K0i esnige He geringe vangsten, welke over het algemeen in de Woord- IHbllandsche iwateren worden verkregen, viel er '.o ;ii '.n ti kele wateren, o.ain den Geestmerambachtpolder ook nu weer vooruitgang in den baaxsstand waar te nemen, dank zij waar schijnlijk het gunstig verloop van de teelt in het seizoen 1918". Uit 'hetgeen wij vonden mag echter worden afgeleid, dat deze laatste mededeeling toch wellicht niet op juiste waarnemingen berust. t t 'De 'baarsjes vain de teelt 1919 eindelijk vertoonen niets bij zonders, zij zijn niet veel' grooter of veel kleiner dan nor maal; reeds vroeger vonden wij bij1 herhaling in overeenstem ming met wat andere onderzoekers daarover meedeelen, dat de baars aan het eind van zijn eerste levensjaar gemiddeldi een lengte van 6 h 7 c.M. bereikt. Vergelijken wij nu de grootte en het gewicht der baarsjes uit den Geestmerambachtpolder (die uit de schakels kunnen wij gevoegelijk buiten beschouwing laten, daar met deze visch- tuigen alleen de grootere exemplaren worden gevangen en de kleintjes door de betrekkelijk wijde mazen ontsnappen) met die uit fuiken van elders in Noord-Holland, dian springt voor eerst in het oog, dat met uitzondering van enkele reeds bo- vangenoemde individuen de verschillen nergens heel groot zijn, dat de groei van de baars in geen der onderzochte wateren dus bijzonder is. Maar dat aan den anderen kant voor zooveel uit de cijfers mag worden afgeleid, de even oude baarzen toch nergens zoo klein zijn als in dezen polder. Bij de vergelijking met de vedhtbaarsjes moet men in het oog houden, dat deze laatste ongeveer een half jaar ouder waren dan de NoordhoHandsche, toen wij ze onderzochten. Het is onmogelijk precies aan te geven, hoe groot die van de Vecht in April—Mei 1920 geweest zijh. Maar wanneer men bedenkt, zooals uit de tabellen blijkt, dat b.v. de in 1919 geboren, dus anderhalf jaar oude baarzen uit de Vecht al grooter waren dan de in 1918 geboren, dus twee jaar oude uit den Geestmèr ambachtspolder en dat ditzelfde, mutatis mutandis kan wor den gezegd ook van de baarzen in de Vecht in ieder geval ge middeld beter groeien dan die in den polder. Wij mogen het derhalve op grond van de meegedeelde feiten naar ik meen als vaststaande beschouwen, dat de klei ne baars in den Geestmerambachtpolder slecht gegroeide baars is. Waar nu bovendien vaststaat, dat die kleine, slecht ge gloeide baars in ongelooflijke hoeveelheden in de wateren van hel Geestmerambacht voorkomt, zóó dat zij in den waren zin van het woord een onkruid vormen, dat de aalfuiken soms tot berstens toe vult en de visscbers derhalve een speciale vergunning 'hebben verkregen, om die baars, die op zijn best eerst na verloop van vele janen, voor het grootste deel wel licht nooit tot de wettelijk vastgestelde minimummaat van 18 c.M. bereikt, te houden en als mest op het land te ver werken, daar is het begrijpelijk, dat men hier gaarne spreekt van een „overproductie", tengevolge waarvan „voedselgebrek heerscht", zoodat de baarsjes niet behoorlijk greien kunnen. Hoe verleidelijk het ook zijn moge in deze richting naar een verklaring te zoeken, toch komt het mij voor, dat er voorshands weinig aanleiding is van „voedselgebrek" te spre ken, waar het aantal baarsjes zonder eenigen twijfel zoo bij zonder groot is. Ik acht het waarschijnlijker, dat de oorzaak van het kleinblijven veeleer in den aard van het beschikbare voed sel zelf is gelegen. Waaraan het is toe te schrijven, dat de baarzen in den Geestmerambachtpolder zich zoo afwijkend gedragen, is voor het oogenblik moeilijk te zeggen. Het is njet onmogelijk