pe^tWuTjvIrwIq""" Waarom zouden7 wij het nog niet eens over den Twuijverewg hebben? Wanneer het buizennet der waterleiding van Alkmaar naar Broek op Langendijk is doorgetrok ken zal de esthetische aanblik van dien weg ons in verrukking brengen. Stel u voor de bermen be-, zet Of wil men' liever begroeid met afgeknotte boomen, gestoffeerd door smerige graswallen, de weg in het midden opgehoogd, vormende een soort dijkje, stuk gereden, voor den voetganger onbe gaanbaar, ziedaar de schoone verbindingsweg tus- schen Broek op Langendijk en Sint Pancras. Zoo één weg, dan behoort deze zeker tot de meest onbegaanbare, tot de minst goed onderhouden we gen, dan is déze weg in het groote verkeer het stiefkind van gemeenten' en polders. We weten reeds wat er over te doen is geweest. Elke poging om gemeenschappelijk dien weg te maken tot een uitnemenden verkeersweg, waarlangs het gaan geen gevaar oplevert, stuitte af op den onwil van de hoofden der betrokken gemeenten, voor wien het woord „solidariteit" nu eenmaal uit het woordenboek is geschrapt. Wij hebben het nooit begrepen en zullen het wellicht ook nooit begrij pen, dat een der hoofden zelfs zóó ver ging te verklaren, dat hij het zuivere philantropie vond eenigen steun te verleenen, tot verbetering van den Twuijverweg, die door Sint Pancras loopt en aan de gemeente Alkmaar behoort. Het moge dan menschlievend gedacht zijn ten opzichte van het financieele offer,, dat gebracht zou moeten worden wanneer tot gemeenschappelijke verbetering van den weg zou wordenovergegaan, maar minder, menschlievend is het gedacht over zijn medemensch De weg behoort nu eenmaal in het groote ver keer, kan daaruit niet gelicht worden en behoort aan de gemeenschap. Men heeft zich reeds op het kleinzielige standpunt gesteld door de vraag te stellen: - „Wie heeft er het meeste belang bij?" En men was spoedig met z'n antwoord klaar. Alkmaar, natuurlijk 1 Och, men vergat daar bij te bedenken, dat men eerst moet reizen, wil men in Alkmaar zijn zaken doen. Het publiek- heeft er dus in de eerste plaats belang bij, het publiek, dat niet uit één bepaalde gemeente maar uit alle gemeenten komt. Men loopt zich warm voor een nieuwen verbindingsweg tusschen Lan- gedijk en Koedijk, waarvoor men de betrokken gemeenten hoopt te interesseeren, en om een bestaanden weg, een der meest belangrijke ver keerswegen, voor het moderne verkeer in orde te brengen en te verbeteren, wil men het liefst één gemeente, de eigenaresse laten opkomen. Wie in dezen nu eenigszins breeder wil denken, minder bekrompen en kortzichtig, hij ga ter school bij den Burgemeester van Laren, die voor een verbindingsweg tusschen Amsterdam en het Gooi een geheel uitgewerkt plan heeft geprojec- FEUiLLÉTON. MORA. „Hij noemde haar mevrouw Idé gravin, en zij komen uit Oostenrijk, fdat heb ik óók nog verstaan. Daar wonen zij op een mooi, landgoed, en nu nemen zij ihet kleine meisje daarheeft mede, omdat hare beide ouders dood zijn. De anderen hebben ook geen papa meer," babbelde de kleine voort. „Nu, dan weten wij er toch althans iets van," sprak die directeur glimlachend. „Maar ga jnllu tiaar binnen, bij Anne. Wees vooral heel jstil en bedaard, wanneer mama slaapt. Als ge spelen wilt,' speel dan hier den porridor, an ders zoudit ge haar 'spins storen." Hij deed ide ideur voor de kleine open, maar besluiteloos of hij zelf ook zou binnentreden of niet. Het gesprek van dien morgen had een kleinen prik kel bij hem achtergelaten; hij vreesde dat het hervat zou worden. „Zij slaapt bepaald!" merk te hij op, na nog :even geluisterd te hebben, tot zijne geruststelling, waarna hij zich .om keerde om heen te gaan. In Heiena's vertrek heerschte een diepe stilte Al dien tijd had zij