Weliswaar is liet vooï 'iie eerste 5 vervelend, maar het is loten, dus heeft men giiet elfcen dag 'nummer 1. De he er T.tKostelijk ziet meer in feen Rege ling, waarbij, aan den veibingleider ^et- recht wordt verleend, pm vyanmeeiy de prijzen aan vankelijk beneden het middelmatige zijn, die 'eersten te laten omvaren. Gevraagd wordt nog hoe dit in Broek gere geld is, waarop geantwoord wordt', dat men daar 10 ophouders heeft, maar er gaan daar reeds stemmen op, om ook daarin verandering te brengen. t Hierna wordt het voorstel verworpen. 4. Van L.T.B. Langendijk en Nieuw Leven Heerhugowaard. Dit voorstel is: Bij den onder- handschen verkoop, waarvoor de handelaar vér gunping heeft verkregen, in te voeren de ver plichting om een officieele bon af te geven, '(evenals in de veiling) zonder welke de ver- kooper van 'het betaalkaetoor geen gelden in ontvangst kan nemen, welkie bpnnen aan het kantoor gecontroleerd en vergeleken worden met het vergunningsbewijs van den kooper. Dit Wordt voorgesteld om misbruiken te doen verdwijnen. De heer H. Swager vraagt of dit zoo zeker is, daar men dan over tafel kan betalen. Men was echter van meening Hat deze moeilijkheid is uitgesloten. Op 'de vraag hoe dit dan moet 'worden ge daan, deelt de heer J. Ootjers mede, dat de koopers van den vedingleider bonnetjes kunnen "bekomen, waarop b.v. 1000 Ki.G. kool kan wor den gekocht. Wordt dus 10.000 gekbcht, dan Vnoet de kooper ook 10 bonnetjes aan (den ver- jkooper afgeven, en alléén tegen .inlevering; dezer bonnen, 'kan de verkooper door den 'be taalmeester worden uitbetaald. Ook dit voorstel wordt aangenomen. 5. Van de vereeniging „St. Maarten" te St. Maarten. De vereeniging stelt aan de Algem. verg. voor om het daarheen te leden, dat onze pro ducten van een districtsmerk worden voorzien, zoodat geen andere producten .doorgaan voor Langedijker producten, %ij vindt pet een on- gezonden toestand dat b.v. Zeeuwsche uien 'hierheen worden gezonden om dan verder haar weg te vinden onder den naam van „Langedij ker" uien. De heer Ootjers stelt voor alsnog niet met dit voorstel medé te gaan, daar er morgen een vergadering zal' worden belegd, om te ko enen tot het totsjtand brengen van een uitvoer- controle-bureau. Spr. zou daarom liever af wachten wat daarvan komt. De heer W. Wagenaar zo uwillLen dat er tegen het veilen hier van vreemde uijen iets gedaan wordt. De heer Ootjers merkt op, dat het verkeerd zou zijn andere producten te weren door het inivoeren van merken e.d., daar de handel met merken niet veel op heeft, daar hij vreest dat er iets achter schuilt. De heer Barten voelt wel iets voor het voor stel van den heer Wagenaar, want als er jZeeuwsche uien geveild worden, kan dat voor ons wel eens nadeel berokkenen. De heer Kliffen is van oordeel, dat afgewacht moet worden, wat het uitvoer-eontrole -jbureau doet. De heer Ootjers antwoordt óp de vraag van den heer IJ. Kaan of in Zeeland ook vaste markten zijn, dat het daar geheel1 anders gaat. Daar gaat de koopman in den zomer al den boer op en koopt dus geheel anders dan hier. Daarna wordt dit voorstel verworpen. 6. 7 en 8 zijn voorstellen van Ide vereeniging hHüiLLtTON. zelf en worden stilzwijgend vooripjgégagp. 