebben ons in 1de moeilijkheid gebracht. Wel de verschijneselen, die Ide oorlpgscrisis hebben begeleid, en daaruit zijn voort gevloeid, waaronder de waardedaling van het geld en 1 Ide wisselvalligheid der financieele vooruitzichten. Wij staan thans, gelijk gemeld, voor het onloochen bare feit, dat wij als volk boven onze kracht leven. Eer, particulier, die in zoodanige positie is geraakt, gaat „zich bekrimpen." Voor den Staat schijnt geen andere uitweg mogelijk. „Zich bekrimpen" beteekent niet slechts verspilling tegengaan wat in alle tijden aan beveling verdient, maar beteekent afzien van sommige begeerlijke en nuttige zaken, die overigens haar geld ten volle waard zijin." Van Spaarzaamheid en noeste vlijt te gewagen gelijk de regeexing in de Troonrede deed, klinkt dan ook als hoon. Naast een zich tot gebrek lijdens toe bekrimpen: het lot' der nieuwe armen, der pensioentrekkers, der gezinshoofden, ziet men overal roekelooze spilzucht en veronachtzaming van de economische lessen, die de oorlog ons had geleerd, een spilzucht waarin groote ondernemingen, gemeenten en rijk voorgaan. De voorbeelden bemerfeten wij overal om ons heen En de noeste vlijt? Wanneer een tijd van algemeenen overvloed was aange broken inplaats van een periode van schaarschte zou de ar beidersbevolking in haar geheel de goeden niet te na .ge sproken de zaken niet luchthartiger kunnen opnemen. Iedereen zoekt naar midfdelen om den werktijd zooveel mo gelijk te bekorten zonder daarbij naar het noodzakelijke cor rectief van intenser werk om te zien. Men begint en eindigt den dag met het gemoedelijkste dolce far niente en hoedt zich gedurendje het overige van Iden werktijd met uiterste zorgvuldigheid voor overmaat van productiviteit. De om 4 FEUILLETON. DOOR EIGEN KRACHT. „En zoo het dat niet was, zoudt gy mij dan haar naam niet genoemd hebben? Ik wensdh niets liever dan u een goed huwelijk te zien sluiten, dat wieet gij, want het zou u misschien aan uwe woning doen hechten en u van zelf naar een werk kring doen verlangen. Zoo gij mij verzwijgt wie het is, dan bewijst mij dat alleen, dat zij beneden u staat in geoorte of dat er andere onoverkomelijke hinderpalen bestaan." De jongeman boog het hoofd en antwoordde binnensmonds: „En ook al ware dat zoo, daarom behoef ik nog niet met haar af te breken. O! vader, wees niet hardvochtig; gij, met luw ijzeren wil, weet niet wat het zegt lief te hebben!" De grijze staatsman hield stil; zijn streng gelaat onderging plotseling een ongekende verandering; zelfs den blik zijner oogen werd voor een wijle zachter, en zijn stem klonk bijna week toer. hij hernam „Dat denkt gij allen, wanneer een man den moed heeft gehad aan zijn zwakkere gevoelens het stilzwijgen op te leggen en toch vergist men zich steeds. Ga, op den avond van een hardnekkigen strijd _het slagveld over; dolorzoek al de rijen der 'gesneuvelden; gij zult daar helden vinden rusten en bloo daards; mannen voor wier stroefheid een ieder beefde en knapen die het leven nauw kenden. Er zullen 'daar edelen neer liggen aan de zijde van kinderen uit het volk; heiligen mis schien aan de zijden van losbandige deugnieten; maar geen hunner of hij bezit een hart, en daar waar een hart geklopt heeft, daar heeft ook liefde gewoond, om het even of die liefde onzin of wijsheid heette." „Maar gij, gij toch hebt nooit beminld...." prevelde Ernst van Steinhof. 