nieuwe lanqedijker CT
Zaterdag 19 Mei 1923.
TWEEDE BLAD.
Wegens het Pinksterfeest
verschijnt ons blad de vol
gende week Woensdag en
Zaterdag.
NEDERLAND IN 25 JAAR.
1898-1923.
ir.
Alleen hét vermelden van de voornaamste
feiten, die zich in internationalen zin voor Ne-
derlain geurene en oorlog afspeelen, zou kolom
men kunnen vullen. Wij volstaan slechts met er
aan te herinneren, dat het allereerst was het
gevaar ,door de drijvende mijnen veroorzaakt,
dat onze scheepvaart bemoeilijkte; dat daarna
met ingang van 1915 kwam het duikbootenge
vaar, door de Duitsche maatregelen in het
leven geroepen, dat vervolgens de Engelsche
en Fransche tegenmaatregelen onzen handel
belemmerden en bemoeilijkten; dat op het
laatst slechts eene smalle vaargeul naar Noor
wegen overbleef; die door de schepen werd
benut om Amerika te bereiken. Onze vaart op
Indië, aanvankelijk om de Kaap de Goede
Hoop verlegd, wijl het Suez-Kamaal werd ge
sloten, moest op het laatst via Amerika en het
Panama-Kanaal gevoerd worden; gemeenschap
met Indië bestond een tijdlang niet; de kolo
niale Regeering had eene moeilijke taak. Tor
pedeeringen kwamen tal van malen voor, die
van de „Tubantia", tenslotte door eene onpar
tijdige oommissie te 's Gravenhage berecht, ver
oorzaakte de meeste opschudding, die van
zeven schepen tegelijk was de minst onschul
dige en de madeeligste. Monumenten, gewijd
aan de nagedachtenis van de visschers, die hun
moeilijk bedrijf bleven uitvoeren, zijn op meer
dan één plaats opgericht; sociale voorzieningen
werden getroffen teneinde het risico van het
gevaarlijke bedrijf te verminderen. Er zijn tiji-
den geweest, dat de scheepvaart vrijwel stil
stond; dat het uitvaren of aankomen van een
schip als eene bijzonderheid werd gepubli-
oeerd, als leefde men tijden terug. De Neder-
landsche Regeering nam tenslptte de uitzen
ding vajn een convooi voor; de uitzending van
dit convooi gaf aanleiding tot bezwaren van
Engeland, die moesten worden ondervangen
voordat het convooi kon uitvaren. Het is be
kend, dat in den boezem der Regeering over
dit al of niet uitvaren verschil van meening
heerschte; zeer zeker mag het gelukkig worden
gerekend, dat de Regeering ook in dit opzicht
voorzichtigheid betrachtte. Men werd angstig
te moede wanneer men op de wereldkaart zag,
hoe groot gedeelte van den aardbodem in strijd
was en hoe klein dat stukje Nederland en ove
rig neutraal gebied.
Nederland heeft zich in oorlogstijd hulpvaar
dig betoond tegenover de ellenden, die elders
heerschten. Wij denken aan de ontvangst die
de gevluchte Belgen hier vonden; aan wat er
gedaan werd voor het Roode Kruis voor hulp
behoevenden in tal van oorlogvoerende landen;
aan wat er in het bijzonder na den oorlog ge
daan is voor de Centrale landen. Onze betrek
kingen met de oorlogvoerenden waren moeilijk
van weerszijden werden bezwaren zonder cal
geopperd; Minister Loudopi had eene zware
faaV om te midden van het oorlogsrumoer de
strikste neutraliteit toe te passen. Bij tal van
gevallen van interneering van schepen of sche
pelingen kwamen deze vragen ter sprake. Onze
verhouding met Amerika, vroeger zeer innig,
onderging eenige verandering; wij zijn niet al
te gelukkig geweest met onze achtereenvol
gende gezanten bij het kapitool te Washington;
onze belangen heeft dit ongetwijfeld geschaad.
De Regeering slaagde erin den heer Cremër
bereid te vinde, denn Nederlandschen naam
te Washington te herstellen; deze is daarin,
blijkens de verkregen resultaten, ongetwijfeld
'geheel geslaagd.
