\m Nieuwsblad voor LAN GEDIJ K en Omstreken. Dinsdag 27 Mei 34 I" Blad as< uurgiu g per 3 maanden f 1,15 J, H. KEIZER Hemelvaartsdag. Officieel Harmonie „Excelsior", MATINEE IO ÖS. l-SST&ÏSSi. S «.fcOfee»»»®» I WE LAHIGEIUKER COURANT. Deie eonrant|versehijnt Dinsdags, Donderdags en Zaterdags. ABONNKHENTHFKIJe BKDAGTMJ B-UITGEVER Dit nummer bestaat uit 2 Bladen. EERSTE BLAD». Wegens den Hemelvaartsdag zal de „Nieuwe Langedijker Courant" dien dag niet ver- schijnen. De Uitgever. 'Gemeenteraadsvergadering. De Burgemeester van Zuid-S charwoude maakt bekend, dat een Openbare Vergadering van den Raad is belegd tegen Dinsdag 27 Mei 1924, des namiddags 71/2 uur. Zuid-Schjarwoude, 23 Mei 1924. De Burgemeester, VAN SPENGLER. Van alles en nog wat Nadruk verboden. In den goeden ouden tijd, toen 'tmensch'dom nog tevreden was met z'n toegemeten deel, toen de groote steden nog in de windselen lagen, toen kende men geen huizen met twiefe en meer ver diepingen en bij gevolg ook geen gemeensöh(ap- pel'ijket rap en den lekkenden gootsteen van de eenige juffrouw die alleen woont met een alleenig heer. Maar andere tijden brachten andere zeden, de exodus begon naar enkele bevoorrechte dor pen, de dorpen werden steden en de mensclfieidj ging als kudden boven elkander wonen, zoodat eerzaam getrouwd paar nu geen hartig woord je ni^er met elkaar kan sp'reken of het geheele blok hv.r)0r^ het, alsof men draadloos aangesloten is. IedereAD kent het mooie v'eirhaal van den mijn heer die z.^n kamer onder water liet loopten. Hij zou daar gaAn hengelen, want zijn benedenbuur man deed aan jagen binnenshuis. In de Govert Plinekstraat is >et echter gebeurd dat een mijn heer die aangestoken werd door het lustig trom melen van zijn boG«®buurman ook ging trom melen. Hij toog naar den zoNer, haalde twee stukken hout en fegon. Maar 'tdU»rde ntet lang of een raam vloog open en de vflOS.ÏW van d©n echjten trommelaar opende met den mamaaktrommelaar een debat. Op een overloop je werd weldra t gekibbel voortgezet. En het eind vaa t liedje was dat er gevochten werd en de mijbhedr die ook eens trommelen zou voor den politierechter verschijnen moest. Maar hij liet verstek gaan, misschien had hij1 juist trommelles. Eerst werd de vrouw v an den echten tromme laar gehoord. „O Edelachtbare, m'n man had trommelles dien dag, ziet Uwee. En 'twas een Zaterdagmiddag. Nou, en toen hoor ik lawaai, zooiets van slaan op een vloer en toen schluif ik een raam .op ©n toen... Een buurvrouw van twee-hbog-boven-voor ver- klaarde nog dat het echte trommelen haar nooit gehinderd had. Maar bekl. was een lastig sujet, gooide potten met thee over de hoof dien van ae buren enz. 't Leven is kört, maar zoo kort is het niet o men houdt nog wel wat tijd tot beleefdheid ®Y|5' Daar wordt helaas vaak. onbewust niet dij stil gestaan. Een vriendelijk woord, een we wi lende knik ze kosten niets en worden o zoo spaar zaam toegemeten, 't Zijn de bloemen bij het leven en de weldadigheid er van blijft soms jaren na werken. Dr. Gunning schrijft hierover in _Pme onder 'topschrift „christelijkheid en platheid „Wat mij telkens opnieuw in onze christelijke menschen, in onze christelijke manieren, m onzO christelijke pers niet het minst, weer opval 19 de ongelooflijke ruwheid en platheid waarmede men elkaar bejegent. Daar ontbreekt gewoonlijk alle gratie aan. ,Men gaat met elkander om zooals SUB1EL loordschferwoudc. y////////////////////m PBI58 988 A.jDjb BKTEHïiaH't 1—* regels 78 ct., elke regel meer 18 Srooti letten of Tignettra worden o&ir piaatsroimtc berekend ik onze landlieden met hun suikerpeeën zie ma- noevreeren; ze worden uit den grond gerukt,'" doore en paar stompen van de aardkluiten ont daan, zoo'n beetje schoongeveegd, van den groenen kop verlost en in een wagen gesmeten om naar de fabriek te worden vervoerd. Zóó rukt men zijn medemensch bij zijn oordeelen uit zijn omge ving los, geeft hem eenige theologische of sociale meppen, veegt hem dan met een paar f'arizeesohe vriendelijkh'eidjes weer zoo'n beetej