jgüró'LengédllHsr^urant (MeWl
0IIZ8 «siisje en afiieiisi.
Gemengde Buiienianflsciie geranten.
staan ïe brengt
al vain den heer
vloog' tegen
ier naast het »a.
buiten gevloge*
g; mevrouw Weg
i naar het paleis
tal van den heer
snel geschiedde
woord tegen Ka-
inke, jonge kerel
weg. Een poosje
huis geroepen en
neester f100. Van
hij| verder nooit
ele geval hadd^l
met een gouden
„Vad." heeft Ka.
i vertelt daarvan;
idageüj|kschen rit
t hij jaren langt-
gereden. Van <jg
ut zijm geheugen-,
jn gemoed schoot
zijn -heele leven
plicht doende, tot
tot tevredenheid
.rkestein, die An-
id en het paard-
enheid van hem
rloos weduwnaar
l. Duynstr. 56.
kj Antoon, dat je
het fee val?
jordde Antoon, dat
:tie, die toen niet
de eer wilde geven,
an. mij de paa-tien
tan zei; Neen, neen
tot staan gebracht
ard geworden, met
groote zttrg voor
Zaterdag 15 September 1'923.
:M tri tóJ
nbouw.
(ZOEK
weidebouw.
in het Rijksland-
an heeft een goed
dioeeren van een
-kzaamheden over:
123'',. want daaruit
1 dat tij|dvak door,
ker- en weïdebduw
te betreuren zou
;d van de huidige
de noodige gelden
werk met kracht
l naar middelen ttj
n te komen1, weer
le ontvangsten en
n vah! de middelen
hn den bodem tot
voeren. Hpe meer
lopging vatbaar is,
dit middel baat zal
it dat oogpunt be
nnen noemen, dat
ed zoo hoog staan-
aog liang niet over-
ehaald,. wat er uitl
het hoogst mog<
len nog 'de onvol-
len theorie en p
Ier praktijk we:
l man der theori
gebreken' voor,
boer en den van
ïsulent zouden zij»
verleg zou de b'
:en„ zonder dat h!
makten,
en boer aanbevolen
ns tot een bezoek
met hem te over-
verbeteringen n»
ge hem geen baat
em in geen geval
van het Rijksland
De Faillissementswet.
■pen aanzien van de Faillissementswet wor-
meermalen grieven geuit,, waartoe de be-
and-el ing van faillissementen in de practijk
'an leiding geeft. Deze grieven betreffen voor-
„jnelijk de macht van den curator, onoordeel-
■undige liquidatie van den boedel en onvol
doenden invloed van de crediteuren op het
aijlisseihent.
Deze bezwaren hebben aan de Kamer van
koophandel en Fabrieken té 's Gravenhage aan
dding gegeven om in overleg te treden met
rofessor Molengraaff, den ontwerper dér Fail-
ssementswet, aangaande de wijze waarop hier
in tegemoet zou kunnen worden gekomen. Als
■sultaat van dit overleg besloot de Kamer
jo algemeen mogelijk de aandacht te vestigen
p hetgeen men reeds met de bestaande Fail-
ssementswet bereiken kan, omdat gebleken
dat juist crediteuren met de wijze van han
teren der verschillende bevoegdheden welke
e tegenwoordige Faillissementswet hun toe-
ent, dikwijls onvoldoende bekend zijn, waar
oor' verschillende grieven en verschillende
listoestanden voortbestaan. Zoo spruit één der
jomaamste grieven van den handel hoofdza-
lijk voort uit de meening,, dat crediteuren
een faillissement eerst ter verificatie-verga -
ering verzoeken kunnen, eene commissie uit
crediteuren te benoemen. Meestal verzui
len de crediteuren terstond een voorloo.pige
mmissie aan te vragen en de practijk in deze
ire stellig veel te verbeteren, indien de credi-
ur het faillissement aanvraagt, tevens in het
quest het verzoek zou doen, natuurlijk in
'gevallen, dat de aard en het belang van het
illissement daartoe aanleiding geven, om een
rgelijke commissie uit de crediteuren te be
nemen en daarvoor dan eventueel tegelijker -
d één (immers een zoodanige commissie kan
jlgens de wet uit één persoon bestaan) of
eer bepaalde personen aan te bevelen. Int
ers indien de rechtbank hieromtrent geen
rzoek ontvangt, dan kan zij niet beoordeelep,
in het faillissement een zoodanige commis-
w-enscbelijk is en welke personen daarvoor
aanmerking komen.
