Ho 98.
essirB£ïsa2= tëlsph&usi s,
Zaterdag 33 October 1031 2" Blad 30e Jaargang
'an deze war<
een dag
aicktan.
netn dat dtwatij
in 1,920
jieine viemoopdia
fPooter dain
is het 70
laatste 50 a
het En'gelsci
iir E, Rugg:e;
M-angeniscotn-
der dat hoo
hiet aant
taar dp- gevat
ïfneödkjeüijik kle
waarvoor vroi
irdieeld wordej
rostiturtte.
KOOP.
DOuwd pp. eri
de aan een fa
1 die volgen}
Er zuilen 40
kiimieirraa's, ■wj
ktei bouwter
men. Die spaa
over 'de vraa]
lien van die ver
r gtroot.
ZIJN
ijon door pea
lorradls het, i
un jeen jofngetj,
NIEUWE
LANGEDIJKM COURAST.
TWEEDE BLAD.
HET ONTWERP VOOR EEN
LANDBOUW-ARBEIDERSWET.
ge
mene een 35,
gearresteerd
d vermoord
ezin Gatifci,
|en jdiniie kin-
its Villarchel
lij' voerden lie
ierlijkje rniede
uit de Coupé'
tomen, is Jri
teruggekfeer
'illarchier o.m
iinid onder de
moet hiet ge.
ne lidhataieL
ader.
FRANKR1J
ij -melding
diWg gemaakt
ielittig ge Pa-
gen de heinde
he „Yeyette'
het meisje
eiid gekregen,
e andere ven
:fen.
slingerdie in
die volgein cl
•st vonden zie
rende den
en mu veroor
beid!"
LISSABON,
meldlee /lat
foestmiaaltiji},
an de pegise.
>m werd g»-
dat de mi-
De bom ont
ijgen idler mi-
feerdle
n een jniaburfg
alle partijen
u ziiek de be-
iet zacht gé-
chten, spelen
en dier vrou-
haar weikie-
loodanig, dat
itte daarheien
[eidle van deft
aannam om
uaken, dn:e
nd- waren toet
rin leien licht
toverachtige
ïooner ge
ren inacht,
iel vertoonde
e zalen bin*
gestalitie voor
eklen'dje stem
id zijit, baio-
heurt de eer
te geleiden?
Je toijina pa-
uag verdacht
dijk aan
i hare hand
n het rusten
de mdbijheid
bevonden,
woord, taaai
ïlet haar al-
lan-en, waar
ichtige lan-
erden, of hij
in vroiegU
1de smart,
lij, Blanche?
el de ide jon-
Niiet laMeeï
ier waar ik
n taaar wan
ïmielden om
izondheid,
egelaten.'-'
lij werkelijk
zij klagend.
genezen,
ooven, zelfs
ik ein delijk
if vervolgd,
De Minister vain Arbeid, die telkenmale opnieuw toont,
prijs o pte stellen het idoor hem igi November-1918 ontwik-
elde sociaal-programma geheel af te werken, ongeacht eigen-
jjk of de economische omst andigheden hem zulks veroor-
ooven, heeft thans bij1 den Hoogen Raad; van Arbeid ter be-
ördeeling aanhangig gemaakt het ontwerp voor een Land-
lOUW-Arbeid-erswet, die, in 'het kort samengevat, beoogt te
'oorzien in de bestaande leemte, dat in den land'bouwarbeid, in
leenstelling met fabrieks- en anderen industrjeelen arbeid,
;een wettelijke bescherming der arbeiders bestaat. De Land-
ioüw-Arbeidswet bedoelt dus voor het Landbouwbedrijf te
ijn wat de Arbeidswet-1889 en s>edert gevolgde verbeterin-
en zijn geweest en zijn voor de arbeiders in de industrie in
algemeen.
