o 04.
Dinsdag 8 Juni i»24
JNI ieuwstijdingen
NIEUWE
UMIJKER
Uit ons Parlement
De malaise, de scheepvaartmaatschap-
pijen en de Koninkl. Hollandsche Lloyd.
Hel nationaal belang en de werkloos
heidsbestrijding. Het risico van den
Staat en de 51/4 millioen.
De scheepvaartmaatschappijen zijn niet de eeni-
gen, die zich door den sehijnbloei van de eerste
jaren na den oorlog hebben laten misleiden en wie
daarom de plotselinge malaise te gevoeliger ge
troffen heeft. En onder deze scheepvaartmaat
schappijen is het niet enkel de Koninklijke Hol
landsche Lloyd, die daardoor in moeilijkhedlen
geraakt is. Wanneer dan ook de heer Van der
[Waerden den reeders en speciaal de Lloyd on
voorzichtig en zelfs roekeloos beleid verwijt, en
dat ze maar schepen bleven bouwen, alsof er geen
vuiltje aan de lucht was, dan valt dit verwijt
feitelijk op alle ondernemers en zakenmenschen
terug, al is het mogelijk, dat de Kon. Holland
sche Lloyd, die haar kapitaal van 6 tot 30 mil
lioen kon uitbreiden, wat erg verkwistend te werk
is gegaan. Maar de vraag blijft en wordt door deze
laatste waarschijnlijk versterkt, waarom onder
al die noodlijdenden, tengevolge van de malaise
de Lloyd geholpen moet worden. Dat zij1 op het
punt van faillissement staat en dit alleen door
hulp vóór 1 Juli voorkomen kan worden, kan
geen voldoende motiveering zijn. De winzucht der
reeders tijdens den oorlog brengt hen, meende de
heer Van der Waerden, zeker niet allereerst in
aanmerking om uit dankbaarheid door het Neder -
landsche volk uit hun moeilijkheden gered te wor
den. Maar het in stand houden van deze lijn op
Zuid-Amerika is een nationaal belang, verdedigde
de minister en het teniet gaan van een maatschap
pij, die in 1923 nog 31/2 millioen aan loon uitkeer
de, moet de werkloosheid ernstig vermeerderen.
Tegen deze verdedigsgrond reichtte zich dan
ook hoofdzakelijk de aanval. Want de instemming
met het ontwerp om aan de* Lloyd millioen
kasvoorsehot t e verstrekken, bleek verre san alge
meen. Zelfs de heer Brautigam, die ten slotte on
der de 48 voorstemmers bleek te bëhooren, 28
heeren stemden tegen trachtte door een motie
de behandeling geschorst te krijgen ten einde een
nader onderzoek door experts mogelijk te maken.
En deze tegenstand kwam uit alle richtingen.
Naast den heer Van Kavensteyn en Duys, ble
ken verschillende anti-revolutionairen, katholie
ken, vrijheidsbonders en vrijzinnig-democraten
van deze steunverleening gediend.
Want, zoo verzekerde de heer Van Eavensteyn,
het nationaal belang is een imperialistisch belang.
De maildienst van de Lloyd is niet de eenige op
Zuid-Amerika, legde de heer Stulemeijer uit. Voor
werkloosheidsbestrijding deugde niet het kunstma
tig in het leven h ouden van niet levensvatbare
bedrijven. Dat gebrek aan levensvatbaarheid ont
kende de minister. Maar zijn tegenstanders wier
pen hem tegen, dat bij levensvatbaarheid het be
drijf wel geld van de banken kon krijgen, vooral
wanneer het als de minister verzekerde, onder
pand kon geven. Toen bleek echter, dat dat onder
pand maar een waarde had van 11/2 millioen, zoo
dat de Staat een groot risico liep. "En dat juist
achtten velen in de tegenwoordige omstandig
heden niet verantwoord, waar immers de Staat
geen enkele preferentie had en de terugbetaling
van vroeger voorgeschoten gelden alleen dank
zij den wereldoorlog had kunnen plaats hebben.
