mm Lawwr CNraraMeMO
JIONDERDAH 13 NOVEMBER; 1924.
te rondvraag,
bet' 'einde dér
en hebben op-
jen'te 'steUeu.
ils eerste aan-
dat' jaarlij ks
de ringvaaft
)nor' ondiepte
niet aan den
jaarlijks on-
odzakelijkheid
iggen in Mol
ds iets naders
imaire wégen
:ke en zware
Ier wegen zóó
enten en pol-
,t een andere
oorkomt. Spr.
besproken in
1e Middelweg
doch omtrent
ét' de verbefe-
aat Zuleln mi
i trouwensde
pr. verwacht.
Idem toch wel
eken- zal wor-
g wel een- dér
aame-1 ih. nan
gang der ver-
ig op,, dat 'del;!
et oog; «pdeji
n.
waarvoor - die
zijn ze nog
inciale wegen,
mengen in de
et nog onvol-
jkanten.-' Hier
jèld. staan.,
ouwt dit
orden namens
euif ovéte'eem
:ij laten rónd:
schade berok-
ordening hier-
fendé bepalin
'dat van Mc:j
en rond zwem-
ten nu klach-
ah Dijkgraaf
innen wordeni
d, dat- veelal
.chti Besloten
ening te doen
te doen pu
in óp, dat het
Jonkeren weg
ty zóodat hét;
UIT ONS PARLEMENT
De verlaging der ambtenaars-salaris-
sen en het nieuwe Bezoldigingsbesluit.
De noodzakelijkheid. De waarde
van het Besluit. Moties van den heer
Gerhard en anderen. De nieuwe Ta-
riefwet. Verhooging van den tabaks
accijns.
(Het is al voor de zooveelste maal, 'dat de ver
laging der ambtenaarssalarissen het onderwerp
pan een interpellatie in de Tweede Kamer uit
raken. Maar ér was nu een nieuwe aanleiding
;m dit onderwerp te sprake t ebrengen in het
lieu we bezoldigingsbesluit. Niettemin viel het
pooraf te voorspellen, dat ook deze poging van
den heer Gerhard cm de regeering op haar be
sluiten te doen terugkomen, zonder succes zo.u
jlijven.
De heeren bleken het over 'talgemleen hierover
vel eens, dat alleen de noodzakelijkheid de voor
genomen Salarisverlagingen ten volte kon recht
vaardigen. Alleen de heer Braat, wien de verla-
j-ing blijkbaar nog niet ver genoeg ging, maakte
iaarop een uitzondering. De anti-revolutionaire
lêer Schouten, medestander der regeering- sprak
iet zelfs nadrukkelijk uit, dat hij alleen wegens
lie noodzakelijkheid aan de verlaging zijn goed
keuring kon hechten. En de motie van de heeren
^an Schaik.en Bongaerts, bracht feitelijk dezelf-
te gedachte tot uiting, door den wensch uit te
spreken, dat, wanneer althans de kosten van het
evensonderhoud niet daalden, verbetering van
ten' toestand van 'a lands financiën gedie ten
goede zo ukomeu aan de salarissen van ïij'ks-
tmbtenaren en onderwijzers ove rl925. Verschil
lestond er dan oo kalleen over de vragen, of de
loodzakelijkheid zoo dringend was, dat ze de-ze
perlaging voldoende motiveerde, of de regeling
lillijk was, of de regeering het recht had éénzij-
iig de salarissen te verlagen, een vraag, die door
ien heer Kteerekooper nog eens nadrukkelijk in
iet. debat werd gebracht en of het nieuwe bezol-
ligingsbesluit een verbetering van de oorspron
kelijke voornemens kon worden geacht.