Maar, van meer belang voor de internatio
nale positie, die Nederland thans in de wereld
inneemt, is de wijze, waarop aan Nederland
werd vergund, zich als internationaal centrum
te ontwikkelen Toen tengev.olige van het mani
fest van den Russischen Czaar, enkele dagen
vóór de troonsbestijging van Koningin Wilhel-
mina verschenen, eene plaats van bijeenkomst
voor de eerste vredesconferentie werd gezocht,
viel het oog op 's Gravenhage. Het Permanente
Hof, uit deze vredesconferentie voortgekomen,
werd te 'sGravenhage gevestigd; men sprak
(toen van het „werk van Den Haag". De tweede
Vredesconferentie werd in 1907 eveneens hier
gehouden; ter zelf der tijd werd de eerste steen
gelegd voor het Vredespaleis, dat de gedachte
van den vrede onder de volkeren zou symboli-
seeren. In 1913 werd-dit Vredespaleis geopend;
in hetzelfde jaar, dat wij het honderdjarig her
stel van onze onafhankelijkheid herdachten,
werd N%derlandsch internationale positie stevi-.
ger dan tevoren gegrondvest. Tot die inter
nationale positie had tevoren het werk van
onzen kundigen Asser, een waardig navolger
van Hugo Grotius, reeds bijgedragen; op vier
conferenties voor internationaal privaatrecht in
1892, 1893, 1900 en 1904, deed zijn scherpzin
nige geest het tevoren niet bestaande interna
tionale privaatrecht uit den grond verrijzen. Bij
deze conferenties sloten zich die over het inter
nationaal wisselrecht in 1910 en 1913 aan,
ietwat,ter zijde daarvan stond de internationals
Opiumconferentie. Nederland werd meer en
meer internationaal centrum; Brussel en Bern
werden jaloersch op ons; de vraag mag nog
gestéld worden of, indien de toenmalige Ne-
derlandsche Regeering daarbij krachtiger ini
tiatief had ontplooid, niet dit centrum van nog
intensiever aard zou zijn geworden.
Bij het eindigen van den oorlóg, toen de Vol
kenbond stond te worden opgericht, scheen
het als had het werk van Den Haag afgedaan,
als wenschte men eene geheel nieuwe periode
te beginnen. Er heerschte eene zekere ontstem
ming in geallieerde kringen tegen Nederland,
dat niet aan den oorlog had meegedaan. Ter
zelfder tijd ontwikkelde zich het moeilijke con
flict tusschen Nederland en België, later ver
zwaard door de ingewikkelde kwestie der Wie
lingen, die nog niet geheel tot oplossing ge
bracht is. Maar alvorens over den Volkenbond
te beslissen, werden de vertegenwoordigers der
'neutrale Staten, ook van Nederland, te Parijs
geraadpleegd. Vestigde men den Volkenbond
al te Genève, het Hof van den Volkenbond
het eerste werkelijk internationale rechts-
lichaam, zou in Den Haag komen- De inter
nationale Juristencommissie, voor het ontwer
pen van dit Hof aangewezen, kwam in 1920
in het Vredespaleis samen; de Algemeene Ver
gadering van den Volkenbond vestigde in dat
zelfde jaar definitief hare keuze op Den Haag;
in Februari 1922 werd, in tegenwoordigheid
van de Koninklijke familie, de eerste zitting
van dit Hof geopend. Een Nederlander, onze
groote jurist Loder, is tot president van dit
Hof voor de eerste drie jaren gekozen; Neder
landers nemen in tal van belangrijke functies
aan den arbeid van den Volkenbond deel;
'.Nederlands eerste gedelegeerde Minister van
Karnebeek werd op de tweede algemeene ver
gadering tot voorzitter gekozen en volbracht
deze taak op eene wijze, die door allen onver
beterlijk wordt geprezen; Rotterdam's burge-
FEUILLETON.
OP DEN BURG DYMECK
10}
(Nadruk verboden).
