buitenland llEUWE LANGEDIJKE CRT. Zaterdag 20 Januari 1923. TWEEDE BLAD. Een nader antwoord van Cuno aan Poincaré. IWanneer Poincaré beweert dat onze mimmum- Ipèrat'ies aan geld in leveringen in natura een be- van onzen onwil, zo ovalt daarop te ant- orden dat in 1922 aan betalingen in geld, zon de Belgische schatkistbiljetten, doch met »n- ,erip der bezettingskosten, is afgedragen: {110.4 illioen goudmark, aan leveringen in natura 812.4 illioen, aan compensatie-betalingen 182,9 milli- >n goudmarken, tezamen 1.605.7 millioen goud- ark. Buitendien hebben wij nog aanzienlijke be- ilineen in papiermark verricht, n.l. bijna 13 unl- rd ivoor afgeleverde binnenschepen, meer dan milliard voor de kosten der intergeallieerde com- sies bijna 13 milliard voor restituties ?n meer it' milliard voor andere binnenlandsche uit-: ven in verband met het vredesverdrag. Daar- eenover bedraagt het tekort in de leveringen, an hout en kolen tezamen slechts 24 millioen oudmark of ten hoogste 1.5 pet. der totale pres- ^Wanneer Poincaré verder beweert, dat Duitsch- nd de door Frankrijk geëischte leveringen m atura in het bijzonder het hout, de kolen en de ikslof, slechts tegen betaling in baar wil verrich- En zoo kan ten eerste naar de bovengenoemde restaties worden verwezen, en ten tweede wor- en gezegd, dat de Duitschland's prestatiever-, ïogen te buiten gaande leveringen van reparatie- olen van 1.6 millioen ton per maand een stij- enden invoer van Britsche kolen, tot schade var. mark, noodzakelijk deden zijn, en dat Durtsch- and in November gedwongen was om ook voor [e leveringen in natura, met uitzondering van (.e restaties van het verwoeste gebied, om een mora- orium van verscheidene jaren te verzoeken. Bui en het bovengenoemde voorbehoud om wilde men ran Duitsche zijde met Frankrijk verdragen op angen termijn over de levering van de voornaam- gebruiksgo'ederen tegen betaling afsluiten. Dit floel zou ook de door Duitschland voorgestelde de door Poincaré geweigerde onderhandelingen t de Duitsche industrieelen dienen. Uit aanbie dingen van dezen aard volgt,volgens Poincaré,, Duitschland's kwade wil. Tegenover Poincaré's opmerking, dat wij voor den landbouw acht maal zooveel stikstof vervaar digen als de geallieerden voor hun oorlogsbehoef ten, valt op te merken dat de huidige Duitsche jaarlijksche productie aan stikstof 340.000 ton be draagt, terwijl de geallieerden jaarlijks 360:000 ton nooaig hebben. Zouden w ijthans grootere hoeveel heden stikstof gratis aan Frankrijk leveren, dan zo uonze stikstof- of broodbehoefte in dezelfde verhouding van de buitenlandsche mark afhanke lijk zijn. Wanneer de rijksregeering dus voor net tijdperk van de stabiliseering der mark voor de stikstofleveringen betaling wenschte, handelde zij in den geest van de Commissie van Herstel, die zelf de stabiliseering eischte. Ten opzichte van Poincaré's klacht, dat de Duit sche regeering het plan Le Trocquer stelselmatig; sleepende heeft gehouden, dient er nogmaals op te worden gewezen, dat de Fransche nota niet, zooals Poincaré beweert, in de eerste dagen van September, maar pas den 23en aan de regeering is overhandigd, die er reeds den sen October op antwoordde. Het is duideüjk, dat tijdens lijver- blijf van de Commissie van Herstel te Berlijn en de zich daarb ijaansluitende onderhandelingen over, een moratorium niet over de uitvoering van het plan inzake de