m» \mmwm m,w de hdim Wkosts„ 6emeeii!eraad Broek op LaiioendijH. f2.— per 1.000 zielen en vöor de Vereemging ZATERDAG 10 JAN0ARI 1025. Die raad dezer gemeente vergaderde Vrijdag J ami ar ides* avonds half acht. Voorz. de burgemeester. (Secret ar li de heer Schelhaas. De voorz. opent de vergadering miet een welkom ui de leden en hoopt dat zij met lust en opgie- ■ektheid de werkzaamheden zullen verrichten, veiials dat in 1924 het geval was. Spr. uit daarbij de beste wenschen voor de ge- net-nte, haar raadsleden en hun gezinnen. Nadat de voorz. voorgegaan is in geoed worden e notulen van de vorige vergadering gelezen en nder dank aan den samensteller onveranderd oedgekeurd. i t Mededeelingen en ingekomen stukken. Een schrijven van tied. Staten dat het onder- oek naar de begTooting nog niet is afgeloopen. Ir mag dus tot 50 pet. van de geraamde posten -orden uitgegeven. Goedkeuring van Ged. Staten op den water erkoop aan Kostelijk op het Noordeinde der ge- aeente. De gemeente heeft met 1'402.121/2 deel te ne- aen in de uitvoering van den keuringsdienst op ?aren. Over '22 ls teveel betaald f136.22, zoo- at voormeld bedrag met dit bedrag wordt, ver- ninderd. Prooes-verbaal van gehouden kasopname. Het Etlde l>edroeg f 12526.661/2, overeenkomstig boe- en en bescheiden. Een adres van J. JVlagenaar Gz. met verzoek nige palen achter zijn huis in heit water te ogen slaan, ter bescherming van zijn vaar- ngen. Dit verzoek wordt in handen gesteld van desbetreffende commissie. Benoeming doodgraver. Op de aanbeveling komen voor de hoeren C. alder Jz. en G. Heinis. No. 1 wordt met alge- eene stemmen benoemd. Benoeming lid van de Comm. van Toezicht op t L. O,, aftredend de heer C. Oijevaar. De aftredende wordt met 6 stemmen herko- sn en aanvaard zijn benoeming. 1 stem werd tgebracht op den heer K. Huibers. Benoeming lid van het Burgerlijk Armbestuur, tredend de heer C. Kostelijk. De aftredende wordt met algemeene stemmen ïrkozen. Voorstel van B. en W. om lid te worden van Vereen, van Ned. Gemeenten en tevens als lid e te treden van de afd. Noordholland dier ver- FEUÏLLETON. OM HAAR GELD. xxni. - Ja, ja, anders worden de vruchten overrijp; wanneer er regen komt, worden ze beséha gd en vuil. Maar ik kan ook Line roepen mij helpen. Gaat u maar gerust met mevrouw sde. Het gaat ook zonder u, zeide de juf- duw verstoord, maar zij kon toch niet nalaten za met welgevallen na te zien, toen deze arm arm met haar tante langs het breede tuinpad ar het prieel wandelde. De Bahnsdorfer tuin s zoo groot, dat men moeilijk van het eene de naar het andere kon zien. Het grootste ieelte daarvan was met vruchtboomen beplant. gedeelte werd begrensd door meerdere rijen women, aan welke de fijnste soorten vruchten eeld werden. Daarnaast kwam het gedeelte ar de bessenstruiken gToeiden, waarop een ot veld volgde met verschillende soorten aard- n. Daarachter, rechts van den hoofdingang, de groententuin, links de bloementuin, waar schoonste rozen in bloei stonden, laar bevond zich ook het groote, ruime prieel de sierlijke en gemakkelijke rieten meubelen. 