GERARD MM,- HOUTIIL, AUUML
DE OHliiEELE EHGELSCHE REBEiUttSSElL
Kamer van Knopnanoeh te jiKmaar.
NIEUWE LAN6EDIJKE|1CRT
Zaterdag 5 Mei 1923.
TWEEDE BLAD.
PRIMA WOLLEN GARBARDINNE.
Moor Heerein f 26.75
Moor Jongenheereo f 19.75
VERGADERINGEN
Vergadering van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken op Woensdag 2 Mei des avonds half
zen, ten stadhuize te Alkmaar.
Afwezig de heeren Wagenaar en Ringers. De
eerste met kennisgeving.
Na opening door den voorzitter, den heer Arntz
worden de notulen na een opmerking van den hr.
Messelaar goedgekeurd.
Ingekomen stukken.
Adres K. v. K. te Terneuzen om de grens van
het belastbaar inkomen ad f 2000 te brengen op
f1500'en het aantal knechts boven de 18 jaar,
op hoogstens één, voor kleinere plattelandsgemeen-i
ten.
De handelsregistercomm. en het bureau ladvi-
seeren adhaesie aan dit adres te verleenen,, daar
ook zij van oordeel zijn, dat een kleinere zaak in
een plattelandsgemeente meer beteekenis heeft in
haar omgeving, dan een dergelijke kleine zaak in
een grootere plaats.
De heer Grunwald zegt, dat wanneer men een;
gezamenlijk belastbaar inkomen heeft van f 1500
het toch zeker niet de bedoeling is, ook hier weer
te betalen. In grootere gemeenten geniet men in
vele dingen meer voordeelen dan in kleinere. Spr.
zou gaarne weten hoe de belasting wordt gere
geld
De voorz. antwoordt dat een zaak met f 1500 in
een kleine gemeente belangrijker is dan die met
f 2000 in eer. groote gemeente. Het handelsregister
moet echter zoo volmaakt mogelijk zijn. En moe-;
ten dergelijke zaken het ook op prijs stellen, tei
mogen worden ingeschreven. Het is voor hen van
groot belang. Is de zaak te klein dan wordt zei
ook niet opgenomen.
De heer Grunwald zegt dat velen het beschouwen;
als een belasting.
Besloten wordt adhaesie te betuigen. 1
Adres der Reedersvereen. te IJmuiden inzake
verzoeken om adhaesie te verleenen aan haar voor
stel om maatregelen te nemen om te voorkomen
dat hetzelfde kapitaal dubbel wordt aangeslagen
daar gedeeltelijk in moeder- en dochteronderne-i
mingen gestoken. 1
De Handelsreg.comm. adviseert adhaesie aan het
sub a genoemde, doch niet aan subs b en c.
De laatste twee letters betreffen, dat annuleering
van de betaalde bedragen niet mogelijk is. en de
contributie op de helft terug te brengen niet kan
worden gesteund.
Missive van het American Consulate-Gene-ral/
met opgave van artikelen, welke in Amerika ge
vraagd of aangeboden worden.
De voorz. zegt, dat ieder die het wenscht, hier!
van kan profiteeren.
Missive van het Holland Huis te Brussel met
desbetreffend schrijven van het Gem.best. te Alk-,
maar, inzake aanbieding van reclameruimte op de
FEUILLETON.
OP DEN BURG DYMECK
(Nadruk verboden).
I11 de hal kwam Konrad mij reeds tege
moet met een uitdrukking" van spanning op
het gelaat. Mevrouw de gravin wacht reeds
op u. Mei klbppeinid hart ging 'ik de eet
kamer binnen, waar tante Klaifssa reeds aan
de spits der tafel troonde. Nog voor zij ge
legenheid had iets te zeggen-, zei ik snel:
Vergeef mij, iiieve tante, dat ik u Wachten
liet ,ik was in het bosch verdwaald; mijn
heer Von Wackerath heeft mij naar huis ge
bracht, hij Maar plotseling' bleven mij
de woorden in de keel steken. Tante Klarissa
had zich half opgericht, de bevende handen op
de tafel steunend. Haar gelaat had een lijk
kleur aangenomen, zoo wilt als krijt, toen zij
vroeg: Wie heeft je naar 'hupis gebracht,
wie? het kwam er krij-schend uit. Mijn
heer von Wackerath, ze'ide ik van het hoofd
tot !de voeten siddere(nd. Jij, jij was in
Eltnenhaus?
