NIEUWE LANGEDIJKE CRT Zaterdag 14 April 1923. TWEEDE BLAD. DE UITKIJK Toein de groote oorlog als 't ware zijn hoog tepunt bereikte en als een laatste krachtsin- spainning in den ongelijken strijd de Duitsche duikbooten werden losgelaten op de vredige koopvaarders van Entente-volken en neutra len, schreef de Amerikaansche admiraal Sin ne, die toentertijd voor zijn regeering te Lon den was en voortdurende pogingen deed om 'Amerika tot tusschenkomst ten behoeve der geallieerden te bewegen, naar Washington: Wat we thans beleven, is de ondergang van het Britsche wereldrijk.'' Men heeft hem die dramatiseerende overdrijving in Amerika later vaak kwalijk genomen Maar admiraal Sinne. wist wel wat hij deed. De oorlog is nu lang voorbij. En we heb- ,ben allen geleerd de gebeurtenissen en ver houdingen een beetje nuchterder en zuiverder te zieri. Het is niet meer noodig te praten van een strijd tot behoud der beschaving en van Hunnen''. Dat gepraat heeft zijn werk ge daan. En de heeren praten er dan ook niet meer van; admiraal Sinne ook niet. Integen deel, de bekentenissen komen nu los, die vaak allerinteressants zijn, vooral voor wie zich nog duidelijk de vroegere mededeeMngen herin nert. Ook Admiraal Sinne is aan 't bekennen gegaan. Redevoerend heeft hij den Amerikanen uitgelegd, dat de oorlog nu voorbij is en ze alles nu zoo letterlijk niet meer hoeven te ne men, als ze het tijdens den oorlog hadden té doen. Ook wat den duikbootoorlog betreft 1 De Iberichten omtrent wreedheden, door bevel hebbers of bemanningen van Duitsche duik booten begaan, waren niets dan propaganda geweest, zoo zei de admiraal, er bestond daar omtrent geen enkel authentiek rapport. Inte gendeel ,,de Engelsche marine-rapporten even als die van onze eigen vloot staan vol van mededeelingen, waaruit blijkt, dat de duikboot commandanten bij de redding van passagiers en bemanning der door hen getorpedeerde schepen de behulpzame hand boden of althans door draadlooze seinen hulp trachten te krij gen''. Ik weet niet, of admiraal Sinne geglim lacht heeft, toen hij dit vertelde. Over de poets, die zoo handig het Europeesche en Amerikaan sche publiek gespeeld was. Maar ik veron derstel, dat dat publiek niet zal glimlachen, als het dit hoort, maar zal meenen, dat dit voor een aardigheid toch welwat ver ging. Wat hebben we ons niet opgewonden over Duitsche gruwelen en het Duitsche barbaren- doml En nu,... Oorlogsnoodzakelijkheid zal de admiraal zeg gen. Goed! Maar hij zal ons permitteeren, dat we het voor het vervolg onthouden. We heb ben die herinnering, ook nu! Want het is weer oorlog, al heet het niet zoo. Maar de rollen zijn omgekeerd. De deputatie van het Neder- landsch Vakverbond, die den toestand aan de Roer is gaan onderzoeken, concludeert in haar uitgebracht rapport: In 'tRoergebied wordt op dit oogenblik een zware strijd gevoerd, een strijd tusschen wapengeweld en weerlposheid, tusschen barbarisme en beschaving, een strijd tusschen oude en nieuwe gedachten in zake macht'. Nietwaar? de rollen zijn omgekeerd. Vroeger heette het ook een strijd tusschen bar barisme en beschaving. Maar, toen stonden de Duitsohers aan den anderen kant. Laat ons aan admiraal Sinne denken. Het si geen propaganda, dat het Nederlandsch Vak verbond drijft. Maar is er ook niet een tipje van de oorlogsoverdrijving in, waarva nde pro- pagandadienst in den oorlog zoo menigvuldig en op de ontstellende wijze, die admiraal Sinne onthuld heeft, gebruik heeft gemaakt. Er wordt nu weer propaganda gevoerd van beide zijden. Dat hebben we ons te herinneren, wanneer we lezen over de geweldmaatregelen. der Frani- schen in het bezette gebied en het gevaar waar- mee weerlooze