illEUWELANGEDIJKER CT
Zaterdag 9 Juni 1923.
TWEEDE BLAD.
EeDERLAND JN 25 JAAR
1898-1923.
J Gaan wij thans over tot het tooineel. In 1898
lestowden feitelijk drie gezelschappen: het Ne-
lerlandsch Tooneel te Amsterdam, de Too-
Lelvereenigiag daarnevens en de Rotterdam -
Iers. Hoe is dit aantal gezelschappen niet toe
genomen, in de eerste plaats toen Bouwmeester
L ,het Nederlandsoh Tooneel trad en een eigen
zeischap stichtte; later toen Brondgeest na
„e succesvolle 'tournee in Indië bij voorkeur
,reCteur bleef; nog later toen Royaards „Het
oon&zY' oprichtte. In het algemeen kan ge-
,„<-1 worden, dat Royaards en Verkade in
kwarteeuw de belangrijkste rol hebben
eld. Royaards heeft groote verdiensten
^het tooneel gehad, heeft met belangrijke
wtenlandsche werken ons in aanraking ge-
radh't. Maar de pude en pieuwe dichters van
gen bodem biet vergeten, zijn doctoraat hono-
causa sterkt 'hem en de Universiteit, die
hem verleende, tot eere. Eduard Verkade
stierf, Israels, Mesdag,, de 'Bock, Blommers1,
Neuhuijs, Gabriël, Kever,, zij vormden eene
reeks van namen, die ook in het buitenland in
het algemeen goed bekend zijn. De geweldige
schilderingen van een Breitner, die het im
pressionisme, gelijk men beweerd heeft, over
steeg, de tragedie van een Vincent van Gogh,
de mooie peinture van een Isaac Israëls, zij
liggen eigenlijk in een vroeger tijdperk. Gaat
men deze 25 jaren na, dan ziet men de schil
derkunst door het impressionisme heen tot een
zeker cubisme komen, en ziet men vooral in
den laatsten tijd verschillende richtingen zich
openbaren, waarbij de sensiviteit en het neo-im-
pressionisme eene rol spelen. Op schilderge-
bied zijn er vele namen, die zich bekendheid
hebben verworven, te noemen. Wij denken aan
een Suze Bisschop Robertson, die uitnemende
stillevens heeft geschilderd en het Ne'derland
sche binnenhuis ons weer heeft teruggebracht:
wij denken aan de mooie schilderkunst van een
Poggenbeek, een Arntzeniuswij denken aan
het gevoelige innige realisme van een Tholen, r
en wij denken aan een zekeren zelftucht, die I
zich bij Vers ter openbaa'rde, toen hij plotseling
tot zijne stillevens overging. Als portretschil
ders noemen wij naast Therèse Schwarz en
•Van Welie, een Jan Veth en een Haverman,
de eerste vooral psycholoog, van den lateren
tijd een Roland Holst en Lizzy Ansingk. Wij
denken verder aan een Witsen, die Breitner
Iracht met de Haghespelers het voor ons land j opvolgde in Amsberdamsche stadsgezichten;
-heel nieuwe salonstuk tot gropite hoogte
f'iuny Vreede was hem daarbij een grooten
Jteun. Van de acteurs en actrices van Neder-
©d's bpdem dient in de eerste plaats Louis
iouwmeester te worden genoemd; men zal
Jederland niet kunnen verwijten, dat het dezen
-roooten acteur niet voldoende eert, gelijk trou
«is het buitenland voorgaat het hem te doen:
iaast hem zijne zuster, evenals hij de last der
aren niet voelend 1 Voorts denken wij onder
le generatie van deze kwarteeuw aan een
lenri Brondgeest, aan een Poolman, aan een
lubert Laroche, aan een Rika HGpper., een
üsa Mauhs, aan eene zoo geheele reeks van
©deren, die, al behooren zij niet tot de heel
rroooten, veel kunst ons hebben; geschonken.
Jmdanks de klachten van het tegendeel kan
rorden gezegd, dat in deze kwarteeuw het
pelen van oorspronkelijke Nederlandsche stuk
en er niet op achteruit ging. Integendeel de
,raag mag wel eens worden gesteld, of som-
vijlen niet Nederlandsche stukken zonder in-
ïoud en zonder beteekenis zijn gespeeld, al
leen om-dat zij van Nederlandschen bo dem
„aren. De belangstelling van het publiek in
iet tooneel nam zéker niet af; verschillende
t>ewijzen zijn er voor aanwezig. Wel is de bios
coop, in de latere jaren tot groote hoogte ge
komen, een ernstig concurrent gebleken, maar
liet zijn vooral factoren van de malaise, die
thans het tooneel tot een heel moeilijk plan
erugdringen. En daarbij; komt ongetwijfeld het
gebrek aan eenheid, het bestaan van een te
groot aantal gezelschappen voor een klein land
ils het onze.
