illEUWELANGEDIJKER CT Zaterdag 9 Juni 1923. TWEEDE BLAD. EeDERLAND JN 25 JAAR 1898-1923. J Gaan wij thans over tot het tooineel. In 1898 lestowden feitelijk drie gezelschappen: het Ne- lerlandsch Tooneel te Amsterdam, de Too- Lelvereenigiag daarnevens en de Rotterdam - Iers. Hoe is dit aantal gezelschappen niet toe genomen, in de eerste plaats toen Bouwmeester L ,het Nederlandsoh Tooneel trad en een eigen zeischap stichtte; later toen Brondgeest na „e succesvolle 'tournee in Indië bij voorkeur ,reCteur bleef; nog later toen Royaards „Het oon&zY' oprichtte. In het algemeen kan ge- ,„<-1 worden, dat Royaards en Verkade in kwarteeuw de belangrijkste rol hebben eld. Royaards heeft groote verdiensten ^het tooneel gehad, heeft met belangrijke wtenlandsche werken ons in aanraking ge- radh't. Maar de pude en pieuwe dichters van gen bodem biet vergeten, zijn doctoraat hono- causa sterkt 'hem en de Universiteit, die hem verleende, tot eere. Eduard Verkade stierf, Israels, Mesdag,, de 'Bock, Blommers1, Neuhuijs, Gabriël, Kever,, zij vormden eene reeks van namen, die ook in het buitenland in het algemeen goed bekend zijn. De geweldige schilderingen van een Breitner, die het im pressionisme, gelijk men beweerd heeft, over steeg, de tragedie van een Vincent van Gogh, de mooie peinture van een Isaac Israëls, zij liggen eigenlijk in een vroeger tijdperk. Gaat men deze 25 jaren na, dan ziet men de schil derkunst door het impressionisme heen tot een zeker cubisme komen, en ziet men vooral in den laatsten tijd verschillende richtingen zich openbaren, waarbij de sensiviteit en het neo-im- pressionisme eene rol spelen. Op schilderge- bied zijn er vele namen, die zich bekendheid hebben verworven, te noemen. Wij denken aan een Suze Bisschop Robertson, die uitnemende stillevens heeft geschilderd en het Ne'derland sche binnenhuis ons weer heeft teruggebracht: wij denken aan de mooie schilderkunst van een Poggenbeek, een Arntzeniuswij denken aan het gevoelige innige realisme van een Tholen, r en wij denken aan een zekeren zelftucht, die I zich bij Vers ter openbaa'rde, toen hij plotseling tot zijne stillevens overging. Als portretschil ders noemen wij naast Therèse Schwarz en •Van Welie, een Jan Veth en een Haverman, de eerste vooral psycholoog, van den lateren tijd een Roland Holst en Lizzy Ansingk. Wij denken verder aan een Witsen, die Breitner Iracht met de Haghespelers het voor ons land j opvolgde in Amsberdamsche stadsgezichten; -heel nieuwe salonstuk tot gropite hoogte f'iuny Vreede was hem daarbij een grooten Jteun. Van de acteurs en actrices van Neder- ©d's bpdem dient in de eerste plaats Louis iouwmeester te worden genoemd; men zal Jederland niet kunnen verwijten, dat het dezen -roooten acteur niet voldoende eert, gelijk trou «is het buitenland voorgaat het hem te doen: iaast hem zijne zuster, evenals hij de last der aren niet voelend 1 Voorts denken wij onder le generatie van deze kwarteeuw aan een lenri Brondgeest, aan een Poolman, aan een lubert Laroche, aan een Rika HGpper., een üsa Mauhs, aan eene zoo geheele reeks van ©deren, die, al behooren zij niet tot de heel rroooten, veel kunst ons hebben; geschonken. Jmdanks de klachten van het tegendeel kan rorden gezegd, dat in deze kwarteeuw het pelen van oorspronkelijke Nederlandsche stuk en er niet op achteruit ging. Integendeel de ,raag mag wel eens worden gesteld, of som- vijlen niet Nederlandsche stukken zonder in- ïoud en zonder beteekenis zijn gespeeld, al leen om-dat zij van Nederlandschen bo dem „aren. De belangstelling van het publiek in iet tooneel nam zéker niet af; verschillende t>ewijzen zijn er voor aanwezig. Wel is de bios coop, in de latere jaren tot groote hoogte ge komen, een ernstig