De Vraag zou te stellen zijn of in het bijzonder het oogenblik
ilukkig. mag worden geheet en voor het indienen van een
ergelijk ontwerp. Wij jdoclen daarmee niet op de economische
mstandigheden in het algemeen, die wel doen zien, dat de
mmerkelijk verzwaarde bescherming, gelegen in de Arbeids -
t-1919, de Nlederlandsche Industrie zware lasten oplegt,
ie haar de concurrentie belemmeren. Wij doelen hiermede'
p het einde October te Genève samenkomende derde In-
irnationale Arbeidsconferentie", die toch het stond lang
vore vast,, dajt z ijbet zou hebbe als odderwerp op haar
rogramnla heeft, de regeling, zooveel mogelijk gelijkvormig
an die van de verdragen van Washington, van den land-
ouwarbeid; de evcntueele 'invoering van dein achturigen ar-
eidsdag in het landbouwbedrijf en daarmede samenhagendie
schermende maatregelen. Te Genève zal dus worden be-
ladslaagd over de mogelijkheid om -internationaal een der-
elijke bescherming ook in het zich mjoeilijk daartoe leenen-
le landbouwbedrijf in te voeren. Waar nu als axima lang-
amerhand terecht wordt aangenomen, dat sociale maatre
den in het algemeen slechts mogelijk zijn, wanneer zij In-
rnationaal worden doorgevoerd, had hét aanbeveling ver-
liend eerst af te wachten tot hoever de conferentie te Ge-
ève ^al gaan om o' pgelijken leest het ontwerp ©ener Ne-
brlandsche wet te schoeien. Men zegge nu niet, dat in het
tówerp, gelijk het thans is aangeboden, alsnog veranderingen
luimen worden aangebracht; met dit ontwerp, dat van de
ijde van den Minister tegelijk met de indiening is gepubli-
eerd, zijn verwachtingen gewekt, di ealweer niet straffeloos
«bevredigd kunnen worden gelaten.
Het ontwerp Landbouw-Arbeidswet is in het algemeen ge-
rondvest op de overweging, dat het niet aangaat om het
ffidbouwbedrijf langer verstoken te laten van de wettelijke
«palingen, die jreeds geruimen tijd tot bescherming van de
ibeiders in de industxioele bedrijven zijn ingevoerd. Het stelleln
an bepaalde grenzen aan den arbeidsdag heeft voor de gees-
ïlijke en zedelijke ontwikkeling ook van den arbeider in den
mdbouw zijn beteekenis, zoodat deze minder bezwaren op
ijn weg vilndt bij de vervulling van een algemeen men-
jke roeping; voor den landarbeider sluit dit mede de mo-
elijkheid in het gezinsleven tot hooger bloiei te brengen. ,Bo-
«ndien wijst de Minister erop, diat het langer onbeschermd
iten van het landbouwbedrijf zou leiden tjot een kunstmatigen
ek van de daarijn werkzame arbeiders naar het industri-eele
edrijf, hetgeen geein aanbeveling kan verdienen. Wel echter
'ordt tevens o pdien voorgrond gesteld, dat de bescherming
den landbouw zich niet aanstonds kan uitbreiden in ge-
jken omvang als voor de industrie langzaam en geleidelijk
'een kwart eeuw tijd is verkregen, en ook, dat het landbouw-
edrijf afwijkingen van verschillenden aard noodzakelijk maakt.
>e Minister grondt zich hier|bij op het rapport van de Staats-
ommissie voor den landbouw, ingesteld in 1906, welker voor
tellen betreffeodte hulp aan den landarbeider reeds in de
andarbeiderswet werdien verwezenlijkt.
Wat nu aangaat de bescherming van dien arbeider in den
Mdbouw, de positie van bet bedrijfshoofd zal een andere
loeten zijn. Meer dan in de industrie is in den .landbouw
e bedrijfsarbeid same-ngegrpeid met het gezinsleven en huis-
oudelijken arbeijdl- Waar bovendien het medewerken van ge-!
Msleden hier niet een zopdanig middel' oplevert om aan an-
ore ondiememers concurrentie aan te 'doen, acht de Minister
ee nbezwaar aanwezig iom in deze wettelijke regeling den
rbeidsdiuur van de ondernemers persoonlijk geheel vrij te
'ten en voor (zoover de ledten va nhet begijn betreft, de echt-
oftoote en zijnkiiiderem van 16 ajax en ouder buiten alle wet-
tlijke bepalingen te laten en inwonende bloed- en aanver-
'atiten tot en met den derdien grood van 18 jaar en ouder
to de bepalingen omtrent arbeids- en rusttijden uit te zon-
»en. Het zijn hier vooral economische en praktische overwe-
Mgen, gelden ten aanzien van de dienstboden, tegenover
Iker arbeid controle maatregelen, stel dat zij uitvoerbaar
aar zoude nzijn, te diep zouden ingrijpen. Weliswaar ne- j
"en voor de vrouwelijke dienstboden de huiselijke bezigheden
meerdere of mindere mate het karakter van bedrijfswerk-
lamheden aan, maar de Minister acht zulks niet zoodanig,
at daarom van landbouwarbeid zal moeten worden gesproken,
egenover de inwonende knechts is het natuurlijk iets anders, 1
ndat dez-e bijna uitsluitend aan den btetUrijfsarbeid deelnerrym
voorschriften voor deze beperken zich echter voorname- j
ik tot 'het regelen van den grootendieels met den nacht sa-
invallenden rusttijd, waarbij een gemiddelde rusttijd van 9
Ur voldoende wordt geacht.