9. De Tuinbouw vereen .:De Eendrachtstelt aap de Algem. Verg. voor om de uiensertee ringt zooais die door het Centraal Bureau is voorge steld jlniet aan te nemen, 'doch het bij het oude systeem te ldten. Genoemde vereeniging meent, dat dit niet is uit te voeren in h^t kleiin Bedrijf. Zij ziet hierin veel' keuringen en'acht Eet te veel tijdroovend en is daarom niet. van het voor deel overtuigd. Het Bon'dsbestuur adviseert aan de Algem. Verg. om de uien wel gesprteerd aan te voeren en wel in 'de volgende mat|en: Nep tot 35 m.M., drielingen van 32 tot 43 m.M., uien van 40 tot 75 m.M. en groote uien boyejn de 7Ürti.M. De heer Kliffen merkt op, dat men door deze regeling altijd nog eenige m.M. speling 'beeft. Aanmerkingen worden gemaakt over de wijze 'van sorteeren. Deze wordt overdréven scherp geacht.' Men vindt er altijd wel slechten' in. De Jheer D. Kansen. Als de uien goed zijn, dan vindt men geen slechten, maar zijn ze' sleech't, dan krijg je zé niet goed. De heer W. Wagenaar vraagt hoeveel1'slech ten er in mogen zitten. De heer Ootjers antwoordt, dat er heeiemaal geen slechten in mogen zitten, maar als er om dezen tijd 8 a 10 slechten in gevohden iwoirden, dan wordt dit nog niet als 'fraude aan gemerkt. De heer IJ. Kaan spreekt zijn ongenoegen uit ove rde manier van optreden bij het sor teeren. Men staat met vier man klaar om de zak leeg 'te gopien, als belust op straffen. Spr. vindt deze wijze grievend, en zag liever dat dit op een andere manier werd gedaan. De heer J. Ootjers. Ik zp uwel eens willen eten of jullie zooveel' last ondervinden van die sorteering. Ik heb meermallen dezelfde opmer kingen gehoord, maar bij navraag bleek mij steeds, dat dit sterk overdreven werd. Wij moe ten toch zorgen dat onze producten in een zoo. goed mogelijk: blaadje staan? 1 Opgemerkt wordt dat men met boeten ook maar dadelijk klaar staat. De controle wordt' te sterk gevonden. De heer Ootjers bestrijd dit en merkt op, dat ook hierin weer overdreven wordt. Als men het verslag van 'den secretaris van de Commis sie van Beheer van den Noordermarktbonu leest, dan kan men opmerkten, dat over 192o aan keuringsboete is geheven f301.64- Spr. meent dat dit wel bewijst, dat men met het beboeten niet royaal is. Daarna wordt besloten conform het advies van het Bondsbestuur. 10. De vereeniging „De Eendracht" stelt aan de Al'gem. Vergadering voori; om aan het Zuideinde der veiling een nieuwe gopt te bou wen en verzoekt het Bestuur hiervan een be- gropting te laten maken. Genoemde vereeniging dpet dit voorstpl, daar er vele dagen (vooral in den winter) te lco.rt ruimte, blijkt te zijn, zoo dat de aanvoerders van buiten er bijna nooit gebruik van kunnen ma ken en zells ook de aanvoerders uit de on middellijke nabijheid nog vaak té laat komen. De heer Kaan vraagt of de goten rendeeren. De heer Ootjers antwoordt van wél1,; De héér Kaan. Dan kan er m.i.; geen be zwaar zijn tegen uitbreiding. Hierna deelt de heer Ootjers eenige bijzon derheden mede over het plan van uitbrisiding, waardoor blijkt, 'dat er een flinke berging bij komt. waarin naar schatting een 25 vaar tuigen kunnen oiniuergebracht worden en waar- aoor de situatie buiten de goten ook merkbaar verbeteren zal. NORA. „lllusiën, mijn waarde, illusion! Op die ma nier kan zij slechts ongelukkig wonden. Zij zal nergens den grond vinden, waarop zij vasten voet kan zetten." „Wij moeten ook aan Gods leiding iets toe vertrouwen," sprak de kapelaan kalm. „Gods bloemen kunnen overal bloeien, en 'ie moeder heeft in heilige bezorgdheid voor haar kind dezen éénigen uitweg gevonden." „Gods bloemen kunnen overal bloeien," deze woorden vonden een wonderbaren weer klank in 'het hart van den knaap, (die daar nog an stilte stond te treuren om heit 'Verlies zijner kleine speelgenoote, en wien de harde woorden zijner moeder pijn hadden gedaan, zonder dat hij zelf wist waarom. Sedert dien avond, toen hij 'het meisje in zijne armen had gehouden, en de moeder het gezegend had, waren zyne gedachten steeds met het lot van dit kind bezig 'geweest. Hij had een gevoel