concurrent gebleken, maar liet zijn vooral factoren van de malaise, die thans het tooneel tot een heel moeilijk plan erugdringen. En daarbij; komt ongetwijfeld het gebrek aan eenheid, het bestaan van een te groot aantal gezelschappen voor een klein land ils het onze. Op muziekgebied handhaafde Nederland zijne oude reputatie van uitvoerende kunste- aaars. Het Concertgebouworkest te Amster dam, in 1896 Onder leiding van Willem Men gelberg gebracht, is door dezen tot eene onge kende hoogte opgevoerd; staat aan de spits der orkesten. Mengelberg zelf staat aan de spits der dirigenten. Niet zonder moeite is men er in geslaagd hem voor Nederland te behou den, ondanks schitterende aanbiedingen uit andere landen, gelijk zijn tijdelijk dirigeeren te Frankfort, zijn periodiek terugkeeren naar New-York bewijzen. Een merkwaardigheid van groo te beteekenis vormden zeker de Wagner- uitvoeringen te Amsterdam, tot stand gekomen dank zij de energie van Henri Viotta, model- voorstellingen die volgens het oordeel der ken ners met Bayreuth wedijverden. Den Haag wenschte zijn eigen orkest te bezitten en ver kreeg het in het Residentie-Orkest, dat onder Viotta's leiding kwam; van Zuylen van Nije- velt was de dirigent der populaire concerted Utrecht, Arnhem en Groningen behielden hun ne eigen, goed verzorgde orkesten; Van An- rooy van de laatste plaats naar voren gekomen, is een uitnemend orkestleider gebleken. Op het gebied van uitvoerende kunstenaars zoo wel wat zang als wat pianp, viool of cel aan gaat zijn wij rijk in beroemde namen; van de zangers staan zeker Messchaert, Van Rooy en Urlus bovenaan, van de zangeressen denken wij onmiddellijk aan Julia Culp, aan Mevr. 'Noordewier en aan Mevr. de Haan; van de pianisten is het een Dfrk Schafer, die onze aandacht trekt; van de cellisten eein Hekking Deze kwarteeuw is voorts rijk aan pogingen om ons een eigen 'Nederlandsche opera ^e verschaffen; die, welke in 1894 en volgende I jaren werden aangewend, mislukten, schoon Orelio en Pauwels tot de sterren daarvan be- I hoorden. Later zijn zij hernieuwd; Henri Koop- I man heeft zich op dit gebied zekere verdien sten verworven. Nog "bestaat de Nederlandsche I Opera, al is haar grondslag financieel niet zoo I stevig als men dit wel zou wensc'hen- Aan be- I langstelling voor muziek ontbreekt het hier te I lande niet; de concerten te Amsterdam en te I 's:Graven'hage bewijzen het; de gastvoorstel- I lingen van; vreemdelingen, die hier immer in groot aantal plaats hebben, eveneens. Eene Ita- I liaansche opera heeft hier altijd sacces gevon den, eene Fransche opera te 'sGravenhage scheen jaren achtereen de eenig bestaanbare. Eindelijk het gebied der schilderkunst. In 1898 scheen de rol van de dusgenaamde Haag- Sche school min of meer uitgespeeld. De groo ten van die Haagsche school waren er met meer of verdwenen spoedig. Mauve, Bosboom Willem Roelofs, de Marissen, van wie Matthijs in zijne vrijwillige ballingschap, te Londen aan den fantast Bauer; aan Voerman met zijne wolkentafreelenaan de mysticiteit van een Mankes; aan. het sprookjesachtige van van Daalhof. Weer op een geheel ander standpunt staat eene categorie, van wie te noemen zijn een Thorn Prikker, een, Derkinderen, een Van Konijnenburg en bovenal een Toorop; die de meest interessante figuur schijnt uit deze 25- jaren, aanvankelijk impressionist, later sterk in zijn katholieke uitingen, weer later terugkee- rend blijkbaar tot de Vlaamsche primitieven. Uit den tijd van het cubisme vallen te inoemen (een Leo Gestel, een Mondriaan, een Schelf hout, vooral romanticus, en Sluyters,, terwijl eene groep, die buiten de abstracties van het 'cubisme wenschte te blijven, onder zich telt eem Van Wijngaardt en een Charley Toorop. Onder