tz
2
cn
m
UIT DEh
HEERHU
In het centrum onz<
vroeg in den morgen
gaande was, aangeziej
huts onze driekleur pnj;
dan ook niemand mu
renden Burgemeester
ambtsvervulling mocht
jubilaris voor zich geet
te, werd het toch vai
gen, dat 'snam. ten n
tie zou woruen gehouc
mens een aantal vereen
ring zouden geven in t
der otifciëel karakter;
de reptie zijn atgelooj
Bij zyn komst ter
's morgens al terstond
nepersoneel met de aa
opener, terwijl in den j
de raauszaai, welke al
den ingericht bioemsu
namens [muien onze w
)Z.Eerw. heeren EastO'
jvan 't Kruis, de korro
jden heer Hoogland, de
ontvanger, 'lyuens de
zeer druk gebruik werd
de comm. uitde burg
jubilaris gericht door t
tevens namens Hugow;
vert overhandigde met
van ruim f 470, bestemt
vorming van een tonds
<een muziektent op hei
werd de wensch der bu
baar gemaakt, dat by,
tent een genenkteeken
aangebracht, dat hec is
aan het 12Vs-jarig jud
meester Van blooten.
bracht de spr. den ji
feestgroet der gemeei
wensch werd toegevoeg
en de gemeente wei m
van dagen.
Geroerd bracht 'de jt
man dank voor het ge
voegende ook zyn warm
de bloemenhulde ihem
belangstelling der aanw
den van den Raad hiela
Wethouder een korte
digde den jubilaris name
een couvert met inhoud
dit bedrag gevoegd zo
door de burgery is aange
nog een bloemstuk, hetw
de bewoording ao,or L)r.
boden namens ne gcm
omniddellyk gevoigu wt
van een bloemstuk eioor
die daarmee en in glooc
gevoelens voor den juo
het onderwyzend perso
zoowei van de byzonuer
scholen. Nauwelijks was
mens het Bolderoescuur
tien heer Appelman oei
lyst aangeboden, waaro,
te midden van het bes
steeds een gaan en kon
twas, werd nog het woor
richt door de heeren 1
beiden in warme woord
uitspraken voor de wyz«
bilaris zyn ambt werd op
sprekers werden door d'
antwoord, waarbij' bleef
dien middag mocht ervt
namen inuruk op hem
Z.E.A. dan ook zyn w.
betuigde. Met de recej
gedeelte van den dag t
gen van den jubilaris a.
r-nuiu
TE Hüül
„Je vergeet dat ik d
geval is 't licht te prob<
stapje naar Amsterdam
vriendin de dochter vair
te spreken. Misschien
Achl wat is dat toch vc
ten gaan om zyn brood
,,'tis volstrekt niet n
genoeg om je fatsoenlyl
het ons maar wat geze
meer vragen wij niet v
toch dankbaarder werf
vreemde volk."
„Dat 'kan immers n
om mee te huizen, en j
sedert ik je vriend heb
dan hatelykheden van je
tegen."
„N.u vraag ik jel Wat voor hatelijks zeg ik
jp,u, Prada, dat je niet ten volle verdient?"
„Om te beginnen, die leelijke inaaml Ik wil
niet meer zoo genoemd worden- Pa zegt het
Dok al, en op slot van rekening zal ik niet
anders meer heetcn. Botje begon vanmorgen
ook at „trcule Prada' te zeggen."
„wat bon je kinderachtig, pracial Ik kan
hot m.ot helpen, maar ik kan je mot anucis
no. men. By me geschiedenis met ütto hoD jo
(toch ook zoo auiaehjk getoona, dat er zoo'n
dun laagje verguldsel op je zit, niets meer. Pn
dien mynheer in Amsteroam zal je daar ook
misschien mee bedriegen."
Boos "am Beonore den brief terug en ging
is pleizier, waht als lid geniet men Zelf het meest.
De heer Zeeman zegt ook dat het een nuttige in
stelling is, wier subsidie zeker hooger mag zijn
dan die van de burgerwacht. De opvoedkundige
beteekenis van de vereeniging staat zoo hoog dat
zij daar zeker recht op heeft. Zijn kan een derge
lijke subsidie eischen als geoorloofd over alle
kanten. En zeker handelen wij in den geest van
de burgerij door een flinke subsidie te geven. Men-
is in de gemeente steeds vol lof over de prestaties
van de vereeniging. En voor sommige leden is het
zeker een groote financieele opoffering. Men heeft
er weliswaar het genot van, maar het is kostbaar.
