Mo. 67. rtLtPM.o. B»Donderdag 17 Mei 1923 32e Jaarg r
KttBMS uemar. a 29 cl.
tegen en aan den ntnei.
Merij „de DitHLia", ie:, m. sim paterae
Mar seesimemat (0. ea nu
Bi nieu we m 4
L4H6ËD1JKER COURANT.
DE LANGE DE MORAAZ
Alkmaar - Anno 1804.
Donderdag te Schagen
Hotel „Vredelust."
INCASSO'S.
OFFICIEEL
KIEZERSLIJST.
Burgemeester ©n Wethouders van Zuid-
Scharwoude makein bekend da't de op 22 Maart
j.l. vastgestelde kiezerslijst, zooals deze thans
luidt, tot 15 Mei van het volgende jaar van
kracht blijft, behoudens de wijzigingen daarin
tengevolge van rechterlijke uitspraken, welke
wijziging der lijst bevelen, te brengen.
De kiezerslijst blijft voor een ieder op de
secretarie der gemeente ter inzage nedergelegd
en ni afschrift, tegen betaling der kosten, ver
krijgbaar. i
Zuid -Scharwoude16 M ei 1923.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
'VAN; SPENGLER.
De Secretaris,
S. PARMA.
VRIJSTELLING VAN DEN DIENSTPLICHT.
De BURGEMEESTER van Zuid-Scharwoudc brengt het
wlgende ter kennis van belanghebbenden:
De Dienstplichtwet vermeldt res redenen van vrijstelling;
te wbten:
a. broederdienst;
b. kostwinnerschap;
c. persoonlijke onmisbaarheid; j
d. Het bekleeden van een geestelijk of een godsdienstige
menschlievend ambt of opleiding tot zoodanig ambt;
e. verdrag;
t. aanwezigheid van een bijzonder geval.
Ir. verschillende artikelen der wet is geregeld wat als zulk
een reden van vrijstelling in aanmerking komt. Het voor,
raamste van de daaromtrent bestaande bepalingen wordt hier
onder voor elke reden afzonderlijk vermeld. j
De vrijstelling, verleend om een der onder a, b en c ge ->
noemde redenen, geldt niet in geval van oorlog, oorlogsge 1
evaar of andere buitengewone omstandigheden. Hetzelfde kan
ook van toepassing worden verklaard op de vrijstelling, ver-,
leend om de onder f genoemde reden.
AANVRAGEN OM VRIJSTELLING.
Wie vrijstelling wenscht aan te vragen, moet zich daartoe
in den regel wanden tot den burgemeester van de gemeente,
voor welk ede belanghebbende voor den dienstplicht inge-|
schreven is. Hij moet dan binnen den tijd, hierna vermeld!
ter secretarie van de -gemeente mondeling aanvragen de noo-
dige bewijsstukken op te maken of zoodanige stukken inleve
ren, een en ander vooals hierna nader is aangegeven.
Van elke aanvraag om vrijstelling wordt terstond een be
wijs afgegeven aan den persoon, die de aanvraag doet.
BESLISSING OMTRENT VRIJSTELLING.
II Omtrent vrijsteUdng wegens broederdienst wordt beslist door
pedeputeerde Staten. Omtrent vrijstelling wegens een andere;
reden wordt beslist door den Minister van Oofiog of, als het
iemand betreft, die voor de zeemacht bestemd of bij de zee
macht ingelijfd is ,door den Minister van Marine.
BEROEP.
Tegen elke omtrent vrijstelling gedane uitspraak staat be
roep open bij de Koningin. Hieromtrent worden nadere mede-
deelingen gedaan bij de bekendmaking van de uitspraken.
BROEDERDIENST.
Bij de Dienstplicht is als beginsel aangenomen, dat uit
ieder gezin niet meer d|an, één zoon behoelt te dienen. Hetj
kan echter gebeuren, dat door het werleenen van vrijstellingen,
door afkeuring enz. net igenoeg personen overblijven om tot
gewoon dienstplichtige bestemd te worden. In dat geval kunnen
ook de voorloopjg vrijgestelden, voor zoóevr nóódig, tót gej
woon dienstplichtige worden bestemd. Voorleopig vrijgesteld
Warden in het algemeen diegenen, die hehooren tot een getal
broeders, waarvan die helft of, bij een oneven getal, de klein J
s' ehelft nog niet ediend heef-tg, noch tot gewoon dienstpich-
%e is -bestemd.