De geruststelling van den minister omtrent stren- j
ge regeeringscontrole en de bepaling, dat zonder j
'sministers goedkeuring geen nieuwe hypotheken
mochten gegeven worden, schenen echter effect
te hebben. En met een vrij groote meerderheid
ging het ontwerp er ten slotte nog door.
Gemeenteraad Koedijk.
Vergadering van den raad dezer gemeente op
Maandag 2 Juni 1924, des namiddags 2 uur.
Voorz. de burgemeester.
Alle leden zijn aanwezig.
Na opening worden de notulen gelezen en on-
'eranderd goedgekeurd en vastgesteld.
Mededeelinggn ingekomen stukken.
Het benoemd onderwijzend personeel heeft de
benoeming aangenomen.
Van den rijksontvanger is bericht ontvangen
dat aan den gemeeente-ontvanger is uitbetaald
"5038.78.
Een verzoek van mej. Mesman, om ontslag als
onderwijzeres bij het herhalingsonderwijs, wordt
voorstel van E. en Wl. ingewilligd.
Dit. de begrooting van ontvangsten en uitgaven
der Gezondheids-Commissie te Beverwijk blijkt,
dat de gemeente moet bijdragen f 18.94.
B. en W- stellen voor de gemeentebegrooting
te wijzigen en de post onvoorziene uitgaven met
f 10000 te verhoogen.
Wordt goedgevonden.
Tngekemen is van de Veenderij de rekening en
verantwoording over 1923; sluitende met een na-
deelig saldo groot f4479.781/2- De uitgaven heb
ben bedragen f 12190.881/2! de ontvangsten daaren
tegen f7711.10.
De heer Hart vindt het moeilijk hierover in
lichtingen te vragen, men mag toch veronderstel
len dat de commissie en B. en W'. de rekening
grondig hebben nagezien.
Het tekort is B. en Wl. te groot.
De heer Van der Woude zegt dat het bedrijf
zoo zuinig mogelijk Wordt beheerd. Spr. ver
wacht dat men zich dit jaar wel zal redden,
j Er behoeft dit jaar geen riet gekocht te wor
den, doordat het tegenwoordige nog goed is en
men ook het riet krijgt van den kanaaldijk.
De heer Oud vraagt hoe lang men er nog aan
vast zit.
1 Voorz. Nog 5 jaar.
De heer v. d. Woude. Net zo- olang tot het uit
geweend is. 1
De heer De Geus zegt dat er ini 3 jaar nog geen
2 bunder is uitgeveend en nu ligt er nog 2 bunder
zoodat men langer zal werken dan 2 jaar.
De heer Hart is van oordeel dat men na '5
jaar van het contract af is. 1
De heer v. d. Woude zegt dat in het contract
staat dat het in 5 jaar uitgeveend moet zijn. De
werkeloozen kosten anders evengoed. Verleden
jaar hebben er een 80 gfewerkt. De beste heeft eten
loon van f24, de mindere f10 a f 12, zoodat
betere niet voor de mindere werkt.
De heer De Geus zegt dat er niet in staat van
5 jaar.
De voorz. antwoordt dat de financiëele opzet
voor 5 jaar was. Spr. leest het contract voor,
waarin geen tijdsbepaling voorkomt.
De voorz. zegt echter nadrukkelijk, dat de
financieele opzet was gemaakt over een tijdruimte
van 5 jaar. En dit is ook gebleken uit een bespre
king met Sint Panras. Het is geen gemeentebe
drijf, maar het is een werkverschaffing voor
werkloozen.
De heer Hart zegt dat wanneer de werkloosheid
minder wordt, het' beter is om de menschen par
ticulier te steunen, omdat de gemeente toch niet
met verlies kan werken. I 1
De heer Visser zegt dat men na 5 jaar nog
eens kan zien.
De voorz. zegt dat wanneer dan met nadeel ge
werkt wordt men het contract moet annuleeren.
De heer v. d. Woude wijst o pde vele bijko
mende kosten die maken „dat de rekening niet
sluit. Anders zou men de turf moeten opvoeren
tot wel f12.
