fiietiu» Lameüi^r courant auMBiad) oe Tuiiiüouiu ie bint mms. Zaterdag 10 November 1923. De Uiensorteering. Vergadering van de Tuinbouw-Vereen. „De Tuinbouw" op Vrijdag 9 November des avonds 7 uur ten lokale van den heer H. Gerritsen. De voorz. de heer C. JsJoosterboer Jbz. opent de vergadering met welkom aan leden en Vers en uit daarbij den wensch,. dat de besprekingen jnogen zijn in het belang van ons allen. Door den Secretaris, den heer T. Engel wor den hierna de notulen gelezen en onüer dank aan den samensteller door de vergadering goied gekeurd. De voorz. doet de mededeelitngen welke reeds /ïjn bekenu gemaakt noor de verslagen van de bestuursvergaderingen der L.G.C. In bespreking komt thans het kardinale punt der agenda. Uieinsor teering. De voorz. zegt dat dez ezaak reeds lang han gende was en eindelijk door het C. 13,. is inge grepen en het besluit is genomen deze zaak ter hand te nemen. Dit besluit is verzonden aan de veilingsbesturen, zoo ook aan de L. G. C. waar dan ook met algemeene stemmen het-be sluit is genomen deze sorteering in te voeren, pirndat men voelde dat het was in het belang van den uienhandel. Door de afgevaardigden van Gemeentecultuur is op haar vergadering gezegd, dat zij: er tegen waren, maar dieh in druk heb ik op de L.G.C. niet gekregen. Wel is door hen naar voren gebracht dat het bij het bestuur van Gemeentecultuur tegenkanting ondervond, maar ik heb niet den indruk ge kregen dat zij; er ook persoonlijk tegen waren. Dye) houding van Zuidscharwoude is genoeg bekend geworden door het uitvoerig verslag in de Langed. Courant. Zij waren daar niet zoozeer tegen de sorteering, dan wel tegen de wijze waarop het besluit genomen was, zon der de leden hierin vooraf te kennen. Ook uw afgevaardigden waren zoo overtuigd van het groote belang dat zij; met een gerust geweten voor de sorteering hebben gestemd. In verband hiermede leest voorz. de motie, in Groentecultuur aangenomen voor, waaraan door die vereeniging adhaesie wordt verzocht. De heer Madderom zegt ook eerst wel eenigszins voor de sorteering te zijn geweest. Hij heeft echter iemand in Broek gesproken, die hem heeft gewezen op den tijld die er aan het sorteeren zal moeten worden besteed. Ook werd. er gewezen op de wortelen, waar nu meer werk aan besteed wordt en minder opbrengt. Wanneer het zoo ook met de uien gaat wordt het een strop. En wanneer wij. het hier nu aannemen en men doet het in Zuid-Holland niet, wat geeft het dan? Dan is het geld en tijjd toegeven. De voorz. leest het verzonden stuk voor van den heer S. de Boer, voorkomende in de ,,N. Langed. Courant" en zegt voorz. dat zoo juist de verhouding weergeeft, waarmee hij, dan ook volkomen instemt. Het is zoo waar, zoo, volko men duidelijk en het zegt genoeg. De heer C. Nol is het er niet mee eens. Spr. ziet er schade in en veel werk voor de bouwers, waarom hij het dan ook onuitvoerbaar acht. De heer Jb. de Wit is van oordeel, dat wan neer verschil van maat in een zeker soort van de uien mocht voorkomen,; dat de koopman „over zoeken" zal vragen, omdat ze niet ge lijk is. Wanneer men daar echter niet op ziet zal hét niet zoo erg zijn. Doet men ze op de rol, zal men veel „velloozen" bekomen. Spr. acht het overigens onuitvoerbaar. Laatst nog werden door de Fa. Kramer drielingen en volgelingen door elkaar gegooid. En is dat nu sorteeren? Wanneer de koopman dat nmet meer doet, zullen wiji ook zeker meer ons best doen. De voorz. antwoordt dat het besluit is geno men om het in overleg met den koopman uit te voeren. Wanneer de koopman dan de uien door elkaar gooit, komt dit voor zijtn rekening. Daar zal hij. dan geen voordeel mee behalen. Door Jan Kramer toch weid de meeste uien gekocht en gesorteerd en hij; maakte er ook de hoogste prijzen voor. Een