vijf milliard goudmarken kan wor den beraadslaagd. In strijd met Poincaré's verwijten, is het Kohlen- syndikat, dat een particuliere onderneming is, vol komen zelfstandig, zonder officieelen steun naar Hamburg overgeplaatst met meenemiing der dos- siers. De vernieuwde pogmg van Poincaré om liet militaire karakter der bezetting van het Ruhr- gebied te bedekken, is reeds door den rijkskanse lier gekenschetst. Dat ter bescherming van veer tig mijningenieurs 40.000 man met pantserauto s. en artillerie „strictement nécessaire" zouden zijn, zal de heer Poincaré de meest naïeve ziel niet doen gelooven. De noodlottige uitwerking vdn den Franschen aanval blijkt uit den snellen val der mark van 6000 op 19.000 voor den dollar. De houding van Rusland. Paul Scheffer meldt uit Moskou aan het „Berl. Tagebl.", dat de arbètdersjeugdvereenigingen te Moskou en in andere steden gisteren protestbetoo-, gingen tegen het Fransche imperialisme hebben; gehouden. Ook de bladen blijven de Fransche po litiek scherp aanvallen. 1 Naar van andere zijde uit Moskou wordt gemeld,; zou Trotzki in een rede voor militaire gedelegeer den van het sovjet-congres hebben verklaard, dat Rusland in geval van nqpd in staat zou zijn acht mlliioen roode soldaten in het veld te brengen en dat de sovjetregeering de met haar bevriende sta ten in de ure des gevaars niet in den steek zou laten. Een schip des doods. In de Piraeus is een schip des doods aangeko men uit Samsoen, de voornaamste haven aan de Zwarte Zee voor het binnenland van Klein-Azië. Van de 2000 passagiers hebben er 1600 typhus, cholera of pokken, en van de drie dokters aan boord zijn er ook twee ziek. Er zijn al 35 men- schen onderweg gestorven en in zee begraven en I sedert het schip in de haven van den Piraeus ligt, I zijn er nog 25 overleden. De lijken moeten op bevel der Grieksche quarantaine-autoriteiten in de scheepsvuren worden verbrand. Mrs. Sarah Smith te Hull liep Dinsdag met haaT kindje in Charlotte-street, toen een auto, waarvan de remmen weigerden, het trottoir opreed. De bestuurder riep de vrouw, die hem haar rug had toegekeerd, nog toe. Het eenige wat ze nog doen kon, was het kindje hoog boven haar hoofd t; houden, dat dan ook gespaard bleef, al liep het hersenschudding op van den schok. De moeder werd gedood. Een Parijzenaar, die bijzonder goed gedineerd had, wilde de brandweer eens zien. Hij sloeg dus het ruitje in van een brandschel op straat en wachtte de gebeurtenissen af. Drie minuten later kwam in ijlende vaart de eerste brandweer-auto. aangereden. „Mijn compliment", zei het jonge- mensch tot een brandweer-officier, „wat was u er gauw." Hij had geen tijd om zijn gelukwensch aan de vlugge brandweer verder voort te zetten, want het volgende oogenblik pakte een agent hem in zijn kraag en bracht hem met een vaartje naar hel. politiebureau, waar de op sensatie beluste jon geling er over kon nadenken dat de politie in vlugheid van handelen al niet voor de brandweer onderdeed. Door een vriend en kennis van den heer Keijzer,, de heeren Büker en Zorgman, resp. tenor en or ganist. afkomstig uit Zeist, werd medewerking aan uezen avond verleend. De zanguitvoering was door pl.m. 230 hoorders bezocht, zoodat het kleine kerkje goed bezet was. Solozang van. den tenor met begeleiding van den organist, en de nummers welke de zangvereeniging gaf, viele nzeer in den smaak der toehoorders en