Die heer Gerhard ga fop al deze vragen feite-
jk een ontkennend antwoord. Het nieuwe be-
sold'igingshesluit achtte hij een teruggang. En hij
vees op het normenstelsel, dat ambtenaren in be
haalde groepen indeelt, op te hooge jeugdaftrek,
te ongunstige regeling van de verhooging voor de
mgehuwden,, de ongelijkheid ten aanzien van liet
hereiken van het maximum en de rechteloosheid
pan tijdelijke ambtenaren. Meer geleidelijk her
del van onzen finaneieelen toestand, waardoor
te gulden niet in gevaar gebracht zo uzijn, zou
lovendien de noodzakelijkheid groo-tendeels heh-
itehte'E-zal ëciiffihen opgeheven. En door-uit te gaan van den toe-
"tand van 1920, ofschoon het oude hezoldigings-
hesluit op den toestand van 19-19 steunde, nam
nen een onjuiste afneming van de duurte aan en
jaseerde men dus den salarisverlaging -op fou-
neve gegevens. Op grond van deze opvatting
sprak hij in de 4 vragen, die hij' aan den minis-
er stelde en in de motie, die hij dienovereen
komstig indiende, den wensch uit, dat de aange
kondigde maatregelen in zake salarisregelinig
:ouden worden teruggenomen, dat aan alle amb-
enaren ongehuwden zoowel als gehuwden
ietzelfde gekort zou worden, namelijk naast de
W2 proeent voor pensioen-premie slechts 5 pro-
lent en dat de inwerkingtreding van het nieuwe
lezoldigingsbesluit zou worden opgeschort. Maar
ie minister toonde uiterst geringe neiging op
Leze wenseh-en in te gaan. Alleen de laatste vraag
pan den heer' Gerhard, welker bedoeling ook door
tnd'ere heeren' Was -onderschreven, of de minis-
er niet van meening was, dat de grondslag van
iet lezoldigingsbesluit déze moest zijn, dat aan
ien minst bezoldigde ambtenaren een salaris moest
vorden toegekend, dat een behoorlijk maatschap-
len - belast-en pelijk bestaan waarborgde, beantwoordde minister
n -en polders Kuys de Beerenbrouck bevestigend. Van een op-
wat rz;i. nióiSc'lor^nS van het besluit wilde hij evenmin hoo
ien als van het onbillijke der regeling. En om
rent het uitblijven van verdere kortingen kon
tij geen absolute zekerheid geven.- De noodzake
lijkheid van de verlaging ten behoeve van onze
inanciën en van snelle gezondmaking dezer fi-
ianeiën betoogde hij met de opmerking, dat thans
'oor rente en aflossing 175 millioen per jaar
mest betaald worden. Ook anderen hadden trou-
,'ens daarop reeds gewezen. En -de heer Bongaerts
iad er ap attent gemaakt, dart de ambtenaars-
ujlu salarissen sinds- 1913 met 100 millteen gestegen
wel moet niet |Nn* Z'q-n motie vroeg dan ook .niet meer, dan een
QOfeeniblik de belofte, wat de heer Marchant de verklaring ont-
Bik zijn aan »l°hte, dat de ambtenaren aan regeeringsbeloften
- niets meer hebben, sinds de regeering haar belofte
,an de ambtenaren verbrak.
Maar ook aan deze motie kon de Kamer haar
,jedkeuring niet schenken. Evenmin deed ze dat
:an die van den heer Van Bavensteyn, die alle
o-rtingen op salarissen tot f40 per week teniet
édaan wenschte, noch aan die van den heer
ireeselhuys, di eveiligstelling van de minimum-
'arantie voor gehuwden voor 3 jaar wenschte en
ip de ouhoudhare consequentie van 'het besluit
te aandacht gevestigd had door het voorbeeld te
loemèn van een categorie ambtenaren, die 42
irocent achteruitgingen. Dje motie-Gerhard, die
►ehalve de salarisverlaging -ook het mislukken
'an -het georganiseerd overleg ter sprake had ge
n-acht, waarvan hij, ondanks het protest van den
ninister, de regeering de schuld gaf, werd -door
Ien voorsteller in vieren gesplitst, waarbij ook de
'enschelijkheid .van het herstel van dat georgani-
eerd overleg werd uitgesproken. Maar al deze
ier moties deelden het lot der andere moties.