dat er gebrek is aan kleine witvischen. Het is voorts waarschijnlijk dat de baarzen er tengevolge van uitwendige omstandigheden gedwongen zijn, gedurende hun geheelte leven het insekten- en Crustaceeën-voedsel van den bodem voor lief te nemen* Onze voorloopige indruk is, dat er in den Geestmerambacht polder overvloed van klein Crustaceeënvoiedsel aanwezig is. Het is denkbaar dat de baarzen bij die|h (overvloed geen be hoefte, aan ander voedsel hebben, zich al het ware volkomen tevreden stellen met dat Crustaceeën-voedsel, ook al heeft dit tengevolge dat zij maar klei nblijven. In hoeverre deze opvatting juist is, zal echter eerst bij voortgezet onderzoek kunnen blijken. H|. Ci. jREDEKE. DE WINTERLEZINGEN TE BROEK OP LANGENDIJK. XXXVII. Spieker wenscht op de naar voren gebrachte punten nog eenige critiek te oefenen. Wat het eerste betreft: de social!sten-leiders hebben gebrek aan menschenkennis. Enkel stoffelijke voordeelen zullen de menschheid nooit volkomen gelukkig kunnen maken. En door het wekken van steeds meer ontevredenheid in de lagere volkskringen, worden deze steeds ongelukkiger, en komt men bij het omgekeerde uit, van wat men bereiken wil'. En dan die overdrijving! Moet de helft der menschheid bestolen wonden, en het één-vijfde of het één-tiende vermoord worden? vraagt spreker met stemverheffing „,om wezenlijke verbetering te krijgen? Overdrijvers missen het recht tot spreken. Er wordt maar aldoor van een „rotte maatschappij" gesproken, maar ze is volstrekt niet rot; ze is bij lange na niet zoo verwerpelijk als men het wil doen voorkomen: wij leven thans in het bezit van maatschappelijke, niet hoog genoeg te schatten voor rechten. die blijkens het gebeuren in Rusland tegenwoor dig, in de door velen zoo vurig begeerde op nieuwe leest ge schoeide samenleving zeker niet .n die mate ons deel zullen zijn. Spreker noemt er een tiental: 1. geen slavernij, 2. gewe tensvrijheid, 3. vrijheid van beweging, vergadering, vereeni- „Geluk!" herhaalde Queen Mab, en voor het eerst werden hare anders zoo ernstige lippen door een wonderzoeten glim lach versierd: „Dat moet iets heerlijks wezen; iets dat ons beter maakt." „Niet altijd, helaas 1" dacht Blanche, maar zij sprak deze wreede waarheid niet uit en vervolgde alleen: „Gij zult het spoedig kennen; ee ngeluk dat niet weder voorbijgaat." Het jonge meisje antwoordde niet meer. Voor het eerst in haar leven verviel zij1 nzachte droomen over dat toover- land, op welks drempel men haar zeide dat zij zich bevond. Zou z ij die ongekende wereld dan waarlijk mogen binnengaan.. En verdeT reed het kleine voertuig, dat thans sedert lang de stad had verlaten, den eenzamen landweg over, zonder dat er meer een woord gewisseld werd, voordat Queen Mab eens Qklaps uitriep: Q„Ik zi ehet huis van de oude Bertha in de verte. Wij moeten stilhouden en uitstijgen." ACHTSTE HOOFDSTUK. Walinsky had intusschen geen tijd verloren laten gaan; hij was begonnen met een omstandig telegram toe te zenden aan Lord Mac Harold, en daarna had hij zich naar Scotland Yard, het hoofd-bureau van politie laten brengen, waar hij een lang durig onderhoud met den chef der Londensche veiligheid, die tenslotte een der meest bekende detectives van Engeland liet ontbieden, om hem de zaak in handen tie geven. Heel den gingen, van drukpers, 4. vrijheid van godsdienstoefening, 5. Onafhankelijke rechtspraak, 6. het monogaam huwelijk, 7. een tegen misbruiken wakende overheidszorg, 8. geen honger, wat iets beteekent, als we bedenken, dat ongeveer 1500 millioen menschen gevoed moeten worden, 9. een algemeene, schier