schoon en laat hem verder aan de machinerie van het leven over. Hoe samengesteld is iedere persoonlijkheid! Hoe heeft elk mensohenkind recht op een zorgvuldi ge, nauwlettende, teedere behandeling van een ieder, die zich als raadsman, als helper, als ziele- herder aanbiedt! Hoe zalven en vermanen vele j>redikers er maar op los, zonder te beseffen dat- iedere ziel haar eigen diagnose heeft en dat mas sale genezing niets dan kwakzalverij! moet heeten. „Reinigt u, gij, die de vaten des Heeren draagt!" Wel in anderen zin, maar toehr „reinigen"* doen ook zekere dames, ook wel planeetlezers ge noemd, die al of niet met h'et ei of koffiedik wer ken, terwijl de gewiekste onder h'en ook heel wat uit de handpalm weten te halen. D»'r zijn er echter ook onder, die min of meer wetenschap pelijk aangelegd zijn, een tik van de medischlen molen beet hebben en nu hun „gaven" bestedien ten bate der lijdende menschheid. Eiv'enals bij de wetenschappelijk gevormden, geldt ook hier „voor wat, hoort wat" en onze correspondent te Dord recht geeft daarover een sprekend staaltje. Een zekere juffrouw was geruimen tijd sukkelend. Geld noch goede woorden brachten uitkomst en de medici stond machteloos tegenover de kwaal van deze dame. Daar .drong de mare tot haar door dat een Rotterdamsch'e dame, een bureau voor urosoopie had opgericht. Er was reeds een zekere roep' van haar uitgegaan en w,at vele doctoren niet konden, zou zij wel kunnen bewerkstelligen. De zieke stelde zich' vol vertrouwen onder be handeling, doch toen na verscheidene weken geen beterschap intrad, kwam de familie op het denk beeld, de behandeling van „mevrouw" te contro leeren. Een der zoons begaf zich naar haar bureau en overhandigde haar een fleschje urine zijner moeder, wat meermalen gebeurd1 was en vroeg in lichtingen omtrent den toestand van de zieke. Toen „mevrouw" hem mededeelde, dat zijn moeder goed vooruitging, vroeg h'ij haar, hoe zij dat kon constateeren, waarop zij antwoordde, dit aan de bacillen in de urine te zien. De zoon werd kwaad en zeide niet de urine van zijn moeder, doch van het varken te hebben medegebracht en hij ver langde zijn geld terug. Zij ga fh'em een gedleelte van het geld terug. Hiermee was zoonlief nijet tevreden en vervoegde zich1 aan het hoofdkantoor om de andere helft, doch indien hij zich niet snel h'ad verwijderd, zou men hem een pak ransel' hebben toegediend. Pp- dit laatste behoeft^men niet gesteld ü,e zijn. Allerminst als een paar „leere" vrouwen handen dit aCcevietje opknappen. In Rotterdam woonde een kostganger heel genoeglijk met een kost juffrouw samen en... getrouwd of ongetrouwd, Noordseharwonde. Directeur: P. Pranger. op Donderdag 29 Mei 1924, (Hemelvaartsdag). Aanvang ha!f drie (o.t.) PROGRAMMA. 1. „jMAROIA CASTAGNOLE", Jan Morks. (Kleppermarsch). 2. Ouverture „LE VAL d'ANDORRE", Halevy. 3. „FANTAISIE PASTORALE", J. B. Singelée (clarinet Solo door den heer K. van Nienes) arr.: P. Pranger. 4. „LAURA-W1ALZER" C. Mülöcker. (uit de operette „Der Bettelstudent"). PAUZE. 5. Ouverture „OBERTÖ CONTÉ Dl St. BONI FACIO". G. Verdi. 6, „TWEE IIONGAARSCHE DANSEN" i No. 5 en 6. Joh. Brahms. 7. Fantaisie „FEDELIO". L'. v. Beethoven. 1 8. MARSCH FINALE. Bij ongunstig ween in de zaal. 'sav. 7 uur D Al i.d, zaal v.d. Hn, Co.to J. de Bakker. verschil van meening komt in de beste families wel eens voor en zoo geviel h'et dat op een goe den dag de commensaal en de h'ospito „woorden" kregen en de huiselijke kring weldra herschapen werd in een strijdperk. De politie kwam en twee agenten schoten toe, doch werden door den kost ganger met een breekijzer opgewacht, waarmee- hij den eenen agent een slag op1 den schouder en den ander een klap op de linkerhand gaf. Toen de agenten den woesteling beetgrepen, trok de kostjuffrouw plotseling een schoen uit en sloeg zoo geducht op den kostganger los, dat zijn rech- 'terkaak brak en hij aan het hoofd verwond werd/ Verschil van meening, a la bonne heure, maar dan liever opgelost langs den weg van arbitrage zooals een paar