de jongeren valt ook nog Dirk Nij land, analytisch in zijne schilderijen, ook een beeld gevend van het zoeken' en streven in vele richtingen, dat deze kwarteeuw heeft geken merkt, te noemen- Het was niet, als de vooraf gaand e25 jaren, eene periode van zoeken in bepaalde richting, neen het was- een gaan op zijwegen, een zich verdiepen, dat strijd innerlijk en uiterlijk te kennen geeft. Vergeten wij niet, dat ook de grafische kunst in sterke mate toenam en dat van eene ontwikkeling der kunst tnijverheid op menig gebied valt te getuigen- Een heel enkel woord tot slot over de ont wikkeling der sport. Zoowel de beoefening als de beschouwing der sport is in deze kwart eeuw geheel omgekeerd. Beoefening is toe genomen op bijna elk gebied, beoefening is niét meer eigendom van eene bepaalde cate gorie. De beschouwing daarover heeft zich ver loren in eene geweldige belangstelling, diie vooral tegenover de voetbalsport enorm is ge weest. Waar zijn de tijden, die wij als jon gens voor 25 jaren kenden, dat een duizend toeschouwers veel was; wie herinnert zich dien tijd thans nog, wanneer een gewone competi tie-wedstrijd een 20.000 k 30.000 toeschouwers naar het Amsterdamsche stadion kan lokken. De voetbalsport is populair geworden heeft zich ontwikkeld tot eene beweging- Nederland stond vele jaren na Engeland aan de spits gen kuWneft spreken: over ons Onderwijs, dat' geheel eene belangrijke verandering onder ging; over leger en vloot, die menigmaal on derwerp van discussie waren; over ons rechts wezen, dat zich vooral in zijne beschouwin tegenover jeugdige misdadigers geheel wijzig de; over den dogsdielnst; over de journalistiek, die zich tot een geheel bijzondere hoogte op werkte; over de openbare werken in Neder land; over de visscherij; over de posterijen; pver het verzekeringswezen; over spaar- en cre- dietwezen; over armwezen. Ziedaar een geheel onbetreden gebied. Wat wij in deze artikelen hiervoren gaven, het zijn slechts aanteekeningen, die voor een ieder, die ze leest, bekende beelden uit een nog kort achter ons liggend verleden naar voren doen treden. Iets nieuws in den eigenlijken zin des woordt kunnen artikelen als deze niet bren gen; eein groot deel van ons heeft deze kwart eeuw medegeleefd, hetzij meer hetzij minder intens. Maar wel staan deze artikelen toe een terugblik óp dat directe verleden, waarvan zelfs de groote bijzonderheden zotp licht worden' ver geten door degenen die ze hebben meege maakt, totdat een enkele wenk' ze weer aan die vergetelheid ontrukt 1 Ziet, het vierde eener eeuw heeft zijne ston den doorvlogen, zeggen, wij den dichter Da Costa na. En w ijstaan gereed om in bntvangst te nemen wat een nieuwe kwarteeuw ons zal brengen 1 ALKMAARSCHE SNUIFJES Een dag van stroppen groot en klein Mocht 't voor de edelachtbaren zijn! Donderdag is voor ons edel co 11e ge van B. en W. niet onverdeeld gelukkig geweest. De Raad deelde heel.wat stroppen uit, die alle maal ten deel vielen aan B- ën W. Vooreerst de uitbreiding van de Krebbe- steeg, die al 'n eeuwigen tijd door B. en W. in de ijskast was gedeponeerd. De Raad heeft aan d£t haklijk getreusel thans voor goed 'n eind gemaakt. De Rrebbesteeg zal worden ver breed en wie niet goedschiks toegeeft, zal men door onteigening onder de knie zien te krij gen en met dei vuist op z'n facie trommelen, totdat hij roept: Genade, ik geef me over. Dan hadden ze de stro pvan de belastingver laging. Ze wilden de Aikmaarders blij maken met een dooden musch, doch vader Bak, die anders niet zoo heel rijk is aan voorstellen, heeft nu een enorm succes behaald. Zijn voor stel 75 pet. verlaging is er met vlag en wim pel doorgerold. Maar de grootste strop was nog de neder laag, die B. en W. hebben geleden