weinig of niets gebruikt, en nu lag zij onbewegelijk op het rustbed. De gemoedsbeweging van dien morgen scheen hare krachten te hebben uitgeput, want er kwam geen woptii meer over hare lippen; al leen 'het schorre hoesten liet zich met korte tnssdhenpoozen nog steeds hoonen. De dienstbode, die hoopte dat hare meeste res sliep, hield het kinid terug, dat bij hare moeder wilde wezen. Het levendige schepseltje kreeg het al spoedig te benauwd in de kamer, en 'daarom maakte zij gebruik van het haar dopr haren vader gegeven verlof om op den corridor te gaan spelen en springen. Half en half hoopte Nora, hare nieuwe tafelvriendjes 'daar te zullen ontmoeten. Zij zoiü (zich in dit opzicht niet vergist hebben. Toen zij over de hoogen leuning met een droomerigen blik naar beneden keek, waar zich een woelige mensohen massa bewoog, zag zij den geestelijke met zijne kweekelingen de trap opkomen. „Zoo stil en zoo alleen?" vroeg hij vriende lijk, toen hij de kleine zag staan. „Papa is uit, mama slaapt „en Anne loopt te brommenl" luidde Nora's kort en bonaig be scheid. „Dat zijn werkelijk' drie leelajke (dingen voor nl" merkte de kapelaan glimlachend op. „Gij verveelt u dus zeker?" „Ik had wel gedacht, dat gij komen zoudt," verzekerde de kleine openhartig, „en daarom ben ik maai" hier gebleven. Ik heb dat kleine jncisje van p öaar binnen reeds hppren hui- teerd en waarvoor hij de medewerking van de be-, trokken gemeenten en Amsterdam inroept. Men vindt dit artikel onderaan op de eerste pagina van. het tweede blad. En in. verband met de han gende Twuijverweg-kwestie en tot verruiming van den gezichtskring onzer betrokken aiïtoriteiten, willen wij even de aandacht op dit plan vestigen. Het publiek heeft er te veel belang: bij om dit stilzwijgend te passeeren. Wie weet of. het nog niet wat goeds uitwerkt 1 naatseiijK Nieuws ZUIDSCHARWOUDE. „Nut en Genoegen" hield Donderdag zijim tweeden vrouwenavond. Er was weer ruim be vredigende' belangstelling, terwijl verschillend(j bezoekers medewerking verleenden door zang, muziek en voordracht. "NIEUWS IiJDIN6tfk UIT DRACHTEN. In den nacht van Donderdag op Vrijdag heeft onder DrachtenCompagnie een roofmoord plaats gehad op den 82-jarigen landbouwer J. Modder man. De alleen-wonende bejaarde man, die door de buren gemist werd, vond men, toen men in de woning kwam, met ingeslagen schedel op z'n bed. (De vermoorde is nier geheel en al onbemiddeld, zooodat hier aan roofmoord moet worden gedacht. De Jaarbeurs ie Utrecht Ss door ongeveer 10000 personen bezocht. Treinongeval le Roosenfdaal. Woensdagavond omstreeks 8 uur vond bij het binnenkomen van. dien trein ParijsAm sterdam te Roosendaal een ongeval plaats, dat ernstiger gevolgen had kunnen hebben. Vppr- dat ideze geheel stilstond, stapte mevr. v. H.. uit .waardoor zij tusschen het perron en den trem viel en vandaar tusschen de rails rolde. jDoor oogenblikkelijk stoppen werd erger voor komen. Eerst na 20 nrnuten kon zij uit haar netelige positie worden bevrijd, waarbij,blefek| dat zij haar linkerarm had gebroken en inwenl. dige kwetsuren bekomen. Zij werd naar het iekenhuis vervoerd. Surseance van betaling. De sinlds 1 Januari 1864 te Zwolle gevestigde firma v. d. Vegte en van Reede, bankiers en commissionairs in effecten, heeft gisteren sur séance van betaling aangevraagd. Het aanhoudende opvragen van deposito's dat den laatsten tijd bij de firma plaats had heeft in belangrijke mate hare liquiditeit ver minderd. Bij onderhandelingen omtrent de over neming van hét bedrijf door een bankinstelling te Zwolle, welke in verband hiermede werden ingeleid ,is gebleken, dat hare waardeering van de gegoedheid van enkele dier grootste debi teuren aanzienlijk bij die van ide firma