alsof hij er met een soort van ver antwoordelijkheid voor belast was geworden. Hij was oud genoeg om de moeilijkheid harer omstandigheden te begrijpen, en een eigenaar dige angst kwelde zijn hart, wanneer hij be dacht wat er misschien van haar zou kunnen orden. Hij .achtte zich verplicht, haar te red den en te beschermen, en allerhande plannen hadden reeds zijn brein doorkruist. Het denk beeld was zelfs reeds bij hem opgekomen, zijne moeder te verzoeken, haar geheel tot zich tte nemen em tegelijk met hare eigene kinidiereri op te voéden. Maar hij had het niet durven wagen, dit verzoek onder woorden te brengeni. Hij kende maar al te goed het eigenaardige glimlachje zijner moeder bij het opperen van feulke avontuurlijke plannen. „Gods bloemen kunnen overal bloeien," bij het gevoel, niet te mogen en niet te kunnen handelen, maakte dit een troostenden indruk op hem. Een be koorlijke kleine bloem, ja, 'dat was zij in zijne ooogen steeds: geweest 1 IIL -Er waren tien jaren verloopen. Op het voor plein van een der vele opvoedkundige inrich tingen in de Belgische, hoofdstad dartelde bij de oudenvetsche pomp,, een ..troepje halfvolwas sen meisjes rond. 't Was ©en oude gewoonte in dit pensionaat, dat 'de kweekelijngen in hun Eenig elédeh betwijfelen de rendabiliteit (der' goten. Geahtwoordt wordt, dat het een marktbc-" lang is'. k- Hierna wondt dit voorstel aangenomen. - 11. Het Bonjsbesjuur stelt aan dp Algem. Verg. voor, om de gewone witte kool noch pe,r wagon, noch per snees onderhandsch te ver- koopen, doch uitsluitend over de veiling. Het Bondsbestuur is van meening, dat de prijsregeling van dit artikel bij onderhandschen handel niet voldoende tot haar recht komt zoo 'lang er leien 'zijn die, tot schade 'van anderen en zich zelf, dit product van de markt afhou den. De heer Kaan meent, dat dit moeilijk te con troleeren is. Geantwoord wordt dat het toch. uiltfeomt en dan kan men ze straffen, door ze voor een jaar te royeeren als lid en dan moeten ze dub bele veilingkosten betalen. Ook dit voorstel wordt aangenomen, waar mede tevens de beschrijvingsbrief is afgehan deld. Volgt bespreking coöperatieve aankoop van aardappelmanden. De heer A. van Nienes deelt mede, dat hoewel1 er eenige jaren niet over gesproken is, het nu toch wel' weer eens tijd "wordt, want menigeen zal weer behoefte aan manden krij gen en dan is gezamenlijke aankoop toch wel de voordeeligstetweg. De commissie kan' dan weer monsters bestellen en kan daarop gekocht .worden. De heer ,IJ. Kaan wil ide oude comtnissie weer aanstellen. De heer W. Wagenaar vraagt of het zooveel 'iyojordeeltger is. De vorige" keer had hij manden te kort en liet er toen eenige bijmaken bij een fnandenimaker hier ter plaatse en die waren wel 5 of 7,y2 cent duurder, maar van veel beter kwaliteit als ide coöperatieve.' manden. De heer D. Kansen brengt in herinnering dat die manden een gevolg waren van de oor log. Diemanden waren besteld bij iemand', jrigenlijk gegund aan iemand,- die het tamelijk arm had. Deze kon het mdtfériaaLniéti-krijgen. voornamelijk tengevolge van néA öörlog er heeft ze toen elders laten maken. Tplen deze manden afgeleverd werden, bleek dat ze niet waren volgens monster, maar er was geen tijd om anderen te bestellen en van die man viel ook niets te -halen. Daardoor is het gekomen, dat de manden minder voprdeelig waren, maar spreker geloofde stellig dat coöperatieve aan koop de voondeeligste is. Daarna werd de oude commissie, de heeren A. van Nienes en D. Kansen, verzocht ook nu weer de uicvoiering hiervan in handen te nemen, hetwelk door de heeren werd aangenomen. Rondvraag. De heer J.'Ootjers gaf eenige bijzonderheden over den omzet aan de veiling van den Noor- dermarktbond over de maand Maart. „J dtliik.. Geveild is: 209 wagons ,rpoide kool 63, gele kool 23 witt ekopl 20 f 162.835.96 meer als rover het voliq jaar 1923. 