WE
Donderdag 16 Augustus 1823
32e j aargcutg
JjfO, 95* WTKNft. IKUrMrah si
(01 RANT.
DE UITKIJK,
Terwijl de Senaat beraadslaagt, gaat Rome ver
loten, waarschuwde op een oogenblik van dreigend
gevaar een der senatoren van de oude wereldstad
zijn redeneeiende en langzame medeleden. Rome .s
„iet verloren gegaan, toen tenminste niet. Maar wie
wêet, of het misschien niet deze waarschuwing juist
uas,'die het redde. Er dreigt nu opnieuw gevaar,
niet voor Rome meer, dat destijds het beschaafde
Europa vertegenwoordigde, maar voor geheel Euro
pa. Mar awaar blijft de waarschuwer, wiens stem
ge^ag genoeg heeft, om de redeneerende hoeren uit
deu senaat, die over Europa's leven beschikken,
wakker te schudden voor het te laat is?
Het is een moeilijk geval ditmaal. Want het is
nog zoo zeker niet,, dat er in den Europeeschsn
senaat gem leden zijn, die er desnoods de onder
gang van Europa op zouden willen wagen, wan
neer ze zelf maar geüjk kregen. Maar bovendien
is er wel een onder de heeren, die het dreigend
gevaar genoeg zien? Engeland heeft opnieuw een
nota gestuurd van misschien wel 8ooo woorden,
waarin zeet klaar en duidelijk Engeland's inzichten
en het Engelsche standpunt worden uiteengezet.
Ongetwijfeld zullen Frankrijk en België daarop met
een gelijksoortige langademige nota antwoorden.
Daarop zal Engeland dan waarschijnlijk
Ja wat? Maar het is heel goed mogelijk, dat het
er dat. weinig meer toe doem zal,, wat Engeland
daarop zal doen. Het Duitsche Rijksgebouw wag
gelt bedenkelijk. En men kan nauwelijks nog ver
wachten, dat de nieuwste belastingwetten, die Cu-
no's regecring heeft aangekondigd en die ongetwij
feld het voornemen verraden om door zeer dras
tische middelen de middelen van het rijk belang
rijk men hoopt op een opbrengst van 108 bil-
lioen papie/mark te versterken, dat zelfs deze
wetten het nog in zijn voegen zullen kunnen hou
den, wanneer niet spoedig door buitenlandsche hulp
de noodige stutten worden aangebracht. De levens
middelen beginnen in bedenkelijke mate te ontbre
ken en zijn, voor zóóver aanwezig, onbetaalbaar
duur In het Ruhrgebied wordt dit allermeest voet-
Daar en ondermijnt het den tegenstand, die de be
volking nog aan het Fransche geweld geeft. Maar
ook elders in het Rijk loopt het volk te hoop en
zetten stakingen het oeconomische leven vrijwel
stop. En de communisten, die als altijd met de
ellende hun voordeel trachten te doen, zorgen voor
de noodige enscèneering van straatgevechte nen
plunderingen Zelfs de sociaaldemocraten beginnen
balsturig te worden. En in Saksen heeft een ~.o-
ciaal-democratisch minister-president door een fei
len aanval op de rijksregeering het gezag van de
zen nog een geduchten stoot weten toe te bren
gen. Alleen het feit, dat niemand de taak dezer
regeering wil of kan overnemen, houdt haar nog
overeind.
Poiiicaré glundert ongetwijfeld. Hij heeft niet
anders verwacht en gehoopt. En wanneer straks
net gebouw ineenstort, dan zal hij op de puinhoo
pen de onvernietigbare macht van zijn Fransche
vaderland vestigen.
Dat meent hij. Maar Baldwin weet beter. Hij
ziet al de geweldige brokstukken van het instortend
gebouw verpletterend neervallen op Europa's zieke
lichaam Als een andere waarschuwer tracht hij
alsnog den Franschen bondgenoot te overtuigen
van de noodzakelijkheid der stutten in Duitsch-
land's belang niet in de eerste plaats maar in -lat
van Europa En het is tijdens deze beraadslaging
dat Eurepa verloren dreigt te gaan. Doet het
er dan eigenlijk wel zoo heel veel meer toe, hoe
die beraadslaging zal afloopen?