Wa.t nu betreft den vo,or den landbouw vast tè stellen
maximum [arbeidstijd, de Minister erkent, dat hier rekening
xmoet worden gehouden met perioden van meer of minder
xdruktre in het bedrijf. Neemtmen den maximum arbeidsdag
xxfekort, dan dreigt het gevaar, dat óf werkzaamheden onaf
gedaan blijven, hetgeen, gezien de rol, die de landbouw in de
productie speelt, van overwegend nadeel is, óf een zoodanige
toeneming van landbouwarbeiders ontstaat, dat in de stille
tijden een geweldige werkloosheid zal worden uitgelokt. De
Minister komt met een werkweek van 54 uur; meent dat
hiermede kan wonden volstaan en grondt dit op ervaringen
van de theorie en de praktijk, Als maximumduur van den da
gelijkschen werktijd wordt daarbij gedacht aan 7, 8, 9 en 10
](0 uur. Het zal deze regeling ten goede komen, dat elk ajar
met voorlichting van een Commissie uit de belanghebbenden
wordt vastgesteld voor welk deel van het jaar de genoemde
werktijd zal geldten, zoodat met de bijzondere behoeften van
de verschillende typen van bedrijf en van de verschillende stre-
ke nkan worden rekening gehouden. Wat eventueel overwerk
betreft, wordt het stelsel van overwerkvergunning gelijk de
Arbeidswet-1919 dat met al de voorschriften van ingewikkel-
den aard voor den -industrieelen arbeid kent, gelukkig onbruik
baar. genoemd. Aan bet bedrijfshoofd, hetwelk in deze wet
een vergunning krijgt om dc-n arbeidstijd te regelen gelijk hij
dat moodtg acht, wordt eenvoudig een doorloopehde vergun
ning verschaft om overwerk te 'doen verrichten tot .ten hoogste
2 uur per werkdag en gedurende ten hoogste 42 dagen per
jaar. Met deze maxima meent de Minister te kunnen volstaan.
Intusschen, reeds dadelijk wordt de noodzakelijkheid van
een drietal principiee'Je afwijkingen erkend. Voor sommige
soorten van arbeid, waarvan die welke htet verzorgen van
dieren en bepaalde tuinbouw of andere gewassen beoogen,
met name. moeten warden genoemd-, acht de Minister het noo -
dig deze werkzaamheden toe te laten met overschrijding van
den wettelij kbepaalden arbeidstijd. Dit vooral, omdat er voor
den goeden gang van zaken in het bedrijf veel, ja alles van kan
afhangen dat tijdig twordt begonnen en de verschillende werk
zaamheden behoorlijk in elkander grijpen. Een tweede uit
zondering heeft betrekking op bepaalde soort van landbouw
arbeid, die geheel laf gedeeltelijk aan de voorschriften omtrent
arbeids- en rusttijden dient te worden onttrokken; het gaat
bij deze uitzondering om die bezigheden, welke met werkelijken
arbeid niet veel meer dan den naam gemeen hebben. Het
ontwerp noemt als typisch voorbeeld dat van den schaap
herder, maar stelt zich de taak toch wat al te licht voor
door te meenen, Idat allteen dit beroep voor afwijking in den
bedoelden zin in aanmerking zou komen. Als derde uitzonde
ring geldt de mogelijkheid óm overwerk te doen verrichten,
waarvoor een regeling is gemaakt in den boven reeds ver-
meldenzin. Teneinde het misbruiken van de daarbij aan het
bedrijfshoofd de verplichting worden opgelegd om iedere ge
bruikmaking te vermelden op 'ieen door hem te ondertee
kenen lijst en hiervan aan het einde van elke week, waarin
een dergelijk overwerk plaats vond, kennis te geven aan het
toezicht op de naleving dezer Landbouw-Arbeidswet. Het mag
wel bijna vanzelfsprekend worden geheeten, dat het ontwerp
voorschrijft, dat van een overtreding en overwerk kennis
wordt gegeven aan ditzelfde toezicht.
ALKMAARSCHE SNUIFJES.
Tafereel en uit het politieke gemeenteschonltje1.