Duitsche arbeiders de tot de tanden gewapende Fransche soldaten zouden bedreigen. Wat 'niet wegneemt, dat de Fran- schen steeds hardhandiger optreden met het uitzetten van spoorwegpersoneel en anderen uit hu nwonimgen, hun zware gevangenisstraffen tegen menschen, die hun regeering gehoorza- men en dus niet anders dan hun plicht doen en dergelijke. Ein het is dan ook begrijpelijk, dat allen, die aan weerskanten nog een beetje kaltnte en gezond verstand hebben overgehou den, hun bezorgdheid voelen toenemen en naar een uitweg omzien. Zelf de Fransche regeering blijkt tot dezen te behooren, al zou men het Poincaré zeker niet aanzien. Want de reis van den oud-minis ter Loucheur naar Engeland, waar hij niet enkel met Lloyd George maar ook met Bpnar Law en andere ministers samen komsten heeft gehad, is toch ontegenzeggelijk een pogitog van Frankrijk om op den weg haar een oplossing van het conflict te geraken. Heeft het daartoe een plain aan den bondge noot voorgesteld? Of is het maar een gedachte van den particulier Loucheur, dat Frankrijk met 26 millioen goudmark en een gedemilitari seerd Rijnland genoegen zou nemen? Ondanks president Wilson's beloften, die destijds de wachtende wereld in verrukking brachten, werkt de diplomatie nog altijd even geheimzin nig of nog geheimzinniger dan voor den oorlog- En zoo weten we net zoomin wat van den werkelijken stand der schade vergoedmgskwes - tie als van de vrede met Turkije, waarover de heeren opnieuw gaan confereeren. Je zult he wel hooren, als 't tijd is", schijnen de diploma ten en staatslieden tpt de volken te zeggen, als ouders tot hun nieuwsgierige kinderen. Wa. zeggen wil1, als wij" het zaakje voor mekaar hebben en jullie er niets meer aan veranderen kunt. Zal het ooit anders worden? Op het Pan- Amerikaansche congres dat onlangs te Chili gehouden is, is weer veel over internationalis me gepraat en een voorstel ingediend tot in voeren van één code van internationaal recht vpor geheel Amerika, waarbij Europa zich dan zou kunnen aansluiten. Kan 'het ons helpen? We hebben al meer van dat internationale recht, maar het werkt alleen als we 't niet noodig hebben. In oorlogstijd of als men zijn schadevergoeding wil binnenhalen, doet men, alsof men er nooit van gehoord had. Oorlogs- noodzakelijkheid zou admiraal Sinne zeggen. We zullen 'ter voorloopig nog wel mee moe ten doen- En wat er op die manier bedorven wordt, moeten we dan later zelf maar weer zien op te knappen. In Engeland zitten ze met stakingen en ar beidsconflicten in tal van bedrijven, in Roe menië komen de nationale minderheden in ver zet, in Rusland lijden ze honger. Oorlogsge volgen 1 Maar noodzakelijkheden ook? Als we eindelijk ons eens niet meer bij den neus lieten nemen en menschen als admiraal Sinne en consorten eens niet langer hun glimlach gun den over eigen schunnigheidjeSl Wie weet, mis schien werd het dan anders. Misschien ook niet. ALKMAARSCHE SNUIFJES Een Pracht-Versiering. Zoolang als we in het bezit zijn van de be roemde DoorbraakNieuweslo-ot-Waagplein, heb ben we ons geërgerd aan het armzalige, onooglijk aspect, die deze nieuwe toegangsweg aanboodt. Ik zal niet beweren, dat het gebouw „Diligentia" dat voorheen het grootste gedeelte van deze „Door-, braak" besloeg, eenige architectonische schoonhéid vertoonde, maar dit stadsgedeelte zag er toch heel wat fatsoenlijker mee uit, dan nu met die door braak. Het is een combinatie van vieze muren en havelooze schuttingen, waar je naar van wordt. Enfin, nu zal men dan beginnen om de door-i braak te verschoonenik bedoelte ver moeien. En te dien einde heeft men aan de kanten ijze ren leuningen aangebracht, 't Is een geheimzinnig; „versiersel" als men het met 'n paar mud goe der. wil, zoo wil noemen. Is het de bedoeling om. met hooge gemeentelijke feestdagen, die pijpen dienst te laten doen voor gas-illuminatie. 