Hoe het daar heet, weet ik niet, ik was
afgedwaald, zeide ik en ik voelde, dat mij
de tranen naar de oogen drongen.
Tante liet zich op haar stoel terug vallen
en keek dan langen tijd naar -den hoek der
kamer, met een gezicht een- gezicht,
dat ik nauwelijks dorst adem te 'halen. Dan
zeid-e zij plotseling, en haar stem was zoo
scherp,dat het mij door merg en been heen
ging: Wanneer je nog eenmaal naar „Eï-
men'haus" durft te -gaan of met een van de
familie spreekt, dan verlaat je op hetzelfde
moment mijn huis. Zoo en niet anders.
Ga 'thans zitten, wij willen gaan eten.
Dat ik dezen avond niet kon eten én moeite
genoeg -had mijn tranen te bedwingen, kan
je denken, lieve Bruno. Daarbij was ik woe
dend op tante Klarissa. Ik kon toch' im
mers niet vermoeden, dat zü met de familie
Von Wackerath oneenigheid had gehad,
ik ben toch haar gevangene niet. Maar na
tuurlijk was ik te ontdaan om iets te zeggen.
'Na het eten legde zij niet zooals gewoonlijk,
beslag ,op mij om de courant vopr te lezen,
züodat ik haar de hand kuste en „goeden
nacht" zei en naar boveiï ginig naar mijn
kamer.
permanente tentoonstel!, van Ned. en M. Ind.\
Producten te Brussel.
Het Bureau stelt voor indien de Kamer wenscht
deel te nemen, geen reclame op draaibaar bord:
doch eventueel een doeltreffende wandreclame aan
B. en W.. in overweging te geven.
De voorzitter zegt, dat bijvoorbeeld reclame
kan worden gemaakt met een schilderij van de
kaasmarkt en de Waag erop.
De heer Dokter, voorz. van de financ. commissie/
zegt, dat eerst in de comm. moet worden bespro-1,
ken welk bedrag daarvoor beschikbaar kan worden)
gesteld.
De heer Hoogland is van oordeel dat ook door
de buitengemeenten aan de reclame moet kunnen-
worden deelgenomen. Bijv. den Helder als visschers.
plaats en andere gemeenten met groenten.
De voorz. zegt dat aan de reclame op een draai,
bord geen aandacht zal worden geschonken.
De heer Kuiper is van ooreel dat het niet op;
den weg van de Kamer ligt om met een artikel
reclame te maken.
Besloten wordt in overleg met B-. en Wi. van
Alkmaar de reclame te regelen.
Missive der Gem. Alkmaar betreffende expl. te
lefoonnet.
De voorz. voegt hieraan toe, dat de telefoon)
met. i Jan. aan het rijk overgaat, en de gemeente;
adhaesie verzoekt aan haar adres, om den Zondag
en nachtdienst te handhaven.
Het bureau adviseert hieraan adhaesie te ver
leenen. f
Overeenkomstig wordt besloten.
De heer Grondsma zegt dat dan het verkrijgen
van een doorverbinding ook veel duurder zal wor
den, en vraagt of de Kamer niet kan verzoeken]
dat dit tarief wordt geschoeid op dezelfde leest
als bij den heer Pot. En bij het gemeentebestuur!
hieraan adhaesie te vragen.
Hieraan zal worden voldaan.
Missive der gemeente Alkmaar, inzake het ver
zoek van het hoofdbureau der Holl. Mij. van Land!
bouw, inzake weging aan de Waag.
Bureau stelt voor, mede te deelen aan het gem.
bestuur ,dat zij hiervan met voldoening heeft ken
nis genomen. j
Wordt goedgevonden.
Rapport van het lid den heer Dokter inzake;
reis naar Leeuwarden, betreffende kiesrecht Coop,
Vereenigingen en Naaml. Vennootschappen. 1
De heer Dokter zegt dat in Leeuwarden de vrees
werd geuit dat men vanuit die organisaties zal
tt achten de macht in handen te krijgen, en dan
zij in de Kamer komen, die sympathiek tegenover
die instellingen staan. En men niet zal aarzelen,
om zelfs het bestuur uit te breiden, om daardoor
desnoods een meerderheid te bekomen. Ik, zoo
verklaart de heer Dokter, heb gezegd het daar niet;
alleen niet mee eens te zijn, maar er ook niet
bang voor ben. Het slot is echter geweest, dat een
artikei zal worden samengesteld, dienstig om dat
gevaar te voorkomen. De strekking daarvan zal|
zijn, dat de coop, en naaml. venn. stemrecht krijn
gen naar het aantal leden. Dan wordt er een vaste
lijn gevolgd en behoeft men ook niet bang te zijn
voor overvleugeling. Binnenkort zal deze zaak ver
der worden afgewikkeld, waarna de voorstellen bij,
de andere Kamers zullen worden ingediend.