Amerikaanschte „jonge" da,mes Brieven rechtstreek» aan! den Uitgeven dit deden. Jong waren ze, de eene 13, de andere telde 15 lentes, maar de zorgen van 't leVen waren hen niet gespaard. Dit kwam ook al omdat in dit gezin, er waren 16 kinderen, vele monden, dun ne spoeling maakten. Er was nog al eens gekra keel, om maar geen krasser woord te gebruiken, in het gezin. Na zoo'n kleine burgeroorlog, zei moeder in een booze bui tot de twee rozeknopjes: „Jullie moet maar zien, dat je voor je zelf zorgt, want zoo kan ik het niet uithouden. Gaan jullie maar trouwen!" Het jongste meisej, de 13-jarige Margaret, was zoo kwaad, dat zij woedend het huis uitliep, bezwerende, dat zij- zich wel een man zou weten weten te vinden. Op den' hoek van de straat zat- de bloemenkooptaan zonder beenen in zijn wa ngentje. Het meisje liep op hem toe. en zeide „a bout portant": „Ik moet trouwen, wilt u een vrouw hebben?" Toen de man van zijn verbazing was bekomen en zag, dat het meisje in ernst sprak, begon het geval heni te interesseeren. Na over haar kwalitei ten |)s „huisvrouw" gerust te zijn gesteld, „rolde" h'ij naar het huis van het meisje toe en vroeg om haar hand. Schoonmama informeerde belangstel lend naar schoonzoons „verdienste", welke, vol gens zijn zeggen, ongeveer 300 gulden per week bedroeg. Di.es werd h'ij geaccepteerd en de ver loving had terstond plaats. Toen! allen van de eerste verrassing bekomen waren, nam het jeugdige bruidje het woord en zeide, dat ook haar 15-jarig zusej een man moest hebben. En schoonzoon wist raad. Hij had nog een vriend-lotgenoot, den beenloozen veterverkoo- per-Indiaan. Men toog naar 'smans standplaats en op het zien van het knappe zusje, stemdle hij"! schielijk toe. Desgevraagd vertelde hij aan schoon* mama, dat zijn werk hem het niet onaardige in komen bezorgde van 20 tot 30 gulden per dag (men bedenke dat het in Amerika is!) zoodat hij zijn uit de lucht gevallen vrouwtje een best leven tje kon verzekeren. Van een welgemeenden, mooi mislukten wel komstgroet, maakt men uit het Drentsche dorpje Spier melding. Een bruidspaar keerde met de fa milie per rijtuig huiswaarts. Nu is het een Drent sche gewoonte om als welkomstgroet iets voor het rijtuig langs te werpen, 't Gebeurde ook nu, maar 'tpaard schrok voor het object, 'twas een deurmat, sprong op zij', met h'et gevolg, dat hei- rijtuig kantelde en in de sloot terecht kwam. Het rijtuig werd danig gehavend en de inzittenden werden allen min of meer ernstig gewond. Dje moeder van de bruid is er nog h'et ergst aan toe. Zij kreeg zware inwendige kneuzingen. Ook bruid en bruidegom moesten zich onder doktersbehan deling stellen. Tot slot: de kwartjesregen. Een reiziger had met een klant zijner firma te Vollenhlove afgiere ken d. Het verschuldigde bedrag (circa f100) was hem in kwartjes uitbetaald. Hij! pakte de zilver stukjes in een linnen zakje en bond dit stevig vast achter op zijn motor. Maar helaas! De linnen buidel bleek niet bestand tegen hfet stooten en schokken van den motor. De rest laat zich gemakkelijk begrijpen. Op een gegeven oogenblik barstte h'at linnen om hulsel en de kwartjes vielen op) den wieg; dat ge beurde juist hij Ronduite. 't Duurde niet lang of kinderen, klein en groot, waren aan het grab belen, dat het een lust was. Do motorrijder ontdekte pas te Meppel, dat zijn zilveren schat verloren was gegaan. Even later hoorde hij vertellen, dat het te Ronduite noodweer was geweest, en regenen dat het deed! 't-Was griezelig. Op éen moment vielen zoowaar kwartjes uit de lucht!! Onze reiziger begreep nu aanstonds de zaak. Andermaal sprong hij' op zijn motor en snelde naar Ronduite. En ja, daar vernam h'ij! wat gebeurd! was. 1 i En lezer, weet ge wat nu 't mooiste van dezfe zaak is? Dit, dat de eerlijke Vinders en vindsters, allen, zonder onderscheid vernemende hoe de vork aan den steel zat, onmiddellijk hun vondst aan Ren eigenaar ter hand stelden. Zoo handelt men'op het platteland. -1-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1924 | | pagina 1