11 pratende voerde mevrouw von Bahnsdorf x nicht daar heen, en de beide dames namen ats. 1 Wil ik u eens wat zeggen, tante Anna, van insdorf ga ik niet meer weg. Zoo mooi is het zeker nergens op de wereld, zeide Liza, n ademhalende. levrouw von Bahnsdorf zag haar lachend aan. - Wat ben je toch een flinke, gezonde vrouw orden, mijn Lies je! Wanneer ik aan dat klei- nietige schepseltje denk, dat Heinrich voor n drie maanden op dö(n melkwagen hier bracht, jon thans voor mij zie, dan kan ik bijna niet /oven, dat jij het was. iza streek haar tante over haar hand. - Dat is uw werk, tantetje en juffrouw kner niet te vergeten. - Je voel je dus gelukkig op Bahnsdorf, a? e jonge vrouw kreeg plotseling een kleur; r lippen trilden en haar oogen keken droevig l Ja, tante, recht gelukkig, zeide zij ge- ?d. levrouw zag haar eenigszins verbaasd en ern- aan. 1 ■Je sfireek de waarheid niet, kind. iza, veelde het bloed naar haar wangen stijgen. Zoo gelukkig, als ik zijn kan, zeide zij Dat klinkt eenigszins anders, kind. Je zeg, je hiejr steeds zou willen blijven. Dat was aijn verlangen. Maar, mijn lieve schat, je t niet vergeten, dat ook nog een ander récht heeft- |za vei-bleekte en wilde opspringen. Q, als ik u bidden mag, 1spreek niet daar ^■erzocl ht zij met een trek van vroegere angst aar gejiaat, vrouw von Bahnsdorf liet zich echter niet IV2 cent-per inwoner. B. en W. doen het voorstel met het oog op de groote voordeelen die hieraan zijn verbonden. De vergadering gaat met het voorstel accoord. Thans komt in behandeling het adres van de Verkeerscommissie uit de Kamer van Koophan del in verband met de verbetering van den Twuij- verweg. De voorz. begint met te zeggen dat dit schrijven door B. en W. is behandeld en inzonderheid de financiering van het plan onder oogien is gtezien. en achten in dit verband een taming van 40 jaar voor een weg ernstig aanvechtbaar. Die straat in onze gemeente ligt thans 15 jaar en zijn we thans aan. algeheele vernieuwing toe. Ook zijen B. en W. van, meening dat de onderhoudskosten van dan Twuijverweg die op f800 worden giestield, de eerste jaren uit dit bedrag zullen kunnien worden bestre den, maar daarna niet meier toereikend zullen zijn. Voor verduidelijking van de plannen zijn nog eenige vragen aan de Verkeerscommissie gesteld, waarop is geantwoord dat er geen aanwijzing is dat Ged. Staten hun goedkeuring aan die leening zullen onthouden. Ook mag men veronderstellen dat het tegenwoordige gemeentebestuur van Alk maar niet meer op die andere gemeenten zal ver halen dan in het plan voorkomt, maar men acht het moeilijk Alkmaar in deze gehieiel te binden. Echter staat het niet vast dat het onderhoud bij Alkmaar zal blijven, daar de mogelijkheid bestaat dat het onderhoud bij Sint Pancras zal worden ondergebracht Da voorz. zegt dat-dus van de verkeerscommissie geen definitief antwoord is ontvangen, maar zoo voegt hij er aan toe dat kan zij ook möleilijk doen. 1 Tegenover het oordeel van de commissie zijn B. en W. van oordeel dat er geien aanwijzingen bestaan dat Ged. Staten de Lelening over 40 jaar wèl zullen goedkeuren, omdat het maar en meer gebruikelijk wordt dat leenirigen voor wiegen in 2a jaar worden afgelost. Ook zijn zij van oordeel va nwanneer men be gint met wegen buiten de gemeente liggende, hiermede een precedent wordt geschapen. Het financieele plan is zeer sterk voor aanvech ting vatbaar. Op grond van deze overwegingen mieenen B. en W. geen vrijmoedigheid tie mogen hebben aan den raad voor te stellen op het verzoek in te gaan Het college van B. en W. was in deze niet homogeen, daar er een minderheid voor inwilli ging van het verzoek was. De heer Zuijdam acht het ook moeilijk om een besluit te nemen en vindt het plan veel te