velen zullen zeker den wensch geuit hebben nog eens een dergelijke avond meer te mogen hooren. - SINT PANCRAS. Het voor twee jaar zoo duur verkochte huis thans bewoond door den heer C. E. v. Weel, kon thans in openbare verkooping slechts de heltt van voor twee jaar opbrengen. Werd het voor twee jaar verkocht voor f 64 00 thans was het hoogste bod f3150. Door zelf opbieden werd het opgehouden op f5000. SINT PANCRAS., t t Ligt in het voornemen der afd. Hensbroek der 1. A. M. V., alhier een propagandaavond te organiseeren alwaar Ds. Schermerhorn het be kende tooneelstuk „De goudzoeker" ten beste zal 1 geven. ST. PANCRAS. Woensdagnamiddag ging de ket van de brand- i stoffenhandelaar Kooi er plotseling zonder be- st uur der met d'e wagen achter zich,» er van door. Gelukkig slaagde de heer S. Timmerman er in het beest tot stilstand te brengen zoodat erger werd voorkomen. - KOEDIJK (St. PANCRAS ZUIDEINDE. Woensdagavond had ten huize van Mej. Wed. Blokker, ten overstaan van notaris Hildebrand van Obdam de verkooping plaats van een huis, erf en tuin en een perceel bouwland alles gelegen a.d. Bovenweg, groot 14 A. 14 c.A., waarvan kooper werd K Bakkum te Spierdijk, van een koolboet met aanleg, groot n are 14 c.A., kooper: de eigenaar, en van 'een a'kker bouwland groot 15 snees, waarvan kooper werd K. Blom te Oudorp vyor f 75 per snees. Dit laatste werd het vorig jaar verkocht voor f112 per snees. Mardi Gms en Mi-Carême zullen dit jaar te Parijs gevierd worden zonder de gebruikelijke con fetti en serpentines. De prefect van politie heeft aldns besloten, omdat het publiek daar maar last van heeft en hij heeft zijn agenten strenge orders gegeven om te zorgen dat er tijdens de carna valsfeesten geen kleurige papieren slingers door de lucht zwieren en in de boomen hangen, noch dat de confetti-sneeuw over de boulevards dwar relt. Of 't verbod stipt zal worden opgevolgd? De Pariizenaars zijn nu eenmaal gewend aan die car navals-artikelen en 't zal er wel mee gaan als met het bekende Amsterdamsche vuurwerkverbod op Hartjesdag. UIT DEN OMTREK. I1EER-HU.GOWAARD. Heden, Dohderdagmiddag werd de Eerw. heer Ter Meij, pastoor der nieuwe R. Kath. kerk aan het Kruis, door zijn parochianen feestelijk ingehaald. De stoet stelde zich op b ijde R. Kath. kerk aan de Buurt. De rijtuigen, waarin Z.Eerw. met zijn kerkbestuur had plaats genomen, werd voorafge gaan door een twintigtal gesjerpte ruiters, gezeten op versierde paarden en begeleid door muziek van het R. Kath. fanfare-corps. In de omgeving van de. nieuwe kerk werd druk gevlagd en aan zijn woiiing aangekomen werd Z.Eerw. door een talrijke schare belangstellenden verwelkomd. Morgen, Vrijdag, zal het kerkgebouw door den Deken van Alkmaar worden gewijd. Het gebouw maakt vooral inwendig een zeer aangenamen indruk, hoogst eenvoudig, doch keu rig net. Er zal echter vandaag en morgen vroeg nog heel wat geruimd eri geboend moeten wor den, ten einde morgen het gebouw voor den eer sten dienst in gereedheid te hebben. - SINT PANCRAS. Maandagavond gaf de Chr. zangvereen. „Looft den Heer", dir. W. Keijzer, haar eerste zang uitvoering in dit seizoen in de Ger Kerk alhier. „DE OLMENHOF" Bij de begrafenis kwam nog eenmaal, op sombere wijze de glairs van ons huis aan den dag. Van heinde en ver waren talrijke verwan ten en vrienden gekomen. Bijna alle dorpelin gen en al onze meiden en knechts namen er deel