Er ie niet veel kans trouwens, dat Frankrijk
zich zal laten overtuigen. De besliste veroordeeling
van de Ruhrbezetting en het voorstel over de wet
tigheid daarvan het oordeel van den Volkenbond
of het Internationale Hof van ustitie in te roepen,
kunnen het slechts onwilliger maken. En het voor
uitzicht, dat een deel der Duitsche schadevergoe
ding zal moeten d'enen om zijn schuld aan En
geland tn Amerika af te doen en dat de schuld aan
Engeland slechts met dit bedrag zal kunnen ver
minderd worden, zoolang Engeland's schuld aan
Amerika niet is afgelost, is zeker weinig geschiet
het voor Engelsche redeeringeri ontvankelijk te
maken Wanneer het zegt, dat Duitschland beta
len moet, denkt het alleen aa nde eigen portemon-
faie, niet aan die van Engeland. En wanneer het,
evenals Baldwin ook, verklaart, dat Duitschland
zooveel mogelijk betalen moet, denkt het niet, als
de Engelsche minister, aan de Duitsche betahugs
mogelijkheid, maar aan eigen begeerte.
De twee standpunten schijnen moeilijk tot het
eene samen te voegen, van waaruit Baldwin nog
altijd hoopt de nieuwe weg naar regeling van het
Si'hi devergoedingsvraagstuk te kunnen doen loopen
Hoe hij zich, wanneer ook deze 8ooo Engelsche
woorden zonder effect mochten blijven, de twee
gescheiden wegen voorstelt, is nog niet duidelijk.
Dat Italië het met Engeland zal houden is uit het
Italiaansche antwoord wel met vrij groote zeker
heid te concludeeren. Maar heel veel verder brengt
dat: de zaak niet. En het is deze onzekerheid,,
waarop Pomcaré evenzeer speculeert als op de
Duitsche ineenstorting. „Als temidden van andere
naties een staat tot alles is besloten" schreef on
langs liet Italiaansche blad „Idea Nationale „ter
wijl de andere naties bereid blijken tot een zekere
grens te gaan, dan zal die eene altijd de sterkste
zijn." Dat heeft Frankrijk begrepen. En de Euro-
peesche gebeurtenissen hebben de juisthedi dezer
woorden bevestigd.
Frankrijk weet wat het wil en is tot het uiterste
besloten. Het is mogelijk, dat het meent van
Duitschland's ondergang alleen voordeel te kunnen
trekken. Maar het is waarschijnlijker, dat het,
zoo al niet den ganschen ernst van den toestand
beseffende, niettemin het gevaar begrijpt van het
spel, dat hei speelt. Maar liet waagt het er blijk
baar op. „Wordt zulks te Berlijn met tijdig inge
zien", schreef het Brusselsche „Laatste Nieuws",
„dan zullen de huidige verhoudingen uitloopen op
een algemeene oeconomische ramp voor al de be
trokken partijen." Het is de erkentenis van het
ontzaggelijk risico, dat men ook zelf loopt. Maar
de noodzakelijke conclusie blijft uit. „Wordt zulks
te Berlijn niet tijdig ingezien", heet het. Dat het
ook te Parijs en Brussel kan worden ingezien,
schijnt geen oogenblik in de gedachte van „Het
Laatste Nieuws" van Frankrijk of België op te
komen. Zoo vechten Duitschland en Frank rijk-
België als waanzinnig geworden vijanden, door om
het emde, dat de ondergang van allen moet zijn.
En. als altijd staat de v erstandige machteloos met
zijn nuchtere waarschuwingen, die nauwelijks ge
hoord worden. Want het is" feitelijk geen beraad
slagen meer. Frankrijk's koppige wil maakt dat
Europa ook zonder dat verloren kan gaan
RECHTZAKEN
Zitting van 14 Augustus.
Een dames-lid van de rotivereeiniging.