groot opgezet. De heer Oijevaar vindt het plan voor de ge meente tamelijk onaannemelijk. Wanneer het verr uil het veld slaan. Blijf zitten, kind. Het helpt toch niets, dak je doe alis de struisvogel, die bij naderend gevaar den kop in het zand steekt. Eenmaal toch moet daarvan gesproken worden. Ik heb tot dusver geregeld toegegeven en mij stil gehouden, zoodra dit thema je schrik aanjaagde en je deed ver- bleeken. Maar thans moet je mij aanliooren. Heb je wel een enkele maal bedacht, in welk een pijn lijken toestand je man verkeert? Liza was op haar plaats teruggezonken en vouwde de handen krampachtig in haar schoot. Hij is geheel vrij, zeide zij toonloos. Neen, dat is hij niet, Liza. Hij, is noch vrij. noch gebonden, en met jou is dat hetzelfde. Maar jij leef hier in alle stilte en teruggetrok kenheid en word niet met vragen lastig gevallen. Hij is tengevolge van zijn beroep gedwongen, dagelijks met vele menschen te verkeeren, en een ieder vraagt hem, of zijn jonge vrouw nog steeds niet hersteld is. Zulke vragen moet hij steeds af wijkend beantwoorden. Dat gaat niet langer zoo, Jelui beider verhouding moet tot klaarheid wor den gebracht. Liza streek het haar uit haar gelaat en zag onrustig naar haar tante tegenover haar. Ik kan niet tot hem terugkeeren, goede, lieve tante. Schrijf hem dat; ik verzoek er u vriendelijk om. Dat moet je hem zelf zeggen, lief kind, In eiken brief aan mij verzoekt hij het met je zelf c-ens te worden en een onderhoud met hem toe te staan; ik kan hem niet langer schrijven, dat dit nog niet gaat. Liza zag haar tante met groote, vragende oogen aan. -- U correspondeert met hem? Ja, sinds hij op Bahnsdorf is geweest. Dat wist ik niet. Ik heb het je verzwegen, Liza, om je niet onrustig te maken. Om dezelfde reden heb ik je ook niet gezegd, dat hij drie weken op Bahns dorf heeft vertoefd. Liza ontstelde. Drie weken? Hier op Bahnsdorf? vroeg zij gejaagd en pijnlijk aangedaan. Ja, Liza, zoo lang je ziek ben geweest. Liza was een en al verbazing. Wat zij thans vernam trof haar in hooge mate. En daaxvan wist ik niets, riep zij uit. Het zou je te veel hebben aangegrepen, kind; je was zoo ernstig ziek en de grootste rust was voorgeschreven. Hij is weder vertrok ken daags, nadat je voor het eeret het bed mocht verlaten! Herinner je je die ruiker swingen en anemonen, die juffrouw Birkner bij het bed bracht? Je was daar immers zoo blijde mede? Liza knikte als in een droom. Die. bloemen had Bonald voor jou geplukt. Liza verborg haar gelaat in haar handen en zat bewegingloos neer. Slechts haar boezem be woog zich heftig op en neer. Mevrouw von Bahns-J dorf zweeg een oogenblik en zeide schijnbaar los weg: v Ja, kind, wanneer ik het niet nit je eigen mond had gehoord, dat hij gezegd heeft, jou niet lief te hebben, ik zou er een eed op heb ben durven doen, dat het niet zoo is. Wellicht heeft hij pas na je vlucht gevoeld, dat hij wel eenvoié&gd zpu worden, dan .zou de gemeente-er iets aan kunnen bijdragen, maar nu niet. De-heer Koedijk vindt het-een moeilijke kwestie Het is wel heel gemakkelijk om het stuk voor ken nisgeving aan te. nemen, maar daar ligt zooveel in opgesloten. Het werk van de verkie-erscomiu. is mij zeer sympathiek. Het werk is gedaan in het belang van de streek en voor een goed verkeer Het is hier altijd van groot belang geweest, om de verkeerswegen in orde te krijgen van Alkmaar naar Oudkarspel en