bij fde indie ning van het verzoek van den heer Wellooz, eigenaar van het, bij boer en burger bekend en gerenommeerde Hotel, Café, Restaurant en uitspanning „Het Gulden Vlies" aan de Choor- btraat, om een schouwburg te mogen bouwen. Het scheen dat B. en W, dit plan niet gene gen waren. Men schreeuwt als een mager var ken om 'n gehoorzaal en heeft 'n stadsgehoor zaal. Dat is 'n totaal overbodige weelde. En geld is er ook niet voor in het landje. Nu komt echter 'n particulier met 'n goed gedocu menteerd plan, maar nu maakt men allerlei chi canes. Aan de 'hand van de bouwverordening hatuurlijk. De veiligheid van het publiek is niet verzekerd en de voorgeschreven open ruim ten bij het perceel is onvoldoende. De heer Mooz, zoon van 'n echte Noord-Hollandsche boer, die zich niet zoo, gauw laat lompen, weet pessimisten verwachten al, dat Bet 't Heele Jaar zoo blijven zou. i Prof. Van Everdingen dan vestigde allereerst on ze aandacht er op, dat de Meimaand, wat tempe ratuur betreft, geen record is. Dit jaar is de ge middelde dagtemperatuur in Mei ongeveer 12 gra den geweest,terwijl uit de archieven van het in stituut blijkt, dat de laagste gemiddelde dagtem peratuur in Mei was 10.6 graden. In de afgeloopen 70 jaar is het 8 maal kouder geweest. In dit ver, band moet men ook niet vergeten, dat het karak ter van ons voorjaar nu eenmaal koud en nat is, en dat een warme lente slechts geregeld bestaat in de gedachte van de poëten, en in werkelijkheid een uitzondering is. Reeds eerder is gepubliceerd in een communiqué van het Instituut, dat de maand Mei wat regen betreft, wel een record is, geweest. Een andere quaestie is, dat de lage temperatuur; thans, in Juni nog voortduurt. Het is echter te bopen, dat het in deze maand niet zoo koud zal worden als in 1916, toen er een gemiddelde dag temperatuur was van 13.5. gr. In den nacht van den 4 en Juni werd toen zelfs een temperatuur; bereikt van 3 graden boven nul. In dat jaar was, Jam dus nog kouder geweest dan nu Mei is geweest. Wij zeiden reeds, dat het algemeen karakter van ons voorjaar is koud en vochtig. Dit vindt zijn oorzaak in het feit, dat er omstreeks dezen tijd van het jaar steeds in het Oostelijk deel van den Atlantischen Oceaan een gebied ligt met hoogen luchtdruk, dat in onze streken aanhoudende Noor delijke winden veroorzaakt. Maar nu doet zich, als men een onderzoek instelt naar de vermoede lijke oorzaken van het slechte weer, onmiddellijk weer de viaag voor: waarom wordt die hooge luchtdruk dan niet onderbroken door depressies. Nu is er juist over dit punt verschil van meening in weerkundige kringen. Prof. Van Everdingen was echter zoo welwiilend, om ons zijn standpunt daar over uiteen te zetten. Hij wees ons er op, dat in de tiopische streken optreedt een voortdurende luchtstiooming in bovenwaartsche richting Dat is een vaststaand feit. N.u verwekken die luchtstroo- mingen op een hoogt^ van ongeveer 10 K-M> een hevige koude en nu is prof. Van Everdingen van meelang, dat deze koude afhankilijk is van de sterkte der zonnestraling. De koude wordt name lijk giooter, naarmate de straling der zon sterker is. Dat klinkt eenigszins paradoxaal, maar het is zoo. Wanneer er een sterke straling is, aldus is de theorie van den professor, dan breidt ook het koudegebied op die hoogte zich uit, en dat oefent zijn invloed uit op de handhaving van het hooge drukgebied. Eenige invloed daarop wordt ook uit- geeoetend door de temperatuur van het water, in oen Atlantischen Oceaan. De handhaving van den hoogen druk vindt aldus haar oorzaak in een res cant sterke zonnestraling en een lage temperatuur, van het Oceaanwater. „Beslaat er nu eenig uitzicht, dat het ween beter zal worden?" zoo vroegen wij. Des professors