De Edelachtbare Raad eener gemeente kan soms worden
vergeleken bij een kinderschooltje, waar de kinderen doen
wat des kinds is, elkander- plagen en sarren, elkaar aan 't
haar trekken; in de beenen knijpen en achter den rug van
meester de tong uitsteken, maar heel weinig leeren de lessen
van het leven.
De zittingen van den Alkmaarschen gemeenteraad geven ge
woonlijk geen blijk op dit armzalige peil te staan, maar soms
komt er wel eens 'n zitting, die heel veel op het hierboven door
mij omschreven kinderlijk gedoe gaat gelijken.
Zooals bijvoorbeeld de zitting van verleden week Donderdag
middag. Dat leek me .er weer eens eentje, die voor den
bakker was.
In 't .eerst ging het nog al gemoedelijk. Er kwamen wel 'n
klein beetje wrijving over het voorstel drankbestrijding, waar
bij de socialisten voorstelkkpi een tapverbód in te voeren vanaf
Zaterdagmiddag 12 uur tot. Maandagmorgen 10 uur dal
trouwens zonk als ieen loodgieterswerkplaats maar de
storm begon op te steken bij het voorstel van Bi. en W. om
8 noodwoningen te bouwen aan de Westerweg. Het plan is,
eenige daar staande soldatenbarakken te vertimmeren en
voor woningnoodlijidende burgers bewoonbaar te maken. Dit
zullen natuurlijk geen schitterende paleizen zijn en de heer
Westerhof, de lastigste scholier uit het gemeenteschooltje,
Sprong'daar dadelijk op als 'n bok op de haverkist. Hij be
gon een verschrikkelijke philippica te houden over die wonin
gen en alle krotte ni|n 't algemeen, en over de wpningnood in
't algemeen en over den kantonrechter Mr. Dirk Bastert,
die -een tyran is en de arbeiders buiten op straat laat smijten en
over zijn Chr. Historisch mederaadslid Ringers, die de dak-
loozen dakloos wil 'laten en ik weet niet wat al meer. De heer
Westerhof blies zich evenals de bekende kikker in de fabel
va nLa Fontaine zoo op, dat hij wel niet barstte, maar zich
zelf zoozeer vergat, dat hij begon te vloeken, wel een bewijs
dat de brave oud-voprganiger van het Leger des Heil's zichzelf
tot den hoogst en graad van politieke opwinding had opge
voerd. De heer Westerhof slpot zijn geweldige strafpredikatie
met de woordien, dat het zpo zijn arbeidershart zeer deed als
hij zag, dat er zoo met arbeidersbelangen werd omgespron-
gen. Het was ee|n plechtig moment, dat durf ik zeggen.
Vooral die tirade van dit arbeidershart deed het goed'. Het
is een artikel, dat je bij zulke gelegenheden zoo maar voor.
den dag kan brengen. Dat zou ik beslist ook hebben gedaan,
ofschoon ik, evenals den heer Westèrhpf vermoedelijk zelf
ook wel eens theb zien werken.
Ik vrees dat als de heer Wester|hof eens werd uitgenoodigd
om eens een 25 vierkante meter in 't hei te spitten, hij net
als ik, wel 3 agen nooig zou hebben om weer op veraal
te komen, Maar je hart k'u nje er altijd veilig bijhalen, dat
heeft gewoonlijk met diepspitten niet veel te maken.
Maar de stemming was er met die redevoering aardig inge
komen en meester Wendelaar had heel wat te doen om de
rumoerige klas weer wat tot rust te krijgen.
Maar het was slechts een tijdeljjke kalmte, 'n Kalmte d'ie een
nieuwe nog heviger windvlaag voorafging.
Daar kwam aan de ordje de dienst der arbeidsmarkt en
daarin wenschten de S.DIfA.-pcesche fractie 'n amendement
op te zien aangenomen, dat onderkruiperij door tusschenkomst
o pdie markt werd gevoerd. r
Daar had je de poppen aan 't dansen, toen de R. K. atfbei!-
dersafgevaardigde, de kleine Bosman, niet bereid scheen met
de róse fractie mee te sjouwen en voor het voorstel van B. en
W. stemde. Toen schold de scholier Westerhof de kleine
Bosman uit en de scholier Bak' stak zijn vingertje op en riep:
Meester, Jan z>gt „vuile vent" tegen onze kleine Bosman.
Wat, roept Meester, en stapte op hooge beenen op Jan toe:
Wat heb jij daar gezegd, ondeugende jongen? Leelijke vent,
he bik gezegd, zei de stoute Janl
Dat is net zoo erg, schreeuwde soh'olier Dirk.
