NIEUWE Donderdag 5 Jnli 1928. 32e Jaargang Kamer aan Mandei en FaürieHen ie Ho. 77. IITER6. TELCra«l«l|H L4I6EDIJKER C0ERA1ÏT. DE LANGE DE MORAAZ ^Alkmaar - Anno 1804. Donderdag te Schagen Hotel „Vredelust." BRAND- EN INBRAAKVRIJE KLUISINRICHTING. DE UITKIJK -Wij moeten en wij zullen, allen ten spijt, ermee (met de dwangmaatregelen aan de Roer) doorgaan Het zegevierende Frankrijk denkt er niet aan zijn overwinning op te geven en zal zijn wil laten ge voelen aan den overwonnene, die weigert zijn ne derlaag te erkennen." Het was in antwoord op den brief aan de Paus, die ervoor gepleit had het scha- deveigoedingsvraagstuk in den geest der christelijk heid te onderzoeken, zoodat de eischen der ge- htigheid niet gescheiden raakten van die der menschlievendheid, dat Poincaré deze woorden sprak. En de uitspraak van den Senaat heeft dit antwoord uitdrukkelijk als dat van Frankrijk be krachtigd. De Paus kan het zich voor gezegd houden. Maar de Paus niet alleen. En et zijn aanwijzingen genoeg, die 'doen vermoeden, dat ook de Engel- schen het begrepen hebben. Want feitelijk is het Engelsche plan tot reorganisatie en versterking van de luchtvloot een antwoord op diit Fransche ant woord, al is het dan ook voor dit antwoord ont worpen en uitgesproken. „Het zegevierende Frank rijk denkt er niet aan zijn overwinning prijs te geevn en zal zijn wil- opleggen aan den overwonnen- ne." De Engelschen zijn ervan geschrokken, niet van deze woorden zoozeer, maar van den geest die eruit spreekt, en aie ze al lang voor het uitspreken1 begrepen hebben Want niet alleen in de Roerkwes tie komt hij ltot uiting Wanneer de conferentie van Lausanne mislukt, dan komt dat, omdat de Franscheri in tegenstelling met de Engelschen, en de Italianen niet'willen toegeven, maar aan hun eisch in zake de goudbetaling onwrikbaar vast houden, ook al dreigt de vrede in het nabije Oosten er ernstig door in gevaar te geraken. „Het zegevierende Frankrijk denkt er niet aan zijn overwinning prijs te geven, maar zal zijn wil opleggen." Het is deze houding, die de wereld verontrust en haar zich verbijsterd doet afvragen of ze daarvoor haar menschen en bloed geofferd heeft, ten einde Frankrijk aan zijn overwinning te helpen. De Amerikanen hebben het zich al lang afgevraagd. De Engelschen doen het nu ook. En in gevaarlijker positie dan hun neven aan de over zijde van den Atlantischen Oceaan, voorzichtiger misschien ook en meer geïnteresseerd bij den toestand in andere deelen der wereld, bouwen ze een luchtvloot, nu Frankrijk, dat de heerschappij te land heeft, zich ook die in de lucht verzekerd heeft, ten einde „zijn wil te kunnen doen voelen." Het is het oude liede. Duitschland's macht, die Groot Brittanje's wereldpositie bedreigde, is ver nietigd, zooals in 1814 en '15 de Fransche van Na poleon vernietigd werd. Maar uit de asch dezer vernietiging is de eertijds vernietigde, wier dood 1815 voorgoed bezegeld scheen, als een andere phoeiux tot nieuw leven verrezen. En als ruim een eeuw geleden staat het Britsche wereldrijk op nieuw voor het feit, dat Frankrijk zijn wil wil opleggen. Alleen de verhoudingen zijn anders. Ame rika heeft zich tot een wereldmacht ontwikkeld,, waartegen toch ten slotte alle Fransche machtswel lust zich te pletter moet loopen. Maar naast dit voordeel staat een nadeel. Scheen in 1815 het ver deelde Duitschland nog geen ernstig concurrent van het Britsche rijk,, nu dreigt het gevaar, dat een nieuwe vernietiging van de Frarische hegemo nie het Duitsche gevaar opnieuw levend maakt. En dit nadeel vergeleken bij den toestand van 