De voorz. dankt den heer Dokter voor het uitge-,
brachte rapport, en is ook van oordeel, dat daar
door een een einde kan worden gemaakt aan de;
heerschende wantoestanden. Maar de voorz. meent
te weten, dat een verkiezing, waarvoor men in
Friesland bang is, door den Minister nietig kan
wodren verklaard. Het resultaat van de verdere
besprekingen zullen thans moeten worden afge-
wacht.
De heer Grunwald is ook van oordeel, dat bij eenj
eenzijdige samenstelling geen invloed van de
Kamer zal uitgaan. Het is gewenscht dat het kies-
Niettegenstaande ik sppedig te bed ging,
kon ik :toch niet inslapen. Ik' moest telkens
aan het gebeurde denken, en de gedachte Ver
liet mij niet, wat het toch kon' zijn, waar
door tante in onmin leefde met de familie
Von Wackerath en wat zij todh wel tegen
die menschen had. Ook in den nacht sliep
ik onrustig1 en toen ik klaar wakker werd
stond ik op om mij een glas iwater in te
schenken. Daarbij trad ik aan het venster en
je mag me niet uitlachen, Bruno, want
het is werkelijk waar ik zag heel duidelijk
licht in den ouden toren. Mijn hart dreigde
stil te staan van schrik, terwijl' ijskoude ril
len mij over den rug liepen; ik stond als vast
genageld aan den grond en Staarde recht voor
mij uit. En wanneer je tienmaal tot mij zou
zeggen, het is klinkklare inbeelding, je hebt
gedroomd of het is het schijnsel van de maan
geweest, dat zich in de ruiten1 weerspiegel
de, het is toch waar het was het licht
van een lantaarn of een lamp. Eerst bewoog
het zich heen en weer, als werd het door
iemand gedragen, dan opeens bleef het stil
staan op een plaats in de torenzaal. Ik wacht
te en wachtte, maar niets bewoog meer, niets
zag ik meer en ging toen weer vlug te bed,
nadaat -ik eerst mijn electrisdh licht had aan-
draaid en sliep eerst weer in to,en de morgen
schemering dporblonk.
Heden morgen bij het heldere zonlicht kwam
mij de geschiedenis en mijn vrees al zeer be
lachelijk voor, ik geloof natuurlijk niet aan
spoken of geesten en ik ben' overtuigd, dat
het Zich alles natuurlijk zal pphelderen.
Toen vrouw Schroth boven kwam om mij
te kappen vatte ik al den moed samen, dien
ik op dat moment bezat en vertelde haar wat
'ik gezien 'had. Zij lachte -heel spotachtig:
De freule zal gedroomd hebben of het is de
maan geweest. Toen zeid-e ik heel' beslist:
Gedroomd heb ik niet en ook de maan was
het niet, waarop zij haar schouders optrok
en op min of meer verachte lijken toon ant
woordde: Ja, bewoond is de toren niet?
Nachtwandelaars hebben wij hier niet en spo
ken zijn hier helaas ook niet. Ik' zei niets,
-hield mij stil', maar inwendig was ik woedend
op deze onsympathieke, onbeschaamde per
soon.
Toen 'ik' daarna in den' tuin, zooal's eiken
morgen, een klein praatje maakte met den
tuinhian, de eenige toeschietelijke en vrien-
deljj'ke persoon hier, vertelde ik hem vajn mjjjne
recht wordt geregeld, want alleen door den Kandel
kan invloed worden uitgeoefend. Men moet trach
ten aan de wantoestanden een einde te maken.