Henny trok heden een der nieuwe japonnen
aan, die tante Klarissa voor haar had besteld
en uitsluitend voor haar had laten maken. Een
japon van lichte, fijne, als zachte zijde glan
zende stof, zeer modern, zonder aanmatigend
te zijn, en eng om -haar schoone, slanke ge
stalte sluitende. De rok halverwege geborduurd
met blauwe zijde, met goud- en zilverdraad
doorweven, maakte de japon tot een sierlijk
kleed. Toen Henny in den spiegel keek, was
'zij zelf verrast en verwonderd, hoe geheel an
ders en bekoorlijk zij er uitzag. En zij dacht
er aan, wat wel haar moeder zo-u zeggen, wan
neer zij haar zóó zag, en haar vriendinnen en
kennissen thuis. Dat was toch wel een groot
onderscheid tusschen het werk vain vrouw
Specht, di evoor den meer gegoeden stand m
haar woonplaats naaide, en dit smaakvol en
Haar alle eiséhen der mode gemaakte japon.
Hoe heerlijk zou het zijn, zich altijd zoo, te
kunnen kleed en, dacht Henny, en zooveel ja-
ponnen te hebben, dat je maar kon aantrek
ken wat je wilde, zonder met zekeren angst
te moeten rekenen.
Toen zij naar beneden' ging, vond zij haar
tante, als altijd, wanneer zij gasten verwachtte,
gekleed in een zwart-zijden japon, met kost
bare, oude kant versierd. Zij zag haar nicht
door haar face-a-main van onder tot boven
aan, en zoo iets als een tevreden lachje speel
de om haar lippen, dat hare koude trekken wat
vriendelijker maakte. Dam wenkte zij Henny
bij haar te komen.
Zij schoof een anthiek klein kistje naar haar
toe, opende het deksel en nam er een gouden
ketting uit, met fijne schakels, waaraan een
médaillon, afkomstig uit Turkije, versierd met
paarlen, uitgevoerd in den vorm van een bou-
quetje bloemen. Zij hield Henny dit sieraad
voor en met een beweging, die zooveel betee-
kende, buig even het hoofd, hing zij dit kost
bare sieraad haar zelf om den hals.
Zoo, deze ketting, die reeds door mij als
jong meisje werd gedragen, is thans voor jou,
Henriëtte, zeide zij met ongewone vriende
lijkheid, en Henny, die behalve haar horloge
en een broche, geen andere sieraden meer
bezat, boog zich van innige vreugde en dank
baarheid over de gele, rimpelige hand van haar
tante en kuste deze.
Zoo, ga thans naar de eetzaal en schik
de bloemen eens op de tafel, de tuinman kan
dat nog maar niet naar mijn zin doen, beval
zij, terwijl Konrad tegelijk voor Graaf Roleneck
de vleugeldeuren opende.
Er had zidh heden een groötere kring van
'genoodigden verzameld bij Gravin Dymeck.
Behalve de Graaf, de Inspecteur en zijn neef,
waren genoodigd de Landraad von Wehla met
zijn min of meer schuchtere jonge vrouw, Ma
joor Bergmann met zijn gemalin, die het bevel
voerde over 'het in de kleine stad gelegen ba-
taillon, een kapitein en twee luitenants van
hetzelfde regiment.
Er was er niet één onder de gasten, die
niet met nieuwsgierigheid en bewondering de
liev emeisjesgestalte had opgemerkt en gade
geslagen, en eenmaal hoorde Henny heel dui
delijk hoe een van de jonge officieren, Vrijheer
Von Molhagen^met een blik op haar, z'n buur
man in het oor fluisterde:
-— Te drommelI Alle respect 1 Erfge
name? Waarop Molhagen veelzeggend de
schouders ophaalde:
Is dat zoo? Maar ja, mogelijk is het
wel, want andere familieleden zijn er niet dan
alleen de familie König; die zal zich dan wel
licht met enkele schenkingenden tevreden moe
ten stellen.