'Voorwaar geen kleinigheid,. De heer Ootjers memoreerde dat verleden jaar ide bouwers bizohder' pessimistisch gestemd "waren, terwijl1 het bestuur van den Noorder- tnarktbónd' steeds tamelijk-optimistisch had 'ge sproken. Maar hóe het ook f ij, -deze uitkómst 'had niemand verwacht. Als wij het verlóóp van jvele jaren terug gadeslaan, was het vorig jaar jdan zoo verontrustend? Het was wel buiten gewoon, maar was dan ook de oogst niet bui tengewoon overvloedig? En als er een over vloedige oogst was, dan waren de prijzen ook atdij laag. We willen hopen op een meer nor malen tijd, onze levensstandaard is hooger, maar we makém dan pok nu weer hooge prijzen. We kunnen canstateèren, nlat het goed is ge gaan, maar laten wij het geld in pns zak hou den, daar het niet onmogelijk is, dat We vol gende: jaren weer te kort komen. Ons bedrijf is onregehnatig en daarom is het goed, om een appeltje voor de dorst te bewaren. Gevraagd werd of er geen middelen waren, pm een beteren belastingaanslag te krijgen, 'Want het éene jaar moeten wij veel belasting betalen, maar als wij het volgend* jaar te kort komen, dan 'krijgen wij niéts terug. Zal in over weging worden genomen. De heer W. Wagenaar informeert naar de kooltelling. De heer J. Ootjers antwoordt dat er reeds :35 wagons roóde kool meer geveild is als wa9 'Opgegeven1 en 10 wagons gele. Volgens de ge gevens moeten er nog zijn 125 wagons wette kool, 26y2 wagon peen en 5 wagons uien. Spreker begrijpt niet waarom men geen nauwkeurige opgave doet, het is voor een goe de controle, en belanghebbenden hebben ei 'toch geen schade van. Niemand kan een motief opgeven ,wat er nu eigenlijk tegen deze telling is. Bedank dan als lid, als mein tegen dei. be sluiten dier vereeniging is, dan is men tenmin ste een flinke 'kerel, of bet wijs is betwijfel ik. De heer A. van Nienes vond het prettig dat de beschrijvingsbrief punt voor punt behandeld isanders' werd het maar aan de afgevaardig den overgelaten. Spr. stelt voor, dit. ieder jaar te doen. Aangenomén. De heer K. van Dijk stelde voor om voor de levering van 'kunstmest geen datum vast te stellen, maar bijv. in de laatste week van April daar allen op één dag niet kan. Goedgevonden. Hierna sluiting. uien tot een gezv .bedrag van f 932.406.96. 'V Over Maart 1923 was de omzet 10 wagpnis minder, maar het bedrag was slechts f239.079.20, een verschil dus van f 693.327.76 Over Jan. 1924 was de omzet f 410.497.76, ove rFebr. '24 f541222.46. Over de 3 eerste maanden 1924 totaal f 1.884.127.18 dat is reeds vrij middaguur het water zelf ujt de pomp gin gen halen, en altijd was 'dit een oogeniblik van wekome vrijheid. Het plassende en spattende water placht van oudsher steeds de tongen, en vooral ide vrouwelijke tongen, los te makten, I gelijk in alle geschiedenissen bij pompen en putten reeds sedert den vroegstein tijd vermeld wordt. En zoo was het ook hier teen gegons eif gebrom, een gegiechel en gefluister, alsof Ba- bels torenbouw weer aan Oen gang was. „Kijkt eens hier!" liet zich nu een 'luijie stem boven al 'ie andieren uit hooren, „kijkt eens hier, wat ik kanl" En iie spreekster tilde met leen krachtige beweging de boordevolle kruik op haar hoofd, en droeg die met 'haren ster ken hals flink en bedaard voort. „Rebekka bij den put! Rebekka bij den putl" werd er van ale kanten geroepen. „Nor-a, nu ziet ge: ier predies uit alsof gij uit den., prent bijbel