stem. Laat de koopman het dan zelf doen De heer Hoogland is vopr de uiensorteering, hoewel ;er toch wel eenige bezwaren aan ver bonden zijn. De een zegt het is onuitvoerbaar de ander beziet het gemakkelijker, maar het zal ons ook meer arbeid geven. Wij, willen wel de uien sorteeren, maar met voor mets. Liet meerdere werk moet betaald worden. En wan neer dat gedaan wordt willen wij de uien wel gesorteerd afleveren, maar dan moet de koop man er ook niet meer mee mogen doen wat hij wil Wel uiensorteering, maar dan ook een export' met een veilingsmerk er op, waar ze vandaan komt. Dan hebben wij ook kans dat er meer betaald wordt voor de uien aan (1 markt, waarvann het veilingsmerk bekend is, en waar men het zuiverst sorteert, in tegenstelling met de Toekomst dat het best au. te eigenmachtig zou zijn opgetreden, wil verklaren dat het een zwakke houding heeft aan- genomen, tegenover de exporteurs door den eis<± xtot het stellen van een veilingsmerk te laten zwem xmen. Mocht dat merk niet worden ingevoerd zoo zal ik een beslist tegenstander van de uiensortee ring blijven. Zonder merk zullen er voor ons geen voordeelen aan verbonden zijn En wanneer de voorz. nu zegt dat dit punt reeds lang aanhangig is, daar wil ik wel verklaren dat er door mij nog noQit iets van was vernomen. Dus moet net in intieme kring zijn besproken. Wanneer het punt reeds lang aanhangig is, waarom is door de L.G.C. dan niet eens eerder polshoogte genomen hoe de leden hierover dachten. De actie gaat dan ookf niet uit van de L.G.C. of het C.B. maar komt verder vandaan. Door een koopman is het in een schrijven ter sprake gebracht, en is dit later door onze or- ze organisaties overgenomen. Ook heb ik bezwaar tegen het moment van invoering. De uien is reeds gesorteerd bij het plukken en nu zouden wij weer aan het sorteeren moeten. Daarom moet bij in voering van de sorteering begonnen worden bij den aanvang van het nieuwe seizoen. Maar echter ook niet eerder of het veilingsmerk moet tevens worden ingevoerd. (Applaus.) De voorzitter hoort er van op dat door den spr. wordt gezegd nooit iets van de sorteering te heb ben veronmen. Maar het is toch stuitend voor ons, als we de Spaansche uien op de Londensche markt meer geld zien opbrengen, terwijl de En- gelschen onze uien meer roemen. De heer.C. Nol. Laat de koopman het doen. De voorz. antwoordt dat het de vraag is door- wie 't het goedkoopst kan worden gedaan. De heer Jb. Wagenaar zegt dat er voor- en na- deelen aan verbonden zijn. Spr. gelooft echter wel dat er meer geld voor zal worden gekregen op de buitenlandsche markten. De sorteering echter zal nogal wat moeilijkheden opleveren, waarom het beter is, dat de koopman dit zelf doet. En dan het volgend jaar ermee te beginnen. Ik ben er tegen om het nu in te voeren. Ik geloof echter wel dat het, zoo geen direct dan toch indirect voordeel zal opleveren. De vergelijking van De Boer met de kool gaat niet op. De kool toch wordt per stuk verkocht en de uien per baal. De voorz. De Boer komt op de sorteering neer. Bij de kool gaat het ook uit gewoonte. Wanneer wij ook aan de uiensorteering gewoon zijn, zullen wij het niet erg meer vinden. De heer A. Schuur voelt voor de bezwaren door Wagenaar naar voren gebracht. Ik geef het een ieder te doen de uien goed te krijgen. Dat kan men niet op het gezicht af. Of er moet een groo- ter verschil zijn in milimeters. De heer De Vries zegt dat het hier een concur rentiestrijd is tusschen de Nederlandsche en de Spaansche. uien op de Londensche markt. Het ver schil is dat de Spaansch» uien in kistjes en de onze in balen wordt aangevoerd. En nu is het de vraag door wien de Sp. uien wordt gesorteerd, door den koopman of den tuinder. Maar ik geloof van niet door den tuinder. De uien komt precies