aemeemeraaii Zuifiscnanuoime. DE TUIUIJUERIUEG ER DE WIHRELSLGillDG. De raad dezer gemeente vergaderde Donderdag avond half acht in voltallige zitting. •Voorzitter de burgemeester. Secretaris de heer Kunnen. De voorz. opent de vergadering met welkom, en spreekt daarbij de beste wenschen uit voor de leden van aen raad, d^ gemiqants en de ingezetenen. De notulen van de vorige vergadering worden onder dank aan den samensteller goedgekeurd. De voorz. doet hierna mededeelingi dat de verpachting van de landerijen f 1441-20 heeft opgebracht, voor 17 perceelen- De op brengst is iets minder dan het vorig jaar toen de verpachting f 1561.821/2 opleverde. Evenwel mag het resultaat bevredigend genoemd worden. dat B. en W- met den aanmaker der schoolka- chels en schoonhouder der privaten zijn overeen gekomen diens salaris terug te brengen van f 188 op f 125 in verband met de plaatsing van gaska chels. Echter zulks behoudens goedkeuring van den raad. De raad gaat hiermede accoord. De voorz. geeft antwoord op een in de vorige vergadering door den heer du Burck gedane vraag dat er geen aanleiding bestaat voor den ontvanger om het aantal zitdagen te Noordscharwoude uit te breiden of een zitdag te Zuidscharwoude tie houden, omdat nu de postcheque- en girodienst weder geopend is, door middel van iezen dienst de belasting kan worden overgemaakt. De voorz. zegt in verband met de subsidie van f60 aan de afd. Langendijk van het Centr. Ge nootschap voor Kinder-, herstellings- en vacan- tiekolonies, dat het de bedoeling van B. en W. is om, wanneer de afd. uit deze gemeente bijv. 4 kinderen uitzendt, er 2 voor gemeenterekening te nemen, worden er 6 uitgezonden, dat er dan 3 voor gemeenterekening zijn. Zulks ter bevorde ring van de uitzending van kinderen. De raad gaat hiermede accoord. Alleen de hr. Groen verzoekt aanteekening van zijn stem tegen. Dankbetuigingen zijn ingekomen van: den oud-gemeente-opzichter voor de verleende gratificatie voor buitengewone werkzaamheuen vier richt," bij de vernreeding van den weg. t den gemeente-veldwachter voor de verhooging van zijn salaris. „Kunst na Arbeid" voor de verleende subsidie. Bericht van Ged. Staten dat het onderzoek naar de gemeente-begrooting nog niet is afgeloopen. Proces-verbaal van kasopname bij den gemeen te-ontvanger. De ontvangsten hebben bedragen f44713.30, de uitgaven 136758,161/2 in kas een bedrag van f 7955 I31/2- Goedkeuring op de gewijzigde verordening tot heffing van schoolgeld voor het 1. o. I Goedkeuring op het besluit tot het aangaan van een geldleening voor verbreiding van de brug en het aanleggen van gasverwarming in de school. Deze stukken worden voor kennisgeving aan genomen. Bericht van B. en W. van Noordscharwoude.- dat de bijdrage in het bijz- onderwijs is vastge steld op f1142.57. Het verslag van de Comm. tot Wering van Schoolverzuim. Eveneens voor kennisgeving aangenomen. Een adres van de Oudercommissie waarin ver zocht wordt om de aanstelling van een schoolarts De voorz- brengt in herinnering dat dit punt reeds meermalen in bespreking is geweest en door B- en W. toen is geantwoo»d, dat zooals de toe stand hier is er geen dringende behoefte aan be staat. Wij kunnen ons gelukkig rekenen dat bet door hun praktijk niet in staat zijn, deze functie te> vervullen, waaruit volgt, dat men dan een zelfstan digen schoolarts zou moeten aanstellen. De heer Berkhout verklaart zich ook voor het onderzoeken der kinderen, en is hierin versterkt door een geval van oogzwakte, hem bedien nog verteld. Met temeer aandrang wil hij daarom de aanstelling bepleiten. Verschillende gemeenten nebben hun schoolarts, waaruit blijkt dat het zeer wel uitvoerbaar is. Om de aanstelling te bevor deren zou spr. willen onderzoeken in hoever een kring van gemeenten kan worden gevormd. De voorz- Men moet mij goed begrijpen. Wanneer het noodig mocht blijken, zullen B. en W. in die richting een oplossing zoeken. De heer Zeeman is ook voor bet instellen van dit