aan, alleen de rentmeester was dit door grootmama verboden. Zij scheen haar verdriet te bedwingen, al sprak haar gelaat van lijden en 'zorg. Rechtop stond zij in haar rouwgewaad en ihaar vastgesloten lippen schenen zoowel het medelijden als de nieuwsgierigheid at te wijzen, van allen die thans bij ons waren. Onder deze was ook een verre bloedverwant, een neef van grootmama, die in de hoofdstad woonde en ons slechts zelden bezocht. Wij Inoemden hem Oom George, hij was lang en mager, hinkte een weinig, eenvoudig, bijna armoedig gekleed, claar hij van een klein pensioentje moest leven. Grootma had echter veel met hem op:, daar hij haar eenige bloedverwant was, en reeds van haar jeugd af met hem bevriend. Toen de begrafenis afgeloopen en het in huis weer stil geworden was, bleef oom George alleen nog bij ons om grootmama met zijn raad ter zijde te staan, want veel hing ons nog boven het hoofd. Den volgenden dag kwamen twee vreemde heeren, die met grootma, Eg,on en oom George een lang onderhoud hadden, waana zij ons heele huis, den tuin, de landerijen en de rijpe akkers nauwkeurig opnamen en toen heengin gen. Ik was met Annie in den tuin, bang voor dit vreemde bezoek, toen juffrouw Dons ons kwam roepen om bij grootmama te komen. Zij zat in haar kamer in een leuningstoel, rechtop als altijd, in zwaren rouw, als een stee- hen beeld. Voor haar op tafel lag onder sta- was altijd zeer LAND- EN TUlNBuUW WAT ELKE MAAND TE DPEN GEEFT (2e helft Januari). Nadruk verboden. Het is tot dusver voor den boer een voordee- lige winter geweest. Het vorstvrije weer maak te, dat men de werkzaamheden op den akker kon voortzetten- Het vee bleef zeer lang in de wei, en wat op het veld groeide, kon tot het laatste toe worden vervoerd. Eerst sinds enkele wéken of nog korter behoefden de voederbi"- ten te worden aangesproken. De teelt hiervan, vroeger op de zandgronden onbekend, of on mogelijk geacht, geeft groot voordeel; het vee blijft er bij in goeden staat, en het bespaart aanmerkelijk aan „fijn voer". Nog altoos zijn er landbouwers, die den bietenbouw niet toe passen; dit is zeer tot hun schade. Meenen zij geen (mangels te kunnen verbouwen, dan vra gen zij eens om raad en inlichtingen bij hun rijkslandbouwoonsulent. De winteravonden geven den tijd om over velerlei te denken, b.v -om te overwegen of men bij zijn sol dieren wel een goed voederrantsoen toepast. Voederen met oordeel is voederen met voor deel. Zoo zal men goed doen, 't zij aan de redactie vain z'xi vakblad, 't zij aan zijn land- bouwcomsulent eens mee te deelen over welke voermiddelen men beschikt, en hoe, zoo mo gelijk, imen daa rhet best mee voederen kan. Vele veehouders voederen aan al hun koeien eenzelfe rantsoen; at is zeker niet vooreelig: het rantsoen toch moet zich richten naar de meikopbrengst. 't Is duidelijk, dat een koe, die veel in den emmer geeft, meer voedsel daartoe behoeft dan een andere, die veel minder melk levert. Doein wij voorts wel alles om de melk- gift onzer dieren te verhoogen? Dit wil zeggen: trachten w ijons vee door doelmatig fokken te verbeteren? Letten wij daarvoor bij de keuze van jong fokvee o pde eigenschappen van de moeder zoowel als op die van den vader? Hou den wij melklijstenbij van de afzonderlijke koeieh? Eerst als men dit doet, is men Sn de gelegenheid om de slechte dieren, die de kosten van voeding, verpleging, enz. niet goed maken, Fe