Op muziekgebied handhaafde Nederland
zijne oude reputatie van uitvoerende kunste-
aaars. Het Concertgebouworkest te Amster
dam, in 1896 Onder leiding van Willem Men
gelberg gebracht, is door dezen tot eene onge
kende hoogte opgevoerd; staat aan de spits
der orkesten. Mengelberg zelf staat aan de
spits der dirigenten. Niet zonder moeite is men
er in geslaagd hem voor Nederland te behou
den, ondanks schitterende aanbiedingen uit
andere landen, gelijk zijn tijdelijk dirigeeren
te Frankfort, zijn periodiek terugkeeren naar
New-York bewijzen. Een merkwaardigheid van
groo te beteekenis vormden zeker de Wagner-
uitvoeringen te Amsterdam, tot stand gekomen
dank zij de energie van Henri Viotta, model-
voorstellingen die volgens het oordeel der ken
ners met Bayreuth wedijverden. Den Haag
wenschte zijn eigen orkest te bezitten en ver
kreeg het in het Residentie-Orkest, dat onder
Viotta's leiding kwam; van Zuylen van Nije-
velt was de dirigent der populaire concerted
Utrecht, Arnhem en Groningen behielden hun
ne eigen, goed verzorgde orkesten; Van An-
rooy van de laatste plaats naar voren gekomen,
is een uitnemend orkestleider gebleken. Op
het gebied van uitvoerende kunstenaars zoo
wel wat zang als wat pianp, viool of cel aan
gaat zijn wij rijk in beroemde namen; van
de zangers staan zeker Messchaert, Van Rooy
en Urlus bovenaan, van de zangeressen denken
wij onmiddellijk aan Julia Culp, aan Mevr.
'Noordewier en aan Mevr. de Haan; van de
pianisten is het een Dfrk Schafer, die onze
aandacht trekt; van de cellisten eein Hekking
Deze kwarteeuw is voorts rijk aan pogingen
om ons een eigen 'Nederlandsche opera ^e
verschaffen; die, welke in 1894 en volgende
I jaren werden aangewend, mislukten, schoon
Orelio en Pauwels tot de sterren daarvan be-
I hoorden. Later zijn zij hernieuwd; Henri Koop-
I man heeft zich op dit gebied zekere verdien
sten verworven. Nog "bestaat de Nederlandsche
I Opera, al is haar grondslag financieel niet zoo
I stevig als men dit wel zou wensc'hen- Aan be-
I langstelling voor muziek ontbreekt het hier te
I lande niet; de concerten te Amsterdam en te
I 's:Graven'hage bewijzen het; de gastvoorstel-
I lingen van; vreemdelingen, die hier immer in
groot aantal plaats hebben, eveneens. Eene Ita-
I liaansche opera heeft hier altijd sacces gevon
den, eene Fransche opera te 'sGravenhage
scheen jaren achtereen de eenig bestaanbare.
Eindelijk het gebied der schilderkunst. In
1898 scheen de rol van de dusgenaamde Haag-
Sche school min of meer uitgespeeld. De groo
ten van die Haagsche school waren er met
meer of verdwenen spoedig. Mauve, Bosboom
Willem Roelofs, de Marissen, van wie Matthijs
in zijne vrijwillige ballingschap, te Londen
aan den fantast Bauer; aan Voerman met zijne
wolkentafreelenaan de mysticiteit van een
Mankes; aan. het sprookjesachtige van van
Daalhof. Weer op een geheel ander standpunt
staat eene categorie, van wie te noemen zijn
een Thorn Prikker, een, Derkinderen, een Van
Konijnenburg en bovenal een Toorop; die de
meest interessante figuur schijnt uit deze 25-
jaren, aanvankelijk impressionist, later sterk
in zijn katholieke uitingen, weer later terugkee-
rend blijkbaar tot de Vlaamsche primitieven.
Uit den tijd van het cubisme vallen te inoemen
(een Leo Gestel, een Mondriaan, een Schelf
hout, vooral romanticus, en Sluyters,, terwijl
eene groep, die buiten de abstracties van het
'cubisme wenschte te blijven, onder zich telt
eem Van Wijngaardt en een Charley Toorop.