1815 beheerscht meer dan het voordeel der Amerikaan- sche machtsontwikkeling Engeland's positie. Het verklaart ook, waarom Engeland slechts noode de Fransch-Engelsche vriendschap ziet slinken, en het aan. het behoud der Entente als aan het eerste beginsel zijner 'ouitenlandsche politiek vasthoudt, relfs nu het zich ter verdediging tegen een Fran sche bedreiging gereed maakt. De Franschen we ten het en speculeeren erop. En Poincar, ze- her van de macht van het Fransche leger en an derer betrekkelijke zwakheid, glimlacht. „Allen ten spijt." Nog anaeren dan de Paus en Engeland kunnen het zich voor gezegd houden. Het was den laat- sten tijd meer dan duidelijk geworden dat ook in België het gezond verstand weer zijn woord begon mee te spreken. En de ministerieële crisis heeft getoond, dat het tot de bezinning begon terug te heeren, die het eind van het Fransch-Belgische bondgenootschap aan de Roer moest beteekenen. Et i? geen twijfel meer aan, of het nieuwe kabinet iheunis staat anders tegenover de Roer- en de schadevergoedingskwestie dan het oude, al is het daaraa ndan ook sprekend gelijk. De strijd om de vervlaamsching der Gentsche universiteit en om flen duurvan .den diensttijd was niet de eenige Oorzaak der crisis. Het verzet tegen de Fransche politiek en de Fransche onverzettelijkheid werd al sterker in België, zelfs in heftig Fransch gezinde kringen. En het lijkt daarom niet onwaarschijnlijk dat Iheunis daarom met de Vlaamsche katholie-t ken inzake het hoogeschoolvraagstuk, waaromtrent hij een voorstel heeft ingediend, dat van Vlaamsch standpunt moeilijk ook maar eenigermate bevredi gend geacht kan worden, zoo gemakkelijk spel heeft gehad, omdat hij inzake de Roer water in den wijn der Belgische politiek heeft gedaan. Zal, wanneer zoo ook België ,om zijn eigen belangen te redden, van Frankrijk loslaat, Poincaré zijn wel fier klinkend woord „allen ten spijt" hand haven? De isolatie van Frankrijk, dat vooral in het Oosten in scherpe tegenstelling met Italië komt, zou er vrijwel volkomen door worden, wanneer het nog alleen Polen en de kleine Entente tot zwakken steun had. En het trotsche antwoord op den brief aan den Paus kan slechts dienen onj het ook van de sympathie der wereld steeds verder te isoleeren. Als de schuldenaar een bewijs van goeden wil heeft gegeven door het oordeel van een onpartijdig orgaan over zijn betalingskracht bij voorbaat te aanvaarden en de schuldeischers de noodige waar borgen krijgen, dan schijnen zoowel rechtvaardig- hied als menschlievendheid te eischen, dat men niet van hem vordert wat hij niet kan geven. Met deze woorden heeft de Paus ongetwijfeld de publieke opinie der wereld tot uitdrukking gebracht. 'Kan Frankrijk antwoorden, dat het hem niet om recht- vaaidigheid en menschlievendheid maar .om heel wat anders te doen is? Het vragenlijstje van Sir Baldwin ligt nog altijd onbeantwoord. Maar het Engelsche luchtvlootpla nligt er ook en is voor uit breiding vatbaar. Wanneer het zegevierende Frank rijk zijn overwinning niet wil prijsgeven, maar zijn wil laten voelen, dan wordt het ook, voor de vol ken, dié het aan die overwinning hielpen, tijd op hunne hoede te zijn. Vergadering van bovengenoemde Kamer op Woensdag 4 Juli des avonds half zeven ;cn stadhuize te Alkmaar. Na opening worden de notulen goedgekeurd. Afwezig de heeren: Wagenaar, Hoogland, Holsmuller, Van Breda, Offers, Grondsma, Rngersi, Blauboer en Kabel. iMededeeiing, dat de kiezerslijsten vanaf Juli ter secietarie der Kamer ene der verschillende Gemeenten ter inzage zijn gelegd. Adres der K. v. K. te