instituut. Wanneer het mogelijk is dit te doen in samenwerking met andere gemeenten, dan zou spr. dezen weg willen bewandelen. Daarbij komt nog dat de ouders niet alles zelf kunnen constateeren en niet die inzichten hebben als een geneesheer. Wanneer wij den omtrek nagaan, stond na het uitbrengen van, het rapport door den schoolarts, de raad perplex van de dingen, die onder ids schoolkinderen voorkwamen. Koedijk, Warmenhuizen en nog zoovele andere gemeenten hebben ook hun schoolarts, waardoor de uitvoerbaarheid wel degelijk is gebleken. Spr. gelooft graag dat het onderwijzend perso neel in deze doet, wat in zijn vermogen ligt. Maar hem is een recent geval bekiend, waarbij de onder wijzeres de ouders heeft aangeraden hun kind te laten onderzoeken,, wharaan nog geen gevolg is gegeven. Wanneer een dergelijk advies door den dokter wordt gegeven, zal dit meer indruk maken- Spr. wil zich gaarne aansluiten bij het voorstel van den heer Berkhout, om desnoods een kring van gemeenten te vormen, en hierin de schoolbe sturen niet te passeeren. De heer Kramer zegt, dat was zijn conclusie eerst niet mee te gaan met bet verzoek, na de mededeelingen en besprekingen van thans is hij voor het instituut schoolarts. Echter wil hij eerst de kosten eens vernemen alvorens tot aan stelling wordt overgegaan. Misschien verdient bet dan aanbeveling om samenwerking te zoeken met andere gemeenten. Spr. zou gaarne in di;e richting eerr^mderzoek willen zien ingesteld. De beer Groen is van oordcel dat er wel iets l goeds in zal liggen, maar voor hem is het de vraag of het noodzakelijk geacht moet worden. Bij al de I besprekingen is dat nog door niemand aangetoond Wij mogen gerust constateeren dat er door de ou ders genoeg voor hun kinderen wordt gezorgd. Spr. kan zich derhalve niet vereenigen met het instellen van een onderzoek- 1 De heer Du Burck meent den raad ten aanzien van de kosten te kunnen gerust stellen. Het viel in andere gemeenten ook erg mee. Wanneier ik f 2 per kind noem, ben ik nog boven het bedrag van Warmenhuizen en Harenkarspel. Dit zou dan voor onze gemeente een bedrag van f 400 betaekemen. welk bedrag mij absoluut niet te groot is. \Mat de noodzakelijkheid betreft, diezie kan niet blij den, zoolang het instituut er niet is. Spr. is er wel voor om samenwerking te zoeken miet andere gemeenten, maar hij is bang dat die het ni|3- zul len aannemen. Wij moeten ons eigie 1 tene.n be* werken. Spr. versterkt zijn betoog met een ge'al uit Am sterdam, waar een doter door het onuerzcex van den schoolarts aan de weet kwam, dat zijn kind aan 1 oog blind was, en zegt dat hieruit blijkt, dal de ouders zelf deze feilen niet constateeren. De heer Kroon acht de vergelijking van c'ia Amsterdamsche jeugd met di>e van hiter niet juist. Door de voorstanders worden de gevallen in na burige gemeenten naar voien gsjracht, maar spr, te trekken. Door u zelf is gezegd dat die wieg aan Alkmaar behoort. De voorz. Ik heb daarmee te kennen willen ge ven dat hij niet van Zuidscharwoude is. 1 De heer Zeeman. Dat is mij allang bekiend. En ik verzoek u mij te laten uitspreken len niet aldoor te interrumpeeren. De voorz. Wanneer u zoo doorgaat, zal ik rond vraag brengen of de raad het goed vindt dat u op deze wijze verder gaat. U moet u bekorten. Ik heb ook gelezen dat u eien lezing zou houden over dit onderwerp, maar daar moet u de raadszaal niet voor gebruiken. 