Onder de jongeren valt ook nog Dirk Nij
land, analytisch in zijne schilderijen, ook een
beeld gevend van het zoeken' en streven in vele
richtingen, dat deze kwarteeuw heeft geken
merkt, te noemen- Het was niet, als de vooraf
gaand e25 jaren, eene periode van zoeken in
bepaalde richting, neen het was- een gaan op
zijwegen, een zich verdiepen, dat strijd innerlijk
en uiterlijk te kennen geeft. Vergeten wij niet,
dat ook de grafische kunst in sterke mate
toenam en dat van eene ontwikkeling der kunst
tnijverheid op menig gebied valt te getuigen-
Een heel enkel woord tot slot over de ont
wikkeling der sport. Zoowel de beoefening als
de beschouwing der sport is in deze kwart
eeuw geheel omgekeerd. Beoefening is toe
genomen op bijna elk gebied, beoefening is
niét meer eigendom van eene bepaalde cate
gorie. De beschouwing daarover heeft zich ver
loren in eene geweldige belangstelling, diie
vooral tegenover de voetbalsport enorm is ge
weest. Waar zijn de tijden, die wij als jon
gens voor 25 jaren kenden, dat een duizend
toeschouwers veel was; wie herinnert zich dien
tijd thans nog, wanneer een gewone competi
tie-wedstrijd een 20.000 k 30.000 toeschouwers
naar het Amsterdamsche stadion kan lokken.
De voetbalsport is populair geworden heeft
zich ontwikkeld tot eene beweging- Nederland
stond vele jaren na Engeland aan de spits
gen kuWneft spreken: over ons Onderwijs, dat'
geheel eene belangrijke verandering onder
ging; over leger en vloot, die menigmaal on
derwerp van discussie waren; over ons rechts
wezen, dat zich vooral in zijne beschouwin
tegenover jeugdige misdadigers geheel wijzig
de; over den dogsdielnst; over de journalistiek,
die zich tot een geheel bijzondere hoogte op
werkte; over de openbare werken in Neder
land; over de visscherij; over de posterijen;
pver het verzekeringswezen; over spaar- en cre-
dietwezen; over armwezen.
Ziedaar een geheel onbetreden gebied. Wat
wij in deze artikelen hiervoren gaven, het zijn
slechts aanteekeningen, die voor een ieder, die
ze leest, bekende beelden uit een nog kort
achter ons liggend verleden naar voren doen
treden. Iets nieuws in den eigenlijken zin des
woordt kunnen artikelen als deze niet bren
gen; eein groot deel van ons heeft deze kwart
eeuw medegeleefd, hetzij meer hetzij minder
intens. Maar wel staan deze artikelen toe een
terugblik óp dat directe verleden, waarvan zelfs
de groote bijzonderheden zotp licht worden' ver
geten door degenen die ze hebben meege
maakt, totdat een enkele wenk' ze weer aan
die vergetelheid ontrukt 1
Ziet, het vierde eener eeuw heeft zijne ston
den doorvlogen, zeggen, wij den dichter Da
Costa na. En w ijstaan gereed om in bntvangst
te nemen wat een nieuwe kwarteeuw ons zal
brengen 1
ALKMAARSCHE SNUIFJES
Een dag van stroppen groot en klein
Mocht 't voor de edelachtbaren zijn!
Donderdag is voor ons edel co 11e ge van B.
en W. niet onverdeeld gelukkig geweest. De
Raad deelde heel.wat stroppen uit, die alle
maal ten deel vielen aan B- ën W.
Vooreerst de uitbreiding van de Krebbe-
steeg, die al 'n eeuwigen tijd door B. en W.
in de ijskast was gedeponeerd. De Raad heeft
aan d£t haklijk getreusel thans voor goed 'n
eind gemaakt. De Rrebbesteeg zal worden ver
breed en wie niet goedschiks toegeeft, zal men
door onteigening onder de knie zien te krij
gen en met dei vuist op z'n facie trommelen,
totdat hij roept: Genade, ik geef me over.
Dan hadden ze de stro pvan de belastingver
laging. Ze wilden de Aikmaarders blij maken
met een dooden musch, doch vader Bak, die
anders niet zoo heel rijk is aan voorstellen,
heeft nu een enorm succes behaald. Zijn voor
stel 75 pet. verlaging is er met vlag en wim
pel doorgerold.