Met de nieuwe. Tariefwet heeft de Kamer het
linden borden iang meer gemaakt. De amendementen betref
fende het vrijstellen of gedeeltelijk' vrijspellen
van garens werden alle voorwerpen evenals het
amendement op art. 43 van den heer Oud, die dit
artikel in strijd met de Grondwet achtte en door
zijn amendement dien strijd trachtte op te lossen,
waar hij bij algemeene maatregel van bestuur de
artikelen, die krachtens art. 43 onder de belas+ing
zulten blijven, alleen bij name wilden laten noe
men, niet in 'talgemeen vaststellen.
Die verhooging van den tabaksaccijns werd, on
danks het protest van den heer IJzerman, -die
haar een belasting op d-e schraalste beurzen
noemde, door de Kamer goedgekeurd.
Rechtzaken.
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK.
Zitting van Dinsdag 11 November.
UITSPRAKEN. i 1
F. L. v. d'. L., Helder, mishandeling, f40 boete
of 40 dagen hechtenis. 1
K. K., Helder, misdrijf art. 247 W- v. l3tr.
vrijgesproken.
NIEUWE ZAKEN.
Onbevredigde nieuwsgierigheid.
Door Z. M. den kantonrechter te Alkmaar, mr.
Dirk Bastert, was veroordeeld ter zake overtre-'
ding rijwielverprdening de 17-jarige H. de J.
tot f8 boete of 8 dagen. De -veroordeelde, c-p
heeterdaad betrapt door den hoofdagent Jb. de;
"Waard, zo,u op een rijwiel hebben gereden door
'den spoorwegtunnel aan d-en Ber.gerweg, die voor
het rijwiel verkeer is afgesloten. Van dit vonnis
was de veroordeelde heden in hoogér beroep ge
komen. Mr. Judeell van Bergen trad op als
rechtskundig raadsman en verdedigèr. Als getuige
a charge was' door het O. M. gedagvaard' de ver
balisant, door den verdediger als getuige a -de
charge zekeren heer G. van Dorsten uit Bergen.
Daar dit- appelzaakje hoogst interessant beloofde
te worden, daar de verklaringen van den appel
lant en den getuige, a decharge lijnrecht .stonden
tegenover die van den verbalisant, was onze
nieuwsgierigheid ten hoogste gespannen, maar es
war so schön gew-esen, aber es hat nicht sollen
sein. De beklaagde was nog geen 18 jaar en der
halve werd de zaak o,p grond van -de kinderwetten
met gesloten deuren behandeld. Je moet maar
pech hebben.
Mysterieus® diefstal van. een bankbiljet
van 80 piek.
Ging de eerste zaak onzen journalistieken neus
voorbij, van de tweede konden we tot kwart
over eenen ruimschoots profiteeren.Het betrof,
hier een diefstal van een bankbiljet van '60 pop,
waaraan volgens dagvaarding de 45-jarige werk
man op de marinewerf te Helder, Lodewijk K.
zich op of omstreeks 2 Augustus zou hebben
schuldig gemaakt. Daar de beklaagde echter per
tinent- ontkende en direct 'bewijs niet was Ite
vinden ,had het' O.M. hèt noodig geoordeeld 15
getuigen a charge te doen dagvaarden. Die 15
waren dan ook 'allemaal present, dus we zaten
er" warm in op dezen frissehen, mistigen Novem
berdag. De zaak komt dan in t'kort hierop: neer,
dat beklaagde destijds als commensaal vertoefde
hij de familie S. in de Breewaterstraat no. 75,
Helder. .Nog verschillende andere commensaals
hadden in het pércéél Breewaterstraat hun thuis
gevonden, onder anderen ook twee korporaal-
tuigmakers, die met elkaar één kamer bewoonden
op de verdieping waar ook beklaagde zich op
hield.