1 Of is het een leiding voor oranjebitter, tot la- venis en verkwikking van dorstige nuchtere kal- vei schossers Ik stond nog over deze vraagstukken te peinzen, toen een ouden vriend, wiens wijsheid door mij boo. gelijk werd geapprecieerd, mij op zijde trad. Die opperde de veronderstelling, dat die ijzeren leu ningen dienst moesten doen om vee aan vast te bincfen. Ja, dat was eigenlijk een idée. Om echter, zeker te zijn van de zaak, hebben we besloten ten spoedigste inlichtingen te vragen aan een der le den van onze raadscommissie voor het markt wezen. En als die ons dan overtuigd hebben van het nut van deze kostelijke uitvinding, dan willen wij er als gediciplineerde burgers in berusten. Als rhen tenminste niet de „pertaligheid" heefr om dat Stadsschoon te noemen. Dar. zeg ik met een variant op de Genestet: Verlos ons van die schoonheid, Heer, En geef ons „Diligentia" weer. 'n Administratie van snert. Woensdag was er natuurlijk ook Provinciale-Sta-* ten-Stem bus-Harddraverij. Geen oud wijf liet men bij het spinnewiel. Met auto's en vigelantes werd alles wat stemplichtig was, uit alle hoeken en holen opgespoord. Het was een dag van wonderen. Lammen huppelden; blinden zagen; dooven hoor-, den; zieken namen hun bed op en wandelden. Maai met de regeling tusschen kiezers en stembus-lo calen scheen het echter niet best te kloppen Ik bijvoorbeeld werd gedirigeerd naar de Huishoud-* en Industrieschool, maar mijn buurvrouw, een boeievrouwtje, van pl.m. 75 jaar, werd uitgenooi digd om te gaan stemmen in de gemeenteschool aan de Snaarmanslaan. Voor een oud mensch een marsch van ongeveer 20 minuten. Het heeft de oude stakker nog 20 cent tramgeld gekost. Ik, geloof niet, dat opoe de eer va~i het vrouwenkies recht meer op prijs stelt. VERGADERINGEN Donderdag werd door Dijkgraaf en Heemraden en Hoofdingelanden van den Polder „De Heerhu-. hugowaard vergaderd in het Polderhuis. De voorzitter, de E.A. Heer W. van Slooten, opende met een korte voorrede, waarna de heer P. Schilder Jr., als secretaris de notulen las, die werden goedgekeurd. De geloofsbrieven van den heer G. Bakkum werden nagezien en in orde bevonden, waarna diens toelating als hoofdingeland volgde. Eenige inge komen stukken, die weinig stof tot. bespreking opleveren, passeeren de revue, waarna aan de orde komt een schrijven van de afdeeling H'eerhugo-' waard Noord en Zuid van den L.T.B. en van de vereeniging „Nieuw Leven", waarin is vervat het vervat het verzoek om 50 procent bij te dragen in de exploitatie van den overhaal en van de sluis. 1 Het dagelijksch bestuur van den Polder stelde voor ,om daar niet op in te gaan. i De heer v. d. Oord zou er ook niet voor zijn, om zoodanig verzoek in te willigen. Na de rondvraag zal er straks nader op terug1 gekomen worden. Ter tafel komt de Jaarrekening van den Polder die door eene commissie is nagezien en accoord bevonden. Tot goedkeuring wordt geadviseerd en besloten. Ontvangsten f88956,32, de uitgaven f 51991,6x, voordeelig saldo f 36964,71 Rekening van ontvangsten en uitgaven der we gen van den polder Heerhugowaard. Ontvangsten 24957,67, uitgaven f 21994,011/2. voordeelig sal do f 2964,651/2- Goedgekeurd. Begrooting voor wegenonderhoud 1923 sluit op een eindcijfer in ontvangsten en uitgaven van f 26972,421/2, met f 487,961/2 voor onvoorzien1, Goedgekeurd. Begrooting 1923 des polders sluit in ontvangst, en uitgaaf op f 105579,46, met een post van f 3611,42 voor onvoorzien. Mede goedgekeurd Verkiezing heemraad door de periodieke aftre ding als zoodanig van den heer K. Kruier. Deze wordt herbenoemd en verkrijgt daarbij 15 van de 19 uitgebrachte stemmen. De heer P. Groen vher- kreeg 2 stemmen, terwijl de overige 2 blanco wer den uitgebracht. De heer Kruier accepteert de herbenoeming en dankt voorz. voor de door deten aan hem bij deze gelegenheid gewijde hartelijke woorden. Wegens periodieke aftreding van den Dijkgraaf wordt voordracht opgemaakt en na gehouden. stemmingen is de uitslag als volgt: 1. W van Slooten (de tegenw. dijkgraaf. 