zoo aan als dé verpakte sinaasappelen. En die si naasappelen worden ook niet door de kweekers: gesorteerd of geoogst. Die worden op stam ver kocht. Nu verwacht ik dat de uien op het veld wordt verkocht en door den exporteur wordt ge sorteerd. Ik ben ook voor een goede sorteering van de uien, hoewel ik er niet het directe voordeel van inzie. Het zal voor ons een moeilijk werk zijn. En voor den koopman zal het uitzoeken en dicht naaien niet meer dan een kwartje kosten. Het is wenschelijk dat door den koopman een sorteerma- chine wordt aangeschaft en door de tuinders aan de bewerking dan wordt geholpen. Het zal voor ons alleen te kostbaar zijn. De voorzitter. Dat zou wel gaan wanneer de koopman zich in het algemeen aan de sorteering zou houden. Zoo hij dat niet doet kóst het ons. lDe Vries. Het geldt toch in hoofdzaak voor de buitenlandsche markt en niet voor de binnen- landsche. f De heer A. Bakker zou het voorstel willen aan houden en bespreken op de algemeene vergadering' en niet nu maar het nieuwe seizoen te beginnen. D' evoorz. gaat hierin mee omdat hij wel voelt dat de sorteering op het oogenblik vallen zal. En dat is toch minder mooi voor de marktbestuurs leden, die voor de uitvoering hebben gestemd. Het is de zachtste manier om bij de L.G.C. te verkla ren, dat het voor het oogenblik onuitvoerbaar wordt geacht, maar het volgend seizoen er mee te beginnen. De L.G.C. heeft het besluit genomen-in overleg met den N.M.B'. en Warmenhuizen. Ik hoop dat de uitvoering van het besluit daar zoo veel voordeelen zal brengen, dat men het ook hier dan zal aanvaarden. De heer Jb. Wagenaar zou het in de richting wlilen sturen dat er gesorteerd wordt door den koopman. Het zal ons meer dan 25 cent kosten en wij hebben dan de armoede nog toe. Zij kunnen het Uitvoeren met een sorteermachine. De voorz. Zij zullen het dan laten doen door dei transport. En hun arbeid zal zeker niet goedkoo- per zijn dan de onze. j De heer Schuur gelooft van wel en zegt, „wij kunnen er nooit tegenop." En dan, het gaat hier om de Engelsche markt. Alleen het daarheen te verzenden gedeelte zal gesorteerd behoeven te worden, het andere niet.' De voorz. Het is de vraag wanneer het overal gesorteerd wordt aangeboden, wat we zullen zien. Onze kool gaat gesorteerd naar Duitschland. Daar sorteert men de eigen kool niet, en we liggen er toch ver voor. De heer Gootjes zegt dat de uiensorteering reeds 2 maanden terug in de L.G.C. is besproken. Deze/ sorteering valt nu echter niet in goede aarde, maar is het nu wel werkelijk zoo erg? Wanneer wij hte ons goed voorstellen is het niets. En ik ge-> loof, dat wanneer het maatverschil grooter was, men er algemeen voor was. i Het is misschien goed een rekbare maat^ te ne men met ongeveer 5 m.M. zoodat men niet zoo knap behoeft te zoeken. De voorz. zegt dat dit maatverschil dan als over gangsmaatregel zou kunnen worden toegepast. De heer A. Bakker. De een neemt dit verschil, de ander dat. Wij kunnen het beter aanhouden.! en beginnen met het nieuwe seizoen. De heer Gootjes gelooft, dat wanneer het zoo wordt voorgesteld, Broek en Zuidscharwoude zullen meegaan. De heer Jb. Kloosterboer wil stemmen. Stemmen uit de vergadering: „Ik ben er tegen" De heer Slijker wil alleen voor of tegen de sor-. teering stemmen. Al dat praten geeft niets. De, heer D. Gerritsen vraagt of de houding vdn Broek vast staat. Zij zeggen twee vijfde van de uien aan te voeren, dus wij zijn maar prulletjes. Zij bescohuwen zich als de god van den gouden toren/ En wij kunnen ja en amen zeggen. De heer Gootjes stelt voor een speling van 3 m.M. te nemen voor de kleine en 5 m.M. voor de groote. Thans wordt gestemd over de invoering van de uiensorteering of aanhouding van dit punt. De vergadering spreekt zich unaniem