Het was heden finale opruiming van gedeti
neerden tegen zomerprijzen. Nummer een was
een dienstbode (honneur de dame). Met name
Neeltje S., 'n 26-jarig jong meisje, dat tot
Mei van dit jaar in dienst was geweest bij
den heer G. Beets te Zijpe en toen haar metier
had moeten verwisselen voor een gratis logies
in het huis van bewaring, omdat gebleken was
dat zij, behalve nog veel andere zaken, 2
bankjes van 25, 8 -van 10 gulden,, 2 servetten!,
'n tafellaken, damespantalons en 'n peperbus
had „gelinkt". Het meisje had reeds verschil
lende veroordeelingen ter zake diefstal onder
gaan, ook nog een voorw. straf het komt ons
dus vopr, dat men haar wel wat beter in de
gaten had moeten houden, dan had Beets ook
op z'n tellen kunnen passen- Nu was hij er met
zijn diefachtige kamenier leelij|k ingevlogen.
Het misjee bwerde thans dat zij in de war
was geraakt omdat haar galant haar had laten
loopen, maar het onderzoek naar haar geest
vermogens bracht niets abnormaals aan het
licht. Het O.M. vorderde kortaf tegen haar
6 maanden gev., terwijl mr. Smal, haar verde
diger in 'n sierlijk speechje op 'n voorw. ver
oordeeling inspeelde.
Veemihuizen. Alles buitenlucht, wat wil je nog
meer?
Nu kregen we de solkfcenparade.
Een drietal bedelaars werden ons thans ach
tereenvolgens op het bankje der zondaren ge
presenteerd. Om te beginnen Antoon de H.,
'n 28-jarige Eriesche sjouwerman, die nergens
'n sjouwtje kon oploopen en nu maar, ten einde
raad, aan een agent van politie om 'n aalmoes
had gevraagd. Alkmaar schijnt wel tot aantrek'-
kingspunt te zijn voor dergelijke touristen; uit
alle oorden van het land komen ze hierheen
om zich te laten „einsperren". Zou 'm dat
'soms zitten omdat het hier zoo glad als boter
gaat? Quien sabe, zegt de Spanjaard, wie
weet? Enfin, de officier annonceerde voor
Toon 2 dagen hechtenis en 8 maanden op
zending. Anders is het altijd 3 dagen, maar
ook hierin schijnt men te. willen bezuinigen.
Nummer twee moest aantreden.
De tweede bedelaar was een vriend land
en lotgenoot van den voorgaanden pokert. De
werkelooze metzelaar Homme B., ook uit
Leeuwarden.- Hij had Aich op denzelfden dag,
op hetzelfde uur en op dezelfde wijze in Alk
maar laten inrekenen en kreeg nu van den
officier hetzelfde recept, 2 dagen en 8 maan
den opzending.
Weer 'in ander type.
Dit was J. v. d. L. 'n goeie vijftiger en 'n
rare sinjeur, die al eens in Coudewater heeft
gelogeerd, 'n beetje getikt, begrijpt u. 't Is
dezelfde snijboon, die onlangs door den poli
tierechter werd veroordeeld tot 3 dagen gev.,
omdat hij te Enkhuizen 's nachts op 'n plee
was gaan zitten en er volstrekt niet af wilde,
toen de eigenaar hem sommeerde, deze fris-
sche eztel te verlaten.
v. L. gaf zijn voorliefde te kennen om in
'de 'buitenlucht te mogen werken en de offi
cier was direct bereid hem te helpen, 2 dagen
hechtenis en 8 maanden opzending naar
'itOud viespeukje.
Met gesloten deuren stond terecht 'n be
jaarde verpleegde uit de P. H.-stichting te
Egmond aan Zee, H. J. H., welke oude heer
zich had bezondigd aan artikel 247 welhoek
van strafrecht. Het publiek werd verzocht de
zaal te verlaten en de lezers worden uitge-
noodigd over te gaan tot de lezi|ng van het
volgend artikel:
Het hoofdnummer van het programma.
In alle kranten heeft men destijds kunnen
lezen, dat in den nacht van 21 op 22 Mei,,
ter gelegenheid van de Wieringer kermis, de
rijksveldwachter Admiraal gruwelijk was toe
getakeld don fn paar Wieringer visschers-
jongens. Mem. had hem met een mes in de
keel gestoken en hem ook nog 'n steek in de
lendestreek toegebracht.