2. K. van Lange. 3. W. Appelman. Bij de rondvraag bespreekt de heer Jb. van der Oord den toestand van de los- en laadplaats aabij. Broekhorn. Door aanwezigheid in het vaarwater; aldaar van st tenen, etc., kunnen de vaartuigen niet naar wensch ter lossing of inlading aan den wal komen. L mi Reeds wordt aldaar gebaggerd. Algemeen wordt goedgevonden om te trachten door nog meer te laten baggeren, den toestand; te verbeteren. Ook een toegangsweg, die de aandacht van den, heer v. d. Oord Had gaande gemaakt, zal onder, handen worden genomen. De heer v. d. Oord heeft nog iets en wel, uat Jan de Ruiter er een dam zal moeten uitrooien. Hem is door een paar anderen toegevoegd, dat men hem in de kosten zou tegemoetkomen. Voorz. zegt, dat, wanneer de Rutter niet op, Lijd mocht voldoen aan zijne verplichting om den aam te rooien, dat het dan zal geschieden doori den polder op kosten van De Ruiter. De heer C. Poland zou graag willèn, dat onze; Polder met ruim 3900 bunder land, overeenkomstig! zijn grootte vertegenwoordigd zou mogen zijn in het oestuur van Geestmer Ambacht, waarin de Polder Heerhugowaard is gelegen. Spreker wou het reglement van het Ambacht* wei eens zien. 1 'i Goedgevonden wordt, dat voorzitter eens zal p'robeeren hieromtrent nader te worden ingelicht wat betreft de rechten van onzen polder ten op zichte van het Geestmer Ambacht. De heer Poland zou voor de parken van den dijk gaarne aparte kluften of opritten willen aanleggen. Goedgevonden wordt, dat, als het 't Dag. Be stuur blijkt dat hét werkelijk noodig is er geen be zwaren tegen bestaan, dat dan tot den aanleg zal worden overgegaan. De heer P. Groen heeft gezien en waargenomen, adt in de kluft bij het spoor, door kippen gaten van aanzienlijke grootte geschraapt zijn geworden. 1 Voorzitter zegt toe, maatregelen te zullen ne men in deze. De heer Groen zou verbetering van het vaarwa ter, waar de waterleiding gemaakt is, willen aan bevelen. Goedgevonden, dat aan verbetering aandacht zal, worden gewijd. De heer Oudemans brengt in bespreking dat de heer Kostelijk vergoeding aan den polder vraagt voor de reis in verband met de bietenbe- wegmg. Bij de bespreking hierover is de vergadering het er over eens, dat Kostelijk hierover niet bij den Polder, docli bij .Suikermaatschappij moet aan kloppen. Nog eenige vaarwater- en ook wegenverbeterin gen worden behandeld, waarna ten slotte opnieuw ter spiake komt het verzoek dat de Polder zal over nemen rente- en onderhoudskosten van de slut's en van den overhaal. De heer Wonder zou er grooten prijs op stellen, indien een nieuwe request werd ingediend daarvoor en indien wij dan over meerdere gegevens en meer volledige inlichtingen zouden kunnen beschikken.