uit voor aanhouden. De voorz. brengt de vergadering dank;, dat hier: geen woorden zijn gehoord tegen het marktbe- T stuur, zooals dat in Broek en Zuidscharwoude het gevai was. (Applaus.) f Aan de orde komt het punt voorschot aan de Witlofvereeniging. De voorzitter zegt dat verleden jaar een voor schot is gegeven renteloos voor den tijd van 2 jaar, doch dat dit reeds is afbetaald. Eenige discussie volgt over het bechikbaars hou den en hebben van de mandjes, waarbij blijkt dat deze zaak verleden jaar niet in orde was, doordat de. mandjes voordat het seizoen begon reeds weg warein. De voorz. zegt dat nu zuiver moet worden op gegeven hoeveel mandjes men noodig heeft en deze dan ook moeten worden betrokken. Het bestuur wordt machtiging verleend in over leg met het bestuur van de witlofvereeniging het voorschot te bepalen dat voor den tijd van 1 jaar zal worden gegeven. De heer Madderom, voorz. van de Witlofver eeniging wijst er nog op, dat er Vrijdag 16 No vember des avonds 7 uur, ook in deze zaal een vergadering zal worden gehouden van de witlof vereeniging zal worden gehouden ter bespreking van verschillende zaken. Ter tafel komt de bleemkoolsorteering. IDe voorzitter zegt dat deze sorteering te zwaar is om er mee te beginnen, en dit ook de meening is van het? marktbestuur. Algemeen acht de vergadering dit onuitvoerbaar, zoodat dit punt zonder discussie de hamer passeert De aankoop van Tuinbouwbenoodigdheden zoo als manden, glas, koolkragen, enz. daarvoor wordt de gelegenheid tot bestellen opengesteld tot 15 December a.s. Rondvraag. De heer Jb. Kloosterboer zegt dat den leerlingen: van den tuinbouwcursus door het rijk een lesgeld van f 2.50 is opgelegd geworden, en vraagt of de vvereeniging- die leerlingen niet ten goede kan ko- men, daar dit een misrekening voor hen is. Op voorstel van den heer A. Schuur wordt be sloten, met allen voor, het geheele bedrag te ver goeden. 1 Door den heer Jb. de Vries wordt gewezen op het gebruik van rattenserum, en zegt daar uit muntende resultaten mee te hebben bereikt. Spr. stelt voor dat allen dit in het voorjaar zullen toe passen en dan in grooter omgeving. Wanneer wij het over geheel St. Pancras uitstrekken raken wij van de ratten af. Men gebruikt een rauwe aard appel, doormidden gesneden en gedrenkt in het serum. Deze wordt in het gat gebracht en men raakt absoluut de ratten kwijt. Voor de gele rat te nis het goed in dat serum gedrenkt brood te gebruiken. Wij raken er af wanneer de bestrijding met ljand en tand wordt begonnen. De rattenver- delging komt ook voor in de statuten van de L.G.C., zoodat men dus daar met ons doel zal instemmen/ De voorz. hoopt dat er gebruik van gemaakt zal worden. De heer Schuur vraagt of er geen gevaar aan verbonden is. Het is toch een vergif en een be smettingsmiddel. Reeds heb ik vernomen dat het ook op de Geest is gebruikt. Daar kunnen kinderen: er bijkomen. En is dat geen gevaar? De heer De Vries. Het mag daar niet gebruikt worden volgens de wet. Wanneer men het op zijn tuin gebruikt, moet deze worden omgeven door een twee meter hooge schutting zoodat noch mensch noc hdier erbij kan komen. Maar aan de hand van de wet mag het wel worden gebruikt in het Geestmer-Ambacht. De voorz» zegt dat ieder nu weet op zijn hoede te moeten zijn, en* wil dat men elkander zal wij zen op het gevaar. De heer Stammes vraagt hoeveel er gedurende de slaking is uitbetaald geworden aan de tuinders, verladers van wagons. De heer Gootjes antwoordt van f 5 per wagon terwijl de andere 5 gulden was voor de kleine koop lieden die in Amsterdam schade leden. De heer Stammes vraagt het totaal bedrag dat aam de bouwers is uitbetaalt en waar het overige De voorzitter zegt dat voor het laden van de wagons f3250 is betaald waarvan de helft aan de vereeniging en is gekomen en de andere hjelft aan de. kleine kooplieden. 