antwoord op deze vraag luidde, dat na 21 Juni de kans op goed weer zeer toe-i neemt, in verband met het feit, dat de zon dan haar gang naar het Noordelijk deel van onzen aardbol beëindigt, en weer naar het Zuiden te rugloopt. Het Oceaanwater wordt dan weer war mer en de invloed van dezen factor op den hoo gen druk neemt dan dus af. Het gevolg is dus, dat het hooge-drukgebied verslapt en depressies kans krijgen om door te dringen. Een frappant voorbeeld! hiervan geeft de maand Juni van het hierboven genoemde jaar 1916. Van 3 Juni tot 21 Juni was de gemiddelde dagtemperatuur 12 graden. Op 22 Juni was het gemiddelde al 15 graden, op 23 Juni 20.6 graden met een maximum van 27,-6 graden. Het is inderdaad te hopen, dat professor Van Everdingen's voorspelling zal uitkomen, en dat wij dus bij het begin van den zomer wat Deter weer krijgen, als niet eerder door een andere oorzaak, (wat ook mogeüjk is, maar nooit vooruit te voor spellen), het weer omslaat, doordat het hooge- drukgebied verslapt en meer Zuid-Westen winden gaan optreden. Maar op het oogenblik ziet het daar, nog niet naar uitl vam Eet voetbalspel, nu niet meer, gelfik onze 1 deze bezwaren te ondervangen^ door de rap- porten van ter zake kundige lieden, doch even getrouw adviseeren B .en W. de vergunning niet te verleenen. Maar de Raad is nogal zelf standig. En als politiek en religie niet m het gedrang komen, zeer homogeen! Door mr. Leesberg, wethouder van pamblieke werken werd betoogd, dat de open ruimte bij het te bouwen schouwburglokaal in elk geval onvol doende bleef. Niks van aan, zei Mr. Sluis, kijk eens wat een ruimte of ef is achter het perceel van de Ned. Bank. Dat is geen eigendom, repliceerde zijn rechtsgeleerde confrater! Ha, Ha, riep de piendere Westerhof, als gewoon lijk weer „ad rem" wijs jij me eens aan in de wet, waar is voorgeschreven dat die open ruim te eigendom moet zijnl En de wethouder stond met den mond vol tanden, want in de verorde ning wordt wel gesproken van een onbebouwd gedeelte maar er staat absoluut met bij, dat dit gedeelte en het bebouwde stuk aaneen en denzelfden eigenaar moeten behooren. De ver gunning is dan ook met algemeene stemmen verleend en ons Edelachtbare College had het dien middag koud, wat iedereen zal voelen als hij met deze temperatuur in zijn A blijft ciaati. SNUFFELAAR. laatste internationale wedstrijden wel getuigen Ook op ander sportgebied is er van voor uitgang sprake. Wij denken' aan cricket, aan lawn-tennis, aan korfbal, aan lichamelijke oefe ningen, aan wandelsport, aan tumsport aan schaatsenrijden. Voor den tweeden keer slaag de een N ederlajndséh roeier er in, de Diamond 'Sculls te veroveren. De wielrensport vertoonde hier 'te lande eene inzinking, die eigenlijk duur de tot midden in den oorlog; daarna valt plot seling eene opleving te constateren. De boüw van een groot aantal banen in ons land, het bezoek aan dez ebanen eiken Zondag van dui zenden en. nog eens duizenden, deze belang stelling zegt voldoende. Het aantal renners neemt toe, de sterren onder hen eveneens, in de wielersport neemt Nederland eene leidende plaats in. Niet in zoo s,terke mate op het ge bied van de bokssport, al is het eene vraag, die voor deskundigen nog altijd open blijft, dit verband houdt met de populaire opvatting van deze sport. De paardensport ontwikkelde zich eveneens, niet in zoo sterke mate, gelijk ook mbeilijk kon, gezien de animo, die daar voor reeds bestond. Maar, de eigenaardigheid vain deze sport zal voorloopig wel blijven, da zij zich beperkt tpt eene bepaalde categorie, Sdat zij voor eene algemeene toepassing niet 'of nog niet geschikt is. De zwemsport nam zeker toe; auto en motor werden tot sport ont wikkeld. Een onbeteekemend land op