* wat betreft de uitkomsten van exploitatie. Goedgevonden wordt te schrijven, dat we hier eerst meer van de exploitatiecijters willen weten., Voorzitter sluit daarna in welgekozene woorden; van dank en met beste wenschen deze vergade ring in de hoop, dat we elkaar in de volgende, zitting weer in gezondheid zullen mogen ont moeten. PER3NIEUWS GROOT, MAARKLEIN. Wanneer we nagaan, hoe in verschillende ge meenten de candidaatstellingen voor den gemeen-1 teiaad tot stand kwamen, dan zouden we geneigd zijn, ménige verzuchting, ménige bedenking te uiten. I Menige verzuchting overpersoonlijke ijdelneid, over moderne demagogie, over kortzich tigheid der massa, over kleinzielig en averechts werkend egoïsme van standen en vakken, enz.. Menige bedenking ten aanzien van de vragen, hoe op déze wijze de rechte mannen en vrou wen op de rechte plaatsen gekozen zullen worden, -• hoe de aldus gekozenen voor de volgende zit tingsperiode in waarheid onze vroede vaderen en tnoecieren zullen kunnen zijn, hoe al deze nieu we hoogwaardigheidsbekleders en -bekleedsters 1 óór alles gelijk het behoort het algemeen belang zullen behartigen, enz. Er was voor deze candidaatstellingen in meer dere gemeenten „wat los." Echter: in geen enkele gemeente heeft men 't en wél ten aanzien van het egoïsme van standen en vakken zóó bont gemaakt als in het „groote" Amsterdam. I In Amsterdam hebben niet minder dan 35 „poli tieke'/?) partijen candidaten voor den Raad ge steld! Naast de candidaten van min of meer erkend poliueken huize vinden wij in 't waschlijstje van candidaten, 't-welk de Amsterdamsche bladen gisteren publiceerden, de namen der adspirnnt-» vertegenwoordigers vanDrukkers- en Boek handelaren, Groote Waschbedrijven, Vischhand Ha ren, Vleeschhouwers, Sigarenhandelaren, Aardap pelen-, Groenten- en Fruithandelaren, het neutraal bloc allcr(?) Middenstanders, Drogisten, kleine Waschbedrijven, Bakkers en Banketbakkers, Hotel- Café- en Restauranthouders, Rijwielhandelaren, Amsterdamsche Kruideniers, Vrijdenkers naar het Parlement, Kleine Artisten, het Kunst- en Amuse- mentsbediijf, Melkslijters, de Venterscombinatie, en bloemenhandelaars (niet handelarenl) en Pho- tografen; bij deze groepen sluisten zich nog zeer waardig aan de protectors van den heer. Zuurbier en de dito's van 'n zekeren m'nheer Tramsmall Krijgen alle Amsterdamsche kiezers hun zin, dan kunnen wij in den Amsterdamschen Raad zeer, deskundige debatten tegemoet zien over gebakken bokking, over lamscoteletten, over „After din ners", over Eigenheimers, spinazie en sinaasap pelen over hoestpastilles, over vieze- en propere waschjes, enz. enz. enz. Wat er dan van de behartiging der eigenlijke gemeentebelangen terecht zal komen, is een vraag welke de kiezers, die op bovenbedoelde candidaat stellingen hun hoop stellen, ijskoud laat. Maar een feit is het natuurlijk, dat de hier bedoelde kiezers niets of hoegenaamd niets vah hun zin zullen krijgen. Tijdens den oorlog is er vaak gesproken en ge schreven over dingen, waarin een klein Land grout kan zijn. Thans is het de goede tijd om te overpeinzen de dingen, waarin een groote stadklein kan wezen, eninderdaad ook klein is! Het groote Amsterdam heeft zich door het domme, kleinzielig-egoïstisch gedoe van een deel zijner „politieke'/!) bevolking voor altoos bespo-t telijk gemaakt tegenover alle andere gemeenten. in Nederland, die kleiner zijn, maar toch. grooter! J NIEUWSTIJDINGEN Zwaar delict. Men schrijft uit Den Haag aan de „N.R.Ct."j De doyen d'age, de heer Van der Does de Wil- Iebois, waarnemend voorzitter van onzen Senaat, speurde onraad. De griffier, mr. Zillesen; rook otnaad. En zag, hoe nu en dan van een der ban ken rookwolkjes opstegen. Inderdaad zat de kaj- tholieke afgevaardigde Arntz van zijn sigaar te geenieten, somwijlen nam hij een trekje en dan scheen hij het corpus delicti weer eèn tijdlang te verbergen. Onopzettelijk wellicht, doch het had den schijn van een vreeselijk delict. Zonder ante cedent. Zoodat de vraag, hoe in te grijpen, de heeren van het bureau in hevige opwinding zou hebben gebracht, als niet de goedlachsheid het had