De curator is aanstonds gehouden het advies
zer commissie in te winnen in alle-belang-
ke aangelegenheden het faillissement betref-
nde. Zoo adviseert de commissie den curator
n aanzien van:
het voortzetten van het bedrijf;
de opzegging van huurovereenkomst;
de opzegging van dienstbetrekking;
de toekenning van levensonderhoud aan den
'failleerde,
het instellen of voortzetten van een rechts-
rdering, of het zich verdedigen tegen een
gestelde rechtsvordering;
:de lossing van verpande voorwerpen;
den verkoop van goederen tot den boedel
hoorende.
het tijdstip en het bedrag van de te houden
tdeelingen;
en in het algemeen omtrent alles wat betreft
wijze van vereffening en het te gelde maken
n den boedel.
Verder kan er op gewezen worden, dat, hoe-
1 de curator niet gebonden is aan het advies
(tommissie, de commissie als de curator
h met haar advies niet vereenigt, onmiddel-
een beslissing van -den rechter-commissaris
inroepen, terwijl de curator verplicht is,
die beslissing wordt ingeroepen, de uitvoe-
ig der handeling waartegen de commissie be-
aar heeft, gedurende drie dagen op te sc'hor-
Zoowel de Commissie uit de crediteuren
de schuldeisdhers zelve kunnen de recht-
k verzoeken -den curator te ontslaan, hem
or een ander te vervangen óf een mede-
der -naast hem te benoemen, zoodat bij
chtsverzüim van den curator, onkunde enz.
stond een voorziening mogelijk is. Van veel
(vvicrht is ook art. 67 der Faillissementswet,
FEUILLETON.
EEN EEREWOORD.
Ja en nu voor vele getuigen; en al tioudt
haar ook voor zwak van hoofd, wat zoo-
en vertellen, vindt bet praatje toch ten
'tte geloof."
Heeft dit alleen je zoo versdhrikc?"
Van verschrikt worden kan geen sprake
zen. Ik ben al in leelijker toestanden ge
zonder mijne tegenwoordigheid van
of alcalische reac*est te verliezen; maar ik was dezen keer
it valt voor de p^'M'vaink-e 1 ijker voor den indruk en was ook
n-, dat iedere boetHgewonden door de weigering van het meisje,
len groei van so^J,,Voor jou is verliefd zijn toch weelde. Je
>t andere zorgen,"
Het ligt echter in mijn karakter, bekoord
worden door tegenstand; en nu ben )k vast
sloten die bedelgravin te bezitten."
Eenige weken geleden hield je haar toch
a rvoor speelgoed."
Nu echter wil ik haar huwen."
>e secretaris lachte. „Jij en, trouwen 1
,De dienstboden vertellen het. Men gelooft,
ze in smoordronken toestand -den brand
ft gesticht. Intusschen zal ik mij niet m "et-
de stad vertoonen, voordat wij de groote reis
vaarden.' Juiiaan knikte toestemmend
de secretaris verliet het vertrek,
ia eenigein tijd nagedacht te hebben, be
rt de majoraatsheer zich weder met Or-
sky te verzoenen en als de gebeurtenis in
ngem is vopr
gelijkheid om
•groot want de
iingen, die daar zf
en uitgevoerd
belang.
is, dat de mm
ssen niet zelden
ierover eens over!
onsulleWt, om te
venschelijk kan
laten onderzoekej1
:oek blijpct, dat i
of te alcalisch r«a
orden hersteld doo
ok' wel' door een
;n thomasphosph
bemesting mct r
lerphospaat (als
1 terdege in het
bereid is hem
/er deze en apde
md overleg met n<
lp geheel1 koste
waarbij bevoegdheid wordt gegeven aan ieder
schuldeischer en aan de Commissie uit de cre
diteuren, om tegen iedere handeling van den
curator bij den rechter-commissaris op te ko
men en het bevel uit te lokken, dat de curator
een bepaalde handeling verrichte of een voor
genomen handeling nalate. Van die beslissing
van den Rechter-Commissaris is bovendien een
beroep mogelijk bijl de Rechtbank. De ge
failleerde moet krachtensi^L 105 voor de com
missie uit de schuldeisc^SJ verschijnen zoo
dikwlijs hij, daartoe wordt opgeroepen.