Vrijstelling wegens broederdienst wordt verleend aan deij
^geschrevene, wiens broeder gediend heeft bij de landmacht,
bij de zeemacht of bij de overzeesche weermacht. Onder broe-l
der wordt verstaan de wettige broeder of wetltge halfbroeder!
Als broederdienst komt slechts in aanmerking de dienst vanl
den broeder, die:
a. gedurende ten minste vijf en een halve maand de>
maand gerekend op 30 dagen in werkeiijken dienst is ge-1
weest, 'of, indien hij als dienstplichtige een eerste oefening vaxi
.konteren duur te vervullen had, deze oefening heeft volbracht;
b militair, pensioen geniet of heeft genoten;
gedurende zijn werkeiijken dienst is overleden. 1
De tijd, door dienstplichtigen gedurende den werkeiijken
dienst met verlof doorgebracht, wordt niettemin als werkelijke
drénst beschouwd, met uitzondering van de tijdvakken vanl
genoten varlof, die langer dan 14 achtereenvolgende dagen
bebben geduurd. 1
De duur van de verbintenis van een vrijwilliger wordt als
werkelijke dienst beschouwd, voor zoover betreft den tijd, ver-
'°open van den dag van opkomst In werkeiijken dienst tot en
met den dag, waarop hij met groot verlof vertrekt of uit den|
dienst wordt ontslagen, uitgezonderd' den tijd van ongeoor!
'oolde afwezigheid en van desertie. Ook te zijnen aanzien geldt;
te' bepaalde dn het vorige lid. 1
Dienst bij de landmacht, vervuld krachtens een verbintenis
bij den vrijwilligen landstorm, wordt slechts als werkelijke
dienst beschouwd, indien de vrijwilliger heeft voldaan aan de
edschen van voorgeoefendheid, bedoeld in art. 1, eerste lxl, j,
de rwet ,en een verbintenis heeft aangegaan, waarbij hij op
zich heelt genomen gelijke verplichtingen te zullen vervul-,
len alls op gewone dienstplichtigen rusten; in dit geval wordt
hij geacht vóór den dag, waarop hij aan bedoelde eisaheri
bleek te voldoen, vier maanden werkeiijken dienst te hebberj
vervuld. Dit gekit niet ten aanzien van dienst, door landstorm-!
vrijwilligers bij de landmacht vervuld Vóór 1 aart 1922. Vooh
zooveel dezen dienst belreft, komen van de dagen, waarop
geen andere werkelijke dienst werd verricht Aan het bijwoneij
van oefeningen, alleen de vervulde oefeningsuren in aanmer;
wkang en tellen acht dezer uren voor een vol etmaal; de overige
dagen, waarop de vrijwilligers vóór 1! Maait 1922 in feitelijken)
zin dienst heeft gedaan, komen als volle dagen werkelijke
dieti9t in aanmerking.
Met den dienst, door een broeder vervuld, wordt gelijk j
gesteld de dienst, vervuld door een ingevolge de wet voor den
broeder gestelden paatsvervanger bij de miitie. 1
Dienst als plaatsvervanger bij de militie geldt niet tot vrij
stelling van den broeder van hem, die als zoodanig optrad.
Dienst als nummérverwisselaar bij de militie geldt niet als;
broederdienst. De dienst, krachtens een vrijwillige^:verbintenis,
vervuld doo reen plaatsvervanger of nummexverwiisselaar ge
durende zijn diensttijd ais zoodanig, geldt niet tot vrijstelling
van een broeder va nhem, doore wden die dienst is vervuld.
Indien van een aantal broeder meer dan één een voor broe -
derdienst geldigen dienst heeft vervuldi, wordt hij, op wiens
dienst de aan een breder verleende vrijfteHing is gegrond
geweest, niet zelf wegens broederdienst vrijgesteld. Ingeval
het onzeker is, op wiens dienst de vrijstelling is gegrond ge
weest, wordt de oudste der broeders, die een voor broeder!
dienst geldigen dienst hebben vervuld, en bij gelijken ouderJ
dom hij, die het eerst in het alplhabeiisch register werd ver
meld, beschouwd ais degeen, aan wiens dienst het recht op
vrijstelling werd ontleend.