Gelukkig bleken de wonden niet van emsti-
gen aard. Na 'n dag of negen kon de getrof
fene jhet bed weer verlaten, doch zijh zenuw
gestel had zóó veel geleden door het gebeurde,
dat hij in geen twee maanden dienst kon doen.
Thans is Admiraal weer in functie, doch hij
heeft overplaatsing aangevraagd naar Haar
lem, welk verzoek hem is toegestaan. De twee
bekkesnijders, Jan te B. en Jan P. die reeds!
bijna 3 maanden in voorarrest hadden doorge
bracht .stonden nu terecht, ten B. omdat hij
de steken had toegebracht en J. P. ter zake
medeplichtigheid, terwijl hem tevens werd ten
llaste gelegd, dat hij den veldwachter had ge
schopt en geslagen.
Eerste beklaagde erkende het feit, maar Jan
P. 'beweerde, dat hij den veldwachter niet had
mishandeld. Deze had hem echter hooren zeg
gen, toen hij met ten B> op den grond worstel
de en deze met het messtójc: snij heüfVn
strot maar af.
Overigens zagen beklaagden er niet on
gunstig uit en ze stonden tot vóór het gebeurde
goed bekend. Blijkbaar hebben ze gehandeld in
een opwinding, veroorzaakt door den geest van
verzet en wanorde, die in den beruchten nacht
tegen de surveilleerende politiebeambten
heerschte. De heer officier was dan ook niet
bepaald tegen hen ingenomen, maar wat ze
hadden gedaan, was te ernstig om niet streng
te worden gestraft. De politie moet worden
beschermd tegen dergelijke barbaarschheden
en het gezag moet worden gehandhaafd. Om
die reden vorderde het O.M. tegen ten B. 9
maanden gevangenis en tegen J. P. 4 maanden.
De verdediger, mr. Langeveld, die zich veel
moeite voor beklaagden gaf, verzocht voor hen,
op grond van hun gunstig verleden, 'n voorw.
straf en onmiddellijke invrijlheidsstelling.
Dit laatste verzoek werd niet toegestaan en
een voorw. straf is ook wel zoo goed als uit
gesloten. De uitspraak is bepaald op a.s. Dins
dag 's morgens 10 uur, terwijl 's middags de
politierechter zitting houdt.
punctum.
NIEUWSTIJDINGEN
Groote brand te Dwingeloo.
Uit Meppel meldt men aan het „Nieuwsblad
van het Noorden":
Als een loopend vuurtje ging door onze stad
het gerucht, dat een groote brand in Dwinge-
loo was uitgeDroken, waardoor een negental
woningen en een kerk in vlammen waren op-
Op het vernemen van dit bericht hebben we
direct p rgingen aangewend om een auto mach
tig te worden, wat echter niet gemakkelijk ging.
Eerst tegen negen uur hadden we op een wa
gen beslag gelegd, die ons met een 80 K.M.
vaart naar Dwingelo bracht, ongeveer vijf uur
hier vandaan.
Nog maar nauwelijks hadden we bij Diever-
brug, bij de woning van den burgemeester van
Dwingeloo, den weg langs de Drentsche hoofd-
vaart verlaten en waren we rechtsaf gereden,
of de scherpe brandlucht vooral van hout en
hooi prikkelde ons reukorgaan en zagen we
in de verte de vlammen hoog oplaaien tegen
de roodgekleurde donkere lucht.
Even later stopten we inabij de kerk der
'"Ned. Herv. Kerk. Kerk, welk gebouw reeds
geheel uitgebrand was. Van berk en toren ston
den nog slechts de muren, terwijl overal nog
het houtwerk, dat nog over .gebleven was
vlamde en knetterde.
De vreemdsoortig gevormde koepel van den
toren, waarvan er in ons land ergens in Zee
land nog een gelijke moet bestaan, was geheel
verdwenen. De wijzers op de even lager aange
brachte wijzerplaten waren op zes uur blijven
staan. Op dat uur heeft de oude klok, datee-
rende uit de 16e eeuw voor 't laatst hare zes
zware slagen doen hooren, ver boven de uit
liet schip der kerk oplaaiende vuurzee. Met
'een geweldigen smak vielen daarna uurwerk
en klokken naar beneden, door wat nog was
overgebleven van deze prachtige gewelven.