omgekeerd. Daar heeft reeds jaren een behoefte aan bestaan, en het is nooit geweest zooals het moest zijn. Vroeger met de om nibus ging het niet. Hét plan om een paardentram 111 rails te leggen was niet uitvoerbaar, omdat de weg daarvoor te smal was. Toen is de toevoer lijn gekomen met daaraan verbonden het perso nenvervoer, en tot heden toe heeft dat goed ge- werkt en werd in een bishoefte voorzien. Door de technische ontwikkeling van de ver keersmiddelen, van de autobussen, wordt geen ge bruik meer gemaakt van de rails. .Die ontwikke- hng maakt de rails overbodig en gaat men thans langs de gewone wegen, zonder gebonden te zijn aan vaste banen. De groote moeilijkheid is om mech te werken aan de verbetering van de wegen. Bij het spoor was het met de garantie zoo, die door verschillende gemeenten werd gesteld, dat het publiek de weg en het onderhoud betaalde. Nu roept de moderne ontwikkeling van het verkeer om verbetering van de gemeentewegen het eischt du zelfs. Maar dan zal het verkeer dat ook moe ten betalen. Misschien zou in dezen geest de op lossing zijn te vinden, en dat dan de gemeenten een garantie stelden. Wanneer wij in den geest handelen van het aclres dan gaan wij medewerken tot verbetering van den Twuijverweg. Maar daarmee verzwaren wij het budget van de gemeente, zullen de belas tingbetalers dit moeten opbrengen. Dat is een groot bezwaar. Een tweede bezwaar is dat d-e weg niet in' de gemeente ligt. Wanneer wij in den geest van het adres willen Handelen, en waar het een belang is voor de be trokken gemeenten, zou de oplossing zijn, het stellen van een garantie. Maar daarbij komt ook de vraag naar voren of men bok ons gaat steunen wanneer wij onzen eigen weg willen verbreeden. Rechtens zou dit moeten. Met dit adres meegaan acht ik een bezwaar> ook al moet er iets gedaan worden om tegemoet te., n?en aan de .gevaren van d|en Twuijverweg. Wethouder Slot zegt dat men het met hem eens zal zijn, dat de toestand van den Twuijvi-r-, weg van dien aard is, dat het gevaar oplevert voor liet groote verkeer. Het motief dat gebruikt wordt door te zeggen dat de weg in de gemeente Sint Pancras ligt en eigendom is van de gemeente Alk maar is een te eenvoudig motief om van de ver van je houdt; als men iets verloren heeft begint men het paa te waardeeren; er is niets raadsel achtiger dan een menschenhart. Met een heftige beweging stond Liza op, terwijl zij de handen van haar gelaat liet neervallen. Vergeef mij, het is zoo warm hier, zeide zij gejaagd en verwijderde zich haastig. Mevrouw von Bahnsdorf 'hield haar niet tegen. Zij f&êk .'haar na, tot zij in huis was verdwenen. Arm, lief kind, nu moet je opnieuw kam pen; en ik kan je daarbij niet helpen, dacht zij met innig medelijden. Liza bleef tot den middag op haar kamer. Alle wonden waren weder opengereten in haar harjt. Zij zat op den divan en had helt hoofd in de handen verborgen. Hoevele gedachten stormden niet, door haar hoofd. Hij was hier op Bahns dorf geweest, had zich angstig en bezorgd om haar gemaakt, haar bloemen geplukt! En dat alles was uit liefde gedaan. Uit liefde! Een bitter lachje speelde.om haar mond. Liefde! Hij had immers een ander lief. Het was geen liefde geweest, slechts schuldbesef, berouw. Deze waren het masker, waarmede hij zijn vreug de trachtte te verbergen, dat de banden verbro ken waren. Hij wilde haar spreken! Zij huiverde. Hem ce moeten wederzien, welk eene