Haarlem do. 12 Juni 1.1. met verzoek het ontwerp betreffende de winkel sluiting en dat inzake den arbeidsduur voor winkel bedienden aan alle Kamer van K. ter beoordeeling te zepden. Dit adres werd ons ter kennisneming gezonden Het Bureau stelt voor dit aldus te behandelen. De heer Grümwald zegt dat het adres naar de K. v. K. had moeten wordein gezonden om advies; Spr. is e rvoor het (ointwerp krachtig te steunen, maar tevens t. ©vragen aan den Min. voor behandeling het advies van de K. v. K. in te winnen. De heer Schmaly steunt het gesprokene. Een zeer langdurige discussie ontspint zich, waarna wordt besloten het adres Haarlem te steunen. 1 Afschrift van het antwoord van het Min. v. Wa terstaat, afdeeling Posterijen en Telegrafie do. 14 Mei 1.1. op het adres der Gem. Alkmaar (hetwelk onze Kamer steunde), inzake invoering nacht- en onbeperkte Zondagsdienst. Het bureau stelt voor het besluit van B. en W. terzake af te wachten. Hierin wordt gezegd dat door een enkele kracht dezen dienst kan worden gevoerd. Aan Bi. en W. zal worden gevraagd dit advies Over te nemen. Missive der Uitgévers Maatschappij C. Misset te Doetinchem, waaruit blijkt, dat de „Nederland- sche Mercuur" en „Handelsberichten" met ingang van 1 Juli worden samengevoegd tot één periodiek „„Handelsberichten." Het bureau stelt voor deze mededeeling voor kennisgeving aan te nemen. 'Overeenkomstig besloten. Afschrift van het adres door de K .v. K. te Til burg d.d. 18 Juni 1.1. aan den Min. v. Arbeid, N. en H. gericht, met verzoek bij de Tweede Kamer een wetsontwerp in te dienen met dezelfde strek king als de Belgische wet van 20 Juni 1920, die de mogelijkheid opent, om behoudens latere be krachtiging door de St. Generaal bij Kon. Besluit bepaalde handelspolitieke maatregelen te treffen. Het bureau stelt voor dit adres in handen te stellen van de commissie van verordeningen. Overeenkomstig besloten. Afschrift van een tweede adres der Kamer van Tilburg inzake de handelspolitiek onzer regeering met advies het handelsverdrag met Tsjecho Slowa kije niet goed te keuren. Het bureau stelt voor dit adres in handen te stellen van de handelscommissie en in verband hiermede daar in behandeling te nemen. De heer Grunwald zou willen infonpeeren wat Nederland naar Tsjecho-Slowakije kan uit voeren, omdat aan de hand daarvan men el kander tegemoet kan treden. Besloten woordt den heer Wagenaar af te wachten. 'Rapport van het üd, den heer C. Wagenaar Xz. te Broek op Langendijk omtrent zijn persoonlijk onderzoek te Praag. Wordt eveneens aangehouden tot de heer Wagenaar ter vergadering komt. Het bureau voorgelicht door de Handelscommis sie,, vermeende inmiddels aan de Tweede Kamer een telegram te moeten zenden, teneinde de be langen der groentenexporteurs in het algemeen te verdedigen. Missive der Ned. Ver. van Tentoonstellingsbe- langen te 's-Gravenhage betreffende Quinzaine in ternationale du Bois van 6 21 October te Lybn. Het bureau stelt voor, voor kennisgeving aan te nemen. Overeenkomstig besloten. Adres dei Kamer van K. te Middelburg met be zwaren tegen het voorstel der Ned. Vereeniging voor Locaalspoorwegen en tramwegen om te ge raken tot reorganisatie van de internationale tram wegen in den aangegeven vorm. Het bureau stelt voor dit adres in handen te stellen van de verkeerscommissie om advies. Overeenkomstig besloten. Aanvrage van het bestuur der Nat. Vereeniging voor handelsonderwijs te Amsterdam om lid te worden dezer vereeniging en daarvoor minstens f 10 pei jaar te bestemmen. Advies wordt gevraagd van de Financieele comm. De heer Dokter zegt