1 „Ilc ben evenmin als anderen aan dien algemeenen waanzin ontkomen", ging de Staatsman voort, terwijl hij het gelaat af wendde naar het openstaande venster, opdat zijn zoon de uit drukking zijner trekken op dat oogenblik niet zien zou; want hij gevoelde dat de herinnering aan de ééne zwakheid zijner jeugd hem week stemde: „Zij die ik lief had was even teer als ik zelf krachtig was; misschien wiel trok juist hare tenger heid mij aan; zij geleek op een witte lelie en kwam uit het Nioorden. Ik wist dat het haar doodien moest, zoo ik haar prijs gaf en zwaarder forstelipg heb ik nooit doorstaan; maar reeds toenmaals had ik bij mij zei ven gezworen dat geen man in heel 'Bergland grooter zou zijn dan ik', en zij ware een hinderpaal .voor mijn loopbaan geweest. Daarom brak ik met haar af uur van zyn werk komende, soms met zijn tijd geen raad I werende arbeider is een voorwerp van spot voor zijn zich afsloovende vrouw zelve. Er kan nauwelijks genoeg nadruk op gelegd worden (dat echter wordt maar zelden gedaan) dat de acht-uren-wet niet zoozeer ongewenscht is dan wel dat zij in dezen tijd on- 1 gelegen komt. In een anderen tijd had de in beginsel rationeele arbeids wet welkom kunnen zijn. N|u wij juist met man en macht moe ten arbeiden om het hoofld boven water te houden bedreigt zij de maatschappij met onheilen, die zich lang zullen doen gevoelen. Ze stijfde de arbeidersbevolking in den waan, dat het er niet zoo erg op (aan komt; dat prioldfuctie en loonen niet in het nauwste verband met elkandier staan. Men eisch-t het lopn dat men denkt noodig te hebben, vertrouwt op de vakactie en staakt het werk. Na de ontzaglijke 'vernieling! die de oorlog aanrichtte bracht de mijnstaking Engeland een verlies van 500 millioen pond, wat meer is dian de "heele oor log kostte, en Engeland t.ot het duurste kalenland van 'de wereld maakte. j Het verschijnsel is verklaarbaar. De in tijden van voor- spoed door hun vakbewegipg tot maacht gekomen arbeiders wilden van die macht genieten. Zij hadden nog niet geleerd welke grenzen-macht zichzelf stellen moet én stelt. N'og min der leerden zij de noodzakelijkheid van eendracht; integen deel de Marxistische propaganda stelde werknemer en werk- gever tegenover elkaar...... Het groote probleem van heden is nu: hoe den arbeider opnieuw belang te geven bij „noesten ijver". De noodzake lijkheid van het andere: de spaarzaamheid zal men misschien wel spoedig vanzelf gaan inzien ondier den drang der harde I noodzakelijkheid I NIEUWSTIJDINGEN. j —De Kerkbrand te Delft. 'Het is met den kerkbrand beter afgeLoopèn dan men aan vankelijk had mogen hopen. Des avonds reeds was men den brand meester, en werd het blisschingswerk stop gezet, zoodat toen de groote motbrspuit kon inrukken. Met een kleinere spui-, bleef de brandweer voor alle zekerheid dien geheeleu nacht de wacht. De heer Roodenburg, president-Kerkvoogd, deelde mede, dat het gebouw op Amsterdamsche beurspolis verzekerd is, en dat nog onlangs de verzekeringssom van het Kerkgebouw aanmerkelijk was verhoogd. De inboedel der Kerk is verzekerd bij de Arnh-emsche i Verzekering Mij. te Arnhem. Wat de schade betreft, deze valt op jhet oogenblik moeilijk nog niet met absolute zekerheid te taxeeren. .Het inwendige van de Kerk en vooral het schip, kreeg gnoote waterschade, was men aanvankelijk van meening, dat het groote orgel hoe genaamd niet had geleden, later bleek het tegendeel. Het fraaie instrument zal een belangrijke reparatie moeten ondergaan. Ook aar. den preekstoel, een voorbeeld van fraai. 16e Eeuwsch Zelfs het geluk bracht ik aa nmijn naam ten offer." „En zij?" „Zij stierf een jaar later", antwoordde de prins, op doffen toon. „De mannen der wetenschap gaven hoogst geleerde benamingen aan hare ziekte, ik alleen wist echter wat haar doodde; zij bevestigde dat trouwens in een brief, dien ik na haar overlijden ontving. Nooit vernam iemand iets van die oude, kinderachtige geschiedenis, zelfs uwe moeder niet; het is onnoodig zijn zwakheden ten toon te spreiden; maar ik heb gemeend dat ik u dien lang vergeten bladzijde uit mijn levensboek moest blootleggen, om u te toonen hoe een man behoort te handelen met die eenige kwetsbare plek die hij in zich omdraagt: zijn hart." „Niet allen bezitten uw moed", luidde het neerslachtig. „Allen moeten dien hebben," hernam de eerste minister, thans wed-er vol kracht. „Een vrouw mag nimmer de hoofd gedachte in ons bestaan