De vereeniging komt steeds voor meerdere uitga
ven te staan. De vorige maal werd de rondgang,
bij de ingezetenen een bedeltocht genoemd maar
zoo erg was het nog niet, want met liefde heeft
de burgerij de gaven geofferd. Daarom ben ik er
ook voor om een hooger subsidie te geven dan
20 gulden. Dat is een Jodenfooi, zooals men het
wel eens spottend zegt. Waar men in Koedijk,
ioo gulden er voor over heeft, daar kunnen wij ons
er niet met 20 gld. afmaken. Wanneer wij zijn
waarde schatten aan de burgerwacht, dan zou de
subsidie zeker hooger dan 100 gld. moeten zijn.
Dat zal echter zeker niet gesteund worden en wil
ik dan ook een even hooge subsidie geven van f75
De heer Berkhout noemt het ook een zeer nut-
iige instelling die ook steeds op een hooger trap
van ontwikkeling komt te staan. En is het dan
ook zeker niet misplaatst een hooger subsidie te
geven dan wordt voorgesteld. Ik kan mij volko
men vereenigen met het voorstel van den heer
Du Burck, a's een erkentelijkheid voor de hulp
die de gemeente steeds geboden wordt, en waar
van wij ook des zomers kunnen profiteeren. Spr.
hoopt dan ook dat de raad met het voorstel zal
meegaan.
De heer Kramer zegt dat men moeilijk de on
kosten kan laten dragen door de gemeente. Maar
daar gaat het ook niet om, daar die uitgaven veel
te hoog zijn. Echter rekening houdende met de
omstandigheden, heeft spr. er geen bezwaar tegen
met het voorstel van Du Burck mee te gaan.
De hèer Du Burck zegt het voorstel Zeeman
niet te steunen, wetende dat dat nieit doorgaat.
Hoewel dat nog veel mooier zou zijn.
Dt heer Bekker. Het is niet om minder sym
pathie .voor de vereeniging, maar wij moeten om
de centen .van de burgerij denken.
Het voorstel Du Burck wordt met 4—3 stemmen
aangenomen. Tegen de heeren Kroon, Groen en
Bekker. De anderen voor.
Werkverschaffing voor memorie.
De heer Berkhout zegt dat de commissie daar
voor een post meende He moeten uittrekken.
De voorz. zegt dat door misverstand niet voor
memorie was geraamd, en er later opgezet is.
(De heer Berkhout zegt dat de commissie meende
daarvoor een hooger bedrag te moeten uittrekken.
In verband hiermede doet voorz. mededeeling
van een drietal ingekomen adressen van de R.K.
Landarbeiders vereeniging, van de afd. van den
Ned. Bond van Arbeiders in het L. T. en Zuivel
bedrijf, en van de vereen. Alg. Ned. Bouwarbeiders;
berdijf, waarin gevreesd wordt voor een groote
werkeloosheid en gevraagd wordt om werkverrui
ming, toeslag op de werkloozenuitkeering en een
steunregeling voor uitgetrokken en ongeorganiseer
de arbeiders.
B. en W. wenschen in deze dezelfde houding
aan te nemen als in voorgaande jaren. Maar echter
nog geen werk in uitzicht te stellen. Mocht het
zoover komen dat het noodig is, dan aandacht aan
de adressen te schenken. Maar dan nu ook niet
anders dan voor memorie te ramen.
De heer Zeeman. Wanneer dezelfde houding
als het vorig jaar wordt aangenomen, dan komt
er niets van los. Er was toen ook werkelooheid
maar de menschen werden naar het armbestuur
verwezen. Deze menschen willen echter niet naar
het armbestuur. Er wordt gevraagd om werk. In
dit verband kan de weg naar Koedijk worden ge
noemd, hoewel ik mij niet vlei met de gedachte
dat er iets van zal geschieden. En toch moet er
aangedrongen worden op productief werk. Bijv.
het ophoogen van gemeentegronden, desnoods in
samenwerking met het polderbsetuur. Kan er
niets aan de dijken worden gedaan? Het dijkje
bij de Lange Balk is smal, kan dat niet verbreed
worden? Een betere weg bij-de Kerkeweide. De
menschen willen liever het geld verdienen dan
genadig naar het armbestuur gaan. Spreker zou
daarom willen voorstellen f 500 uit te trekken in
plaats van pro memorie te ramen. Of het geld
gebruikt zal worden is weer iets anders.