Stil Dirk, zei Meester, laat m ijdat met Jan uitvechten.
Jan ,je moet die woorden terugnemen en anders ga je in den
hoek met de ezelmuts op.
Ja Meester ,zei Jan, bang voor de plak, maar laat hij dan
ook niet zeggen, dat er bij ons ook onderkruipers zijn. Dat
moet hij dan ook intrekken I
Dat hoeft niet, zei de meester, dat is geen persoonlijk feit.
Nomina sunt odiosa. Je kunt er op los zwammen zooveel
als je maar belieft, maar geen namen noemen, dat is zondie.
Het spectakel was intussche nweer wat geluwd. Er werd 'n
voorstel van B. en W. 'behandeld waarbij werd geadviseerd
afwijzend te beschikken o phet verzoek van een winkelier om
verbetering van zijn woeling in afwijking van de bouwveror
dening afwijzend te beschikken.
Dit voorstel kreeg alle stemmen vóór van de S.D.A.Reesche
fractie, ook van het bloedend arbeidershart.
Ja, vrienden, politiek is een raar ding! Ik heb m'n eigen
speciaal na deze Ivergadering nog eens de hand gedrukt en
Hmczelven gefeliciteerd dat ik me er niet mee ophoudt.
Nu ben ik ook beveiligd om ooit in deze klas van het
politieke gemeenteschooltje te komem.
Gezondheid; ouwe jongen, daar ga je!
UIT DEN OMTREK.
- ST. PANCRAS.
'Hedenavond hield Ds. H. Bakker van Amsterdam voor een
zeer aandachtig luisterend publiek in de Herv. Kerk een
lezing over „Tagore en onze tijd".
Z.Eerw. schetste de onvoldaanheid der natuurwetenschap
zoowel als van pantheism© 'en sjiritisme, die geen bevrediging
geeft. Mocht men al van het materialisme zijn bekeerd, men
trachtte niettemin God te verlossen in stede de zaligheid in
geen ander te zoeken da nin Jezus Christus. Theosofen en
Spiritisten zochten het feit in het Boeddhistisch oosten. Daar
leefde een wijze Tagore genaamd, en aan Fred. v. Eeden heeft
men het te danken, deze denker, dichter, droomer, bij ons
volk te hebben ingeleid. Heel ojng kende Tagore de een
zaamheid waardoor o.a. zijn mystieke leven te veriklaren valt.
Opgeleid aan de universiteit te Londen keerde T. naar zijn
geboortegrond terug, waar hij voortging met te denken, dich
ter, droomen over God, want God was hem alles.
Wat was zijn boodschap?
Negatief: was T. tegUn het volgen van het materialïstisoh
Westen? „Zendt ons menschen, zendt ons zielen", zei hij,,
„en geen fabrieken, geen administraties."
Positief: T. had het woord' van Boeddha en van Christus
in zijn mystieke denkeh opgenomen. Zijn heilsboodschap be
stond in een verlangen, een zoeken naar God, want wat
baat het een me|nsch, zoo hij de geheele wereld' gewint, en
lijdt schade aan zijn ziel. Hem lokt het Hemelsche, Het hart
der wereld is hem liefde, universeel© liefde. Hij wacht daarop
om zich in hare handen te geven.
Op zeker ehoogte, zei Ds. B:. valt T. te waardeeren, maar
e dzondeval noemt T. niet, en hij komt derhalve ook niet
tot het kruis der verzoening. T. laat ïedier op zijn wijze zalig
worden, terwijl het Christendom zelfs niet inschikkelijk is,
vraagt ook niet naar een bescheiden plaats naast de wereld
godsdiensten, maar is als de bliksem die alle andere tempels
ontsteekt. De hoogste zaligheid bij T. is mystiek droomen over
den zwijgenden God.
„Niemand, heeft ooit God gezien", dat geeft ieder Christen
toe, maar Christus echter heeft Hem ons geopenbaard en
verre van hem te volgen, die zijn altaar bouwt in het Athene
van. den onbekenden God, zegt Petrus, „en de zaligheid is
in ge enen andere, want er is ook crndfer den hemel geen an
dere naam, die onder de menschen gegeven is; door welken,
wij moeten zalig worden (Hand,- 4:12),
Mej. M. van 'Esseh, tijdelijk onderwijzeres alhier, is ih ge
lijke betrekking voor. vast benoemd te Ma,rkien-Binnen.