Maar de grootste strop was nog de neder
laag, die B. en W. hebben geleden bij fde indie
ning van het verzoek van den heer Wellooz,
eigenaar van het, bij boer en burger bekend
en gerenommeerde Hotel, Café, Restaurant en
uitspanning „Het Gulden Vlies" aan de Choor-
btraat, om een schouwburg te mogen bouwen.
Het scheen dat B. en W, dit plan niet gene
gen waren. Men schreeuwt als een mager var
ken om 'n gehoorzaal en heeft 'n stadsgehoor
zaal. Dat is 'n totaal overbodige weelde. En
geld is er ook niet voor in het landje. Nu
komt echter 'n particulier met 'n goed gedocu
menteerd plan, maar nu maakt men allerlei chi
canes. Aan de 'hand van de bouwverordening
hatuurlijk. De veiligheid van het publiek is
niet verzekerd en de voorgeschreven open ruim
ten bij het perceel is onvoldoende. De heer
Mooz, zoon van 'n echte Noord-Hollandsche
boer, die zich niet zoo, gauw laat lompen, weet
pessimisten verwachten al, dat Bet 't Heele Jaar
zoo blijven zou. i
Prof. Van Everdingen dan vestigde allereerst on
ze aandacht er op, dat de Meimaand, wat tempe
ratuur betreft, geen record is. Dit jaar is de ge
middelde dagtemperatuur in Mei ongeveer 12 gra
den geweest,terwijl uit de archieven van het in
stituut blijkt, dat de laagste gemiddelde dagtem
peratuur in Mei was 10.6 graden. In de afgeloopen
70 jaar is het 8 maal kouder geweest. In dit ver,
band moet men ook niet vergeten, dat het karak
ter van ons voorjaar nu eenmaal koud en nat is,
en dat een warme lente slechts geregeld bestaat
in de gedachte van de poëten, en in werkelijkheid
een uitzondering is. Reeds eerder is gepubliceerd
in een communiqué van het Instituut, dat de
maand Mei wat regen betreft, wel een record is,
geweest.
Een andere quaestie is, dat de lage temperatuur;
thans, in Juni nog voortduurt. Het is echter te
bopen, dat het in deze maand niet zoo koud zal
worden als in 1916, toen er een gemiddelde dag
temperatuur was van 13.5. gr. In den nacht van
den 4 en Juni werd toen zelfs een temperatuur;
bereikt van 3 graden boven nul. In dat jaar was,
Jam dus nog kouder geweest dan nu Mei is
geweest.
Wij zeiden reeds, dat het algemeen karakter van
ons voorjaar is koud en vochtig. Dit vindt zijn
oorzaak in het feit, dat er omstreeks dezen tijd
van het jaar steeds in het Oostelijk deel van den
Atlantischen Oceaan een gebied ligt met hoogen
luchtdruk, dat in onze streken aanhoudende Noor
delijke winden veroorzaakt. Maar nu doet zich,
als men een onderzoek instelt naar de vermoede
lijke oorzaken van het slechte weer, onmiddellijk
weer de viaag voor: waarom wordt die hooge
luchtdruk dan niet onderbroken door depressies.
Nu is er juist over dit punt verschil van meening
in weerkundige kringen. Prof. Van Everdingen was
echter zoo welwiilend, om ons zijn standpunt daar
over uiteen te zetten. Hij wees ons er op, dat in de
tiopische streken optreedt een voortdurende
luchtstiooming in bovenwaartsche richting Dat is
een vaststaand feit. N.u verwekken die luchtstroo-
mingen op een hoogt^ van ongeveer 10 K-M> een
hevige koude en nu is prof. Van Everdingen van
meelang, dat deze koude afhankilijk is van de
sterkte der zonnestraling. De koude wordt name
lijk giooter, naarmate de straling der zon sterker
is. Dat klinkt eenigszins paradoxaal, maar het is
zoo. Wanneer er een sterke straling is, aldus is
de theorie van den professor, dan breidt ook het
koudegebied op die hoogte zich uit, en dat oefent
zijn invloed uit op de handhaving van het hooge
drukgebied. Eenige invloed daarop wordt ook uit-
geeoetend door de temperatuur van het water, in
oen Atlantischen Oceaan. De handhaving van den
hoogen druk vindt aldus haar oorzaak in een res
cant sterke zonnestraling en een lage temperatuur,
van het Oceaanwater.
„Beslaat er nu eenig uitzicht, dat het ween
beter zal worden?" zoo vroegen wij.