Zonder ophouden werden de vlammen be
spoten uit eene der vele aangerukte brandspui
ten, twee uit het dorp zelf, één uit Leggeloo',
één uit Lhee, één uit Eemster, én uit D lever
benevens de motorspuiten uit Meppel en Assen.
De kerk staat aan de noordzijde van den'
zoogenaamden Brink, waaromheen typisch
Drentsch, ook de meeste woningen zijn ge
bouwd.
Onzen weg vervolgende tusschen drommen
menschen, die met alle mogelijke vervoermid
delen uren ver weg waren gekomen en over
kris-kras liggende brandslangen, over den
'Brink, waar zich gelukkig talrijke zoogenaam
de brandkuilen bevinden, stonden wij plotsej
ling geplaatst tegenover een kapitale boerderij,
waarvan nog in het achtergedeelte een hooi-
'berg van ongeveer honderd voer hooi in lichte
laaie stond.
Aan onze rechterhand stonden nog de smeu
lende muren van wat eens flink hotel was.
En verder gaande, ter weerszijden van den
weg alles nog vuur, vlammen en rook. Het
geheel leverde een fantastischen aanblik.
Op sommige plaatsen was het bijna niet uit
te houden van dein verstikkenden rook, onder,
anderen nabij de woning van den smid Rieske
met de daarachter gebouwde Israeëlitische
kerk, die ook geheel in vlammen opging.
Na een overzicht van de ontzettende ramp
gekregen te hébben, Tfiforméê'rden we naar"
de oorzaak van den brand, die niet aan hooi-
broei is te wijten.
We vernamen, dat de brand is ontstaan om
nagenoeg kwart voor vijf in de met riet ge
dekte woning van den arbeider A. Th. Andreae
en wel in het stookhok, waar de pot met vee
voeder werd gekookt. De vrouw was alleen
thuis, het manvolk was o,p het veld.
In een oogwenk stond het huisje in volle,
vlam en woeien de vonken over op de even-
feens met riet gedekte woning van den win
kelier en voerman K. FLokstra. Bjinnen een
half uur was ook deze woning, evenals die
van den manufacturier H. Warring voor een
groot deel reeds door het vuur verteerd.
Daarna werd de kapitale boerenhoeve van
B. Mulder aangetast, waar men juist den ge-
heelen oogst had binnengehaald.
De inmiddels aangerukte brandspuiten ston
den machteloos tegenover het vuur, dat niet
langzaam voortwoekerde, maar in dan tijd van
enkele minuten zich verder snel uitbreidde,
thans over de aan den anderen kant van den
straatweg staande smederij van K. Rieske met
de daarachter gebouwde Joodsche kerk en de
•woningen van den winkelier H. Piest, den vee
handelaar H. Boers en dein arbeider L. Smit.
Hierop volgde het hotel van J. Zantinge, een
groot gebouw van twee verdiepingen. Ook hier
was het riet, dat van achter de woning dekte,
noodlottig voor de bewoners.
Over de school, de onderwijzerswoning en
het hotel van J. de Wal heen, vlogen de bran
dende vlokken hooi en vonken tegen den groo-
tendeels uit hout bestaanden koepel op den'
toren der kerk, waar het vuur gretig voedsel
vond in de zich daar bevindende kraaiennes
ten en spinragverzamelingen. En van den tor
ren sloegen de vlammen over naar de kerk.
Zoo snel ging alles in zijn werk, dat aan red-
'den van inboedels niet te denken viel. ,'tVee
was gelukkig in de weide. Alleen eenige var
kens en een geit kwamen om.
Alle woningen waren, sommige heel laag,
verzekerd, grootendeels bij de Onderlinge
Brandwaarborg Maatschappij de Jplng en Co.
te Amsterdam, waarvan een bordje, vermelden
de het agentschap, bevestigd was tegen een
nog staande muur van 't hotel Zantinge.
Een zielig gezicht was het toen wij een ern
stig zieke jonge vrouw uit een belendende wo
ning bij de kerk zagen dragen.
Het geheele dorp is diep onder den indruk.
Spelen met lucifers.
Te Enschede is gisteren een vierjarig jon
getje, dat spelende met lucifers brandwonden
I had opgeloflpen, aan de gevolgen overleden.