Indien twee of meer broeders voor eenzelfde lichting tot
gewoon dienstplichtige bestemd zijn, wordt, tenzij zij onder
ling anders overeenkomen, de oudste hunner en bij gelijken
ouderdom hij, die het eerst in het alpbabetisch register werd
venmeid, beschouwd als degeen, wiens dienst zoo deze volt
doet aan hetgeen in het tweede lid is bepaald recjht op,
vrijstelling voor de anderen oplevert.
Het aanvragen van vrijstelling wegens broederdienst moet|
door of vanwege den ingeschrevene bij den burgemeester ge
schieden tuss-chen 16 en 31 Mei van het jaar, waarin het inschrij-
register is gesloten, bij voorkeur op den bij openbare kennisge
ving bekend gemaakten dag, zijnde op Donderdag 24 Mei a.s.
.voorm. tusschen 10—12 uur, Ontstaat het reelat op vrijstelling
eerst na 16 Mei van dat jaar, dan geschiedt de aanvraag bin
nen 14 dagen nadat dit recht is ontstaan. Door of vanwege)
den ingeschrevene wordt gezorgd, dat bij het aanvragen vart
de vrijstelling tegenwoordig zijn twee getuigen, die meerder
jarige personen -moeten zijn, van wie kan worden aangenomen;
dat zij met het gezin, waartoe de ingeschrevene behoort, vol.
doende beken zijn. Bij uitzonddering kan het opmaken van
de iveieischte verklaring geschieden door den burgemeester!
van oen andere gemeente of in het buitenland door de bur
gerlijke plaatselijke overheid of een consulairen ambtenaail
Te allen overvloede wordt nog opgemerkt, dat hij, die nogj
geen recht op vrijstellng wegens broederidienst heeft, doordat1
de dienstpüichtge of vrijiwfllig dienende broeder nog niet of
nog niet lang genoeg in werkeiijken dienst is geweest, als-;
nog vrijstelling kan aanvragen binnen 14 dagen nadat de voor
broederdienst vereischte werkelijke dienst is volbracht. Hij, voor
wien na den gewone» tijd recht op vrijstelling ontstaat, door
dat een broeder militair pensioen verkrijgt of gedurende zijn
werkeiijken dienst Jeomt te overlijden, kan eveneens vrijstelling
binnen 14 dagen nadat dit geval zich voordoet (een en ander
geldt alleen voor hen, die voor de lichting 1923 of voor een
latere lichting zijn ingeschreven). Indien de ingeschrevene als
gewoon dienstplchtiige zou moeten worden ingelijfd, voordat
de dienst' van den broeder voldoende is voor vrijstelling, ofl
voordat de vereischte stukken knnen worden overgelegd, zal
in den regel aan den ingeschrevene, als deze het te zijner
tijd vraagt, uitstel van eerste oefening worden verleend In af
wachting van de aan te vragen vrijstelling.
KOSTWINNERS.
VrijsteEing wegens kostwinnerschap wordt verieend aan hem,
dooT wiens verbliji in werkeiijken dienst oor eerste oefening
voldoende middelen tot levensonderhoud aan andere personen
ontbreken of zouden komen te ontbreken. Onder deze personen
worden uitsluitend begrepen:
a. de echtgenoote van den ingeschrevene;
ib. zijn bloed- en aanverwanten in de rechte linie;
je- zijn andere bloed- en aanverwanten in den 2en graad;
ld. rijn pleegouders; V
e. degenen, in wier onderhoud de -ingeschrevene ingevolge
refchitierlijk vonnis moet voorzien.
Geldt het iemand, die reeds is ingelijfd, dan wordt de vrij.
«telling niet verleend, zoo de belangen van den dienst het
wenschelijk maken, haar niet te verleenen.
Het verdient bijzondere aandacht, dat vergoeding wegens
koslwinnerochap voor het verblijf onder de wapenen voot)
eerste oefening slechts bij uitzondering wordt toegekend, nX
alleen in het geval, dat de behoefte daaraan eerst tijdens den)
duur der eerste oefening ontstaat of wanneer de belangen,
van den dienst in ander opzicht niet toelaten den ingelijfde^
kostwinner vrij te stellen.