Een eigenaardig, vreemd gevoel maakte zicih
vah Henny meester. Was het dan werkelijk
mogelijk, dat zij eenmaal de erfgename zou
zijn van tante Klarissa? Dat zij voortaan in rijk
dom en zonder zorg zou kunnen leven? Zij en
ook haar familie? Ja, men wendde wel snel
aan dit voorname leven, en de tijd, dat zij
Voor haar broers en zusjes de kousen stopte en
thuis het eten bereidde, lag in haar gedach
ten reeds zoo ver, en wanneer zij eerlijk wilde
zijn, dan verlangde zij ook waarlijk die tijjd
niet meer terug. 'Naar haar ouders en1 zusjes
meestér Mr. Zimmerman, zonder twijfel onze
kund-igste magistraat, verricht als commissaris-
generaal in Oostenrijk uitnemend werk. Aan
de conferentie te Genua nam Nederland deel;
te Washington op de ontwapeningsconferentie
werden wij mee het oog op onze koloniale be
langen geraadpleegd. De vrees, die men een
oogenblik inderdaad kon koesteren, dat Neder
land alleen zou staan tengevolge van zijne neu
traliteit in den grooten oorlóg, is niet bewaar
heid; integendeel, de jaren 19211922 toonen
wel aan, dat opnieuw Den Haag zich als inter
nationaal centrum is gaan ontwikkelen. Heeft
men -in de Tweede Kamer in 1900 bij de goed
keuring van het verdrag betreffende het Per
manente Hof vrees gekoesterd voor moeilijk
heden, die uit deze vestiging konden voort
vloeien sedert is wel gebleken, dat de aan
wezigheid van dit Permanente Hof integendeel
een voorrecht en een voordeel votor Nederland
is, ook voor zijne internationale positie.
In deze kwarteeuw kwam in ons diplomatiek
en consulair stelsel menige verandering. In het
diplomatiek stelsel wel de grootste, zulks ten
gevolge van een geheel nieuwe financieele re
geling, die het ook onbemiddelden mogelijk
maakte om de diplomatieke loopbaan te vol
gen. Minder verandering kwam er in het con
tact tusschen Kamer en Regeering over buiten
landsche aangelegenheden; nog steeds wordt
daarbij te veel het standpunt ingenomen als
zou het beleid dér buitenlandsche zaken, dat
inderdaad bij den Koning en de Regeering be
hoort, aan de belangstelling van het Parlement
geheel moeten worden onttrokken. Wel zijn
sedert den Oorlog Oranjeboeken regelmatige
verschijningen; wel heeft, op den grondslag
van het Amerikaansche voorbeeld, de Tweede
Kamer eene Commissie voor de buitenlandsche
politiek ingesteld, maar van een werkelijk mede
leven in de buitenlandsche politiek door volk
en Volksvertegenwoordiging is totnutoe nog
geen sprake. Misschien brengt eene tweede
periode' in Koningin Wilhelmina's regeering
ook daarin eene verandering!
Van meer wisseling dan de buitenlandsche
politiek getuigde de binnenlandsche politiek
Bij het optreden van de Koningin was aan het
bewind het ministerie PiersonBorgesius, dat
zich door eene vrij krachtige sociale wetgeving
kenmerkte. In 1901 -echter werd de geringe
liberale meerderheid vervangen door eene
krachtige rechtsche meerderheid. De rechtsche
partijen, destijds de Katholieken, de Anti-Revo
lutionairen en de Vrije Anti-Revolutionairen,
stonden aaneengesloten onder leiding van Dr.
A. Kuyper, den hoofdredacteur van „De Stan
daard", den oud-predikant, die, het werk van
Groen van Prinsterer voortzettend, de a.r. partij
tot groote krachtsontplooiing bracht. Zijn mi
nisterie kenmerkte zich door eene sterke per
soonlijk eleiding, sterker dan tevoren in Neder
land gebruikelijk was. In 1905 werd zijn minis
terie door het Kabinet-De Meester steunend
slechts op eene zwakke linksche meerderheid,
vervangen; einde 1908 werd dit ministerie, dat
in den Minister van Oorlog Staal eene kwets
bare plek bezat, ten vai gebracht door het ver
werpen der Oorlogsbegrooting. Toen werd
door de rechtsche minderheid onder leiding
van Heemskerk een nieuw ministerie gevormd,
dat aan het bewind bleef, toen de verkiezingen
van 1909 het steunden en krachtig versterkten.
Tot 1913 bleef dit ministerie aan het roer; het
'kenmerkte zich vooral door Talma's verzek
ringswetten. De verkiezingscampagne van 1913
was ongemeen fel en heftig; de linksche par
tijen vereenigden zich in de Vrijzinnige Con
oentratie, die eene overwinning behaalde. Maar
vorming van een linksch ministerie werd alleen
mogelijk geoordeeld, indien de sociaal-demo
craten, die krachtig versterkt uit den strijd wa
ren te voorschijn gekomen, aan die regeering
verlangde zij zeer en zij hoopte dan ook, dat
zij in elk geval het Kerstfeest thuis zou kun
nen doorbrengen.