1 De heer Stammes zegt dat de tuinders dan veel te kort hebben ontvangen. Wanneer de kleine han del winst maakt krijgen wij ook niets. De voorzitter zegt dat die schippers onze steun waren en men anders niets had kunnen uitvoeren. De heer Schuur gelooft dat men er nog voordeel van heeft dat die schippers zijn geholpen. Zij kun nen nu dorvaren, terwijl zij anders door beurtbe- vrachting zouden zijn weggedrongen. De rondvraag is hiermede ook ten einde, waar na de voorzitter met een woord van dank) voor,' de opkomst en medewerking de vergadering sluit. geleken is Blerlijn een kerkhof, een sinisfre op- eenhooping van vervallen huizenblokken, 'sa- vonds een jammerlijk, door wat matte booglam pen spaarzaam beschenen doolhof van verla ten allées en straten, bijna zonder verkeers middelen en na zonsondergang ook vrijwel zon der verkeer. Gisteren heb ik de moeite geno men om eenigen tijd het drukste punt van Berlijn, den Potzdammerplatz, te bestudeeren, en onmiddellijk met de nog twee dagen van te voren in mijn herinnering vastgelegde druk ke verkeerspunten van de „Ville lumière" te .vergelijken. Op de minst drukke punten van de afgelegen boulevards is nog tienmaal meer verkeer dan in het hartje van de Duitsche hoofdstad. Een Duitsche taxi-chauffeur, 'die tiouwens in den laatsten tijjd hier niet veel anders te doen heeft dan wachten op klanten, die niet 'komen willen, zou op de Parij'sohe boulevards met hun ongelooflijk gekrioel van a die ontelbare snelle en aalvlugge wagentjes stellig het geduld verliezen en ongelukken ma ken. En neem eens waar, hoe sjofel deze Duit sche menschen gekleed zijn, hoe ze nerveus en haastig elkaar meedoogenlops uit den weg stom pend, kribbig en onbeleefd huns weegs gaan. Beschouw die meer dan wrakke huurrijtuigen met hun uitgemergelde paarden en hun on beschaamde koetsiers, de ruwe omnibusconduc- teurs, die hun klanten als samendrukbaar mü- liardendokkend vervoervee behandelen en stel 'daarnaast de sprookjesachtige welwillend heid van allen, die in Parijs met het publiek ;te doen hebben, de vroolijke ongedwongen heid van de menschen op straat, de als van zelf sprekende beleefdheid van allen ten op- Izichte van den zoekenden en vragenden vreem deling, 'de keurige taxi's met hun voorkomende bestuurders, de weldoende weelde der maga zijnen. het lachende licht van millioenen gloei lampjes, dat den Parijschen avond tot een 'vroolijken dag omtoovertv* Arm Duitschland. Arme kinderen vooral, die itrt deze misère opgroeien en zelfs niet de her- 'ilnnering bezitten aan betere tijden, en de hoop, dat alles nog eens worden zal als vroeger. DUITSCHLAND Hoe ihet in Duitschland gesteld is. (Uit een Duitsche correspondentie). Wie, gelijk schrijver dezes, het geluk had dilt land van beproevingen eenige dagen te mogen ontvluchten, en aan de onvergelijke lijke Parijsche boulevards nieuwe levensvreug de op te doen, die ziet bij terugkeer in Berlijn met dubbele scherpte het peil van ellende en onverschilligheid, waartoe de menschen hier ge daald zijn, een smartelijke tegenstelling met de vitaliteit van de bevolking van Frankrijk's hoofdstad, waar een levensvreugde heerscht, een lichtweelde tentoongesteld wordt, en een bedrijvigheid hoogtij viert, die wij in het Ber lijn van heden ons zelfs niet uit de beste ja ren van vóór den oorlog herinneren kunnen. Tot voor kort moest ik toegeven dat de op pervlakkige bezoekers, die van Parijs naar Ber lijn overwipten en hier bij het vormen van hun oordeel alleen afgingen op wat verkeer in de hoofdstraten der oude stad en van het Westen, wat weeldegedoe in -enkele dure restaurants en wat luxe-auto's van snelle-rijkaards, hier den indruk konden krijjgen, dat het met