geknipt zijtl" De vergelijkingd was niét onjuist: de lange, rijzige figuur in de 'eenvoudige, donkere 'klee ding, de witte zakdoek, tulbandsgewijze onder de kruik geschoven, waardoor de nog min of meer scherpe, maar toch reeds sierlijk belijn.de trekken te beter uitkwamen, de donkere vlech ten, die schilderachtig aan beide zijden van den hals afhingen, dit alles vormde 'een ge heel, aat werkelijk de uitverkorene des aarts vaders in herinnering kom brengen, vooral thans, nu {het meisje met veel gratie en zelfbe wustzijn de stoeptreden romaom de oude pomp afdaalde, die voortreffelijk als achtergrond dienst deden. „Geen drupje gemorst!" riep zij triomfante lijk:. „Wie doet me ddt na?" Natuur Ijk was lie proefneming reeds lang door verschillenden beproefd, druipend schud den stommigen ide bemorste hoofden heen en weer, en poogden zij ziéh angstig voor de toe ziende ordezuster te verbergen, die zich op groeten afstand van het troepje bevond. Hare afwezigheid prikkelde enkelen der stoutmoedig sten om een andere poging te wagon, nadat zij eenige oogenblikken druk pratend de hoof den bijeengestoken hadden. „Lily," riepen zij tot een der jongsten, die schroomvallig mét hare kruik de pomp naderde, en aan wier aar zelende bewegingen men wel kon zien, dat zij een nieuwelinge dn het gesticht was, „Lify vandaag mag het water alleen op het hóófd naar binnen gedragen wördehj 'Gij rnöet h^t maa? ema probeereh; kijk, z<S$ moet'gij hét doen." SPORT EN WEDSTRIJDEN noordscharwoude. 'Zondag 1.1. speelde „Holland I" tegen((,,D. T. S. I" op het „Holland'-terrein; „Holland" won de tos en koos eerst tegen wind. „D. T. S." was steeds in de meerderheid en weet dan ook al spoe dig de leiding te nemen. Even daarna wordt óok nummer 2 in het net geplaatst. „Holland" zet nu wat op en brengt een paar maal de bal voor het doel van „D. T. S." maar de keeper weet het net schoon te houden. De backs van „D. T. S." geven voor de trust slecht spel. Na de rust brengt „Dl T. S." de bal voor het „Holland"-doel en weet de 3e goal te scoren.. Nu geeft „Holland" heele-, maal den moed op en de „D. T. S.."-ers zijn nu weer in de meerderheid. „D. T. S." weet nog één maal het leder in het net te krijgen. Met 4—0 in het voordeel van D. T. S." eindigde de match. „Hollanders" jullie hebt slecht gespeeld. A.s. Zondag tegen Koedijk I en de volgende competi tiewedstrijden beter hoor, want anders gaat ook de kans voor de vierde plaats voorbij. (De match werd bijgewoond door een groot be langstellend en voetballiefhebbend publiek. Naar wefi-vernemen waren er meer dan 500 menschen aanwezig. „Dat kan ik! niet, neen, dat ka|nj ik zeker niet!" riep |de kleine tegenstribbelend. Maar de overigen hadden reeds een kring om haar gesloten, en een harer zette onmiddellijk de gevulde kruik op het hoofd der kleine. Een, angstige, onhandige beweging en de kruik tuimelde op den grond, terwijl het. arme schep sel er druipend en weenend bij stond, en het dolle troepje in een luid gelach uitbarstte. „De matrozendoopl de matrozendoop 1' schreeuwde een van de dartelsten. Dit denkbeeld vond algemeen bijval; en on der algemeen gejuich volgde er terstond een krachtig stortbad. Maar op hetzelfde opgemblik kieeride de eer ste, die het spelletje met de kruik be\gom|nen "vyas, zich tegen de aanvallende partij, en pos teerde zij zich beschermend voor de kleine. „Schaamt gij u niet, groote schepsels! dat arme wurm zóó benauwd te maken?" riep zij luidkeels. „Nu geen druppel meer, of ik Zal haar weten te wreken!" „Oho, Nora wil altijd de baas over ons spe len!" riepen enkelen hooghartig; „vooruit maar (Lily is hu toch eenmaal nat, en