1 De heer Zeeman. Hjet is een kwestie die wei degelijk besproken mag worden, omdat bet ook voor de leden van belang is te wetjgm van wien de weg is. Wanneer ik hierover wil spriek|en, zal ik dat doen. En u moet mij geen woorden in den mond leggen, die ik niet gezegd heb. De voorz. Ik zal u het woord niet ontnemen, maar ik zal het rondvraag brengen, of u kunt door gaan, wanneer u u niet bekort. De heer Zeeman. Ik protesteer hier ten sterk ste tegen. Wat ik in een cursusvergadering hier over wil zeggen moet ik weten, en dat is mijn, recht. Waar het eigendomsrecht van Alkmaar niet vaststaat, daar alleen de kanten zijn gekocht van de grafelijke domeinen, dan behoort de weg aan een vader, die zijn stiefkind verstoot. Niemand wil dien weg erkennen -als zijn eigendom- Meneer de voorz. Ik verzoek u te Letten op het uitgrijnzen van mij door du Burck. Dat heeft hij de vorige vergadering gedaan, maar ik heb er hoofd der school en de onderwijzers doen zooveel komt meermalen in de school eq is hem ge deken- als men van hen kan verlangen, zooveel als men. maar eenigszins kan verlangen, ai. wat betreft het houden van toezicht op de reinheid der kin deren. Wanneer ingrijpen noodzakelijk wordt ge acht zal men zich direct met den dokter in ver binding stellen. Gelukkig is dat nog nooit voorge vallen. De toestand hier geeft geen aanleiding tot het aanstellen van een schoolarts. Een teder is over tuigd van het gunstige werken van een schoolarts maar we moeten niet vergeten, dat we in dit op zicht helaas zijn en blijven een kleine gemeente. Toen eenige jaren geleden een schrijven van de Gez-comm. inkwam, over te gaan tot het aan stellen van een schoolarts is het bij een bespre king gebleven. Mocht er behoefte aan iren school arts komen, dan zouden B. en W. naar voren willen brengen hiervoor een kring van gemeenten te vormen en dit niet voor 1 gemeente te doen. De heer du Burck zegt voor inwilliging van het verzoek te zijn. Het is op den ouderavond breed voerig bespreken en niet een verklaarde er zich tegen. Alle ouders waren enthousiast voor de aan stelling. Deze gemeente mag klein zijn, maar in tal van kleine gemeenten bestaat oen schoolarts. Het is een instituut dat reeds 25 jaar bestaat, en waar vele groote lichamen overtuigd zijn van het rechtvaardige en nut van dezen eisch, is hst geen wondeil dat dit geluid zich ook hier heeft laten hooren. Wanneer wij de rapporten lezen van schoolartsen uit andere gemeenten, dan staat men versteld van de dingen die daarin gezegd worden, en moet men de pogingen tot aanstelling toejuichen. Verschillende vooraanstaande personen dwepen met de schoolartsen. Door een dokter is het ook vooral bepleit met het oog op de tuberculose. En dan is het goed wanneer wij aan het verzoek vol doen. De schoolarts is ook van groote waarde later bij de beroepskeuze van het kind. Het onderwijzend personeel mag nog zooveel doen, waarvoor men waardeering moet heobien, maar het kan niet als deskundig worden be schouwd. Het gaat niet alleen om de reinheid, er is ook de tandenveTzorging, gehoor- en gezichts- sc.herpte en nog zoovele andere dingen- De schoolarts kan er dan op wijzen wat de ouders voor hun kind moeten doen. Ik ben een overtuigd voorstander van het schoolartsenwezen, daar dit zeer nuttig werkt in het belang van de kinderen. De voorz. antwoordt dat door den spï. het groo te belang voor de ouders wordt uitgeschakeld, om hun kinderen door den huisarts te laten on derzoeken. Gaat men dit instituut zoover uitbrei den, dan treedt de dokter in ie plichten van dis ouders. Daarbij komt, dat op een Witte Kruisvergade- ring door een der doktoren is meegedeeld, Jat zij dat de kinderen rein op school kamen. Hij acht zich niet gerechtigd om voor een bedrag van 3 a 400 gld. de ouders van hun plicht te ontlasten. Er is thans wel wat overdrijving bij. 1 De heer Berkhout zegt dat bij hem hoofdzaak zijn de gebreken, die oppervlakkig n:|etzijn te constateeren, maar bij een ondierzcpi aan het licht komen. Het verzoek wordt hierna met de leeren Kroon, Kramer, Bekker en Grcien tegien, Berkhout, Zee man en Du Burck voor verworpen. I De heer Berkhout doet het voorstel te onder zoeken in hoeverre samenwerking met andere ge meenten kan worden vierkuegle 1. I De heer Zcieman veegt hieraan toe om ook St. Pancras hierbij te nemen. Daar is pas een jong arts en zou deze misschien deze functie op zich kunnen nemén. Wethouder Bekker zegt er zijn st|em wel aan te kunnen geven, wanneer het ni,et teveel kost. Het voorstel Berkhout wordt hierna aangenomen met alleen de heer® 