Des professors antwoord op deze vraag luidde,
dat na 21 Juni de kans op goed weer zeer toe-i
neemt, in verband met het feit, dat de zon dan
haar gang naar het Noordelijk deel van onzen
aardbol beëindigt, en weer naar het Zuiden te
rugloopt. Het Oceaanwater wordt dan weer war
mer en de invloed van dezen factor op den hoo
gen druk neemt dan dus af. Het gevolg is dus, dat
het hooge-drukgebied verslapt en depressies kans
krijgen om door te dringen. Een frappant voorbeeld!
hiervan geeft de maand Juni van het hierboven
genoemde jaar 1916. Van 3 Juni tot 21 Juni was
de gemiddelde dagtemperatuur 12 graden. Op 22
Juni was het gemiddelde al 15 graden, op 23 Juni
20.6 graden met een maximum van 27,-6 graden.
Het is inderdaad te hopen, dat professor Van
Everdingen's voorspelling zal uitkomen, en dat wij
dus bij het begin van den zomer wat Deter weer
krijgen, als niet eerder door een andere oorzaak,
(wat ook mogeüjk is, maar nooit vooruit te voor
spellen), het weer omslaat, doordat het hooge-
drukgebied verslapt en meer Zuid-Westen winden
gaan optreden. Maar op het oogenblik ziet het daar,
nog niet naar uitl
vam Eet voetbalspel, nu niet meer, gelfik onze 1 deze bezwaren te ondervangen^ door de rap-
porten van ter zake kundige lieden, doch even
getrouw adviseeren B .en W. de vergunning
niet te verleenen. Maar de Raad is nogal zelf
standig. En als politiek en religie niet m het
gedrang komen, zeer homogeen! Door mr.
Leesberg, wethouder van pamblieke werken
werd betoogd, dat de open ruimte bij het te
bouwen schouwburglokaal in elk geval onvol
doende bleef. Niks van aan, zei Mr. Sluis, kijk
eens wat een ruimte of ef is achter het perceel
van de Ned. Bank. Dat is geen eigendom,
repliceerde zijn rechtsgeleerde confrater! Ha,
Ha, riep de piendere Westerhof, als gewoon
lijk weer „ad rem" wijs jij me eens aan in de
wet, waar is voorgeschreven dat die open ruim
te eigendom moet zijnl En de wethouder stond
met den mond vol tanden, want in de verorde
ning wordt wel gesproken van een onbebouwd
gedeelte maar er staat absoluut met bij, dat
dit gedeelte en het bebouwde stuk aaneen en
denzelfden eigenaar moeten behooren. De ver
gunning is dan ook met algemeene stemmen
verleend en ons Edelachtbare College had het
dien middag koud, wat iedereen zal voelen als
hij met deze temperatuur in zijn A blijft
ciaati. SNUFFELAAR.
laatste internationale wedstrijden wel getuigen
Ook op ander sportgebied is er van voor
uitgang sprake. Wij denken' aan cricket, aan
lawn-tennis, aan korfbal, aan lichamelijke oefe
ningen, aan wandelsport, aan tumsport aan
schaatsenrijden. Voor den tweeden keer slaag
de een N ederlajndséh roeier er in, de Diamond
'Sculls te veroveren. De wielrensport vertoonde
hier 'te lande eene inzinking, die eigenlijk duur
de tot midden in den oorlog; daarna valt plot
seling eene opleving te constateren. De boüw
van een groot aantal banen in ons land, het
bezoek aan dez ebanen eiken Zondag van dui
zenden en. nog eens duizenden, deze belang
stelling zegt voldoende. Het aantal renners
neemt toe, de sterren onder hen eveneens, in
de wielersport neemt Nederland eene leidende
plaats in. Niet in zoo s,terke mate op het ge
bied van de bokssport, al is het eene vraag,
die voor deskundigen nog altijd open blijft,
dit verband houdt met de populaire opvatting
van deze sport. De paardensport ontwikkelde
zich eveneens, niet in zoo sterke mate, gelijk
ook mbeilijk kon, gezien de animo, die daar
voor reeds bestond. Maar, de eigenaardigheid
vain deze sport zal voorloopig wel blijven, da
zij zich beperkt tpt eene bepaalde categorie,
Sdat zij voor eene algemeene toepassing niet
'of nog niet geschikt is. De zwemsport nam
zeker toe; auto en motor werden tot sport ont
wikkeld. Een onbeteekemend land op sport
gebied is Nederland zeker niet, al zou hier
en daar meer leiding gewenscpht zijn, en meer
zelftucht tot beter resultaat kunnen leiden.