De Commissie uit de crediteuren heeft recht
te allen tijde inzage van boeken en bescheiden
op het faillissement betrekking hebbende te ne
me, hieronder te verstaan zoowel de boeken
van den failliet als 'de boeken van den curator,
voor zoover deze op het faillissement betrek
king hebben.
De curator is verplicht aan de commissie alle
verlangde inlichtingen te verstrekken. De Com
missie uit de schuldeischers kan bovendien ver
gaderen-, wanneer zij zulks noodig acht, zijl kan
'voorts verzoeken een vergadering van crediteu
ren bijeen te toepen (art. 84 Faillissementswet).
Ten slotte moge nog eens worden gewezen
o pde artikelen van de Faillissementswet, waar
uit blijkt, dat de curator volstrekt niet behoeft
te zijn een rechtsgeleerde, doch dat deze ook
kan zijn een schuldeischer dat er ook zoo noo
dig twee curatoren kunnen worden benoemd,
waarvan b.v. de één rechtsgeleerde is en de
ander accountant en dat ook een curator met
een bepaald omschreven taak kan worden be
last, b.v. in het bijzonder met de realisatie van
de baten van den inboedel.
Aangezien van de bovengenoemde mogelijk
heden tot nu toe geen of althans zeer wemig
gebruik is gemaakt, kan men niet anders ver
wachten, dan dat de Minister, bij een eventueel
verzoek tot wetswijziging, eerst dan daarop zal
kunnen ingaan, als aangetoond kan wordenj,
dat de rechtbanken niet plegen gevolg te geven
aan de verzoeken tot instelling eener voorloo-
pige commissei uit de crediteuren of leden
van zulk een Commissie klachten hebben, dat
de aan die commissie verleende rechten in de
praktijk blijken niet ver genoeg te gaan. Credi
teuren zullen dus goed doen met steeds, zoo
dikwijls de belangrijkheid van een faillissement
daartoe aanleiding geeft, reeds bij de aanvrage
tot faillissement of terstond na de uitspraak,
de benoeming eener voorloopige commissie te
verzoeken terwijl zulk een commissie uit den
aard der zaak steeds van de haar verleende
rechten wanneer dit noodig is, behoort gebruik
te maken.
De Kamer zal gaarne de opmerkingen in
ontvangst nemen waartoe het bovenstaande
aanleiding geeft.
Mr. J. E. CLARINGBOULD.
De heer Duijs heeft zich tot den minister
van Waterstaat gewend met vragen, waarin
'hij zegt;
Zijn de berichten juist, dat, ook al mocht
ooit aan dezen chaotischen toestand een einde
komen ,er dan toch .een regeling wordt inge
voerd, waarbij:
a. rekeninghouders hun zaken met belang
rijke vertraging vergeleken biji vroeger {men
spreekt zelfs van een, twee en meer dagen)
zullen zien afgewikkeld;
b- aan rekeninghouders niet meer, zooals
voorheen terstond het saldo van hun' rekening
wordt medegedeeld?
Is de minister niet van meening, dat staats
diensten er zijin voor het publiek en niet om
gekeerd. en dat dus, wanneer inderdaad zich
gaat voordoen, wat wordt gevYeesd; reorganisa
ties met dergelijke resultaten terstond dienen
te worden afgewezen?
Indien per sé een dergelijke reorganisatie
dient te worden doorgevoerd, is de minister
dan 'bereid uiteen te zetten, welke voordeelen
hieruit voortvloeien niat -alleen uit een admini
stratief oogpunt, maar vooral vopr het publiek?
Ook de heer Boon vraagt aan -den minister
Tilor geene gevolgen had, Hedwig hierheen te
lokken en tot vrouw te nemen... Hetgeen er
echter in gravin Borsay's huis gebeurde, kon
hij niet in zijne berekening opnemen.
Marianne deelde aan B,ertalan en .Pater Lo-
renz het zooeven plaats gegrepene mede en
voegde er aan toe, dat men de zaak nu niet
langer aan de opmerkzaamheid kon onttrek
ken, voornamelijk daar de nieuwe eigenaar de
bezitting begon te vernielen, doordat hij groote
hoeveelheden hout uit de oude bosschen liet
vellen.
Lang beraadslaagden zij, wat er nu begon
nen moest worden.