dat de financiën een dergelijke uitgave niet toelaten. Geadviseerd wordt hierop niet in te gaan. Overeenkomstig wordt besloten. Aanvrage van het Ned. Archief te A'dam met verzoek als donateur toe te treden. Het genoemde Archief seer. prof. Mr. N. Posthumus geèft o.a. een werk uit, waarin de moderne handelspoli tiek wordt geschilderd. Advies wordt gevraagd van de Financ. Comm. De heer Dokter adviseert hierop niet in te tgaan daar een bedrag gevraagd wordt Van f 100 Overeenkomstig wordt besloten- Adres aan onze Kamer gericht door verschil lende groentenexporteurs te Noordscharwoude om te verzoeken aan den Dir. Gen. der P. en T. om het Post en Telegraafkantoor aldaar, met ingang van 1 Juli niet, zooals het plan bestaat, tusschen half vier tot half zes te sluiten, doch den geheelen dag open te laten, vooral daar de export-campagne aanbreekt. Het burea uder Kamer .oordeelde het wensche- lijk dit adres te steunen en zond het daartoe strek kende verzoek aan den Dir. Gen. Goedgekeurd. Missive van het Min. van A. H: .en N. inzake Schoenenwet. Het Ministerie zal zelf voor publici teit in de dagbladen zorgdragen. Het bureau stelt voor deze missive voor kennis geving aan te nemen. Overeenkomstig wordt besloten. Missive der gemeente Alkmaar inzake Kraan aan de Handelskade. Het bureau heeft B. en W. erop gewezen dat het tijdstip om den goederenaanvoer te controlee ren thans niet zeer gunstig is ,daar tengevolge der bezetting van het Roergebied weinig wordt be trokken. Hierop wordt niet ingegaan. Aanvrage Holland Huis inzake reclame. Dit onderwerp werd reeds op een vorige verga dering besproken. De Finantieele commissie geeft thans advies inzake het bedrag. De heer Dokter adviseert dit van de hand te wijzen op grond van den finapciëelen toe stand. Overeenkomstig wordt besloten. Rapport van de handelscommissie inzake haar ondeizoek om na te gaan inhoeverre maatregelen kunnen worden getroffen om gesiignaleerde onbe trouwbare zakenlieden de gelegenheid te ontnemen hunne unfaire praktijken toe te passen. De commissie ontveinst zich niet, dat deze vraag buitengewoon moeilijk bevredigent te beant woorden is. Zij vermeent de Kamer te moeten voorstellen: ie. De gemeentebesturen in ons district te ver zoeken de namen dezer lieden aan de Kamers be kend te maken. ,2e. Aan alle Kamers in de overige districten te verzoeken opgaven te verstrekken van de bekende lieden in haar district. De heer Kolste rzegt dat men bp verschillen de moeilijkheden "stuit en om een zwarte lijst aan te leggen moet men over juiste gegevens beschikken .waaromtrent deze voorstellen wor den gedaan en een lijst aan te leggen naar opgave van de politie over de bekende fles- schentrekkers. Overeenkomstig wordt besloten. Rapport der handelscommissie over haar onder zoek naar de invoerrechten in Tsjecho Slowakije. Dit rapport werd reeds behandeld onder F. De. commissie stelt voor het rapport van den heer Wa-, genaar te zenden aan het Dept, van Landbouw en een afschrift aan alle Kamers. Wordt aangehouden tot de heer Wagenaar aanwezig is. Rapport der handelscommissie inzake het Post congres te Stockholm. Bij onze Kamer waren geen klachten of wenschcn binnengekomen. De commissie vond het wenschelijk twee derde der verzoeken van de Kamer te A'dam te steunen, De heer Kolster stelt voor postzaken (met alle internationale schepen te verzendein, die vopr afvaart gereed liggen. Overeenkomstig wordt besloten. fllapport van den adj .