Vrijstelling wegens kostwinnerschap moet worden aangevraagd
in October van het jaar, waarin de ingeschrevene heelt geloot.
Ter secretarie van deze gemeente moet dan worden aange.
wraagd een staat van inlichtingen op te maken. Bij uitzonde
ring kan de staat van inlichtingen in een andere gemeente of
in het buitenland worden opgemaakt. Ontstaat het recht op
vrijstelling na 16 October van dat jaar, dan geschiedt de
aanvraag binnen 14 dagen nadat dit recht is ontstaan.
N. B. Vrijstelling wegens kostwinnerschap wordt aanvan.
kei ijk één of meermalen voor een bepaalden duur verleend.
Is de vrijstelling reeds voor een gezamenlijken duur van ter,
minste vier jaren verleend en blijkt de grond voor de .vrijstel -
ling bij ee ndaarna te nemen beslissing nog aanwezig, dan
wordt de vrijstelling voorgoed verreend. Zoolang de vrijstelling;
nog niet voorgoed verleend is, kan zij worden ingetrokken,- als
blijkt, dat tic grond voor de vrijstelling niet meer bestaat.
PERSOONLIJKE ONMISBARHEID.
VrijsteEing wegens persoonlijke onmisbaarheid woedt verleend;
aan hem wiens aanwezigheid noodzakelijk is voor de instand-t
houding der middelen van bestaan van personen, als hier
vóór met berekking ottt kostwinners onder de letters ae
zijri vermeld. i
Omtrent het aanvragen van vrijstelling wegens persoonlijke!
onmisbaarheid geldt hetgeen ten aanzien van het aanvragen
varj vrijstelling wegens kostwinnerschap is vermeld.
Wat hierboven onder „N. B." staat, geldt ook voor deze
reden van vrijstelling.
GEESTELIJKEN ENZ.
Vrijstelling wordt verleend:
a. aan den geestelijke, deh bedienaar van den godsdienst,!
den zendelingjeeraar, den broeder-diakoon van een gods-
dienstige vereenigi-ng en den roomsch -katholieken ordebroeder;
b. aan den student in de godgeleerdheid en den zendeling j
kweekeljng, die tot geestelijke, tot bedienaar .yan den gods-)
dienst of tot ziendeling-Jeeraar wordt opgeleid, en aan den
proef broeder die tot broeder-dóakoon van een godsdienstigei
vereeniging wordt opgeleid.
Wie geacht worden een dezer hoedanigheden te bezitten, is
omschreven in een tweetal tabellen, die belanghebbenden teif
secretarie dezer gemeente kunnen raadplegen. De vrijstelling
kan ook worden verleend, indien de ingeschrevene verkeert
in een geval, dat 'met een der in- de tabellen omschreven ge
vallen kan worden gelijkgesteld.
Tot het aanvragen van de hierbedoelde vrijstelling moet bj'
den burgemeester worden ingeleverd een verklaring, waaruit
blijkt ,dat de ingeschrevene verkeert in een der gevallen, in!
de tabellen omschreven, of in een daarmede overeenkomend)
geval. De inlevering moet geschieden tusschen 16 en 31 Me?
van het jaar, waarin het inschrijvingsregister is - gesloten. De)
burgemeester zorgt dan voor de -toezending aan den minister.
Ontstaat het recht op vrijstelling eerst na 16 Mei van dat jaar,
dan geschiedt de inlevering binnen 14 dagen nadat dit recht
is ontstaan l
De verklaring behoort opgaaf van datum en plaats van
geboorte- te bevatten en in het algemeen te worden opgemaakt
naar den toestand op het oogenblik van de afgifte. j
Voor zooveel betreft hen, die nog in opleiding zijn, mag de
véiUiring, behoudens door den minister toe te laten uitzon,
deringen, bij de. inlevering niet ouder zijn dan 10 dagen.
De hierbedoelde vrijstelling wordt aanvankelijk één of meer
malen voor een bepaalden duur verleend. Is de vrijstelling
reeds voor een gezamenlijken duiur van ten minste vier jaren,
verleend en blijkt de grond voor de vrijstelling bij een daarna
te nomen beslissing noog aanwezig, dan wordt de vrijstelling
voorgoed verleend. De vrijstelling, houdt op te gelden, zoodrri
de vrijgestelde ophoudt te verkeeren in het geval, waarop de;
vrijstelling gegrond was
VERDRAG.