v. d. Vegte en van Reede achterbleef. Hoewel ook een hernieuwde taxatie aan de firma niet ide overtuiging heeft gebracht, dat de verliezen, welke een afwikkeling dezer po len," ging zij voort, op een deur in de ganig wijzend. „Ja, Lilly is 'daar, bij onze mama," gaf de oudste jongen ten antwoord. „Ga met ons naar binnen," Z'eide hij, voor haar nederknielend, om daardoor zijne lange gestalte tot op gelijke 'hoogte met de 'hare te verlagen, terwijl zij vertrouwelijk haar hand op zijn schouder legde. „Kom met ons méde!" herhaalde hij nog eens. „Dat mag ik niet," antwoprdde zij. „Ik mag niet naar vreemde ménschen gaan; mania heeft mij dat voor eens en voor altijd verboden. Maar hier mag ik wel spelen, voegde zij er verlan gend bij. „Nu, idan zullen wij hier wat met u gaan spélen," sprak de knaap. „Niet waar, gij hebt niets tegen, mijnheer?" wendde hij zich 'tot den kapelaan. Deze gaf onmiddellijk met een hoofdknikje zijne 'toestemming; hij had zelf' óók schik in het kind. „Wat zullen wij dan nu 'spelen?" begon de knaap weder. „Kunt ge touwtje springen?" vroeg hij, naar het touw wijzend, dat zij uit hare' kamer had medgebraoht, wijl er in de lange gang ruimte genoeg voor zulk een spelletje was. „Of ik touwtje kan springen? 1" herhaalde zij op een toon van diepe minachting. „Ik ken nog wel heel wat andiers. dan gij denkt. Doet het mij maar eens nal" De jongens namen ecu afwachtende houding aan. Het kleine ding ging op haar teeinen staan, rekte zich zoo hoog mogelijk uit, terwijl zij beur zwarte haren naar achteren wierp en hare armen naar boven hield, en danste daarna zoo gracieus als een elfè onder het snelle rond zwaaien van her touw voort, met allerlei eigen aardige en behendige zwenxingen. De luidruchtige toejuichingen der jongens bracchten haar plotseling tot staan. „Dat heb ik van juffrouw Emilie geleerd," zeilde zij. „Maar ik had het eigenlijk niet mogen doen," voegde zij er verlegen en berouwvol bij. „Ma ma wil nooit toestaan, dat ik het in het bijzijn van vreemden doe." „Waarom wil uwe mama dat nief toestaan?" vroeg de kapelaan, die opmerkzaam had toe geluisterd. „Mama zegt dat het leelijk staat, zich zoo ie laten kijken. Zij wil ook volstrekt niet tjeb- ben, dat ix paardrijd/' „Rijdt uwe mama dan nopit te paard?" vroeg d<e kapelaan weder. „Mama paardrijden?!" riep zij met een aller liefste opwelling van trots, terwijl zij haar hoofdje pedant achterover hield. „Neen, dat doen papa's menschen; die doen het voor geld." „Te paard en in een rijtuig, natuurlijk 1 zeide zij, even hare schouders ophalend. „Ik sitic voor haar zou medebrengen, ihet kapitaal1: zouden overtreffen, heeft' de firma gemeem rekening te moeten houden met ide mogelijk heid, 'dat betalingen ,aan een deel harer. credi teuren gedaan, later zouden blijken gestrekt te hebben ten naieele van anderen. Speciaal zijn hiermede bedoeld de op langeren termijn uitgezette deposito's. Dat heeft de firma ertoe gebracht gisteren tot de rechtbank te Zwolle leen verzoek te ricchten om surséance, van betaling. Intussoben voortgezette onderhandel ingen hebben tot bet resultaat geleid, dat de boven bedoelde bankinstelling, de bank van Doyver en Kalff, in samenwerking met de Amsterdam - sche Bank de firma van 'der Vegte en van Reede in staat hebben gesteld aan hare schuin- eischers een voorstel te 'doen, volgens hetwelk onmiddellijk 50 pet. van de vorderingen wordt •uitbetaald met de verwachting, dat later aan deze zoo mogelijk geheel wordt voldaan. BUlTc.NL.AND Te Londen had een 9-jarig jongentje van. .een kameraadje een revolver gekregen. De knaap had het wapen in een stuk papier gepakt en mede naar huis genomen. Daar aangekomen had hij zich (haar de keu ken begeven, waar zijn moeder bij1 het vuur stomid en een neefje bij Ide tafel zat. Hij toonde zijn neefje de revolver en ontving het wapen daarop terug. Vervolgens haalde hij den trek ker over. Er gebeurde niets. Daarop 'herhaalde hij de beweging. Een schot ging af en trof zijn moeder recht in het hart. Zij viel dood neer. Eén kamer van de revolver bleek uit het politieonderzoek geladen te zijn geweest. Rectificatie In ons verslag van de Bestuursvergadering van den „Noordermarktbond" komt een onjuistheid voor. 