worden. Alleen daardoor reeds zou zij onz.; schreden belemmeren. Wij behooren onzen tijd, ons kend, onze geschiedenis, maar nooit der liefde toe, en de man die zich door haar laat overheerscben wordt zwak en machteloos als een Samson; doch ik kan niet langer over dit alles spreken; men wacht mij in de vergaderzalen van het rijk. Zeg mij kortweg uwe beslissing. Wilt gij mij gehoorzamen, ja et iniet?" v „Mag ik tot morgen nadenken?" „Goed. Mits ik dan ook een vast besluit verneem En nu, tot weerziens. Zelfs om mij(n zoons te redden van een dwaas heid mag ik de belangen van den Staat niet verwaarloozen." Ernst van Steinhof was slechts al te blij dien wenk op te volgen en zich uit het gevreesde studeervertrek te verwijde ren. Hij zocht zijn moeder op, ten einde bij haar een laatste poging aan te wenden om zijn vader te verteederen, al durfde hij ook niet 'hopen dat het haar gelukken zou daarin te slagen. Reeds waren er vijf minuten verloopen sedert hij vertrok ken w-ai en de deur achter zioh gesloten had, en nog altijd stond Steinhof in gedachten verdiept naast een groote eiken houten boekentafel, waarop een wereldbol prijkte. Zijn reede gei impelde hand rustte op dien ronden bol, en terwijl zijn gelaat alle stroefheid verloor, mompelde hij bij zichzelven: „Ja, ik heb mijn levensdoel bereikt. Niét voor niets heb ik hare in haar lente doen sterven, de eene bloem, d'ie ooit eenige betoovering voor mij bezat. Ik ben meester over de aarde. Mijn stem behoeft zich slechts te verheffen, om allen schrik aan te jagen, om tot zelfs de invloedrijkste monar chen tot verontschuldiging te dwingen. Alle gekroonde hoof den krommen zich ootmoedig voor Steinhof's wil; ik ben houtsnijwerk, zullen belangrijke herstellingen moeten geben ren. Het spreekt welhaast vanzelf dat in het kerkgebouw voor loopig geen dienst kan worden gehouden. Kerkvoogden heb ben evenwel de beschikking over een hulpkerk in de School- straat, zoodat op Zondagen de prediking gewoon kan plaa's hebben. Zoo spoedig mogelijk hoopt het Kerkbestuur met <le restauratie van het Kerkgebouw aan te vangen. De loodgieter H„ door wiens onvoorzichtigheid de brand w de Oude Kerk ontstond, is gisteren door de Politie in arresf gesteld. Auto-ongeluk. r Gistermiddag te kwart over 12 is een auto-ongeluk gebeurd op de kruising van den Haarlemmerweg en den Admiraal de Ruyterweg. Een auto, komende uit de richting Haarlem, kwam in botsing met een uiit Amsterdam komenden trein van den Electrischen Spoor. De chauffeur van de auto werd, volgens zijn verklaring afgeleid door een wielrijder, die verkeerd uit weck. Hierdoor werd het voorste gedeelte der auto gegre pen door de treeplank van den trein. De auto werd meegesleurd en als 't ware fijngeknepen tusschen den trein en een zwaren ïjzeie:i paal voor de geleidingsdratifen. De schok was zoo hevig, dat de paal gedeeltelijk doorbrak. Van de auto bleef niet teel heel. De trein werd minder ernstig beschadigd. De beide inzittenden van de auto, een dochter van 'den eigenaar den heer Kesting uit O verveen, en mej. de Haan uit H* adem, die beiden naar Amsterdam, naar muziekles zouden gaan, werden dopr glasscherven aan hoofd en borst gewond. t Een reus. Op de veiling te Honselaars'dijk werd door de tuinierster mej. de weduwe K. van Zanten een pompoen aangevoerd die 76 pond woog. In vakkringen is men verwonderd dat ir dezen buitengewoon drogen zomer een vrucht van zoo'n ge wichtis kunnen groeien. Dc oogst van suikerbieten in Groningen. Men schrijft aan het „Hbld.": De campagne aan de twee beetwortielsuikerfabrieken irr de provincie Groningen is dit jaar extra vroeg begonnen. Vóór half September was het bedrijf ai in vollen gang, al hadden j de bieten welke toen geleverd werden, nog niet hun vollen I wasdom bereikt en al halsden ze nog niet dat gehalte aan j suiker, dat ze gekregen zonden hebben, wanneer ze nog en- kel-e weken hadden kunnen