verwijderen en slechts vtfcjrfs ïe lok ken met de beste dieren. En eerst dan, wan neer men weet de melkgiften zijner dieren, kan men iedere koe het rantsoen geven, lat haar toekomt: iniet te veel, niet te weinig. Aldus komt men tot rationeel voederen, dat in vele stallen nog ontbreekt. In den tuin. Het is wel een merkwaardige winter. Iemand hoorde op Oudejaaravond de kikkers lustig kwaken, maar wij allen kunnen de Meizoentjes (madeliefjes) in massa zien bloeien en in m°er dan één tuin zagen wij rozen aan de struiken. Vele tuiinliefhebbers kunnen al pochen op de spilnazie, die er al flink op staat. Trouwens, iederen winter kan men reeds in December, (bij opetn weer n.l.) spinazie zaaien op den kouden grond. Ook dus in deze maand; wij deden het reeds. Gij kunt nu uw aal- en kruisbessen bemesten, niet door by elke plant wat mgest iin een gaatje te doen, maar door ze te bedierein met verdunde koemest. Om dezen I tijd moet ge uw bloemstruiken het z.g. En- gelsohe hout: heesters waaraan straks pracht.ge bloesems prijken snoeien, Snoe ie ven wel uw Sering tniet, door deze te snoeien, zoudt ge ook de bloem wegsnijden. Hebt ge in Nov. o fDec. uw Chrysantemums, toen ze uitgebloeid waren, afgesneden? Ge zult dan weer jonge struiken uit den pot te voorschijn zien komen, deze moeten van elkaar gescheurd en afzon derlijk 5in een pot worden geplaatst, om 111 April inaar buiten te worden gebracht, Ilebt gij Pelargonium Zonale in kas of bak, denk er Hgin bm, dat ook, als het niet vriest, daarin gestookt moet worden; anders zouden zoowel de jonge als de oude planten bij het aanhou dend donker, mistige weer en de vochrige at mosfeer gaan smeulen of rotten. Verwijder de smeulige blaadjes, want het een esteekt het andere aan. Houd ze dus zuiver en tot Februari goed droog; water doet ze nu meer kwaad dan 'goed. Als gij van uw druivenwingerd in de kas vroeg druiven wilt hebben, dient ge de kas nu reeds aan te leggen en door blad en paardemest te verwarmen. De snoei is al m December geschied. Zijn uw Cyclamen, huis moeder, die eerst zoo mooi waren, spoedig leelijk geworden; hangen ze slap en zijn de bloesems verwelkt? Denkt er dan voortaan om, dat 2e niet in een vertrek mogen staan, waar hard gestookt wordt; dat ze niet te veel water mogen hebben en nauwkeurig behandeld moe ten worden. Laat ze ook niet te dicht b yhet gaslicht staan; geen enkele plant of bloem kan daar op den duur tegen. NIEUWSTIJDINGEN. Ongelukken. Een verschrikkelijk ongeluk overkwam een Euro peaan te Soerabaja. Op een motorfiets gezeten kwam hij zoo dicht langs een vrachtauto, dat zijn rechterbeen tusschen de treeplank van de auto en zijn motor beklemd raakte, en even onder de knie geheel werd afgekneld. Zoo vreesehji ge wond reed hij nog een vierhonderd meter door, voordat hij zijn motor tot stilstand kon brengen en ter verpleging naar het stadsverband kon wor den overgebracht. Een half uur later werd op h politiebureau, netjes in een pisangblad ge 1 als gevonden op den openbaren weg, zen been met de sok en den schoen^ er nog gedeponeerd, aldus het „Soer. Hbl." Hardnekkig. D=. Fraanje, predikant bij de Oud-Geret. Ge meente alhier, en velen zijner geloofsgenooten, bij wie verleden jaar een gerechtelijke verkooping heeft plaats gehad wegens weigering van betaling van het bedrag, dat, ter oorzake hunner gemoeds bezwaren, ingevolge de Invaliditeitswet op hun