k'ostelooze volksopvoeding en 10. veiligheid van eigendom. En dat er voor den minderen man in onze dagen absoluut niet aan te denken valt, zich op den maatschappelijken ladder omhoog te werken, zooals men in eiken denkbaren toonaard ons Voorzingt, is onwaar! Een nicht van spr. huwde indertijd' met een zeer onvermogend scheepstimmerman. Hun. eerste huwelijksjaren waren finantieel allerminst rooskleurig, maar de ojngc man liet den moed niet zakken. Hij trok van Amster dam naar. Dordrecht en legde den grondslag van een tweetal grootbedrijven in onzen Vaderlandschen scheepsbouw: de door ens gansche land en ver daar buiten bekendie z.g. „houten en ijzeren Booth", scheepswerven te Leiden. Zieker; wij leven ook thans in een „wereld van het onvol maakte": we hebben ons allen in te spannen om ihet mindere door het betere te vervangen, maar wie in den degelijk en burgerpot zijn smaakzin tenvolle bevredigd vindt, wordt ab soluut niet gelukkiger, door hem een enkele maal van een fijnen schotel te doen proeven, het maakt hem eer ontevreden en dus ongelukkiger. „Als we voedsel en deksel hebben" leert ons de Heilige Schrift, „dan zullen we daarmee tevreden zijn!" Het socialisme vergiftigd het volksleven, door met kwistige hand ontevredenheid te zaaien e ndoor het voorspiegelen van beloften, die blijken zullen, nooit vervuld te kunnen worden. Het Marxistische stelsel moge voor den oppervlakkige „sluiten als een bus"', de grondslag er van is niet waar, en daarmee is het geoordeeld. lu 1909, vijftig jaar na het verschijnen van Darwin's hoofd werk „het ontstaan der soorten" was er een huldigingssamen komst belegd, om den grooten natuurvorschef den tol der bewondering te bieden. De eerste mannen op bet gebied der Natuur-historische wetenschap waren aanwezig. .En wat bleek? Dat Darwin op het gebied der natuurlijke Historie had afge daan. Zeker er werd hem eere geboden men bewonderde maar, wat toch zeker wel' het voornaamste was de voor- manne nop dat terrein van wetenschap spraken zich de een na den ander contra Darwin uit. Was deze tot de conclusie ge komen, dat de Mensch zich geleidelijk had ontwikkeld uit een behaard wezen, dat op boomen leefde en een staart had, Prof., Hubrecht zei het met ronde woorden: ,„dat er omtrent dat feit absoluut niets positiefs bekend was", had Darwin geleer- aard „dat de overgang van de eene soort tot die andere" zeer geleidelijk had plaats gegrepen door tallooze opeenvolgende kleine veranderingen", Prof. Hugo de Vries verklaarde, „dat de tegenwoordige wetenschap vierkant tegenover de theorie van geleidelijken overgang stond, zij huldigde den „sprongen- leer": afzonderlijke, naast elkander bestaande soorten; geen overgang van den eene tot den andere". Precies dus hetzelf de, wat Genesius I ong leert. Ook het door Marx aanvaardde wijsgeerig socialisme kan zich tegenwoordig in de wereld der denkers niet meer staan de houden. Prof. van Bingen(?) zegt „dat de historie het bewijs levert, dat de geest heerscht over de stofl" waaruit volgt, dat de materie niet de oorzaak kab zijn van de gees telijke verschijnselen, zooals Marx heeft geleerd. Wie arm is, behoeft daarom nog geen dief te zijn; de rijke is niet nood wendig een egoïst, die alles voor zich alleen begeert 1 Zeker de uitwendige omstandigheden oefenen terdege hun invloed uit op \s menschen doen en ka tenmaar ze zijn volstrekt niet de ©enige factor, die zijn geestelijk en zedelijk zijn bepaalt. Moest een bekend kardinaal niet van Calvijn betuigen: „die ketter is voor geen geld te koop!"