gewonnen. Gelukkig kwam er dan juist bijtijds een oplossing Dear aller blikken zich op den delinquent richt ten, sommige glunder, andere vermanend weer an dere streng veroordeelend kwam deze plotse ling tot de ontdekking dat hij onbewust iets af schuwelijks moest hebben gedaan. Eenige vertwijfel' de passen en hij was de zaal ontvloden, waarin; hij aanstonds sigaarloos terugkeerde. Toen was de rust in ons meestal zoo kalme Bovenhuis her steld. Maar de heer Arntz zou door zijn rook- avontuur de peroratie van minister De Geer bij kans hebben doen mislukken. Ernstig ongeluk. Toen de 27-jarige G. H. v. d. Veldt, te Haarlem in een opbouw achter het perceel Crouwersvaarq 124 bezig was met een autogeen snij- en lascfn apparaat, voor het herstellen van een motorrijwiel spiong het toestel uit elkaar en een zich daarin, bevindende looden' schijf trof den schedel van v. a. V., die onmiddellijk aan de verwondingen overleed. Het lijk van den onlangs gehuwden jongen* man, is per brancard naar de Maria-stichting over" gebracht. De oorzaak van het ongeluk is vermoedelijk te wijten aan het met vuur te dicht bij het toestel komen. Aldus de verklaring van een technischen ambtenaar der arbeidsinspectie. 1 Liefdesdrama te Rotterdam. In de Aert van Nesstraat te Rotterdam gebeur de iets, dat groote opschudding verwekte. De 35- jarige M. v. T., uit de BChrispijnlaan, had sedert vier jaar verkeering met de 28;-jarige A. v. d. W. wonende Aert van Nesstraat. In den laatsten tijd was de verhouding echteé minder vriendschappelijk, daar er een andere man; in het spel kwam. Zoo ontstond er tusschen de verloofden dezer dagen weer een woordenwisseling met het resultaat, dat talrijke nieuwsgierigen zich om de twee verzamelden. Plotseling trok v. T. een revolver en loste twee schoten op de vrouw, die een kogel door de rechterwang kreeg, welke in ed linkerwang bleef zitten. Toen richtte v. T. het wapen op zichzelf en schoot zich bij den slaap dwars door het hoofd. Hij stortte met de revol ver in de vuist op de straat. De vrouw werd de bakkerij van H. binnengedragen, vanwaar ze met een auto van den Geneeskundigen Dienst naar het zienkenhuis op den Coolsingel werd overgebracht.. Daarheen werd ook de man vervoerd. Bij aan komst bleek deze reeds overleden. De vrouw is buiten gevaar. In de operatiekamer van het zie kenhuis kon men den kogel verwijderen. Voortgezette verwoesting. De sparreboomen ten noordzijde langs den druk-, ken Rijksstraatweg Laren Eemnes zullen op last van den Waterstaat worden verwijderd. In de plaats daarvan wordt in het belang der veiligheid van het verketer een wandelpad langs de zen weg aangelegd- Inbraak. Door het uitsnijden van een ruit heeft men zich aan de tuinzijde toegang verschaft tot het perceel Amaiastraat 10, te 's-Gravenhage, be woond door den heer L. v. B. S. Terwijl de bewo-' ners sliepen hebben de inbrekers, de kasten door zocht en medegenomen tafelzilver, antiek zilveren, speelgoed, gouden sieraden, een f2800, alles ter waarde van ongeveer 6000 gulden. De dieven heb ben aan de voorzijde het perceel weder verlaten. Verduistering. Te Leiden is aangehouden de heer H., inspect euq eener levensverzekeringsmaatschappij, die verdach, wordt van verduistering van f4000 ten nadeele van zijne Maatschappij. Te Andijk bij Enkhuizen brak brand uit in dé landbouwerswoning van II. Ton, bewoner D Valtr. De vlammen grepen zoo snél om zich heen, dat de bewoners ternauwernood in staat waren, in nachtgewaad te ontvluchten. Van het perceel bleet niets 'dan een rookende puinhoop over. Het huis was verzekerd, de inboedel niet. Oorzaak brand onbekend.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1923 | | pagina 3