Die korporaal-vliegtuigfabrikant Potjes had de
som van f60 bespaard voor een genoegelijke va-
cantie en dit- bedrag ingewisseld voor een biljet
van f' 60, dat hij had weggeborgen in een bur
ger jas, die hing in een kast op zijn en vriend Berk
hputs kamer. Op- Woensdag 30 Juli had Potjes
het biljet' nog gezien en geliefkoosd, maar toen
hij zijn schat op Zaterdag 2 Augustus opnieuw
nog eens wilde bezichtigen, was het biljet spoor
loos verdwenen. F.fn onderzoek werd ingesteld
en het spoor leidde wel eenigermate in de rich
ting van beklaagde. i
teensdag 's avonds hadden de twee vrienden
kwartier voor zeven het huis verlaten om naar
bioscoop te gaan. Hun kamer was toen niet
afgesloten .Bekl. K. was vermoedelijk later ver
trokken om naar zijn verloofde en gezond uit
ziende weduwe en baar vriendin te gaan. Ze
gingen dien avond met hun drieën uit. K. betaal'dje
alle verteering. Ook gaf hij zijn verloofde een
gouden horloge ter waarde van f40 cadeau.
Hij maakte belastingplaatj-es op de rijwielen
van zijn dulcinea' enhaar vriendin en wilde geen
cent restitutie.
En dat alles, terwijl te voren uit verschillen
de omstandigheden bleek, -dat beklaagde niet dik
in-zijn slappe was zat. Van zijn verdiensten moest
hij ook wekelijks f8 afzonderen voor ondersteu
ning van zijn vrouw, die van hem gescheiden is.
Hij had ook al eens geld geleend van zijn kost-
juffrouw en dit in twee gedeelten van f 5 terug
betaald. Een en ander gevoegd "bij de tamelijk
ruime verteeringen die K. m-et zijn twee dames
du conversation maakte, leverden tegen hem zoo
veel bezwaren op, dat tegen hem een vervolging
werd ingesteld. i 1
Van de 15 getuigen, die heden tegen hem in 't
geweer waren gero-epen, was o.i. voo-ral de heer
Vellinga, ambtenaar bij de postspaarbank te Am
sterdam in zijn verklaring zeer bezwarend.
Terwijl bekl. toch beweerde, dat hij' die extra
uitgaven had gedaan van het door hem op zijn
spaarbankboekje teruggenomen bedrag, bleek het
ambtenaar na gehouden onderzoek, dat bekl. niet
bekend stond als inlegger -bij do postspaarbank.
D;e beklaagde raakte daardoor wel wat va-n
d-e kook. Het was een abuis, van dien meneer,
beweerde hij. Maar waar het boekje was, kon
hij niet aantoonen. Dat had hij', omdat hij al zijn
te góed had opgenomen, vernietigd. Maar dat
Jkwam ook niet uit, want dergelijke hoekjes wor-
dtett dan 'door de administratie ingehouden. Ja, er
stond nog wel iets op, 'n klein bedrag, maar ook
dit had Beklaagde maar naar de prullenbak ver
wezen.
Die officier noemde beklaagde dan ook in zijn
requisitoir -een man, die het niet al te nauw met
de waarheid nam. Nagaande de diverse verklarin
gen in het nadeel van beklaagde en de verschil
lende aanwijzingen kwam de o-ffieier tot de con
clusie, dat bekl. zich had schuldig gemaakt aan
hetgeen hem ten laste was gelegd envord|erde
het O.M. 4 maanden gevangenisstraf.
Het was een prachtzaak voor een verdediger.
Jammer, dat bekl. niet meer op zijn spaarbank
boekje had staan I ais. week uitspraak.
HOESTSIROPEN
voor Kinderen
iMjJnhardt's Thijmsiroop 75 ct.
Mijnhardt's Borstsiroop 60 ct.
Anga-siroop (bij kinkhoest) f 1.75
Bij apothekers en Drogisten.
Het Sever? in de Hoofdstad"
(Vervolg)..
Die welvaart is er op 'toogenblik nog niet,
au contraire. Bijna ieder heeft reden tot klagen.