Henny had met de beide jonge heeren aan
het benedeneinde der tafel plaats genomen
min of meer buiten het bereik van de koude
blikken van tante Klarissa en zij praatte en
lachtte zoo ongedwongen mogelijk, zooals ze.
het thuis gewoon was.
Meermalen merkte zij op, dat Graaf Role
neck zijn oogen op haar gevestigd had, en
toen op een oogenblik hun blikken zich kruis
ten, hief hij met een kleine buiging, zijn glas
op en ledigde het tot den bodem-
Henny voelde, dat haar de blos naar de
wangen' schoot; zij was dergelijke attenties niet
gewoon, en haar verlegenheid nam nog toe,
als de kleine luitenant Zielow naast haar ver
wonderd zijn blikken van haar naar den Graaf
liet gaan.
- Ja, ja, de heeren, wier goede genius tege
lijk bij hunne geboorte een gravenkroon in den
wieg had gelegd, hebben het toch veel beter
dan een onzer, meende hij, min of meer onge
motiveerd, na een oogenblik te moeten opmer
ken.
Heniny zag hem verwonderd aan. Dat
kan ik niet geheel met u eens zijn, antwoord
de zij, het komt er maar op aan, wat buiten
die gravenkroon nog meer daarin is gelegd.
- De freule meent geld1
Zij lachte. Neen, ook dat niet hoewel
ik het met u eens ben, dat dit eigenlijk bij den
titel behoort, maar gezondheid, gave en
aanleg, karakter en wat daarmee gepaard
gaat.
De kleine luitenant zette een' komisch ge
zicht; De freule heeft zeker nog niet veel
in de wereld verkeerd vergeef mij maar
wanneer men graaf is, geld heeft, en 'daarbij
maar niet idioot is, dan Hij maakte een
handbeweging, die duidelijk wilde zeggen, dat
het verdere er dan niet op aankwam. Dat wa
ren dan maar bijzaken.
Dat wilde zij zich toch niet laten zeggen,
en zoo ontstond een lévendig dispuut, waarin
zich ook de andere jonge heeren mengden.
Plotseling viel een der oudere heeren het
deelnamen; dif nu werd door hét cctógres vas
de S.D.A.P. geweigerd. Toen werd het extra
parlementaire ministerie onder leiding van Cort
van der Linden gevormd; dit heeft gedurende
de moeilijke oorlogsjaren het bewind gevoerd
en zulks op eene wijze, die nog altijd aller lof
heeft. Naast Cort van der Linden was onge
twijfeld Treub, die als Minister van Landbouw,
spoedig vervangen werd door Minister Posthu-
ma, de groote en krachtige figuur. Dit ministe
rie bleef 'tot de verkiezingen van 1918, toen
het door een ministerie onder leiding van Ruys
de Beerenbrouck werd vervangen; dat, schoon
het formeel ontslag nam in 1922, vrijwel in
gelijke formatie totnutoe aan het bewind is
gebleven.
Men ziet uit deze opeenvolging van minis
teries, dat het vooral een kerkelijk bewind is
geweest, dat in deze kwarteeuw over Neder
land heeft geheersoht. De tijden van liberale
meerderheid schenen tot het einde te behooren.
Daartoe werkte ongetwijfeld mede het verschil
in stroomingen, dat zich links kenbaar maak
te; de vraag van samenwerking al dan niet
toet de uiterste partijen. In 1901 kwam de
splitsing in radicale en meer behoudende libe
rale elementen met de oprichting van den Vrijz.
Dem. Bond; later werd de partij der Vrije
Liberalen opgericht; weer later kwam onder
Treub's persoonlijke leiding de Economische
Bond tot stand, terwijl in 1921 de oplossing
in den Vrijheidsbond eene nieuwe centrale libe
rale partij bracht naast de Vrij zinnig-Democra
ten, die sedert 1901 hun onafhankelijk bestaan
hebben beleefd. Aan de rechterzijde deed zich
eene zelfde splitsing en hereeniging voor bij de
Vrije Anti-Revolutionairen, die later met de
Friesche Christelijk-Historischen in de tegen
woordige Christelijk-Historische partij samen
kwamen; vooral deze partij heeft bij de laatste
verkiezingen aanmerkelijke versterking onder
vonden. Waren het aan de linkerzijde achter
eenvolgens Tydeman, Bos, Drucker, Marchanlj,
Treub, Fock, Rink, Dresselhuys, die tot de
leidende figuren behoorden; ontwikkelde zich
de sociaal-democratische partij krachtig onder
leiding van een Troelstra, een Schaper
rechts bleef jaren achtereen Dr. Kuyper de
groote man, terwijl naast hem aller oogen
steeds gevestigd waren op De Savornin Leh
man. Ln de Anti-Revolutionaire partij is, reeds
in de jaren voor Dr. Kuyper's dood in 1920,
duidelijk merkbaar geworden eene verminde
ring van diens invloed, schoon eerbied voor
zijn persoon bij zijne volgelingen bleef bestaan.