VrijsteEing wegens verdrag wordt' verleend aan hem, die
blijkt ingevolge een verdrag met een vreemden staat niet tot
krijgsdienst verplicht te zijn.
BIJZONDERE GEVLLEN.
Wat als eien bijzonder geval wordt aangemerkt, staat ter
beoordeeling van den minister.
Zuid-Scharwoude 9 Mei 1923.
De Burgemeester,
VAN SPENGLER.
DE UITKIJK
Het zijn. altij dsterke beenen geweest, die de
weelde konden dragen. Maar sterke beenen zijn-
zeldzaam ook bij de volken.
Ftankrijk heeft thans zijn weeldetijd. Het leeft
in het juist een volk als het Fransche zoo stree-,
lende bewustzijn zijner schier onbeperkte macht!
Dit bewustzijn geeft het gevoel, dat ook verwende
kinderen gewoonlijk toonen, dat het recht heeft1
overal zijn zin te krijgen en door te zetten.
wanneer recht en rechtvaardigheid het daarbij in
den weg treden, is het geneigd ook deze beletselen
gemakkelijk onder den voet te loopen. We hebben
dat in de Roerstreek kunnen waarnemen, waai)
vooral het over Krupp en zijn directie gevelde
vonnis het bewijs brengt, hoe gevaarlijk de weelde,
van een volstrekt machtsbesef voor te zwakke
beenen en voor de gerechtigheid wordt. Maar nog
duidelijker wellicht heeft het in de beslissingen!
der bestuurscommissie van het Saargebied en in
de sanctie van die beslissing door den Volkenbondsi
raad zich gedemonstreerd.
Wellicht tengevolge van, althans onder den in-
vloeed van de bezetting van het Roergebied is het.
in de eveneens bezette Duitsche Saar-streek wat
onrustig geworden, een onrust, die zich o.a. in
een mijnwerkerstaking openbaarde. Den Franscheni
die de Saarmijnen volgens het tractaat van Ver,
sailles 15 jaar lang mogen exploiteeren, kwam de
ze onrust en deze staking al uiterst ongelegen. En
toen ze daaraan niet gemakkelijk een eind konden
krijgen, heeft de bestuurscommissie, waarvan een
Franschman voorzitter en o.a. een Belg en een
geheel verfranschte sinds jrren te Parijs wonende
Deeen lid zijn en die geheel onder Franschen in
vloed staat, met alleen de stem van den Engelschen
veertegenwoordiger tegen,- een strafverordening uit
gevaardigd, Waarvan de vroegere Engelsche eerste-)
minister Asquith gezegd hoc. t: ,.,.j
in al de annalen van het despotisme in de ergste
dagen van de Russische geschiedenis zonder een
monsterachtiger voorbeeld te vinden van despoti
sche w<^ ge ving of de werdergade van een maatre-,
'•gei, die de gewone rechten van vrije burgers ster-;
ker onderdrukt dan dit besluit hetwelk in zee is
gegaan met het gezag van den Volkenbond."
Het is een veroordeeling niet alleen van de Fran-j
schen, maar ook van den Volkenbond. En juist
dit beneemt zoo alle uitzicht op een tijd, waarin
niet langer het machtsbesef, maar de rechtvaar
digheid d ewet zal stellen aan de Europeesche sa-,
menleving. Want, nietwaar? de Volkenbond werd
opgericht, omdat „het van belang was nauwgezet,
nemen, die voortaan erkend 'worden als werkelijk
de voorschriften van het volkenrecht in acht te
richtsnoer voor de gedragingen der regeexingen en'
gerechtigheid te laten heerschen en angstvallig;
alle verplichtingen te eerbiedigen, die voortvloeien
ut ttractaten, in de onderlinge betrekkingen van de>
georganiseerde volken."