'Daarin staat bij de behandeling der voorstellen voor de groote algemeene vergadering dat door de vereeniging „Tuinbouwbelang" wordt voorge steld meer dan 1 pCt. te heffen van onderhands verkochte sneezenkool. ■Dit moet zijn: Door „Tuinbouwbelang" wordt voorgesteld niet meer dan 1 pCt. te heffen, enz. Predikbeurten NED. HER.V. GEM. OUDKARSPEL, Zondag 23 Maart v.m. 10 u., Ds. G. de Leeuw. OnderwerpBeleefdheid. GER. KERK NOORDSCHARWOUDE. Zondag 23 Maart 9.30 voorm. fen 4 uur nam. Ds. J. Gdllebaard. NED. HERV. GEM. NOORDSCHARWOUDE. Zondag 23 Maart 9.30 voorm. Ds. O,. J. Staal NED. HERV. GEM. ZUIDSCHARWOUDE. Geen dienst wegens vacature. heb zelf vier schimmelponies, (die heel' alleen van mij zijn. Gij kunt ze wel eens zien, wanneer gij naar het circus gaat. De kleine Wimbleton rijdt er als postiljon mee; ik heb gezegd, dat hij dat wel mocht. Maar ik kan het zelf veel beter." De jongens sperden, van pure verbazing, hunne oogen zoo wijd mogelijk lopen. „Kunt ge dan al met de vier rijden?" „Ik kan hét zelfs met de zes!" verzekerde zij met het grootste zelfvertrouwen. „Van het voorjaar heb ik in Petersburg voor den keizer met zes ponies gereden, geheel' alleen. Hij had papa niet willen gelooven, toen die zeide dat ik het kon'; en toen heeft mama mij na veel bidden en smeeken eindelijk verlof gegeven om in tegenwoordigheid van den Czaar te rij den. En ik wéét ook nog heel goed, wat de keizer toen gezegd heeft 1" voegde zij er bij>, ien men kon het haar aanzien, dat zij er ze-er gaarne naar gevraagd wilde worden. „Nu, wat heeft hij dan gezegd?" nepen bare toehoorders. „Eerst beeft, hij mij op zijn arm genomen^ mij gekust, en mij dit ten geschenke gegeven," antwoordde zij, terwijl' zij hun teen met paarlen omzet hart liet zien, dat zij om den hals droeg; „en toen tnaar ge moogt niet lachen 1" wend- die zij zich tot Koert, bij wien zi)ch ©en verdachte trekking der beide mondhoeken liet bespeuren. „Nu, wat zeide de keizer?" vroeg Koert, om haar op haar apropos te brengen. „Hij zeide... hij zeide..," Zij 'bleef aarzelend steken. „Die zal nog eens héél anders de we reld van zich doen spreken, len u geheel over schaduwen!" herhaalde de kleine meid, stipt en woordelijk. „Maar nu lacht getoch!" liet zij er vol verontwaardiging op volgen, toen zelfs de kapelaan zijn glimlachje niet bedwingen kon. i 1 1 Maar Koert kreeg bij 'hare woorden een kleur als vuur. „Ik laoh er volstrekt niet om!" zeide hij hoogst ernstig. „Uwe mama heeft vol komen gelijkhet staat alles behalve mooi, wanneer een klein meisje zich zoo laat kijken. Wanneer men u een paardrijdster noemde, zou het mij werkelijk spijten. Dat zou inderdaad bedroevend voor u zijn." De jongen had dit alles zeer heftig en opge wonden gezegd; onthutst over de scherpe be risping, keek de kleine hem aan, en haar ge zichtje begon merkbaar te betrekken. Hij zag het, en het deed hem leed. Terwijl hij weer bij haar neerknielde, streek' hij het donkere haar van haar voorhoofd weg en zeide vrien delijk: „Nu, wees maar niet boos; gij zult wel nooit een paardrijdster worden. En hebt ge soms nog meer geleerd dan te. paard en in een rijtuig rijden?" »bP ja, veel!" verzekerde de kleine trouw- 'CHR. GER. GEM. PR. ÖP LANGE NT) IJK. Zondag 23 Maart 9.30 voorm. jen 2.30 nam. DOOPSGÊZ. GEM. BR. OP LANGENDIJK. Zondag 23 Maart voorm. 