Concept-adres aan den Minister van Buitenland-)
sche zaken, teneinde te trachten voor de landen
Spanje en Frankrijk gelijkstelling der invoerrech
ten te verkrijgen met andere landen. Dit adres;
werd aldus opgesteld naar gegevens, die werden;
verstrekt, op de Zaterdag den i4den April gehou
den samenkomst van afgevaardigden der Kamers
te Hoorn, Leeuwarden, Haarlem, Zaandam en
Alkmaar. (Gouda was met kennisgeving afwezig);
De heer Grondsma brengt in de allereerste plaats,
hulde aan den heer Scheffer, waarmee de zaak
was voorbereid. Spr. zegt dat langdurig werd ge
sproken over Spanje waar de invoerrechten voor
Holl. Kaas hooger is dan voor andere landen. Be
sloten deze zaak krachtig aan te pakken. Terwijl'
de volledige aandacht zal worden geschonken aan
de Fransche invoerrechten, die bij ministerieel be
sluit direct kunnen worden veranderd, en dan ook
nog met terugwerkende kracht.
De voorz. bréngt dank aan de heeren Blauboer
een Grondsma voor hét in dezen genomen initia
tief, en hoopt dat deze zaak ook voor Tsjecho-)
Sloawkije onder de oogen zal worden gezien.
De heer Grunwald acht het volkomen gerecht
vaardigd, eenige afgevaardigden te benoemen, om
het adres bij den Minister te bepleiten.
De heer Grondsma antwoordt dat hiervoor op die|
vergadering reeds een commissie is benoemd, om
het adres nader toe te lichten.
Besluit der Kamer inzake propaganda voor de
Westfriesche kanaalvereeniging.
De voorz. zegt dat men zeker met belangstel
ling zal hebben kennis genomen van de bespre-,
kingen, gevoerd in de Harmonie, Het was echter,
jammer dat de voorzitter van de verkeerscommis-
sie met aanwezig was. Het was hoogst belangrijk,
om te hooren hoe Prof. Visser eü ingenieur Ringers
hunne plannen daar verdedigden.
En zeker is het ook daar aan het licht gekomen;
hoe het plan van de Westfriesche kanaalvereeni-)
ging het plan is, waarvoor gepropageerd moet
wórden.
De heer Messelaar wijst er nog op, hoe door Prof
Visser in het geheel geen cijfers zijn genoemd en
alleen sprak van, ik geloof dit, en ik geloof dat.
Prof. Visser was te zwak, terwijl ingenieur Rin-»
gers en de secret, van Schuttevaer met bestudeer-)
de stukkeen kwameen. Wij zullen dan ook niet
van meening veranderen, om voor de kanaalcomm.
te werken.
De heer Grunwald zegt met groote belangstel-)
ling het over deze vergadering gegeven verslag te
hebben gelezen. En zoo is het zeker goed geweest
dat men ook eerst Prof. Visser heeft hooren spre
ken. De directeur-generaal van den Landbouw
heeft daar gezegd, dat ontsluiting van Westfries-,
land door kanalen noodig was. en hoopte dat de
heeren elkander zouden weten te vinden, en ik
ga daar volkomen mee accoord. Ik moet eerlijk
bekennen dat ik niets van de kanaalplannen be
grijp en meer leden van de Kamer wel niet.
De voorz. zou de woorden van den heer Grun-f
wald niet gaarne onderschrijven, dat de heeren er
niets van begrijpen. Men heeft begrepen dat de
plannen van prof. Visser niet tot eenig nut kunnen
zijn, waarbij men niet sneller mag varen dan 3
K.M. en het ligt zeker niet op onzen weg om daar
voor te gaan propageeren. Er is reeds in een der
vergaderingen besloten de kanaalplannen van de
Westfriesche vereeniging te pfopageeren, en waar
voor ook reeds een comm. is benoemd. Kan de
vergadering nu goedvinden dat er samenwerking!
wordt gezocht met Hoorn, en voorstellen bij de
Kamer zullen worden ingediend, hoe de propa
ganda moet worden gevoerd.
De heer Blauboer zou hiermee willen wachtenl
tot de heer Ringers en prof. Visser elkander zul-
ervaring dien nacht. Ja, freulietje, dat -weet ik
al lang, dat het in dan toren' spookt, ook al
zegt die oude Schroth, dat het niet waar is. De
lui, beneden in- het dorp, zeggen/ dat 'het al
voor honderd jaren terug daar spookte. Een
gravin Dymeck moet haar eigen main heb
ben omgebracht en na dien tijd had zij geen
rust meer. Waar kan het zijn, maar het
gezien 'had nog geen mensch.
Je behoeft heelemaal niet te lachen, Bfuno,
'natuurlijk geloof ik dat ook' niet, maar je
ziet toch daaruit, dat ik 'tmij niet heb inge
beeld.