-Secretaris nopens het Binnenscheepvaartccngres. De heer Scheffer leest zijn rapport voor, waarin wordt gezegd dat het congres van zeer *veinig belang was voor ons district. Besproken werd de droogmaking van de Zuiderzee, welke aansluit op de belangen van de Westfriesche kanaalvereeniging. Voor de pnopagandavoering voor de kanaalplannen heeft men het oog te 'richten naar de Binnenscheepvaartcongressen, waar alle belanghebbenden vertegenwoordigd 'zijn, en een vruchtbaar terrein kan zijrn. Met deze zaak is de heer Hoogland, lid van de kanaal-commissie op de hoogte gebracht. Mededeeling van den voorzitter inzake de door de Kamer gevoerde actie teneinde ten spoedigste een betere verbinding te verkrijgen, welke geschikt is voor zwaardere vrachten dan de vlotbrug, tij dens de herstelling der Friesche Brug. De voorz. zegt dat door de vernieuwing de verbinding met het noorden is verbroken. Wa gens met 3000 K.G. mogen niet over de Vlot brug .waarover het vervoer geschiedt. De se cretaris heeft zich daarop direct in Verbindjng gesteld met den ingenieur van de Waterstaat. Waar dit niet mocht baten, heeft men steun gezocht bij andere corporaties, waarop verbe tering werd toegezegd, en een pont is aange bracht die 4200 kilo kon dragen. Déze zal Vrij dag in werking worden gesteld. Mocht de rege ling niet afdoende zijn, zal opnieuw actie moe ten worden gevoerd. Dank wordt gebracht aan de middenstandsbonden, voor den ontvangen steun. De nieuwe brug zal ongeveer 15 Augus tus gereed kunnen zijn. De heer Van der Kley wijst Op het groote provinciaal belang, en op dat van Alkmaar dat verbonden is aan een goede, breede brug. Spr. noemt het een treurig verschijnsel dat nu een brug wordt gemaakt van 80 c.M. breeder dan de vorige, en niet voldoet aan de verwach tingen van den handel en het Verkeer. De heer Grünwald noemt het eigenaardig dat het rijk geen rekening heeft gehouden met het belang van hen, die gebaat 'zijn bij een goede brug. En zou een protest willen richten tot het rijk. De voorz. zegt dat al is hel pok niet vol doende, de breedte grooter is dan Wordt mede gedeeld, daar ook trottoirs zullen worden aan gebracht. Spr. vindt het jammer dat men nu aanstonds weer 50 jaar opgescheept zit met zoo'n bruggetje dat niet voldoet aan (de eischen van het verkeer. 1 De heer Messelaar zegt dat de pont niet vol doende is, omdat volgens een ingezonden 'stuk, ©en houtwagen er niet over kon. Spr. zegt dat men blij mag zijn dat men thans zoo'n nieuwe brug krijgt. De voorz. is het hiermede niet eens, en ver klaart zich niet verheugt met het 'bezit van zoo'n brug, die toegang geeft tot de "stad, en waa rhet verkeer uit en naar (het noorden moet langs gaan. De heeren Wagenaar en Hoogland komen ter vergadering. Thans wordt op de brugkwestie niet verder ingegaan. Bespreking inzake het voornemen der N'. Z. H. T. Mij. om de tramverbinding Haarlem—Alkmaar op te heffen. De voorz. wijst het verwijt van de „Al'km. Crt." van de hand, als zou de Kamer niet ac tief zijn geweest in het behouden Van dezen dienst. Dat deze dienst niet rendeert, is hoofd zakelijk een gevolg van de minder goede in richting van het goederenvervoer. De voorz. vraagt of men het noodig acht dat deze dienst blijft bestaan? De heer Kuiper zegt dat deze vraag over bodig is, en ieder zeker er voor is, dat deze dienst blijft bestaan, en men middelen moet beramen hoe men dezen dienst moet laten voortbestaan. S gesteld is op het voortbestaan van zoo'n stin- De heer Hoogland zegt dat Heiloo hok niet kend ding langs den weg. Voor Langendijk is bet geen behoefte dat dezen dienst blijft, waar reeds twee vaste motordiensten bestaan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1923 | | pagina 1