Biertalan twijfelde echter steeds opnieuw. liet
was hem onmogelijk zich te overtuigen van
het bedrog van Juiiaan- Voor zoo. slecht kon hij
hem niet 'houden. Ook wist hij, 'dat zijn over
lieden vader lang met Juiiaan had gesproken
er. van geenerlei bedenking had gerept. Dat
zijn eerewoord hem bond, kon hij1 natuurlijk
niet vermoeden. Hij hield niet van drukte en
beslommeringen, die zulk een proces veroor
zaken.
Aan deze zorgen en twijfel maakte eene on
verwachte gebeurtenis een einde.
In -dein loop v-an den dag werd een aan
graaf Peter gerichte brief uit Parijs bezorgd,
die als volgt luidde:
Hooggeboren Heer,
Dezer dagen vonden wij in een voormalig
gebouw onzer inrichting eenige voorwerpen
die aan graaf Juiiaan Alvary behoord hebben.
o fgenoemde dienst inderdaad zoo gedesorga
niseerd is, en zoo ja, acht de minister het
dan niet onverantwoordelijk, dat de reorgani
satie zoo slecht is voorbereid, dat de dienst
geruimen tijd geheel is ontwricht, waardoor
de populariteit, die de postchèque- en giro
dienst zich met grbote moeite en reclamekos
ten bij een deel van het publiek had verworven,
verloren zal gaan?
Is het courantenbericht juist dat het nieuwe
stelsel reeds thans ongeveer 700 ambtenaren
vordert, dat slechts een klein deel' van het
overcompleet wordende personeel van den post
dienst, waaronder geen enkele overcomplete
ambtenares, is overgenomen, waardoor de post
met een groot aantal overbodige ambtenaren
'blijft zitten, terwijl verschillende tijdelijke amb
tenaren bij den girodienst, die voor drie maan
den in dienst waren genomen, in vasten dienst
zijn gekomen hetgeen bezwaarlijk een bezuini
ging zou kunnen worden genoemd?
Maandagavond te 's Gravenhage gehouden
vergadering van leden van d-en Centr. Bond
van Post- en Telegraaf- en Telefoon-personeel
heeft de!volgende motie aangenomen.
Het pérsoneel van den Postcheque- en Giro
dienst enz., besprekende den toestand in het
giro-bedrijf,
kennis genomen hebbende van de ernstige
beschuldiging, voorkomende in de „Ni. R. Crt."
van 8 Sept. j.L, als zou de slechte functionee
ring van genoemden dienst te wijten zij|n aan
onvoldoende medewerking van het personeel,
protesteert ten sterkste tegen deze aantijging
ondersteunt krachtig het door den Centralen
Bond verzonden verzoekschrift aan den Mi
nister van Waterstaat, tot instelling van een
commissie van onderzoek.
Op een der muren van het nieuwe gebouw
van den Centralen Girodienst in Den Haag
'heeft een grappenmaker de volgende aankondi
ging aangebracht:
„Geboren- Centralisatie, dochter van Klym-
mel -en Pot. De toestand van het wicht is
'hopeloos, de baker ongeschoold."
NIEUWSTIJDINGEN
Verdwenen banknoten.
Een -houthandelaar uit Tsjecho-Slowakije
-had te Amsterdam in een hotel gelogeerd. Hij
was over Utrecht, waar hij .even in een restau
rant had vertoefd, naar Vreeswijk gereisd. Daar
gekomen, bemerkte hij, dat hij, zijn banknoten,
tor waarde van 5000 Tsjechische kronen kwijt
was.
Hij reisde onmiddellijk naar de hoofdstad
terug, daar hij wist het geld, dat hij los in
den zak droeg, den vorigen avond op de tafel
van zijn -hotelkamer te hebben gelegd en ver
moedde te hebben vergeten de stukken van
waarde in den zak te steken. Het geld was
echter niet in de kamer.
De handelaar deed aangifte van de vermis
sing bij de politie. Deze had geen enkele aan
leiding om een fid van het hotelpersoneel dat
ter goeder naam bekend staat, er van te ver
denken ,het geld te hebben weggenomen. Niet
onmogelijk is het, dat een onbevoegde de ka
mer is binnengeslopen. Maar voor het overige
ontbreekt zekerheid, of het bankpapier op de
hoteltafel is gebleven. De houthandelaar z-egt
wel. dat verliezen onmogelijk is, maar dat be-
wsijt niet veel. En aan de stations „werken"
belaas wel eens zakkenrollers! Ook is het niet
zeker, dat de handelaar de banknoten in
Utrecht niet uit den zak heeft gelegd.