kwelling moest dat zijn! Maar eenmaal moest het toch geschieden. Was het dan niet beter, niettegenstaande dit c-ogenblik als een verschrikkelijk spook voor haar opdoemde, dat dit wederzien zoo spoedig mo gelijk achter den rug was? Hoe dwaalden verschillende gedachten haar door het hoofd om eene oplossing te vinden. Het viel haar zoo vreeselijk zwaar een besluit te nemen. Toen zij des middags de vriendelijke eetkamer binnentrad, was tante Anna reeds aanwezig.'Liza zag er bleek en verdrietig uit en haar oogen zagen rood van het schreien. Maar eene uitdruk king van kalme beradenheid lag op haar gelaat. Zij sloeg de armen om de hals harer tante. Vergeef mij, dat ik zoo van u ben "wegge- loopen. Denk daaraan niet, mijn Liesje, ik weeit toch welk een strijd je voerde. Liza zag haar tante vragend aan. Kan het werkelijk niet anders, tante Anna, moet ik hem zien? Ja, mijn innig geliefd kind. Je moet met elkander spreken, daar is nu eenmaal niets aan te doen. Als het er op aankomt, ben je ook niet van schuld vrij ts pleiten. Hij heeft je hand gevraagd, zonder van je te houden; en jij lien van hem weggeloopen, niettegenstaande jij hem wel lief heb. Verplaats je toch een oogen blik in zijn toestand. Hij leeft daar eenzaam in eene woning, die voor jelui beiden bestemd is en van jou geld betaald wordt. Hoe hem dat 'tegenstaat, heeft hij mij in zijn laatsten brief nog geschreven. Hij wil niets andere dan zeker heid hebben. Weiger je werkelijk met hem samen te leven, of zou eene scheiding onvermijdelijk zijn, dan wil hij naar Afrika gaan. Maar zóó voortgaan, dat is ten eenen male onmogelijk. Liza kromp ineen. Naar Afrika Neen, dat mag hij zijn mceder niet aandoen. Zij zou doodsangsten om hem uitstaan. betering af te- kon*n. De belangen van onze «re- jnwttte bij dezen weg zijn roo gPoot, dat het hjk zal gaan om ons heelemaal niet met dé ver betering te bemoeien. S*vaar voor de burgers aan het passeéten \an dien weg verbonden is te groot, dat men t als (onverantwoordelijk moet beschouwen om niet aaaverbetering mede te werken. Alt^Lr Weg T?nige 'ieuwen terue «t eigendom aan' Alkmaai is gekomen is zeker het gevolg van de nï mÜf Dangcndijk minder groote belangen. Ik ben echter den Twuijverweg nog eens langs Sf5a01?..'den toestand goed op te nemern^n J ns fearby gebleken dat de toestand nii«t zoo gevaarlijk is als wel geschreven wordt. Vanaf onze gemeente tot aan de bocht is hij echter wel gevaarlijk, verderop niet zoo in die mate. Ik betreur commissie een dusdanig plan heeft zrehdat WIJ ,kunn€" ..men kan wel zien dat het door de stad is gemaakt". Hadden de Langedijker gemeenten het plan moeten maken het zou zeker financieel minder bezwaarlijk zijn geweest. Ook m^n ik te mogen wanneer men met een eenvoudiger plan komt de gemeente zich niet aan medewerking zal onttrek- Het plan is nu echter te duur en ts overdreven bra hier aan mee te doen. De heer Zuijdam vindt het ook niet goed, dat de Twt f ^meenten fJ°° moeten betalen en hf ,k S™A tVA T gemeent,ÏU evenveel laten Ltf t v. - n diszelfde zijn. Hij acht echter het inwilligen van dit verzoek ondoenlijk. De heer De Boer zegt dat de behoefte aan ver betering dringend is. De weg is slecht. Het gaat nog steeds goed met de ongelukken, maar dat kan ook anders worden. Het is dringend noodig dts tl htr^uenng Wvrdt Om toch «a a £n. Z0U iaj gecombineerde ver- gadenng van de gemeenten willen houden om Wen misschien