1 Kroon en Groen tegian. Thans komt in behandeling het verzoek van de Verkeerscommissie uit de Kamer van Koophan-, del om gedurende 40 jaar f 300 per jaar bij te dra-s gen voor verbetering van den Twuijverweg. B. en W. stellen voor hierop ^afwijzend te be schikken op grond van de argumenten, - hier reeds meermalen naar voren gjsbracht. De heer Zeesman. De indruk, die ik bij de be handeling van dit onderwerp krijg, is als bij de kat, die men een bord warmle brij voorzet, en er eerst omheenloopt, voor zij eraan begint. De voorz. Ik verzoek u niet in vergelijkingen te spreken. De heer Zeeman. Het is toch zieker niet verbo den. Als argument, om van de subsidie af te komen wordt gebruikt: de weg is van Alkmaar. Ik ben echter zoo vrij dit in twijfel te trekken. Dat mciet nog waar gemaakt worden. Alkmaar zei van niet, anderen beweerden van w»l. Toen heb ik mij afgevraagd, „van wie heeft Alk maar dien weg gekocht." Om dit te weten heb ik mij in verbinding gesteld, en heb ik de \erkla- rmg gekregen, die reeds in d|e „N. L. Courant" iieeft gestaan. En ook nu nog ben ik niet overtuigd aat die weg aan Alkmaar behoort. De wieg is niet in 1524 maar in 1724 verkocht, en niet voor f I maar voor f6 heeft Alkmaar niet den weg, maar de „ettingen" (zeker elsn oud Friiesch woord voor de bermen) gekocht van de grafelijke domeinen. Ik ga dan ook niet accoord met het argument dat er geen bijdrage wordt verleiend, omdat Je weg aan Alkmaar zou behooren. 1 De voorz. U is abuis, wanneer u zegt, dat er geen bijdrage wordt verlep td, omdat die wieg aan Alkmaar behoort. U moet u bepalen tot de hoofdzaak genoeg van. Spr. gaat verder met te zeggen, dat hiet hier een groot gemeenschapsbelang gieldt. Wanneer de K- v. K. met een voorstel komt, waardoor het mogelijk wordt verbetering te brengien in den toe stand, dan «moet men dit aanpakken, en moeten wij doen wat wij kunnen voor de veiligheid van de burgers. Het plan van de K. v. K. is mij uit stekend en we kunnen het ni»t zoo maar van ons af schuiven. Aan de Verkeerscommissie mcist ge legenheid worden gegeven te antwoorden en te vens de mogelijkheid om den' weg tie verbeteren. En dat kunnen wij doen door gezamenlijk te con- fereeren, zooals dat door de gemeente Oudkar spel wordt voorgesteld, om daardoor den weg te doen beantwoorden aan de eischen van het ver keer. Ik meen er verder mep te kunnen volstaan te verklaren dat ik voor verbetering hen. Omdat de weg niet aan Zuidscharwoude behoort wil men niet meedoen, maar toch zou ik in de richting van verbetering willen werken, door sa menwerking te zoeken met andere gemeenten. 'Wij hebben in dit ojpzicht slechts te zien naar de verandering in de waterschappen. Daar heeft men ook gezegd „help elkander." Dat dciet de. gemeenschap ook in ons belang. 1. Door onderlinge samenwerking kan men veel verkrijgen. Ik sluit mij volkomen aan bij de noodkreet docr Edo Bcrgsma op het wegencongres geuit, „help mee, tracht verbetering te brengen, grijpt in, het is een economisch belang." Maar dan ook eendrachtig samenwerken voor vertejering. De heer Berkhont zegt dat wam.ee. er baten aan dien weg waren verbonden, Allernaar zake: zijn rechten zou doen gelden. Maar de weg be hoort ook niet aan Zuidscharwoude. En omdat hij niet aan Zuidscharwoude hoort, ben ik er ook niet voor te vinden mede te verken in verbéteren. In de tweede plaats omdat men eten precedent gaat scheppen, waarvan het einue niet te over zien is. En het is niet alleen de Twuij\|e. «eg die slecht is, ook bij de Halvemaansbrug is een ge deelte dat niet breecter is. Wanneer morgen ae autodiienst naar Schagen wordt uitgebreid, wat zou er dan tegen zijn dat ook Oudkarspel en Harenkarspel kwamen vragen om medewerking voor verbetering? Daar is het ge vaar absoluut niet minder. Dan noem ik den. weg van Oudkarspel tot de z.g.n. huisjes. En de Groenveldsweg tot aan den Rooien dijk is zeker ook niet minder gevaarlijk. Het gevaar van den Twuijverweg wordt opgebla zen van een mug