De opsporing is dus wel heel moeilijk. Het
eenige zekere is, dat het geld weg is. (Hbl.)
Mej. B. heeft bij de Haagsch-e politie
aangifte gedaan, dat zij in de Scheveningsche
Bosch j-cs is staande gehouden door een haar
onbekenden man, die haar een doek, vermoe
delijk gedrenkt in chloroform onder den neus
zou hebben geduwd, waardoor zij bewusteloos
zou zijn geraakt. De man zou er toen met haar
portemonnaie, inhoudende f 1.25, vandoor zijn
gegaan.
- Uit een gesloten kast in de boerderij van
J. Luxen aan den Hoogen-dijk bij - Stiens is
ruim f 2000 aan bankpapier gestolen.
Ik gevoel mij verplicht,, dit aan de famil'ie te
berichten en verzoek eenig bericht over de
terugbezorging.
Hoogachtend,,
Dr. GLANTON, dir. v. h. Burger-
Ziekenhuis. Rue Griffon No. 72
I1J W' H r;'
Bertalan las dit schrijven tweemaal' over en
bracht het to,en aan Marianne,, die triunifee
rend uitriep:
Nu hebben wij het bewijjs tegen Simon
Viï'ar. God heeft ons -dit gezonden,, om de
'geheimen te kunnen oplossen."
j,.,Wat zullen wij nu doen?"
Je reist dadelijk naar Parijs en zoekt naar
de nadere omstandigheden,, en als onze ver
denking bevestigd wordt en als 'de echte Juii
aan in dit ziekenhuis stierf,, laten wij -den be
drieger dadelijk gevangen nemen."
„Morgen al zal ik vertrekken. Spreek tegen
niemand over dezen brief."
„Ik zal wel zwijigen. De schurk zou zeker
het hazenpad kiezen,, als hij het minste maar
bemerkte."
Bertalan borg het gewichtige schrijven in
zijn brievöntasch en begaf zich naar zijn kamer
waar hij zijn kamerdienaar beval, spoedig alles
voor een groote reis in orde te maken.
Toen Hedwig 's avonds bemerkte, Jat Ber
talan den volgenden morgen het slot zou ver
laten, kbn zij hare teleurstelling nauwelijks vei -
bergen en zeide bedroefd
„Wie zal mij nu tegen graaf Juiiaan bescher-.
- Te B'arneveïd is tijdens -het vuurwerk,
waarheen zich bijna alle inwoners hadden be?
geven, op twee plaatsen ingebroken-, n.l. bij
len heer J. J. L., onderwijzer aan de openbare
school, bij wien f300 is gestolen, en bij zijn
buurman, den heer B|. P., hoofdcommies ter
secretarie, aldaar. Bjj laatstgenoemde wordt
niets vermist.
Te Schokland heeft een beurtschipper
van Amsterdam op Zwartsluis aangebracht het
lijk van den jongen Marinus de Raad, uit Har-
dinxveld, een der vijf opvarenden van den op
30 Aug. in de Zuiderzeg gezonken baggermo
len. Dir lyk is naar Urk vervoerd. Reeds zijin
vier dezer omgekomenen gevonden.
Te Scheveni-ngen is ter haringvisscherij
uitgevaren -de logger Sch. 116. Op de monster
rol kwamen voor behalve de bemanning nog
3 jongens.
Toen de logger echter al een goed eind in
zee was, kwam een vierde jongen, die zich
in d-e kooi verstopt had, te voorschijn.
Aan teruggaan viel niet meer te denken
doch een paar sleepbootjes werden uitgezonden
om den deugniet terug te halen. Doch ook
deze poigingen bleken tevergeefsch. Het was
door onstuimige zee onmogelijk zoo dicht bij
den logger te komen, dat de jongen er van
kon worden afgelaten, en door de hevige bries),
die er stond, kon men in dé sleepbooten, zelfs
niet verstaan den naam van den jongen, die
llu-idkeels werd toegeschreeuwd.
Ouders, di ehun jongen niet hebben - zien
thuiskomen, moeten dus maar veronderstellen
dat hun zoon het ruime sop gekozen heeft.