belastingbiljetten was gebracht, blijven consequent. Ook nu weigeren zij hardnekkig voor een even- teeule ouderdomsrente hunner loontrekkenden te offeren, zoodat zij steeds op hun aanslag in de Riiksinkomstenbelasting laten openstaan een be drag, gelijk aan hetgeen waarmede de aanslag volgens art. 286 j. der Invaliditeitswet, is verhoogd, Deswege is bij genoemden predikant en eenige zijner intieme vrienden reeds weder beslag op den inboedel gelegd, waarop een gerechtelijke ver kooping wel spoedig zal volgen. inamen, ook dien van haren zoo®, met zijn sterf dag en begrafenisdag geschreven had. Bij haar waren Egon en oom George. Zij zag hiij aan met hare oogen, waarin thans alle 'glans verdoofd was en zei: „Je moet het ook weten, Lucie, de Olmenhof moet verkocht wor den; wij zijn arm." „Niet geheel, nicht'/' zei oom George, ,.,ik heb 't u reeds duidelijk bewezen, uw eigen, aanzienlijk vermogen en het moederlijk erf deel der kinderen blijft van hen en behoort (niet in den boedel. De schuldeischers moeten met de rest tevreden zijn." i „Het moederlijk erfdeel mijner kleinkinde ren blijft aan hen om ons tegen gebrek te vrij waren, maar mijn persoonlijk vermogen behoort tot den boedel, want de naam van mijn zoon moet onbevlekt blijven, alle schulden moeten betaald worden," hernam grootmama met na druk. Oom George maakte zich boos. Zij, een be jaarde vrouw, aan weelde en gemak gewend, zou !haar groot vermogen opofferen om al che onzinnige schulden te betalen waartoe zij niet verplicht was, waartoe niemand haar dwingen konl „Tot de laatst ecent zal ik ten offer brengen om de|n naam van mijn zoon onbevlekt te béwa- reln, dat zweer ik hier, met mijn hand op dit heilige boek!" sprak de oude dame ernstig en llegde haar rechterhand op den B'ijbel'. „Maar die opvatting is wreed voor uwe klein kinderen, 'hield oom George aan. N'eein om," begon Egon, bescheiden maar nadrukkelijk, „het is het grootste bewijs van liefde, dat een grootmoeder haren klemkin deren' geven kan, dat zij hun vaders naam te gen elke vlek beschermt. Wij danken u, groot ma ,en zullen uwe zelfopofferende liefde dui zendvoud belo.onen." Wat zij nog verder bespraken hoorde ik als iin een droom, maar later vernam ik hoe alles gekomen was. Papa was door zijn langdurig .'hnif rr^w^PQf1 7iiin hpzittlïiereil ZCit had het beheer met 'bijna onbeperkte volmac.it toevertrouwd aan een man, die als ontrouwe rentmeester o peigen voordeel uit was en aller lei bedrog pleegde. Daarbij waren nog andere verliezen gekomenzooais dat bij den land- bouw mogelijk is. Om zijn vermogen te her stellen en met de beste bedoelingen had papa in effecten gespeculeerd, die thans geen waar de meer hadden. Was hij -geheel hersteld en had hij zelf het beheer op zich kunnen (nemen, dain zo ude slag, die thans gevallen was, mis schien verhinderd zijn. Toen ik' na dit alles gehoord te hebben, we der in den tuin kwam, voelde ik mij als een vreemde, als verjaagd uit het gelukkige para dijs mijner kinderjaren. En in mijn zelfzucht en verdriet dacht ik alleen aan mij zelve. Want van alles wat ik gehoord had, begreep ik al leen dit eene, dat ik mijn geboortestreek waar aan ik met heel mijn hart hing', en mijn vriendin verlaten moest. Wat grpotma met be wonderenswaardige kalmte verdroeg, met we - ken heldenmoed Egon haar ter zijde stond, al hunne opoffering, daaraan dacht ik niet; het was niets vergeleken bij