En nu zal je zeker mijn moed bewonderen,
als ik je zeg, dat ik na de lunch, toen tante
zich -ter ruste had gelegd en vrouw Schroth
naaf het dorp was gegaan, de deur onder
zocht aan het einde van den gang, op welken
ook mijn kamer uitkomt. Er steekt een roes
tige sleutel' in, die met eenige moeite is om
'te draaien. Ik opende de deur en stond tot
mijne verbazing op een soort platvorm, van
waaï een kleine steenen trap in den gang
naar omlaag voert, die ik voor eenige dagen
met tante Klarissa had betreden. Ik ging haar
omlaag en stapte moedig naar den toren, over
al omziend, of ik misschien ook ergens eenig
spoor kon ontdekken. Ik kljom de trap weer
op naar het torenkamertje, vergaste mij weder
aan het heerlijke uitzicht, bewonderde opnieuw
het bekoorlijk, romantisch gelegen vertrek en
kon absoluut niets bijzonders ontdekken. 'Na
korten tijd ging ik weder terug, om niet op
nieuw tantes verbolgenheid op te wekken.
Mijn gangdeur ligt dus stellig recht tegen
over de deur, door welke tante en ik toen
maals zijn gegaan naar den torengang, ik had
de 'kleine trap alleen niet bemerkt, daar de
muur daar een kleine hoek maakt.
Zie zoo, lieve Bruno, thans heb ik mijn hart
uitgestort en je weet nu, dat het niet zoo
gemakkelijk' is, een erfmioht te worden van
tante Klarissa, en dat ik tot heden nog
gieen reden heb mij te vervelen. De 'geheimen
van den Burg „Dymeck" zpu ik gaarne nog
eens willen uitvorsoh-en.
Met groeten en kussen,
je zuster Hemmy.
Sinds het jachtseizoen w'as geopend, waren
inspecteur Dell-enhagen, die bovendien nog een
jongen neef had meegebracht, en Graaf Ro
leneck driemaal in de week aan tafel genoo-
digd op Biurg „Dymeck". Niet alleen bracht
len hebben gevonden, omdat er in Ket plan van do
Kanaalvereeniging wel eenige verbeteringen zijn
aan te brengen ten bate van den landbouw.
De voorz. wil dit overlaten aan de comm. uit de
Kamers, omdat eerst voorstellen moeten worden!)
ingediend, hoe de propaganda te voeren.
Eenigen steunen het voorstel Blauboer, terwijl)
weer anderen hun stem geven aan het plan van da
Kanaalvereeniging.
De heer Hoogland. Er gaan stemmen op, die)
vasthouden aan het plan van prof. Visser, omdat
er misschien het een en ander in het andere plan
kan worden ingepast. Dit zal echter weinig zijn.
Wel om eenige dingen te laten „aan'passen. Prof,
Visser heeft bij het maken van zijn plannen het
hoofdvervoer uit het oog verloren. De propaganda!
voor de plannen van de Westfriesche kanaalveree-|
niging had niet beter ingezet kunnen worden. Zijy,
die de vergadering hebben bijgewoond zijn van
halve heele voorstanders geworden. En ik durf zelfs)
zoover te gaan, dat ik geloof, dat ook Prof. Visset]
een voorstander is geworden.
Hierna wordt goedgevonden, dat de commissi^
haar gang zal gaan.
In verband met de spoorbrug aan de Boter-
huizen, zegt de heer Hoogland aangedrongen te
hebben op een spoedige herstelling. Het antwoord)
van den ingenieur hierop ingekomen, is ook van
gevoelen dat het uitstellen van herstelling niet toe
laatbaar kan worden geacht. En er ook geen aan-
leiding bestaat aan te dringen, om deze plannen
ni overeenstemming te brengen met de Westfrie
sche kanaalplannen.
De voorz .brengt den heer Hoogland een woord!
van dank voor het uitgebrachte rapport.
Ingekomen is een adres van de gemeente Heidei]
en Anna Paulowna, om, nu de pont bij de Kooij,,
een 200 meter naar het zuiden zal worden verlegd^
aan den minister te verzoeken hiervoor een vlot
brug in de plaats te stellen, en verzoeken adhaesie
ven de Kamer.
De heer Grunwald zegt, dat dit verzoek wordt
gedaan met het oog op verbetering van het vervoer
De heer Hoogland zegt dat het de ergste belem
mering voor de scheepvaart is, en ook daarbij de
duurste bediening De klachten die men steeds te
hooren krijgt over een vlotbrug, zijn honderden<
En waai het zoo'n groote belemmering voor de
schippers is, verklaar ik mij er ook vierkant tegen.|
De heer Messelaar is hier volkomen mee eens.