groeien, 't Zou natuurlijk een schadepost voor de boeren wezen, als de directie niet be- paald had, dat bij levering vóór 1 October (mits niet eerder dan op -9 September) per 1000 K.G. en per dag f 0-25 boven den overeengekomen prijs zal worde ^uitbetaald, zoodat boe- dren die b.v. op 20 September laden, f 8-50 per 1000 K.G. j extra krijgen. Onder deze condities hebben vooral de ver- j bouwers wier perceelen pjp grooten afstand van kunstwegen 1 liggen, graag vroeg geleverd: het droge weer maakte het vorst over allen. Voor mij ssiddert een ieder, zelfs de Cor- sicaan zou voor mij in het stof gebogen hebben, indien hij mijn tijdgenoot ware geweest. En toch, en toch, wat ik geen sterveling ooit zou bekennen, het is de troosteloosheid waar- med eik haar tallooze jaren beweend heb; het smachtend verlangen naar slechts een enkele liefkoozing van den cénen mond, die mijn voorhoofd niet aan kon raken, zonder mij rijker te maken dan al de schatten die mij later toegeworpen zijn; het is de noodzakelijkheid waarin ik verkeerde, aan- 1 stands na het breken met dien zomernachtdroom, voor altijd I mijn leven aan dat van een andere vrouw vast te ketenen, opdat ik de verzoeking zou weerstaan, tot haar terug te keeren, en haar mijn gansche toekomst, mijn onverzadigbare eerzucht prijs/e geven. Wat zouden de zwakken dezer aarde worden, als zij vermoeden konden hoe krachtigen zijn?" Intusschen was Ernst bij zijn moeder binnen getreden. De prinses, een zachtmoedige vrouw, met een bedroefd gelaat, dat geen spoor hoegenaamd van vroegere schoonheid meer behield, was bezig een brief aan hare oudste dochter te schrij ven, en liet de pen rusten om naar de smeekbede van haar zoon te luisteren. „Wilt g|ij mij beloven mijn zaak te bepleiten 1" bad hij dringend, nadat hij haar alles had gezegd. „Ik zal het doen, omdat ik u niets weigeren kan," luid'cfe het antwoord: „maar stel u niet voor dat ik zal slagen, Ernst. Het is niet de -eerste maal dat ik op (den vasten wil uws vaders zal afstuiten." „O! Ik bid u, moeder, beproef wat gij kunt." „Toen gij binnenkwaamt was ik bezig aan Selma te schrij; ven; ik doe dat sedert twee jaar dag aan dag. Weet gij waartoe?" f „'Neen. Wij plagen er u steeds mede." „E11 toch is de oorzaak meer dan ernstig, mijn kind, Uwe zuster heeft mij eenmaal vrij wat vuriger nog dan gij, ge smeekt, hare voorspraak te zijn. Zij was door uw vader tot' een huwelijk veroordeeld, dat met zijn plannen strookt, doek haar hart brak, omdat zij elders liefhad. Dagen achtereen streefd ,ik haar strijd. \Mjj iwerden overwonnen, en sedert dien ben ik dc eenige die haar dag aan dag verhinder zich uit watt- hoop het leven te benemen, of te vergeten wat zij aan (haai echtgenoot verschuldigd is. Begrijpt gij thans wat een moeder lyden kan? Eerzucht is een groote macht, maar een macht die vele menschenllévens vernietigt. Onthoud dat, mijn jongen, voor den dag waarop ook u die dorst zal aangrijpen." JWordt vervolgd) l - OUI Bij een en Noords voor. De en di verontrust bevriend nede. Gis ichijnsel-er er-niet één personen ingeroepei Een onde: ie roepen noet last nader te gesteld we dat hier ie dezen tot iGistermi plaats o.p; ongeveer xihaald a lort, 3de ien vvoom laagde vi Mel gre menigte vi aarde Rijks-pr •an den 1 en. vei ilechtighe Een rei agemeene plaatst, w; ïjehuiJd la omhangen To en d nonieel a; u daar i begeva sche troep sche rnüit de Marol ijken con UI - SINT Niet een wnde: com >uitsch m ongeluk, lat opnem naar no-od Ook is p 'el leerlin. orzaak vai 'eest, doe :eurig de jongen iam en tro ihand h Naar -wij liopen, 'jn, schijni ebben, da 'Zond bmipetitiev oet bajclub N. H. aai Vrona rijt bega tkkig, daa enjg-e doei °or de ru ijandelij 'rotia i v, krachtig 'at ook n ezoek, da, bigde. OUD Uitslag Bakker SI, J:b. B- K00: kort eg,ij Wijnkar kLA/ - ZUID heer va» ee mopder

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1921 | | pagina 2