De heer Du Burck kan zich niet best met B.
en W. vereenigen om het aan den loop van den
tijd over te laten, hoe de zaken zich zullen ont
wikkelen. Wanneer er geen bedrag op de begroo
ting wordt gebracht vreest spr. voor minder
toeschietelijkheid bij werkeloosheid. Er zijn 2 toe
standen die om voorziening vragen. Oud en arm
en jong en geen gelegenheid tot werk te hebben.
Door 'de vereen, wordt gewezen op werkeloosheid
en wij moeten tegenover hen verantwoord zijn.
Zij komen toch niet zoomaar bij den raad. Het zal
zeker moeilijk zijn productief werk te vinden, hoe
wel ik dat toejuich om dat dat beter is dan on
dersteuning. Daar is zoo gauw het karakter van
bedeeling aan verbonden.. Wij doen dan ook goed
om die menschen te steunen. En om te voorkomen
dat er gezegd zal worden dat er niets uitgetrokken
wordt, zou ik een zeker bedrag op de begrooting
willen plaatsen, en bij wijze van te willen steunen
dit.bedrag te bepalen op 200 gulden.
De voorz. Wanneer memorie wordt geraamd
wil dat niet «zeggen dat er niets gedaan zal wor
den. Dat kan suppletoir geregeld worden. B. en
W. wenschen nu echter nog geen plannen te maken
Twee jaar geleden is er ook ingegrepen en geza
menlijk met den polder werk uitgevoerd. B. en
W. stellen zich voor nu wegr zoo te doen. Helaas
doet zich echter het verschijnsel voor ,dat vele
arbeiders als lid van de werkeloozenkas bedanken
hoewel velen toch hun contributie wel konden
betalen. Wanneer zij lid waren zouden zij althans
eenigen tijd tegen armoede zijn gevrijwaard, ter
wijl men nu direct bij de gemeente gaat aankloppen
Wij_meenen echter dat de prikkel om lid te wor
den- moet blijven bestaan.
De heer Groen acht het standpunt van B. en
W. juist. Er kan nog niet Van werkeloosheid wor
den gesproken, en wanneer dit wel het geval is
zijn het steeds- dezelfden, omdat zij hun vak niet
verstaan. Spr. deelt niet het gevoeLen van de ver-
eenigingen als zou de toekomst er duister uitzien.
Elke post die wij gaan verhoogen moet gevonden
worden uit de PI. Inkomstenbelasting. En deze
staat toch al hoog bij verleden jaar. Het komt mij
ook vreemd voor dat de organisaties er zoo opaah
dringen, omdat dit toch meestal vaste, arbeiders
zijn. En zij hebben het toch zelf in hun hand
zich te vrijwaren voor armoede.
Dc heer Kramer kan zich volkomen met den
heer Groen vereenigen maar wenscht te onderstree-
pen dat het jammer is dat de organisaties zoo
zwak zijn en vele arbeiders zich houden buiten het
organisatieverband. Dat is het nadeel van hen zelf
en in dat van de organisatie. Waren allen lid dan
was de zaak veel gemakkelijker op te lossen. De
georganiseerden begrijpen hun plicht om in den
goeden tijd te zorgen voor andere tijden terwijl de
ongeorganiseerden hun plicht niet begrijpen.
De heer Zeeman vindt het ook jammer dat zoo
weinigen lid zijn. Men moet de organisatie gaan
versterken. Maar wanneer men in fabrieken hier
aan den Langendijk van 14—18 gld. verdient, en
men heeft een achterstand door werkeloosheid, dan
is het ook niet kwalijk te riemen, dat men de con
tributie niet betaalt. Hoewel, de contributie aan
de vakvereeniging de beste rente doet. Wanneer
pro memorie wordt geraamd zal het moeilijkheden
opleveren waar het geld vandaan moet komen. Ik
gevoel dan ook veel meer voor een vaste post.
Gaarne zag ik mijn voorstel van 500 gld; onder
steund terwijl ik anders dat van 200 gld. zal on
dersteunen.
De heer Berkhout hoort ervan op dat er zoo
weinig georganiseerden zijn, maar kan zich ver
eenigen met het idéé van den heer Du Burck om
200 gld. uit te trekken.