? Heeft Willem van Oranje niet de meest schitterende aanbiedingen hem door Filips II aangeboden van de 'hand gewezen? Als het alleen om stoffelijk voordeel gaat, hoe dan deze feiten te "verklaren? Marx heeft zich niet ontzien, zelfs de kruisdood van Chris tus uit stoffelijke oorzaken te verklaren? Wat onzen Heiland er dan wel toe bewogen mag hebben? Als ge 't niet weet, dan zult ge 't ook niet radenChristus stierf aan het kruis om door zijn dood de vrijmaking der slaven te verkrij gen!! Christus bende de slavernij, want zij bestond ook in Israël tijdens zijn omwandeling op aarde; hij heeft ze gezien, is zeer zeker met slaven in aanraking geweest, maar er is geen enkel woord uit zijn mond bekend, waaruit we ook maar iets om trent zijn oordeel in zake de slavernij kunnen opmaken. Mar xis, wat zijn stekel betreft, vol hoop voor de toekomst hij twijfelt er niet aan, of het door hem voorgestane zal een maal doo.; allen begeerd wonden; de socialistische heilstaat zal eenmaal aan elks verlangen voldoen I In den loo»p der jaren is er echter nog niet veel van de vervulling dier hoop gezien. Wel is ieder er van overtuigd, dat de maatschappelijke samenleving nog niet is, wat ze zijn moet; ook nog niet, wat se zou kunnen zijn, men wil1 wel vooruit maar.... met be houd van vrijheid. Het mag bekend, verondersteld worden, dat Fred, van Eeden indertijd getracht heeft in zijn kolonies de socialistische samenleving practisch te demonstreeren, maar het is vrijwel op een groot fiasco uitgekropen. Voor voort zetting der proefnemingen voelde niemand iets, blijkens de de antwoorden, die hij op zijn uitnoodigingen aan mede - standers verzonden, ontving. Is dus van een vrijwillig deel nemen niet heel veel te wachten, het „duwtje" dat de Maat schappij gegeven moet worden, „de klassestrijd" noemt spr. een uitvinding der hel, die vierkant ingaat tegen wat God ons in Zijn Woord als Zijn heilig bedoelen heeft geopenbaard. „Rijken en armen ontmoetten elkander: God heeft hen bei den gemaakt." zegt de 'Heilige Schrift (Spreuken 22:2). De dag door had de politie gedaan wat zij vermocht, maar het 'had haar niet eens mogen gelukken dien koetsier weer te vin den die de "booswichten ter zijde had gestaan in hunne ont voering. „Ziet gij kans het kind voor ons terug te krijgen?" vroeg Feodor aan den speurhond van het gerecht, nadat hij hem het voorgevallene en alle bijkomende omstandigheden uiteen 'had gezet. „Zoo gij m|ij Jtijd geeft, ja," antwoordde zijn toehooirtder, die algemeen onder den naam van John Hopkins bekend stond „Tijd!" mompelde Walinsky teleurgesteld: „Dat is gemak kelijk gezegd voor ons vreemden, die den knaap niet lief hebben; maar bedenk dat de moeder duizend dooden door staat op één enkelen dag." „Ik begrijp dat zeer goed, baron; maar men heeft mij een uur of tien te Iaat gewaarschuwd. Indien ik vanmorgen ontboden ware geworden, terstond nadat het feit voorgevallen was, zou ik den jongen waarschijnlijk reeds terug 'hebben; het is juist op zulk een eersten dag dat men te werk moet gaan; de stad is een groote muizenval, zoolang ©en misdadiger zich nog binnen Londen schuil houdt wanhoop ik aan ni'etsik vrees echter dat wij hier te doen hebben met lieden die dat even goed weten als ik, en die reeds lang op weg zijn naar een ander oord. Toch zjaï ik doen wat' ik kan, en hen desnoods standen mogen het niet op elkanders ondergang toeleggen, maat moeten elkander helpen, terwijl Gods vriendelijke va! derzorg over allen gaat. De vakvereeniging, die zoo'n uitstekend middel' kon moest zijn, om het vak tot de hoogste volkomenheid op té voeren, wordt door de socialisten misbruikt, als ze weinig meer is, dan