sport gebied is Nederland zeker niet, al zou hier en daar meer leiding gewenscpht zijn, en meer zelftucht tot beter resultaat kunnen leiden. Hét is niét wel doenlijk, in een beperkt aan tal pagina's een ook maar eenigszins volledig beeld 'te geven van Nederland in deze 25 jaren op elk gebied. Uit een overzicht als dat, het welk wij hier gaven van de meest belangrijke gebieden, blijkt intussohen reeds hoeveel er gearbeid is, naar hoeveel er gestreefd is, hoe veel er ook v.erkregen weid. Er blijkt uit, hoe zeer gunstiger de toestand zou zijn, als met een verwoestende oorlog van vier jaren zooveel met moeite verkregen resultaten had vernie tigd .Wfi zouden nog over zppyele andere din- Het slechte weer in de maand Mei. 'Wat men er in De Bildt van zegt. Het menschdom in Nederland is zoo langzamer hand sceptisch geworden ten aanzien van net weer. In het vroege voorjaar hebben we eenige prachtige dagen gehad, in Mei zegge en schrijve één, en daarna regen, regen und kein Ende. En da>. niet alleen, maar algemeen vindt men de tempe ratuur voo rden tijd van het jaar niet bijzonder hoog. Maa rwat dit punt betreft, zullen we wel wat verwend zijn door de Meimaand van het vorige Een onderhoud aldus schrijft het „Utrechtsch Dagblad" dat ons zeer welwillend werd toege staan door den hoofdredacteur van het Koninklijk Meteorologisch Instituut te De Bildt, prof. Van Everdingen, heeft ons geleerd, dat we niet al te sceptisch, moeten zijn, want er is nog hoop op beter weer. Een gelukkige tijding alzoo, want de grootste HULPCOMITÉ VOOR HET ROERGEBIED De öproep, dien wij destijds tot de lezers van dit blad richtten, heeft het resultaat opgeleverd,, dat, wij, dank zij hunne medewerking, reeds belangrijke bedragen via het Roode Kruis aan de lijdende vrou wen en kinderen van het Roergebied konden doen toekomen. Toch b lijft steun meer dan ooit noodig, aange zien, zooals U uit de couranten bekend zal zijn, de toestand in het Roergebied steeds verergert en de ellende steeds grooter wordt. Toenemende prijsstijging, gebrek aan levensmid delen, ondervoeding, kindersterfte, tuberculose, on dermijnen de bevolking. Intusschen bereiken ons aanvragen om ook giften in natura, zooals levensmiddelen, kleeren, enz. te willen aanvaarden, waarop door ons pogingen in het werk zijn gesteld, daatvoor een distributiemoge lijkheid te scheppen. Dit is ons thans gelukt, zoodat wij nu opnieuw tot u komen met het verzoek, ons te willen helpen en wel door giften in geld te zenden aan: de Bankiersfirma Heldring en Pierson, Korte Vijverberg Ib, Postrekening 1844, onder ver melding „Ruhrhilfe." en giften in natura aan: de firma C. Backer, expediteur, Waalkade 10 Nijmegen. Ook aanvaarden wij gaarne uw hulp voor het verkoopen van de artistiek uitgevoerde kaarten naar teekening van Ton van Tast. Voor inlichtingen daaromtrent gelieve u zich te wenden tot ons se cretariaat, Ammsterdamsche Veerkade 25, Telef. H. 3220. Het Bestuur: jK. 5DAEMEN', Voorz. S. J. Robitsch., Secret. Eerecomité: de Dames: Mejuffr. B. Booms, Me vrouw L. EschauzierPabst, Mevr. Heimbach Stocker, Mevr. W. Barones v. LijndenSchmidt auf Alnetstadt, Mevr .v. Rossumv. Hamel, Mevr. M. VerbroekMaronier. De Heeren: Dr. P. v. Anrooij, Dr. H. O. Behrens Voorzitter Deutscher Schulverein, dr. G. H. Coops Insp. M. Q., Jan Fabricius, dr. J. Nord-Oud, Dingeerend officier v. Gezondheid, Ir. A. J. Roe- lofsz Dir. Siemens Schuckertwerke, P. K. v. Tschu- di voorzitter Deutscher-yerein, Th. A. Verdenius Dir. H.B.S., dr. C. J*. Vinkesteyn Insp der Gym nasia, Dr. W. C. A. Baron v. Vredenburch, dr. Joh. Wagenaar, dr. E. F. Weinberg arts, Mr. Ei B'. F. F. Baron Wittert van Hoogland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1923 | | pagina 3