En waar krachtige pogingen worden aangewend!
om de brug te Alkmaar weg te krijgen, moet de
Kamer er niet aan meewerken, dat er op een an
dere plaats een wordt bijgemaakt. Vraagt men een
draaibrug ,dan beu ik er voor. Maar ik zal niet
meewerken tot het verkrijgen van een vlotbrug.
De heer Van der Kleij zegt het voorstel van den,
Helder te steunen. De pont is gee nmiddel van
vervoer.
Na nog eenige discussie wordt besloten een,
draaibrug te vragen, en wanneer dat niet gaat,
zich tevreden te stellen met een vlotbrug.
Een schrijven van de makelaars-vereeniging, dat
de beëediging van den heer W. F. Gorter te Scha-'
gen tot makelaar, in afwijking van de wet is ge
schied. Verzocht wordt deze beëediging ongedaan
te maken, en door den betrokken persoon opnieuw)
het verzoek tot beëediging ter bevoegder plaatse
wordt ingediend.
Wordt goedgevonden.
Nog een schrijven van de makelaarsvereeniging)
met verzoek mede te werken, dat de makelaars in
het vervolg de branche aangeven waarin zij ma
kelaar zijn. op grond dat er thans makelaars zijn,
die zich aanbevelen voor vakken, waarin zij niet
benoemd. De makelaarsvereeniging wenscht dit
euvel te bestrijden.
Besloten wordt hieraan mede te werken en een
wetswijziging in dien geest aan te vragen.
Hierna sluiting der vergadering.
de jacht op deze goederen veel' wild, maar
zooals de heeren verzekerden was zij ook zeer
interessant. Dat verzekerde namelijk de neef
van den 'inspecteur, Referendaris Vrijheer Von
Molhagen, ofschoon zijn jagerstalent in geen
geval overeenstemde met zijn hartstocht voor
de jacht. Wanneer Molhagen dan ook bij het
vertellen van zijn jachtgesehiedenissen duch
tig aan het opsnijden was .lachte zijn oom
hem uit, terwijl Graaf Roleneck meer goedig)
glimlachte en een houding aannam alsof hij
alles van woord tot woord geloofde. Zijn ge
laat nam bij dien glimlach een trek aan, die
Hemny eigenlijk het onaangenaamst was en
wanneer hij haar toesprak dan was het 'haar
thans geheel onverschillig. Zijn afgemeten hou-
dnig, waaruit een zekere zelfbewustheid sprak,
maakte een zekeren indruk op haar, evenals
zijn oplettendheden, die hij tegenover haar be
wees. Zij was het verkeer met cavaliers niet
gewoon ,zij had tot heden slechts goede kame
raden ontmoet.
Het gesprek ,dat aan tafel werd gevoerd,
handelde over de jacht, politiek, over familian
en familiewapens, waarbij het Henny opviel',
dat haar oudtante zoowel als Graaf Roleneck
den -geheelen stamboom der familie en ver
wanten met otLgeloofelijke juistheid in het'
hoofd hadden en geslachten achter elkaar kon
den noemen, wanneer men eens van meening
Verschilde. Welke waarde aan deze kennis
moest worden toegeschreven was Henny een
raadsel, maar het was haar nu trouwens dui
delijk geworden, waar hier zooveel gewichc
aan namen, standen en afkomst werd gehecht,
de familie haar moeder nooit had vergeven*
dat zij met professor König was getrouwd.
Kuns- -en wetenschap stonden bij de tafelge
sprekken niet op het programma in de eetzaal
van Burg Dymeck. En Henny, die van huis
uit gewend was juist zeer veel belangstelling
daarvoor te hooren uiten, verwonderde er zich
dan ook niet weinig over, dat die onderwerpen
hier aan tafel niet werden behandeld. Zij zag
maar al te goed in, dat deze menschen hier
een geheel ander leven leefden, hun eigen
leven, dat bij h-en de arbeid niet -gold als een
eer, maar dat zij zelfs nog onderscheid maak
ten tusschen arbeid en arbeid. Hoofd- en han
denarbeid stonden buiten de sfeer van hun
plichten, die binnen den engen kring van hun
'standsbegrip werden afgebakend.
I i - -■ ,f;
(Wordt vervolgd).