De bekende aangelegenheid, als „lintjeskwes
tie" zelfs berucht, is een der weinige voor
beelden vajn het brengen van een persoonlijk
element in Nederlands staatkundige geschie- i
NIEUWSTIJDINGEN
Drie chauffeurs van de firma D. de Rijk
:te Arnhem, waren, naar het Bureau Vas Dias
'meldt, belast met de onderdeelen te halen van
een gedemonceeiden auto, dié te Babberich
stond.
Op den terugweg gistermiddag raakte de
chauffeur B. Vonk, doordat hij over een steen
reed, zijn stuur kwijt en reed tegen een boom.
De achter in den wagen zittenden Th. Sterk
uit Arnhem, werd zwaar gewond opgenomen.
De chauffeur J. van Noort, die naast Vonk zat,
liep eenige kwetsuren op, terwijl laatstgenoem
de met den schrik vrij kwam.
Per auto werden de gewonden nadr het zie
kenhuis te Zevenaar vervoerd, waar eerste hulp
werd verleend. Na verbonden te zijn werden
zij naar het ziekenhuis te Arnhem pvergebracht.
De toestand van Sterk was gisteravond vrij
redelijk. Van Noort behoefde geen verpleging
meer en kon, nagenoeg hersteld, huiswaarts
keeren.
levendig gesprek op, dat aan de andere zijde
der tafel werd gevoerd, waarop werd ge
vraagd, wat toch eigenlijk het onderwerp van
dit geanimeerd discours was?
Henny werd rood van verlegenheid, evenals
luitenant Zielow, en een oogenblik trad een
pijnlijke stilte in. Dan zeide Vrijheer Von Mol
hagen lachend:
De freule meent, dat voornaamheid en
hooge geboorte niet als het allerhoogste moet
worden beschouwd.
Dit maakte ook de Gravin opmerkzaam, die
met een ijskouden blik tot haar opzag, waar
voor Henny de oogen neersloeg. Zij voelde,
dat zij verbleekte. Daar wendde Graaf Role
neck zich naar Henny en zeide:
De freule heeft gelijk er is nog iets
dat hooger staat: „Jeugd en schoonheid,
en een warme, veelbeteekenende blik trof haar
uit zijn oogen.
Bravo, daarop w-illien wij onze glazen ledi
gen, riep de Inspecteur, die woedend was
over de tactlooze houding van zijn neef. De
glazen klonken en daarmede was de kleine
spanning, die was ontstaan, opgeheven.
Henny echter zag den Graaf dankbaar
aan, als zij met hem klonk en over het gelaat
van de Gravin kwam een vriendelijke trek van
voldoening, die zij met een licht lachje be
kroonde.
Graaf Roleneck liet nog meermalen diert
avond zijn oogen tersluiks op Henny rusten
en sloeg haar gade, hoe zij, zonder een spoor
van coquetterie de hulde en1 bewondering van
de jonge heeren in ontvangst nam', alsof het
zoo van zelf sprak, en hij moest aan de woor
den van Gravin Dymeck denken, die zij tot
hem had gesproken, nog voordat een der an
der egasten was gearriveerd:
Ik heb besloten, mijn nicht Henriëtte tpt
mijne universeele erfgename te maken, maar
onder de besliste voorwaarde, waarvan dit be
sluit onherroepelijk afhankelijk is, dat zij een
gade van voorname, adellijke afkomst kiest;
hare blikken hadden zich toen vast op hem
gevestigd, en hij had, ook zonder verdere woor
den, ten volle begrepen, wat zijn oude be-,
schexroster wenschte.