De heer Hart vraagt afschrift van de .rekening
om met oordeel te kunnen spreken.
De voorz. gelooft niet dat er bezwaar bestaat.
De rekening wordt hierna met allen voor goed
gekeurd.
Tevens wordt het bekende voorstel gedaan om
georganiseerden en ongeorganiseerde arbeiders in
de veenderij toe te 'laten. De aanmelding van on
georganiseerden moet echter geschieden over dp
arbeidsbemiddeling. 1
De heer De Geus zegt dat men soms menschen
noodig heeft voor het keeren der turf en dan niet
wordt gevraagd of men georganiseerd of ongeor
ganiseerd is.
De heer Hart is van oordeel dat men zich op
glad ijs begeeft, men moet de georganiseerden
voortrekken bij ongeorganiseerden, omdat georga
niseerden niet zoo-'n last voor de gemeente betee-
kenen. Spr. vraagt of het niet mogelijk is, in
zulke gevallen georganiseerd overleg te plegen
met de organisatie, vooral met het oog op men
schen, die half tuinder, half arbeider zijn. Laat
men de kopstukken van de arbeiders zooveel in
lichten dat zij hun arbeiders ook zooveel moge
lijk kunnen inlichten. Dan gelooft spr. niet dat
er zo otegen gesputterd was tegen toelating van
ongeorganiseerden, zooals thans.
De heer v. d. Wioude zegt, dat er overleg is
/.gepleegd, maar dan bleek dat men de zaken te
veel van één kant bekeek, en het gemeentebelang
uit het oog verloor. Ook is er gezegd dat wij de
loonen niet konden uitbetalen. Maar toen wij de
verdeeiing van htet geld aan de arbeiders over
lieten, toein bleek, dat zij het niet wisten te
klaren, en gevraagd werd of w ijhet toch maar
wilden doen. Wij hebben eenige malen met hen
vergaderd, maar wij zijn er be uvan. En voorloo-
pig zal het niet meer gebeuren.
De heer Hart breekt nogmaals een lans voor
het houden van conferenties.
De heer v. d. Woude zegt de arbeiders nooit
te hooren pruttelen.
- De heer Hart. En ik hoor ze zooveel. Wat de
ongeorganiseerden betreft, is het toch zeker de
bedoeling, dat de georganiseerden voorgaan.
j De heer vd. Wbude. Er is werk of geen werk.
Het kan niet voorkomen dat de ongeorganiseerden
bij de georganiseerden voorgaan.
Besloten wordt ook de ongeorganiseerden in
het veenderijbedrijf toe te laten.
Hierna wordt een suppletoire begrooting goed
gekeurd tot een bedrag van f1445.in ontvang-
Af- en overschrijving zal worden gedaan tot
een bedrag van f751.69.
Opgemaakt is en goedgekeurd wordt een le sup
pletoire begrooting. voor den dienst '24 tot een
bedrag van f7335.63.
Uit deze begrooting blijkt dat de restauratie
van het raadhuis zal bedragen f 950.
B. en W;. stellen voor het vermenigvuldigings-
cijfer voor de plaatselijke inkomstenbelasting te
.bepalen op 1.-2. Het vorig bedrag was 1.8. Dit
beteelient dus een verlaging van 1/3.
De heer vd. Woude noemt het steeds moeilijk
dit cijfer te bepalen, en had een grootere verlaging
verwacht.
De voorz. geeft hierop een toelichting, en zegt
dat een bedrag van f 39000 moet worden opge
bracht. De belasting heeft f 5000 meer opgebracht
dan was geraamd.
De heer Hart zou niet durven te verlagen,
vooral ook met het oog op een tekort, dat niet
mag ontstaan. Spr. vereenigt zich met het voor
stel van B. en Wl. 1
Voorz. zegt dat getracht is een cijfer van 1
te krijgen, maar dan kwam men niet aan het be
drag. Dan verkreeg men f33000.
Het voorstel van B. en W:- wordt hierna goed
gekeurd.