Dit voorstel wordt verworpen met alleen Du
Burck, Berkhout en Zeeman voor. 1
Subsidie aan tuinbouwvereenigingen f75.
|Een verzoek van de L.T.B. is ingekomen om een
subsidie van 25 gld. voor den tuijibouwcursus ter
wijl 50 gld. is uitgetrokken als aandeel in de
ijsboeier. Wat de subsidie betreft meenden B. en
W. den raad te moe^n laten beslissen.
De heer Du Burck zegt dat ook dit zijn aan
dacht heeft getrokken. Spr. had het graag gegeven
wanneer het op de begrooting had gestaan. Maar
ik heb mij ook afgevraagd of de cursus van den
L.T.B. noodig was. Was het een cursus op Chr.
grondslag zeker zou ik er direct voor zijn, maar
de cursus is voor iedereen toegankelijk. En dit
moet er wel in staan, omdat men anders geen
subsidie krijgt van het rijk. De leeraar aan den
cursus is het hoofd der school uit het Waarland
een protestant man. Dus het is geen onderwijs
berustend op Christelijken grondslag. In Oud
karspel bestond toch reeds een cursus voor daar
en Noordscharwoude, en in Broek voor dat ge
deelte en Zuidscharwoude. En nu komt de L.T.B;.
om e en subsidie voor leerlingen hier vandaan. Wij
leven in een tijd van bezuiniging en wanneer er
gens op bezuinigd kan worden dan is het hierop.
Men zal er mij dan ook zeker geen verwijt van
maken dat ik hieraan torn, waar het onderwijs
geen Chr. onderwijs is. Waarom kunnen dan de
leerlingen van hier niet naar Broek. Met alle res
pect voorde goede bedoelingen kan ik hieraan
mijn stem toch niet geven.
De heer Groen zegt dat de heer Du Burck een
onbekende is in dezê materie. Wanneer hij vraagt
waarom men niet naar Broek gaat heeft de L.T.B.,
zeker het recht te vragen waarom men uit Broek
niet naar hier komt. En de toestand aan den Lan
gendijk rechtvaardigt toch zeker het geven van
meerdere cursussen. De cursus is ook bevorderd
door den rijkstuinbouwconsulent en de rijkssub
sidie is reeds verleend. De subsidie bedoelt een
tegemoetkoming in de kosten voor een verlicht en
verwarmd lokaal. De lesgelden die f2.50 bedragen
komen in mindering van de rijkssubsidie.
De voorz. Het is toch natuurlijk dat de vraag
naar voren komt of niet bezuinigd kan worden
ook met het oog op 'slands financiën. Het is mis
schien beter wanneer de tuinbouwvereenigingen
zich met elkaar verstaan.
De heer Berkhout acht 2 cursussen op de 4
gemeenten voldoende.
Spr. begrijpt niet waarom of er nu een derde
bij moet. Spr. is dan ook tegen de subsidie.
De heer Zeeman wijst er op dat in Broek een
cursus wordt gehouden in bemestingsleer uitslui
tend voor volwassenen. En al zou er ook een an
dere cursus bestaan dan nog is spr. voor het ver-f
leenen van de subsidie omdat het hier een vakbe
lang betreft. I
[De heer Berkhout dacht dat er reeds 2 cursus-
ssen bestonden, maar nu er 1 bestaat is spr. voor
subsidie. i'
De heer Du Burck vraagt of Zeeman met stel
ligheid kan meedeelen dat er in Broek geen tuin-
bouwcursus bestaat. Zoo niet dan leg ik mij er bij
neer.
De heer Zeeman zegt dit niet te weten. Het is
hem niet bekend. 1
De voorz. zegt dat hem is medegedeeld dat er
wel een cursus bestaat. Straks werd er pertinent
gezegd van niet. C
De heer Du Burck stelt voor de f 25 te geven
onder voorwaarde dat er in Broek geen cursus
bestaat.
De heer Kramer vraagt nog wat er tegen de
subsidie is. Het zou een geluk zijn wanneer in
iedere gemeente een cursus was. Men moet deze
zaak niet tegenwerken en geen spijkers op laag
water zoeken.
De voorz. roept den heer Kramer tot de orde
en zegt dat er geen sprake van tegenwerken is.
In stemming gebracht wordt besloten met de
heeren Zeeman, Groen Bekker en Kramer voor
f 25 subsidie te 'verleenen. Tegen de heeren Du
Burck en Kroon, blanco de heer Berkhout.
Dé voorzitter. Mijnheer Berkhout stemt u. Blan
co stemmen kent de wet niet. Of verwijdert u u
anders. 1
De heer Berkhout. Mijn stem hangt af van de
wetenschap of er in Broek een cursus bestaat
of niet.
Zoo is men dan eindelijk de uitgaven doorge
worsteld, i
Voor onvoorziene uitgaven is als sluitpost ge
raamd f674.27. De H. O. bedraagt f18000.