mijn eigen verdriet. Eln in die laatste dagen van ons verblijf op den (Olmenhof, vluchtte ik dikwijls naar Em ma's vriendelijk tehuis of naar onzen goeden geestelijke. Juffrouw Berthold poogde mij op haar eenvoudige, goedhartige wijze te troosten en op te beuren. Zij vermaande mij blijmoedig en geduldig te zijn en grootmama door mijn klachten nog niet meer verdriet aan te doen tnaar integendeel voor haar het zonneschijntje ■ilti haar laatste droevige dagen te worden. En met hoeveel liefde en dankbaarheid sprak zij over mijn goeden vader. Jaren geleden, toen zij arm waren, had hij hun den grond kosteloos in pacht gegeven, ja, uit eigen beurs hen nog geholpen. Alles wat zij bezaten dankten zij zyn goedheid en de goede Gód zou hem en zijn kinderen daarvoor beloonen. En voo riedereem was hij zoo onuitsprekelijk edelmoedig geweest. Dergelijke woorden deden my goed. ia «aa, W .g-gK "WjXWEe'KC tV Iheheeren en tot dure reizen en ko ii„VP ouders te zorgen, ze me. de schoonste bloemen te tooien en dagelijks daar te gaan bidden, tot hij zelf in den* bloeienden godsakker den eeuwigen slaap zo ugaan slapen. Ook zo uh ij den ouden Thomas in zijn dienst nemen, opdat deze niet onder vreemden behoefde te gaan. Hij zei mij, dat de Heer veel in mijne handen had gelegd en hoopte dat ik mij als zijne leerlinge hem waardig zou maken en de hulp en steun van mijn grootmama en broer en zus ter worden. En ook ging ik met Emma nog eens naar al mijne vrienden in het dorp en zij namen treurig afscheid van mij. Ik kon hun niets meer geven, ik had niets anders meer dan tranen. 1 Oom George was weer vertrokken en had op zich genomen in de hoofdstad een woning te zoe ken. die met de omstandigheden, waarin wij thans verkeerden, strookte. Al onze dienstboden werden ontslagen, maar de oude juffrouw Doris smeekte grootma bijna op, haar knieën, om bij ons te mogen blijven, en niet alsof zij ons een offer bracht maar alsof het on zerzijds een offer was, als wij haar, die rot nu toe als huishoudster de eerste plaats had inge nomen en bijna als meesteres de andere dienst boden had kunnen bevelen, als meid alleen en tegen gering loon in ons volgend, kommervol beï staan lieten meeleven. En toen grootmama eindehjkj toegestemd had, hielp zij snikkend mede, om dé weinige meubelen en huishoudelijke voorweden, die wij zouden meenemen, uit te zoeken. Al lv« kostbate, antieke meubilair, het zilver, portel, ii: en kristal, alle kostbaarheden bleven hier en zou den verkocht worden. Grootma en Egon regel den alles, kalm en flink, geen van beiden heb ik zien schreien. Op een grauwen, mistigen Novembermorgen ver- trokken wij. De geestelijke en Emma met hare moeder waren afscheid komen nemen. En toen zij op het laatste oogenblik uit mijne door tra nen omfloersde oogen verdwenen, dacht ik dat sterven minder zwaar moest zijn dan zulk een verdriet. Bosch en veld, die ik kort te voren nog in volle pracht gezien had, vlogen ons grauw en verlaten voorbij. Niemand sprak, grootma zat met gesloten oo^en. Alleen Annie, die er in haar ro.uwkleeren met het zwarte lint door haar goudblond haar, zo» roerend lief uitzag, was opgewekt nu zij voor het eerst met de spoor reisde. Zij had de pop, die ik in Mei voor haar had meegebracht in haren arm. en fluisterde haar toe, dat zij nu spoedig de groote stad zou zien.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1923 | | pagina 3