'tGaa't slecht in de meeste bedrijven. En tegen
over de steeds verminderén-de inkomsten staan
stijgend© uitgaven. Wanneer men een armen man,
die zich niet Weet te redden, geld leient tegen
overmatige rente, dan pleegt men woeker. Die
woekeraar, wièn 'tmisschien in 'talgemeen ook
niet zoo voor den wind gaat als. anders, doch
die 'ttoch oneindig heter heeft dan velen die
hard' voor hun hro-öd moeten werken en zeker dan
zijn „cliënt", pleegt die misdaad om er zelf heter
door te worden.
Ik noem 'took een misdaad wanneer men
ook in kleinigheden medewerkt om 't leven
op 't pogenhlik duurder te maken, wanneer dit
ongemotiveerd is. Ik heb feiten op dit .gebied
al m-eer gesignaleerd en het spreekt van zelf dat
zij die boter op hun hoofd voelden, met mijn.
verdediging der publieke belangen (-of dit daar
om een aanslag was op hun belangen staat nog
zeer te bezien!) niet bijster waren ingenomen.
Ik denk hierbij b.v. aan de diverse accijnsverboo-
gingen. Stel een artikel kostte den. detail-verkoo-
pe rinelusief accijns a cents. Hij: legde hierop een
winstcijfer van b. cents, zoodat de verkoopsprijs
was a;ü~ b cents. Er kwam echter een accijnsver-
hooging van c. oerits, de inkoopsprijs werd dus
a--j-c cents en 't zou betrekkelijk zeer be
trekkelijk! billijk geweest zijn zoo de ver
koopsprijs dus geworden was a -f- b -f- c cents.
Zeer betrekkelijk zeg ik, wijil 't in 'de meeste be
drijven niet aangaat een hoogere kostenrekening
die de winstmarge kleiner zou maken, geheel op
den rug te 'schuiven van den afnemer, te .meer
wanneer het bedrijf in vergelijking met andere
bedrijven nog ai winstgevend is. Doch dat nog
buiten beschouwing. Wat'.gebeurde echter. In
plaats den verkoopprijs op a b c cents te
stellen, bracht men dien op a-f-b-j-c-|-d ceots
Diit be teekent dat d gro.o-tef is dan c, dat men
met behoud van en naast de oorspronkelijke winst
een extra winst op het -artikel legd'e, die hooger
was dan de verhoogde accijns. Tegen zulk een
Woeker zal door elk niet-belanghebbende of niet-
aan belanghebbenden verplichting hebbende, wer
den geprotesteerd. Ik weet wel dat men mij zal
tegenwerpen dat de hoogere winst noodzakelijk
was om eenige zwakkere broeders in verhand
met den sterk dalenden omzet op d' (ebeen te hou
den, doch men weet "zeer goed dat 'dit middel er
ger is dan de kwaal. Men redt hierdoor misschien
enkele minder fortuinlijke vakgenooten, doch
brengt 't vak in 't algemeen een zware knauw
•toe, schept werkloosheid door het verbruik te
verminderen en prest het publiek, dat toch nog
altijd gaarne cliënt wil blijven, een onbillijk winst
bedrag per jaar af.
Eir is een directe aanleiding voor deze ontboeze
ming. Nadat de accijns op het hier was verhoogd
(c(, legden een paar groóte brouwerijen die de
meeste Amsterdamsche caféhouders- geheel onder
de plak hebben, op de prijs ook hun d. op. D'ie
q-f'-d der brouwerijen werd dus de c. der detail
handelaars en deze laatsten ontvingen van hun
leveranciershet hevel er ook nog een flin
ke d. aan toe te voegen. De meesten hadden
slechts te gehoorzamen, (sommigen schoorvoetend,
omdat zij niet overtuigd waren daft, deze maat
regel in hun voordeel zou zijn 1), enkelen die
nog onafhankelijk waren, weigerden. Daartoe be
hoorde ook een firma die in de hoofdistad een
achttal café's exploiteert, eenvoudig doch keurig
entjes ingericht, met behoorlijke leestafel, waarin
,op één uitzondering na, het hier verkocht werd
voor 20 cents. De collega's protesteerden daarte
gen hij de brouwerij- (zooals deze beweert) met
-het gevolg, dat deze laatste de firma mededeel
de dal zij haar niet meer zou leveren, wanneer
dieze haar prijs niet verhoogde. We staan dus
voor het eigenaardig geval dat een firma, die
volkomen 'tevreden was met de door haar gemaak
te winst, gedwongen werd door haar leveran
cier haar winstmarge te verhoogen, in zekeren
zin dus het publiek af te zetten, de misdaad 'te
begaan den levensstandaard onnoodig te verhoo
gen.