een middel om geld bijeen te brengen voor het propagandeeren der nieuwe, ideeën en theorieën. De hoog geloofde socialisatie zal zoo ze eens verwezenlijkt mocht worden uitloopen op algemeene armoede, bij de enkele bedrijven, waa,r men ze onder volkomen gelijkgezinden ir toepassing heeft gebracht, werd diefstal op groote schaal ge pleegd en kwamen telkens nieuwe malversatie's aan het licht, In de socialistische lectuur bomen nog al eens vreemde woorden voor. Zoo o,a. het woord expropiratie. Spreker 'heeft een afkeer van vreemde stadhuiswoorden: laat men liever het voor allen duidelijke Hollandsche woord „onteigening" g€ bruiken, en pf dit nu met meer of minder geweld geschiedt, Ln korter termijn al of niet volgens de wiet; onteigening bezit is berooving, is diefstal1, is onrecht I Onrecht wordt nooit recht, al wordt het overeenkomstig de wet gepleegd. Chris tus werd volgens de wet geoordeeld en veroordeeld, maar daarom is zijn dood nog geen daad van recht! Rusland laat ons zien, tot wat dhaos de samenleving wordt, als we de die latuur van het proletariaat krijgen, het zal de omgekeerde wereld zijn en de nieuwe bewindvoerders zullen blijken niet opgewassen te zijn voor de hen wachtende reuzentaak I Domela Nieuwenhuis vertelt in zijn werkje „Van Christen tc't Socialist" van een samenkomst van eenige voormannen der socialisten, waarin de vraag ter sprake kwam, wat men wel zou moeten doen, wanneer het eens zoover kwam, dat men de macht ha dveroverd? De ©en gaf deze, de andere dis meening voor de beste. Maar de heer Gerhard zweeg. Ge vraagd wat hij zou doen, gaf hij ten antwoord: „Ik zou me dienzelfden dag van het leven beroovenl Want we zijn niet staat de zaken over te nemen!" Wat dunkt u ervan? vraagt spreker. Op het papier vak het niet zóo moeilijk een aantrekkelijk tbe. komstbeeld te ontwerpen, maar de werkelijkheid is vaak ge- heel anders, dan men zich die gedroomd had! Inzonderheid loepen de socialisten gevaar zich schromelijk te zullen vergis sen: immers zij toonen slag* op slag, dat zij weinig menschen kennis bezitten. J Het feit der zonde wordt in hun kring niet erkend, en het is juist dit feit, dat de ware kijk op de menschen en toe standen g eeftDe mensch is van natuur egoïstzoekt alleen het 7 ijne, alleen Goddelijke en menschelij'ke krachten tempe ren dien geest, zoodat ze gelukkig niet tot volle openbaring komt. Maar als de socialisten bij de menschheid veronderstelt, dal er bij allen geestdrift voor allen zal zijn, dan zal liet later blijken, dat Dr. van Dieren naar waarheid heeft gezegd: „dan zal uitkomen, dat wij, menschen, niet braaf genoeg voor het socialisme zijn! God heeft de ongelijkheid gewild: 'Hij schiep man en vrouw, rterk en bwak, er zijn volgens Zijn bestel ouden en jongen, rijken en armen, maar ook biij de ongelijkheid weer gelijk heid, allen worden op dezelfde wijze geboren, hebben zelfde behoeften, een gelijk interieur van liefde en haat, nei ging en afkeer, allen moeten sterven en allen zullen eenmaal geoordeeld worden. De Socialisten gaan ook hier tegen het Goddelijk bestel in; 'zij (willen dat allen even rijk zullen zijn, evenveel arbeid zullen verrichten, allen gelijk behuisd zullen zijn, allen een zelfde deel van het levensgenot zullen smaken. Hoe dat gaan zal? De crisisjaren hebben er ons tijdens de distributie iets van doen zien, een leger van ambtenaren en dat toch niet in staat bleek alles eerlijk en naar recht te beschikken, on noemelijk veel van wat toch zoo schaarsch voorradig was, heeft zijn bestemming gemist door het bederven, is er ooit meer gestolen, zoowel in 't klein als in 't groot als in dien tijd? Ooit meer bedrog gepleegd, dan toen er overal op al len en alles zoo zorgvuldig werd toegekeken? En tengevolge waarvan? Het eigenbelang was uitgescha keld, het persoonlijk moest plaats maken voor bet gem© schappelijke, er was geen persoonlijk belang bij het goed behartigen van zaken betrokken, men genoot niet ten volle van een tot het hoogst mogelijke opgeevoerde productie! Wat in Rusland voorvalt moet komen, als de Maatschappij op dusdanige manier' wordt ontwricht. 