Door den heer Kramer wordt nog gewezen
op de vele opcenten op de vermogensbelasting:,
Wanneer men het een verlaagd moet men het
ander ook verlagen.
Do heer Mulder zegt dat men toen moest bin
nenhalen wat men kon. En waar kan men het
beter h alen dan b ijde menschen die het kapitaal
hebben. Spr. vindt het niet hoog.
De heer v. d. Woude. Wo-u je 'tzoo hebben. Hier
is geen kapitaal.
De voorz. geeft den heer Kramer in overweging
dit bij de begrooting voor '25 ter sprake te bren
gen. j
De heer Hart. Kramer zal het niet vergeten.
Ingekomen is een schrijven van het Prov. Wa
terleidingbedrijf, met teekening, waarop voorko
men de plaatsen, waar spruitstukken zullen wor
den aangebracht.
Zal in comité worden behandeld.
Nu de woning bij de school is ontruimd, stellen
B. en W. voor dit perceel bij inschrijving voor
afbraak te verkoopen.
Het idee van B. en W|. is om de -vrijgekomen
ruimte voor speelplaats te gebruiken.
Het voorstel van B. en Wi. goedgekeurd en de
bepaling van voorwaarden wordt aan B. en W,
overgelaten.
Het terrein moet vrij zijn uiterlijk 1 Aug.
Een ieder wordt vrijgelaten hiernaar in te
schrijven. Dus ook gemeente-ambtenaren.
Benoeming leden voor het G.E.B. Periodiek af
tredend zijn de heeren: v. d. Woude, en Muldjer,
(herkiesbaar).
Beide heeren worden herkozen met respectieve
lijk 6 en 6 stemmen. De heer Hart had, 1 stem. 1
stem werd blanco uitgebracht.
Voorz. feliciteert de beide heeren met hun be
noeming.
Goedgekeurd wordt de in de vorige, vergade
ring aangeboden 2e suppletoire begrooting op een
tbedrag van f 22970.59.
De voorz. zegt thans dat reeds lang in bespre
king is geweest het maken van een verbindings
weg tusschen gemeente en Langedijk. In dit ver
band wordt gevraagd een uitspraak of men voor
pf tegen het verleenen van medewerking is. Van
Prov. en Eijk is geen subsidie te verwachten.
De weg zal doorgetrokken worden vanaf Oud
karspel.
Gevraagd wordt hoe duur of deze weg zal
kosten, waaro pvoorz. antwoordt van 3 ton. j
De heer Hart begrijpt niet het standpunt "van
de Prov. Een meer zuidelijke ligging zou grooter
voordeel voor de gemeente opleveren en zag liever
de verbinding Sint PancrasKoedijk tot stand
gebracht.
De heer Kramer is van oordeel dat Bergen er
meer belang bij heeft dan Koedijk, waarmede ver
schillende heeren het eens zijn.
De heer Hart noemt het van de Prov. een op
vatting van niks. Men heeft daar een eigenaardige
opvatting over de ligging van de wegen.
De heer Mulder brengt in herinnering eev con
ferentie, waarbij men zich uitsprak voor een weg
naar Koedijk. Alkmaar wilde een begrooting ma
ken voor een weg naar Koedijk, maar Noordschar-
woude en Oudkarspel hielden ster vast aan dezev
weg. Dat er verandering komt in de wegen is
{van groot belang. Er moet iets gebeuren. De
houding van Eijk en Prov. is meer dan treurig.
In het groote Geestmer-Ambacht is geen enkele
goede verkeersweg.
De heer Hart wil zich uitspreken, en dan
tegen dit plan, met daarbij de uitspraak dat Alk
maar spoedig met begrooting en plannen komt,
meer in het voordeel van onze gemeente.
Ue heer De Geus zegt gewezen te hebben op eïen
weg van Sint Pancras, maar geantwoord werd
.dat dit te plaatselijk was. Besloten werd aan de
Prov. te vragen, waar de weg moest komp,
maar nu de Prov. niet bijdraagt, had men niet
.behoeven te vragen ook' aan de Prov. Het is gaan
belang voor het ambacht. Maar het is ee. weg
voor het algemeen verkeer.