tot een ander plan tie De heer Bakker sluit zich aan bij de woorden' van de heeren Oijevaar, Slot en Koedijk Dei voorz. zegt dat de gedachte van de Boer door de commissie reeds in praktijk is gebracht De heer De Boer. Nu komen we tot geen besluit Wanneer we samen vergaderen kunnen we mis- Mhien nog tot een oplossing komen. Want ds weg moet veranderd worden. Het verzoek wordt hierna in stemming gebracht UrWn cVmrPu 11161 alLen teS®n- behalve de heer De Boer die blanco stemde. *Lde thans volgende rondvraag brengt de heer Bakker naar voren, dat er in de vaart verschil- ïi? a P.tCn ™orkemen en zou gaarne zien, dat dit euvel werd verholpen. °e v™Ty ,fgc dat B. en W. hieraan hunne' aandacht zullen wijden. Daar gean der heeren meer iets voor de rond- gesloten wordt de vergadering onder dank Wanneer het werkelijk je plan is om tè 'acheiden, wat blijft hem dan anders over te doen Je weet, hij stond op het punt geruïneerd te worden, toen hij zich met jou verloofde. Wan neer je huwelijk wordt ontbonden, dan staat hij er zeker nog slechter voor. Maar mijnentwege behoeft er geen schei- ding plaats te hebben. We kunnen tochzonder wettelijke scheiding "ieder op zichzelf blijven en afzonderlijk leven. .Pa* za^ voor je man hetzelfde beteekenen. I it zijn brieven blijkt duidelijk, dat hij, door de noodzakelijkheid daartoe gedwongen, van jou geld woninghuur, dienstbodenloon en zoo meer betaalt. Nog hoopt hij, dat jij tot hem zal terug keeren, en gevleid door die hoop, schikt hij zich nog in dien pijnlijken toestand. Blijf je er eeh- bij gescheiden van hem te leven, dan zal hij niets meer van je willen aannemen. Dan blijft hem niets anders over dan met gewe'ld een uitwee te zoeken. Liza liep onrustig de kamer op en neer. Plot sehng bleef zij voor haar tante staan en wierp zich hartstochtelijk in haar armen. U moet helpen, bid ik u, tantetje! Denk er eens over na of u ook nog een uitweg vindt. Naar Afrika mag hij niet gaan. Ik zou geen rustig uur meer hebben. Met hem samenleven kan ik ook niet, ik kan niet! Help mij. U is zoo verstandig en vindingrijk, wil toch een uitweg voor mij vinden. Ik ben zoo rijk. Neem al mijn geld, maar verzet u er toch tegen, dat hij naar Afrika gaat. Mevrouw von Bahnsdorf streek haar kal meerend over de wangen. Zooveel houd je dus nog van hem, mijn Liza, en wil toch niet naar hem terug keeren omdat zooveel van hem houd, kan ik niet als een onbeminde vrouw aan zijn zijde voortleven. Versta mij toch, lieve, goede tante. Nu, houd je maar kalm, kind. Spreek eeret met hem. Wellicht wordt alles nog anders. Maar wanneer dat niet het geval is, dan (helpt u mij? Ja, kindlief, dan help ik je. O,- hoe ik u dank voor uwe goedheid, lieve tante. Laat dat, mijn kind. Dus ik schrijf hem, dat hij komen kan?! Liza legde haar hoofd tegen den schouder harer tante en zuchtte: Wanneer het niet anders kan, dan ja, tante, wil hem dan maar schrijven. Ja, kind, het kan niet anders, het moet. Je zal zien, dat je je daarna geheel opgelicht zil gevoelen en vrijer. Maar kom nu mee, wij mogen niet langer met het eten wachten. Juf frouw Birkner heeft voor een naspijsje aardbeien met slagroom klaar gemaakt. Je weet, wanneer je den schotel geen eeraandoe, dan begint ze weer te brommen. Mevrouw von Bahnsdorf trok Liza met haar m-ede aan tafel en gaf het teeken de soep op te dienen. 1 (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1925 | | pagina 3