Duitsch land toch nog niet zoo heel erg staat en dat in deze landen veel geld verbrast wordt, dat eigenlijk' in de zakken der berooide Franschen behoorde te vloeien. Maar een kort bezoek aan Parijs van deze dagen toont het belache lijke van dergelijke beweringen. Daarmee ver- i Duitschland naar idiem afgrond. (Overgenomen uit de „H. Post") Wij, buitenlandsche persvertegenwoordigers in Duitschland, vragen ons af, of het mogelijk is, over den huidigen toestand 'te schrijven, zonder door onze lezers voor satyrici aange zien te worden. Als men zich slechts eenigszins aati de waarheid houdt, al tracht men de zaak onder een nóg zoo gunstig licht te beschouwen, al tracht men nog zoo. zeer een niet te hard oordeel uit te spreken, dan nog krijgt men het .gevoel, of de berichten die men zendt door den lezer moeten worden beschouwd als satyrieke overdrijving. Want noch het beleedigde natio nale gevoel, noch honger èn koude, noch zelfs de menschelijke hebzucht kunnen gelden als verklaring voor de gebeurtenissen, waarvan wij getuige zijn. Midden in de stad b.v. wordt een corsettenwinkel geplunderd; hoe kan men dit verdedigen? In de Friedrichstrasse worden voet gangers aangehouden en aan den lijve onder zocht en als het blijkt dat zij Joden zijn, mis handeld. In Beieren worden alle burgerlijke en socialistische bladen die op een eenigszins hoo- ger geestelijk peil staan, verbaden. De groot-industrieeleh maken misbruik van het reddende nood-betaalmiddel, de goudlee- ning, die ons over den betaalmiddel-Chaos, welke twee weken zal aanhouden, moest heen helpen om zich ten koste van het algemeen te verrijken; zij koopen stukken in de goudlee- ni(no- die zij, zouden moeten deponeeren om noodgeld uit te geven 'ter betaling der loon en; doch zij weigeren te betalen vóórdat zij de stukken in handen hebben, wat een prakti sche onmogelijkheid is, leveren in plaats daar van de onbetaalde „Schlusscheine in en be talen drie weken naderhand met Sterk m waar de gedaald geld, zoodat het gezamenlijke volk in den vorm van inflatie 95 pet. van de loonen der particuliere industrie betaalt, en de :ndus- trieeïen zelf slechts 5 pet. Door menschen die er belang bij; hebben worden de uitgaven en de aanmaak van de reeds zoo lang beloofde rentemarkstukken gesaboteerd en de geheele staatshuishouding in de war gestuurd alleen omdat de financieele machthebbers in den lan de zich nog twee weken langer willen verrijken door de inflatie van de mark. Hoe kan er nog eenige sprake van zijn dit volk te redden, als men dit alles overdenkt? Geen menschelijke fantaisie is bij! machte, zich het wonder af te malen, dat uitkomst zou kunnen brengen. Men kan door het in beslag nemen van meel weder twee of drie dagen uitstel winnen en den broodprijs van 140 op 80 miljard brengenmen kan er het volk twee dagen over in het onze kere laten, hoe laag de mark in het buitenland staat; men kan dictators benoemen en den boeren gelasten, 'hun levensmiddelen in te leve ren doch den oogst werkelijk binnenhalen kan" men niet. De Duitseher kent nog slechts éón leuze, onverschillig tot welke partij hij be hoort: en die is: „Redde zich, wie kan!" Wat reeds lang voorspeld werd, is nu uitgekomen; alleen nog meer onverwacht, in ontzettender vorm, daar nu alles tegelijk ineenstort. Ein on danks dezen economischen nood, doch ze,er zeker niet daardóór, staan wij! aan den voor avond van den burgeroorlog. De rechts-radi- cale kringen komen zelfs rond uit voor hun doel, zij zijn zoo zeker van hun ovverwinning, dat zij de voorbereiding van hun Putsch niet eens trachten te verbergen. Als de republikein- sche regeering nu vrijwilligers opriep en wa pende zpu zjjl zich ongetwijfeld gtaande kun-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1923 | | pagina 5