De begrooting sluit in ontvangst en uitgaaf met
f 26042.321/2- De kapitaaldienst- in- ontvangst en
uitgaaf op f30.37. j
De heer Du Burck. Mijnheer de voorz. het is
thans 11 uur geworden en langer vergaderen is
in strijd met ons beginsel. Er is eens door een
raadslid gezegd dat hier gekletst wordt, misschien
is dat ook wel zoo. Maar wanneer men van 7 tot
11 heeft vergaderd is het toch eens welletjes. Het
is dan beter de vergadering te verdagen en dan la
ter nog eens te vergaderen. 1
De voorz. Wanneer een van de leden in de ver
leiding mocht komen een fleschje bier te bestellen
zou daar misschien aanleiding toe bestaan, maar
anders kunnen wij doorvergaderen. De verorde
ning is va ntoepassing op lokaliteiten waar ster
ke drank wordt geschonken. I
Dc heer Du Burck. Dus het mag wel onder een
glaasje water 1
De heer Zeeman (heftig). Ik heb meermalen
met die snuiter vergaderd, dat er gekletst werd....-
De voorz. Mijnheer Zeeman ik verzoek u kalm'
te blijven. 1
De heer Zeeman. Ik hou mijn mond niet voor
hem. Wanneer er gekletst wordt doet hij het.-
Rondvraag.
De heer Zeeman vraagt of de mogelijkheid be
staat dat er een uittreksel wordt gegeven van de
begrooting voor het archief van de leden, om eens
vergelijkingen te kunnen maken. Ik geloof niet te
veeleischend te zijn. dit te vragen.
De voorz. U vraagt het voor u zelf. Die toe
zegging kan ik echter wel doen, wanneer ook
de anderen het verlangen. 1
De heer Kramer ondersteund het verzoek.
De heer Zeeman zegt dank voor de toezegging.
De voorzitter sluit hierop de vergadering met
dank aan de commissieleden Berkhoijt, Kramer en
Du Burck voor het werk verbonden aan het na
zien der begrootingen, in het bijzonder aan den
heer Berkhout voor zijn uitgebrachte rapporten.
\ll
c
0)
D
H
o
sz
H
CO
z
Ui
z
Ui
-I
Q
-Q 0
2
net Kostte nem veel, te be
kennen, dat zijln vader eigenlijk arm gestorven
was, maar anders bleef hem niets meer over.
Zijn plan, idat hij in overleg met Dumont ge
vormd had, was om voor zichzelf zooveel moge
lijk te bezuinigen en door spaarzaam overleg te
trachten beter rond te komen.
De vüla wilde hij verhuren, en verzocht daar
om zyn moeder het huis te verlaten en zich el
ders te vestigen. 1
Triomf eerend stemde mevrouw Waelbeke er
in toe; jal nu had zij toch haar zin gekregen,
zij behield haar geld en kon nu prettig met haar
kinderen in Den Haag gaan wonen. Dat was
de illusie van haar leven geweest, want zij
hield niets van Ahkeloo; ten minste niet nu
geen zorg meer voor."
Oitto zuchtte; neen, zorg had hij; niet meer,
maar ook niets wat hem eeinigszms bond aan
het leven; niets wat hem belang meer inboe
zemde, wat hem hoop gaf op de toekomst;
maar een blik op Willem schonk hem weer
moed.
Wat had hij nog veel voor op dien armen
kerel. Hij met zyn ijzeren gezondheid, zijn
krachtige ledematen, en die anuere had nog
levensmoed en levenslust. Neen, hij wilde en
zou niet minder zijn aan zijn vriend, en zonder
geestdrift ,maar toch met geestkracht regelde
hy zijn volgend levensplan-
De villa werd verhuurd, de meubels en de
rijtuigen verkocht, en Qjttp. huurde een paar
„We hebben het stellig al honderd-vijftig
maal gedaan en 'nog maar twee of drie van die
kale mamsellen heeft er aan gedacht ons een
dubbeltje in de ihand te stoppen, en als zij
wegreden, dachten zij; toch zeker dat het haar
zou lukken. Nu, deze zal ook niet wijzer zijn."
Dc paliremer was, zoodra de trein aankwam,
er afgesprongen en ging bij; het perron staan
wachten tot de freule kwam. Leonore had zich
voor deze gewichtige gelegenheid eenvoudig m
zwart voile gekleed, met geen ander sieraad
dan een bouquet viooltjes op haar borst; dat
was het herkenningsteeken. Zij had een korte
cape van dezelfde stof om, en een ronden hoed
met zwarte veeren op; zij, wist dat zij er in-
en door en door gedistingeerd uitzag.