Hét is niét wel doenlijk, in een beperkt aan
tal pagina's een ook maar eenigszins volledig
beeld 'te geven van Nederland in deze 25 jaren
op elk gebied. Uit een overzicht als dat, het
welk wij hier gaven van de meest belangrijke
gebieden, blijkt intussohen reeds hoeveel er
gearbeid is, naar hoeveel er gestreefd is, hoe
veel er ook v.erkregen weid. Er blijkt uit, hoe
zeer gunstiger de toestand zou zijn, als met
een verwoestende oorlog van vier jaren zooveel
met moeite verkregen resultaten had vernie
tigd .Wfi zouden nog over zppyele andere din-
Het slechte weer in de maand Mei.
'Wat men er in De Bildt van zegt.
Het menschdom in Nederland is zoo langzamer
hand sceptisch geworden ten aanzien van net
weer. In het vroege voorjaar hebben we eenige
prachtige dagen gehad, in Mei zegge en schrijve
één, en daarna regen, regen und kein Ende. En da>.
niet alleen, maar algemeen vindt men de tempe
ratuur voo rden tijd van het jaar niet bijzonder
hoog. Maa rwat dit punt betreft, zullen we wel
wat verwend zijn door de Meimaand van het vorige
Een onderhoud aldus schrijft het „Utrechtsch
Dagblad" dat ons zeer welwillend werd toege
staan door den hoofdredacteur van het Koninklijk
Meteorologisch Instituut te De Bildt, prof. Van
Everdingen, heeft ons geleerd, dat we niet al te
sceptisch, moeten zijn, want er is nog hoop op
beter weer.
Een gelukkige tijding alzoo, want de grootste
HULPCOMITÉ VOOR HET ROERGEBIED
De öproep, dien wij destijds tot de lezers van dit
blad richtten, heeft het resultaat opgeleverd,, dat,
wij, dank zij hunne medewerking, reeds belangrijke
bedragen via het Roode Kruis aan de lijdende vrou
wen en kinderen van het Roergebied konden doen
toekomen.
Toch b lijft steun meer dan ooit noodig, aange
zien, zooals U uit de couranten bekend zal zijn,
de toestand in het Roergebied steeds verergert en
de ellende steeds grooter wordt.
Toenemende prijsstijging, gebrek aan levensmid
delen, ondervoeding, kindersterfte, tuberculose, on
dermijnen de bevolking.
Intusschen bereiken ons aanvragen om ook giften
in natura, zooals levensmiddelen, kleeren, enz. te
willen aanvaarden, waarop door ons pogingen in
het werk zijn gesteld, daatvoor een distributiemoge
lijkheid te scheppen. Dit is ons thans gelukt, zoodat
wij nu opnieuw tot u komen met het verzoek, ons
te willen helpen en wel door giften in geld te
zenden aan:
de Bankiersfirma Heldring en Pierson, Korte
Vijverberg Ib, Postrekening 1844, onder ver
melding „Ruhrhilfe."
en giften in natura aan:
de firma C. Backer, expediteur, Waalkade
10 Nijmegen.
Ook aanvaarden wij gaarne uw hulp voor het
verkoopen van de artistiek uitgevoerde kaarten
naar teekening van Ton van Tast. Voor inlichtingen
daaromtrent gelieve u zich te wenden tot ons se
cretariaat, Ammsterdamsche Veerkade 25, Telef.
H. 3220.
Het Bestuur:
jK. 5DAEMEN', Voorz. S. J. Robitsch., Secret.
Eerecomité: de Dames: Mejuffr. B. Booms, Me
vrouw L. EschauzierPabst, Mevr. Heimbach
Stocker, Mevr. W. Barones v. LijndenSchmidt
auf Alnetstadt, Mevr .v. Rossumv. Hamel, Mevr.
M. VerbroekMaronier.
De Heeren: Dr. P. v. Anrooij, Dr. H. O. Behrens
Voorzitter Deutscher Schulverein, dr. G. H. Coops
Insp. M. Q., Jan Fabricius, dr. J. Nord-Oud,
Dingeerend officier v. Gezondheid, Ir. A. J. Roe-
lofsz Dir. Siemens Schuckertwerke, P. K. v. Tschu-
di voorzitter Deutscher-yerein, Th. A. Verdenius
Dir. H.B.S., dr. C. J*. Vinkesteyn Insp der Gym
nasia, Dr. W. C. A. Baron v. Vredenburch, dr.
Joh. Wagenaar, dr. E. F. Weinberg arts, Mr. Ei
B'. F. F. Baron Wittert van Hoogland.