10 uur Ds. A; de Jong. NED. HERV. GEM. BR. OP LANGENDIJK. Zondag 23 Maa,rt 9.30 voorm. en 2.30 nam. Ds. Kooij- GER. KERK BROEK OP LANGENDIJK. Zondag 23 Maart 9.30 voorm. en 2.3'0 nam. Ds. R. W. de Jong. NED. HERV. KERK ST. PANCRAS. Zondag 23 Maart voorm. 9.30 én nam. 3 uur Ds. J. P, Buiskool. GER. KERK ST. PANCRAS/ Zondag 23 Maart 9.30 v.m. Ds. Femhout, Bediening H. Avondmaal. 2.30 nam. Nabe trachting. GER. KERK HEERHUGOWAARD. Zondag 23 Maart 9.30 v.m. len 2.30 nam, preeklezen. Wie zenuwachtig is, onrustig en overspannen en een kalm, gezond, memsch wil worden, gebruike eenigen tijd de kalmeerenide en zenuwsterkende Mijnihardt's Zenuwtabletten. Koker 75 ct. Bij apoth. en drogisten. Groentevervoer^ NOORDSCHARWOUDE. Zaterdag 15 Maart 28 .wagons Maandag 17 Maart 20 y,, Dinsdag 18 Maart 20 Woensdag 19 Maart 17 Donderdag 20 Maart 15 Vrijdag 21 Maart 15 Totaal 115 SLUIS NOORDSCHARWOUDE. 15 Maart 2 i motoren 39 ton 17 2 1 25 19 2 40 20 1 .30 Totaal' 8 - BROEK OP LANGENDIJK. Zaterdag 15 Maart 20 Maandag 17 Maart 10 Dinsdag 18 Maart 11 Woensdag 19 Maart 14 Donderdag 20 Maart 3 Vrijdag 21 Maart 9 Totaal 67 SLUIS BROEK OP LANGENDIJK. 17 Maart 6 motoren 60 ton 18 3 40 19 3 66 20 3 47 21 3 36 Totaal 18 249 harrtig. „Alle dagen heb ik les bij mama, en heel. dikwijls ook bij meesters. Ik kan reeds ,in idrie talen lezen en schrijven; en den cate chismus ken ik óók," voegde zij er bij, met een blik op den kapelaan, alsof (die mededeeling in 't bijzonder voor hem bestemd was'. „Wie onderwijst u dddrin?" 1 „Mama, al'le dagen, ik 'heb ook al' ge biecht. Gij zijt ook een geestelijke," liet zij, er op volgen; „dat heb ik al dadelijk gezien/' „Zoo?" vroeg de kapelaan, „hebt gij idat dadelijk ontdekt?" „Ik ken heel veel geestelijken; wanneer wij in een stad komen, waar wij wat langer dan anders blijven, brengt mama mij altijd bij; hen, en laat zij mij examineeren. Mama is héél vroom; vroeger ging zij alle 'dagen naar de kerk, maar nu is zij ziek," snapte die kleine voort. „Dat was heel braaf van uwe mama," sprak de kapelaan, getroffen door deze voorstelling van eene moeder, die te midden van zulk een rusteloos rondzwervend leven aldus de ziel van haar kind trachtte te leiden. Doe uw best maar om óók zoo te worden!" „Zijt gij óók vroom?" vroeg (de kleine thans, terwijl zij Koert met groote oogen aankeek. „Dat hebt ge nu van uw strafpredikatie, Koert 1" sprak de kapelaan lachend. „Maar komt nu mede, jongens! Uwe moeder zal reeds lang op u wachten." „Neen, blijf nog wat hier," 'riep Nora, die Koert vasthield; „gij ten minste! Laat uw broer maar weggaan." Zij zag hem smeekend aan. De kinaap had wel lust om aan haar verzoek te voldoen; hij 'beef in zijne knielende houding zitten, en be keek het kleine ding als een nieuw, zonderling speelgoed. „Wat ©en wonderlijk schepseltje zijt ge toch!" zeide hij, „doch daar is mama al!" viel hij zichzelven in de rede, terwijl hij zidh haastig oprichtte, toen zijne tnoieder uit een dér aangrenzende vertrekken in den cor ridor verscheen. „Wat voert ge daar toch uit?" vroeg zij, dichter bij het groepje komend. De kapelaan wilde juist de gevraagde op heldering geven, toen er plotseling een andere deur driftig opengerukt werd, 'en een bejaar de, zonderling uitgedoste vrouw huilend en jammerend op de gravin toesnelde, zoodat deze in 'teerste oogenblik terugdeinsde, in de mee ning een krankzinnige voor zich te hebben. „O, help mij toch! help mij tochl" riep de oude vrouw handenwringend, ia haar gebroken 'taal. „Missis sterft, Missis sterft! ten niemand daar om haar te helpen!"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1924 | | pagina 2