De firma die bang was dat het publiek te
teel aan het bie rdier bivt-./eci] gewoon zou
zijn ,gaf toe. Volledigheidshalve stip ik hierbij
aan, dat na de algemeene verhooging, zij 'van
iets kleinere glazen gebruik maakte, waar-door
de brouwerij-d. gedeeltelijk door haar en- gedeel
telijk door het publiek werd betaald. Wanneer zij
echter energiek genoeg ware gewieest een be
paald soort echt Munohener bier te nemen, of
wel en desnoods daarnaast het uitstekende bier
dat op enkele plaatsen in Brabant en Limburg
wordt gebrouwen door brouwers die h'un „afne
mers' 'niet hebben „gekocht", zou zij daarmee ze-
ker de algemeene en enthusiaste sympathie heb
ben veroverd. Wat nóg kan.
1) Sommige groote café's zijn geheel eigendom
der brouwerij. De z.:g. caféhouder is niets meer
dan een bediende. De detail-d, vloeide dus recht
streeks'in de kas der brouwerij. Ergo, de dwang
maatregel werd niet genomen in 't belang van
den middenstander-kastelein, maar om eigen zak
Van alles en nog wat
Nadruk verboden.- 1 I
Het bruidje kreeg van domino
De kostlijke vermaning mee:
„Trouw, volgzaam zijn, is de eerste eisch
Om steeds op uwe levensreis I
Naast hem, al 't lief en leed te dragen".
ja"! zoo sprak ze, en lachte wit:
„Voor 'teerste dient m'n duo-zit;
Voor 't andere de zijspanwagen"
Die huwelijkstrouw, ze is door alle tijden heen
in vele toonaarden bezongen! Tollens heeft in
zijn strophen zoo roerend schoon vertolkt hoe
hét moet zijn als de rozenketen 't echtpaar bindt
en hoe het wordt als de schakels vaneen worden
gereten, wij zullen daarom over dit chapiter niét
dielibireeren, constateeren alleen het feit, dat het
huwelijkskarretje hij vele echtparen niet altijd
over welgeplaveide wegen loopt en de oorzaak
er van, och die ligt altijd bij de(n) ander. Dit
was niet anders bij een echtpaar in Den. Haag.
Mijnheer scheen den laatsten tijd wat afgetrok
ken,, wat uithuizig, enfin niet meer zoo onder
houdend tegenover zijn betere helft dan in de
eerste jaren van het huwelijk. De liefdie ziet1
scherp en dg echtgenoote meende dat een andere
zij de rechten opeischte welke haar toekwamen.
Diat kon ze niet dulden! Ze zou, als 't moest,!
zich als een tweed eKenau Hasselaar zioh ver
dedigen, maar wat moderner. Toen ze meer ze
kerheid meende te hebben ging ze tot den aan
val over. Een alleenwonende modiste was het
object waarop ze haar dum-dumkogels zou af
schieten. Ze drong de woning binnen. Zij richtte
het wapen op het slachtoffer, maar het ketste
tot tweemaal toe. De modiste vloog gillend het
huis uit, achtervolgd door mevrouw. Deze loste
op de tra p'n schot, dat evenwel geen doel trof.