Uit het gebouw van het kantongerecht
te Terborg is Dinsdag, tijdens de zitting, het
rijwiel van den ambtenaar van het O, M. ge
stolen.
Zekere J. v. d. P., te Eindhoven, ont
moette een 20-jarig meisje uit Tongeren, aan
wie hij vroeg hoe laat 'twas. Hierop antwoord
de het meisje „Ik weet het niet." V. d. P. greep
het meisje vast, wier phaar op den grond en
trachtte haar te wurgen. Hij bracht haar ver
schillende wonden toe. Gelukkig kwam hulp
opdagen, waarop de onverlaat zich uit de voe
ten maakte. De politie wjist echter v. d. P.
spoedig te arresteeren. Hij bleek een ontslagen
verpleegde te zijn uit een rijjkskrankzinnigelu-
gesticht. Door een dokter werd op last van de
politie onderzocht in hoeverre de man nog
krankzinnig was. De dokter kon echter niet
verklaren, dat opneming in een krankzinnigen
gesticht voor v. d. P. noodzakelijk was, waar
op hij dan ook in arrest gehouden werd. Er is
proces-verbaal tegen hem opgemaakt wegens
poging tot doodslag, v. d. P. zal ter beschik
king worden gesteld van den officier van jus
titie te Den Bosch. Hij is geen onbekende bij
de politie. (Tel.)
Een verijdelde moordaanslag op den premier
van Portugal.
Maandag j.l. zijn, volgens bericht van den
correspondent van de „Times" te Lissabon,
daar ter stede drie jonge mannen, behoorendc
rot de „Jonge Syndicalisten", een extremis
tische organisatie, gearresteerd in den ingang
van het ministerie van Binnenlanidsche Zaken.
Zij maakten deel uit van een groep van zeven
of acht mannen, die, zoo veronderstelt men,
naar het ministerie waren gegaan met het doel
den premier te vermoorden, wiens auto vóór -
'het ministerie stond te wachten. Elk der ge
arresteerden had een nieuwe, geladen revolver
bij zich, De achterdocht van een rechercheur,
die zich in de buurt bevond, werd opgewekt
en toen hij in een der manman een gevaarlijk
agitator herkende, riep hij drie andere politie
mannen te hulp. De arrestatie werd snel een
uitvoer gelegd. Een der mannen trok zijn re
volver, doch werd onmiddellijk ontwapend. De
andere vier of vijf mannen ontslnapten.
Vereenigde Staten.
Draadloos wordt gemeld, dat de stad Tose
de Cabo in beneden-Californië door een vloed-
men ,als hij hier met mij|n- vader komt, om mij
te dwingen naar Boszmer terug te keeren?"
„Men kan u immers niet dwingen," zeide hij»
„Wie weetl ik houd hem er toe in staat."
„Ik Idenk, dat ge hem niet meer zult be
hoeven te vreezen," zeide Marianne en ver
liet de kamer.
Nu kwam het er voor Hedwig op aan, va(n,
de gelegenheid gebruik' te maken.
Blijft ge Jang weg?" vroeg zij) schuchter.
,Dat hangt er van af, of mijne zaken spoe
dig afgehandeld zijin."
„Het valt u zeker moeilijk deze lieflijke,
vriendelijke plaats te verlaten?"
„Ik kom zoo spoedig mogelijk terug, maar
het verwondert mij, dat het u bevalt; gij hield
immers zoo weinig v,an het eenzaam verblijf
o phét land."
„O, dat was vroeger; ik heb heel veel on
dervonden en ook geleerd de plek te waar-
deeren waar vriendelijke menschen wonen."
„Hoe schoon klinkt dat; jammer maar, dat
u vroeger niet zoo dacht."
-J>U' weet immers hoe verwend ik ws^s en
gij moest Jnijne woorden, die ik toen sp -ak
niet als ernstig gemeend opvatten. Ge zijt
zeker nog boos?" zeide Hedwig blij omdat
hij aan het verleden dacht.
„Och neen."
,„Gii zijt toch nog eein beetje toornig?"
„Ook dat niet, ik zou eein ander woord ge
bruiken,"
,Ge wilt toch niet zeggeJn, dat' ge verkoeld
zyt?" veide Hedwig, die heden om den jóa-
slandbouwcopsul£l1
C. WOBEL'