Wij kunnen nu niet nalaten te glimlachen, wan
neer we deze zinsneden uit de stichtingsoorkonde!
van den Volkenbond lezen. Maar deze glimlach be-j
teeknt het prijsgeven van den droom, die de'
menschheid eens droomde en van de verwachtin-i
gen, waarmee zij het eind van den gruwelijken we-j
reldoorlog begroette, maar van de hoop ook,, dat
er eindelijk eens een eind zal komen aan de ellende^
waarin Europa zich zelf gestort heeft. Nu ook de
Volkenbond geen dienst meer kan doen, zien we
geen enkelen uitweg. En toch moet er een uitweg
zijn, willen we op de beenen blijven. Frankrijk
beseft het nog niet. Maar zelfs in België schijnt)
het bewustzijn te ontwaken. En de ontreddering)
waarin de staking van het spoorwegpersoneel,
post- en telegraat beambten en transportarbeiders;
het oeconomisch leven er heeft gebracht, most :t
gevoel nog versterken, dat het noodig wordt een
anderen weg te gaan en althans de beklemming-
van het Roer-avontuur kwijt te raken. Want dat
Roer-avontuur blijft wel de voornaamste hinder-!
paal voor een mogelijk herstel. En de kans, dat
Engeland en Italië met hun antwoord op het
Duitsche voorstel, dat tegen Frankrijk en België!
front maakt, dezen hinderpaal spoedig uit den weg
zullenr uimen, lijkt nog niet groot.
Maar intusschen doemen alweer nieuwe geva
ren op. Terwijl men te Lausanne zich nog inspant
den vrede in het nabije Oosten te verzekeren,
dieigt het Fransch-Turksche conflict al mst de
mogelijkheid van nieuwen strijd. En de nota van
Engeland aan de Sowjet-regeering roept het gevaar,
op, dat het geheele Oosten in dezen nieuwen
strijd betrokken zal worden.
De Russen hebben een beetje vreemde manie
ren ingevoerd in het internationaal en diplomatiek!
verkeer; waaraan vooral de Entente, met wier op
permacht ze geen rekening hielden, zich voortdg-,
rned stootte. Het opbrengen van Engelsche trai
lers, die dichter bij de Russische kust vischteni
dan de Russen het verkozen heeft ten slotte de
maat doen overloopen. Een Engelsch oorlogschip
is nu onderweg. Maar de Engelsche arbeiderspar-,
tij doet haar uiterste best het dreigend oörlogs-j
gevaar af te wenden. En ook de Russische regee-i
ring schijnt geneiga zich voor het behoud van den
vrede zoo goed mogelijk in te spannen. Krassin/
ecen der meest gematigde volkscommissarissen)
is naar Londen en het antwoord op de Engelsche
nota belooft tegemoetkomend te worden. Het in
cident verzwakt zelf niettemin Engeland's positie;
in het Roervraagstuk en speelt zoo dus de Fran
schen in de kaart en eveneens zijn positie op de
conferentie van Lausanne, waarvan de Franschen1
even goed de voordeelen zuilen hebben, al zal het
in de rtirken de overtuiging versterken, dat ze
niet alleen staan en zoodoende ook hen wat min-,
der handelbaar maken. Waar bovendien de moord;
op den Russischen gezant te Lausanne gepleegd,
niet alleen de Russische regeering, maar de heel©
commuinstische wereld opnieuw verbittert ?n in
veerzet brengt ,is de toestand toch nog allesbehal
ve rooskleurig. j
Zoodat, alles bijeengenomen, de hoop op het
linden van den noodzakelijken uitweg nog maai)
bitter klein kan zijn en daardoor de hoop om op
de beenen te blijven ook maar uiterst gering)
Lukt het niettemin, dan is het ondanks de moeite
die het machtsbewustzijn van de overwinnaars uit
den grooten oorlog zich bij voortduring geeft o,m|
ons toch al zoo labiel evenwicht grondig te ver-!
stoien.
Vergadering van den Polder Geestmer-Ambacht
(Oosterdijk en Molengeerzen), op Dinsdag 15 Me\
des namiddags 1 uur, ten lokale van den heer C.
Vis te Oudkarspel.
Dc- voorz. de heer Jb. Swan Hz., van Warmen-,
huizen, heet de aanwezigen hartelijk welkom, in
het bijzonder1 den heer Blom, die na zijn ziekte;
thans weer aanwezig is.
De notulen worden hierna door den secretaris,
den heer M. Kroon G'z. gelezen, en zonder op- of
aanmerkingen goedgekeurd.
Hierna wordt door den heer J. Ootjers van
Noordscharwoude, namens de commissie, verslag
over de rekeningen en begrootingen uitgebracht^
en zegt deze, dat de gewenschte inlichtingen met;