dus kan zij wel verder gedoopt worden." Maar Nora was flinker dan de overigen; eer de stoutmoedigsten tot een verderen aanval konden overgaan, slingerde zij huinj reeds de kraochtig en juist gemikte waterstralen tege moet, zoodat zij jammerend en proestend af dropen, óm echter terstond weder tot den aan val over te gaan. Het dreigde, zoo 'geen bloe dige, dan toch in ieder geval een zeer natte oorlog te worden. „Maar, dames! is dat nu manier van doen voor fatsoenlijke meisjes?" klonk plotselirig en bestraffend de stem der toeziende zuster, wier terugkomst men in de hitte van iden strijd nite(t had opgemerkt. „Wie is nu weer zulk een ongepast jen woièst spelletje begonnen?" ging zij op strengen toon voort. „Wel, Lily, wat ziet ge er uit! Ik zal! pvier u allen mijn beklag bij 'de supérieure doen." Bij die woörden zag zij onderzoekend jden kring rond, waarin thans een diepe stilte beerschte. De meestón poogden zich met het 'onschuldigste gezicht van de wereld naar den achtergrond terug te treikken. Nora alleen bleef 'moedig/staan, metde kruik' in de hand, zonder een andere houuing aan te nemen. „Ah zoo, juffrouw Nora! zijt gij het weer gewéést?" vervolgde' de zuster, nog steeds op scherpen i toon. „Ik zou denken, uw langdurig, verblijf ia 'het pensionaat had betere vruchten kunnen dragen, 'dan zulke hoogst ongepast estreken; maar gij schijnt onverbeterlijk. Ik' heb zoo straks gezien, dat gij het eerst van allen 'de kruik hebt opgenomen, en dus 'de aanstookstet van 'het geheele spelletje zijt geweest; en ik zal' dan ook niet in gebreke blijven, tdit terstomd aa nde superieure mede te deelen, omdat hare toegevendheid u zoo brooddronken maakt. Gij zult vandaag uwe vrije urjen op uwe kamer door brengen, dan kunt gij daar tijd tot 'nadenken vinden; en gij, Lilly, gaat onmiddellijk droge kleeren aantrekken. De andere dames zulkiJ hier, hoop ik, goede nota van nemen, opdat: er nooit meer iets dergelijks gebeure!" De spreekster had dit alles op een bitsen «1 vinnigen toon gezegd, waarbij zij al hare woede 'over Nora uitstortte; zij behoorde tot die klein- geestige karakters, die steeds op één hoofd de schuld werpen, en één persoon verantwoorde lijk willen stellen. Nora's min of meer onaf' hankelijkte manieren, en de voorliefde der su- perieure voor het meisje, waren haar steels oergt een doorn in 'het oog. Nora hoorde deze woorden met groote op- VersChdlligheid aan; geen enkele verontschuldi ging kwam .er over hare lippen. Zij het slechts alle een minachtenden blik over de zwijgende groep glijden, omdat er niemand tot hare verdediging optrad; 'daarna hief zij trotsch het hoofd 'om hoog, vullde opnieuw 'har ekruik', en beerde et naarr huiswaarts mede. 21n s De anderen volgden. „Wij 'hadden Nora dw au z alleen de schuld moeten laten geven!" fluis terden ©enigen Ider nauwgezetsten. „Zij had er eigenlijk 'die minste schuld laaft len' is altijd zoo goed voor iedereen," merkK "n ©e een andere op; „waarom zeide Lily niets?" „Lüy iets zeggen?!" riep een derde spot tend. „Och kom, wat doet het er ook toe! zet® het dartelé schepseltje van zooeven. „Madaffljj zal haar wel niet straffen; zij houdt haar alt# ide 'hand boven 't hoofd. Dat komt door haft geheimzinnige afkomst; want wij weten ge0 van allen, waar Nora vandaa|n is, en 'allo# uit haar talent voor tooneelspelen kan niö allerlei gevolgtrekkingen maken." „Ik vind het zeer eigenaardig, dat. men 0» 'hiér 'dwingt, met iemand om .te gaan, Van w Ouders men letterlijk niets afweet-zeide, Ispiohtig, mager meisje niet teen gezicht:. zuur als azijn. - (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1924 | | pagina 2