De inmiddels toegeschoten huren alarmeerden da
delijk, de politie, die de daderes, die bekend was,
'in hechtenis nam en overbracht naar den .nabu-
rigen politiepost. De beide dames wérden met
elkaar -geconfronteerd. Uit 'dit onderzoek bleek,
'dat het in de bedoeling van de jaloersche echt
genoote lag om de aangevallene schri kpan té
jagen en haar daardoor zoo ver te. krij;geO' 'dat
zij haar man verder met rust zou laten. "Het in
beslag genomen wapen bleek een z.g. knalpistool
té zijn, waarmee met kurken wordt geschoten en
waarmee iemand met geen mogelijkheid gedood
kan worden. Een flinke reprimande pp. het bureau
en de dames konden weer naar huis gaan.
Eigen rechter spelen, dat kan niet toegelaten
worden, zelfs al ben je raadslid, dan.moet!de
smaad door den rechter worden gewrokenVoor
de Bossche rechtbank verscheen deze -Wéék zoo'n
edelachtbare uit Oss. De man had een voorbij
ganger met de klomp bewerkt. Vólgens den dokter
heeft de mishandelde zeer geleien en kon hij
gedurende 2 maanden geen werk verrichten. De
mishandelde vraagt Ï210 schadevergoeding. De
eisch van het O.M. luidde 3 maanden gevangenis
straf. „Ik neem het niet aan," ik als raadslid
verklaar eerlijk, dat ik onschuldig ben," aldus
beklaagde. „Als raadslid?" vroeg de president,
en vervolgde: „Ge moest dan als raadslid maar
„eerlijk" bekennen. Je lidmaatschap van den. Raad
heeft in deze zaak niets te maken. Leden van
den gemeenteraad kunnen óok in de gevangenis
komen." i
D.e autoriteit Braat U kenit hem lezer, ook
al heeft de politiek geen vat op u heeft een
prijzenswaardiger voorbeeld -gegeven, zóó prijzens
waardig dat kwaadsprekers beweren, dat er een-
hijsmaakje aanzit. Die brave Braat toch, 'tis hem
,niet alleen een vreugde des harten als hij in de
Kamer de belangen der plattelanders kan beplei
ten en wel in hoofdzaak van die. categorie welke
als in de dagen van Olim dé' akkers bebouwen en
de veestapel verzorgt. Het is gelijk gezegd
een waar genoegen dat de boter en melk met
den dag duurder wordt, waardoor nog veel meer
plattelanders nog platter worden. Dit intermezzo
moest ons uit de pen alvorens tot verheerlijking
te kunnen overgaan. De Hoogedelgestrenge Hjesr
heeft door tussehenkomst van den voorzitter van
de af deeling Maasdijk van zijn Plattelandersbond
aan -een boerenarbeider aldaar, di eernstig ziek
is, 10 pet. van zijn maandfelijksche vergoeding,
die hij als Kamerlid geniet, geschonken. We ho
pen dat 't voorbeeld geen navolging zal vinden,
omdat we meenete dat het altijd heter is dat' de
linkerhand niet wete wat de rechterhand doet.
Er zijn meer menschen, die zieken steunen, zonder
dat het in de courant komt. Dat de heer Braat
philantropische neigingen heeft, vernemen wij
antuurlijk met genoegen, maar 's heeren Braat's
royaliteit moet- niet met de groote trom den
ivolke kond gedaan worden, dit past heter in het
kader van den zakenman.
't Gebeurde onlangs op een druk uur dat vóór
een der drukste café's van de groote Parijsche
boulevards plotseling een taxi stil hield. In die
taxi zit een meneer met een groot-en sprjesk-
hoorn. Dien zet hij aan zijn mond, en over het
terras ..toetert hij„Gustaafhé Gusf'aaf
'Iedereen kijkt op, kijkt, om, kijkt op zij, naar
Gustaaf, die op deze wijze gezocht wordt. Maar
geen Gustaaf staat op om te antwoorden. „Gus
taaf! hé Gustaaf! toetert d-e meneer in de taxi
weer. „Gusta,af dan toch!" Geen Gustaaf te zien.