Be vergadering spreekt zich unaniem tegen het
plan uit.
Hierna sluiting der vergadering.
Binnenland.
De schadeloosstelling der Kamerleden.
Eenige weken "geleden heeft het Senioren-con
vent der Tweede Kamer zich gewend tot de ver-
-schillende fracties, met verzoek aan haar leden
individueel aan te bevelen, in verband met den
slechten toestand van 's lands financinë, van 1
Mei 1924 ai' 5 pet. van hun schadeloosstelling als
Kamerlid voorloopig niet te toucheeren. Naar het
„H.bld." verneemt hebben de leden van vrijwel
telle fracties ingevolge deze aanbeveling, den Mi
nister van Financiën medegedeld, dat zij van ge
noemden datum af 5 pet. van hun schadeloosstel
ling willen laten staan ten behoeve van 'sKijks
schatkist. Alleen de communisten en sociaal-demo
craten zijn niet geneigd deze aanbeveling van 't
Seniorenconvent op te volgen.
Salarissen Rijkspersoneel, f
,,De Avp." bericht, dat thans bekend is, dat
de Minister van Marine, op verzoek van de Be
geering, een nieuwe salarisregelihg heeft ontwor
pen, zoowel voor burgerrijksambtenaren als voor
de militairen van Land- en Zeemacht.
Deze salarissen zouden zoodanig zijn ontworpen,
dat die der militairen, zooals die vóór 1 Mei 1924
in de betrekkelijke schalen voorkwamen dus
ponder aftrek der 5 pet. korting met 20 pet,
en meer zouden worden verminderd, terwijl voor
de salarisbedragen der burgerambtenaren een ge
middelde vermindering van 10 tot 12 pet. zou zijn
voorgesteld. i" 1 1
Be gehuwde wachtgeldster.
Naar aanleiding van het weder aanbieden van
rijksbetrekkingen aan gewezen vrouwelijke amb
tenaren, die op wachtgeld staan en gehuwd zijn,
is aan het oordeel der commissie-Schepel (de zoo
genaamde wachtgeld-commissie) onderworpen do
vraag, of de gehuwde vrouw inderdaad verplicht
is, op straffe van verbeurdverklaring van haar.
wachtgeld, eene betrekking te aanvaarden, ver
van de woonplaats van haar gezin, waardoor zij»
het gezinsleven niet mede kan leven.
De commissie-Schepel is tot de conclusie ge
komen, dat zulks niet redelijk is, en adviseerde
Jaarom de regeering, voor die ambtenaren, aan
wie reeds een betrekking was aangeboden, het
wachtgeld niet in te trekken en ten aanzien van
de overige ambtenaren, bij het aanbieden van be-
-trekkingen, met deze conclusie rekening te hou
den.
De Eegeering nu schijnt zich met dit advies,
vereenigd te hebben. Daardoor wordt een einde
gemaakt aan den misstand, dat het bemiddelings-
öureau, naar het scheen, juist aan die ambtenaren
betrekkingen liet aanbieden, die in de feitelijke on
mogelijkheid verkeerden om de vacante plaats te
aanvaarden.
Hemelvaartsdag gingen des middags 2 'jon
gens, van Leeuwarden de 14-jarige Tjeerd van
Dijk en de 15-jarige Pieter Veenstra, op stap den
Marssumer straatweg uit. Ze zijn daar ergens het
veld ingeloopen en gingen in een boerenteootje
baden. De eigenaar van de landerijen had in die
sloot een drinkgelegenheid voor het vee gemaakt;
deze plaats was 4 meter diep, wat echter zoo niet
te zien was. De jongens zijn in dezen kuil geloo-
pen en jammerlijk verdronken.
Een boer, die ging melken, vond de kleeren,
en begreep wat er gebeurd was. Hij had even
te voren de jongens nog gezien en toen hij bij
de kleeren kwam, waren de knapen verdwenen.
De politie werd geroepen, die na een kwartier,
dreggen de beide verdronkenen ophaalde.