'Het socialisme, zoo eindigt spr. is de reuzendwaling van de 20ste eeuw, dat door elk Christen wederstaan moet worden. Het bekommert zich onj God noch zijn gebod, ja keert zich in den grond der zaak het felst tegen hen, die wenschen te leven overeenkomstig Zijn geopenbaarden wil. Spr. dringt aan op [liefde jegens onze medemenschen en op bet doen van recht en gerechtigheid zonder aanziiens des persoons. Zal het wel zijn, dan moet van den Christen gezegd kunnen worden: „Christianos alter Cbristol" een Christen moet een tweede Christus zijn." ;Na het zingen vapi Ps. 73:13 sloot de spr. met dankge bed. P.S. We herinmeren ons niet ooit een „lezer" gehoord ts hebben, die zoo goed gelegenheid gaf hem thuis eens even] „na te rekenen". Als spr. citeerde noemde hij telkens den vol- ledigen titel van het werk, vaak met vermelding van het: jaaartal van uitgave, den druk en de pajgrna, en evenmin hoorden we ooit iemand over dit onderwerp, die zo;o beslist positie koos, geen sprake van geven en nemen; geen lonkjes naar rechts of links: ©en besliste, eigen meening, waaraan blijkbaar vaste overtuiging te ngrondslag lag. Te dezen op zichte was er ditmaal „geen enkel woordje Fransch" bij. naar Canada volgen." „Gij zijt dus ook overtuigd dat het de vader is?" ,.Hm!" sprak Hopkins hoofdschuddend,, en terwijl zich.'» spottend-en trek om zijn mond vertoonde: „Ik begrijp dat anderen dat denken, want alles getuigt tegen hem; maar ben vast overtuigd dat hij er even onschuldig aan is als of ik." „,Niet mogelijkl" riep Walinsky uit. „En gijzelf gelooft dat Paul 'Mjac-Harold naar Canalda overgebracht zal worden? „Ja, maar niet naar Toronto; naar Quebec, mijn waarde mijnheer." „Hoel Naa'r die ellendige vrouw? „Juist, baron. Zij bewijst mij daardoor dat haar kaarten ni«t 34 en 49c veel moois meer bevatten; dat zij moeite heeft Mylord's tort aan z ich te blijven ketenen, en dat het haar alles waard is ge weest een nieuw middel te vinden om hem aan hare zijde te 'houden. Zij zou, indien zij daarin slagen moest, twee zaken t' Rasa's, gelijk bereiken: vooreerst Lord Mac-Harold tegenhouden doö' zijn vreugde weder zijn geliefkoosd kind bij zich te hebben, en ten tweede een onherstelbare kloof tusschen de beide echt- genooten hebben gegraven door den schijn van schuld die hier op (den fcnan geliaden is „Ja; gij (kunt zeer wel gelijk hebben; maar dat maakt de zaak nog slechts erger. Die vrouw is vrij wat sluwer dan Lord enoiemder Mac -tóaroldhare maatregelen zullen goed genomen zijn. 0nd«rj &ni Ook g grandi Inliektinf eerste IK Varke nad 11 ©i maanda des nairïk MEJ. WI rerkoopen 'z., aldaa 111 en tiab Oudorp, j mqentie K Tie veil* bimatiëm e Vrij var Te aan1 }?9! NOTARIS TE SCHA DINSDA( 2 )ij toeslag ur, iin h* weduw: MARKT «11 verzo* NEMAN PUB ui tin ian den H e Schagie 93, 195, 'i25i7° H. In gebn a 0. Prii me fffegien t« 1, kadas i 478, gr In gebr dsser. BOVEN IJN /00R G iEN link V uitm an hieti N', khagen, 1 luiberts. Te veil© Aanvaari 921. Betaling anuari 19 Lasten 1 Nadere

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1921 | | pagina 4