tot een olifant. Aandachtig ben ik dezen weg langs gegaan, en ben van meening dat het gevaarlijkste punt ligt tusschen het eerste brugje en den hoek, het andere gedeelte niet. Nu kan men passeeren in dien hoek, terwijl ook bij het weilandje gelegenheid is. En is dat nu het- groote gevaar? En dan: er bestaat voor ons absoluut geen be hoefte aan het verkeer van thans langs dien weg. W'j liggen evengoed niet geisoleerd. En vóór dat de autobussen er waren bestond er toch geen ge vaar. De autobussen waren ook niet noodig. Wij konden evengoed verschillend» malen per auto naar Broek om vandaar per trein naar Alkmaar te gaan. De behoefte aan autobussen biettond dus niet. t Gemeenten heeft gtóztegd, dat dit een schapsvraagstuk is. Maar dat is bij den Twuijver weg niet het geval. Hierbij begint spr. nit te wijden met het stel len van een voorbeeld. De voorz. U moet u aan het onderwerp houden. De heer Du Burck. Ik bedoel ermiee, dat wij niet aan den I"wuijverweg moeten betalen. Alk maar is verplicht den weg te onderhouden, zooals het verkeer dit eischt. Laat die R. v. K. de f 1900 bij elkaar brengen wanneer zij den wieg wil ver beteren. 1 lk kan mij er best mee veneenigen, om hieraan niet mee te doen. Het beteekent voor ons in 40 jaar intrest op intrest een uitgave van f36000.—. Wanneer wij dit aan onze nakomelingen nalieten wat voor goeds zouden zij daarmee niet tot stand kunnen brengen. Wij zitten hier op lasten genoeg en nu moeten wij ook niet nog een andermans lasten op ons nemen. De heer Groen kan zich volkomen miet de re deneering van den heer Berkhout vereenigen. Miet dezen grooten opzet heeft die K. van K. geen ge lukkige zet gedaan. Het plan past niet in het ka der van onze wegen. Wat hebben wij aan 1600 M- primaire weg, wanneer wij nog 9 R.M. niet 1 eens secundaire weg overhouden? Wanneer Alk maar 40 jaar lang f4000 betaalde, zou daarvoor geen prachtweg kunnen worden gemaakt? Men kan een belangrijke verbetering tot stand bren gen met veel minder kosten. De K. v. K. heeft door haar ingediend plan den omtrek geen dienst bewezen- Was zij met een eenvoudiger plan gekomlen, zij had zeker van verschillende kanten steun gekiegen, maar nu niet. De heer Kramer zegt zich aan de zijdie van den heer Zeeman te scharen. Men kan deze zaak van verschillende zijden bezien. Wij kunn|en oqjc zien. naar andere wegen, en naar de consequentie van medewerking. Maar niemand zal erkennen dat er geen behoefte aan vert|etering van den Twuijver-i weg is. Allen erkennen van wel. D|e kwestie is maan hoe en door wie de weg moet worden verbeterd- Het plan van de Verkeerscommissie is groot op gezet. En ook ik. meende eerst dan men op ande re wijze tot verbetering kon geraken. Na bestu deering van de tcekiening bet ik echter tot de overtuiging gekomen dat het al niet vetel minder kan. Misschien zou me nden weg iets minder breed kunnen maken, door inplaats van aan iede re zijde een rijwielpad I rijwielpad te maken. De Langedijk is een streek, die rekening heeft te houden met het verkeer van en naar Langen dijk. De Langen|dijk is een plaats van beteCkenis voor handel en verkeer. Er zijn wel steden waar het minder druk is dan op bepaalde tijden hier. Of ik met het plan zoo het hier ligt kan mee gaan, is een andere kwestie, maar ik zou hjet óok niet willen afwijzen. Het kan nader besproken worden en daarbij kan men voeling houdwn met andere gemeenten. Het is van belang voor onze gemeenten om daar er hé, «mg trachten te krij gen op de minst kostbare wjjze. Ik verklaar mij er voer om hierover met de ander» gemeenten, van gedachten te wisselen. - De Voorz. Er kan nog veel gebeuren in eigen gemeente, zooals bijv. het verbieeden van de dorpsstraat, die nog gevaarlijker is dan de Twuij verweg, Vooral voor kinderen, die uit stegen ko men aanloopen, en door den te smallen weg aan rijdingen voorkomen. Wanneer men ee*i weg wil hebben die beantwoordt aan de eischen van het verkeer, dan moet men in eigen gemeente be- Zeker, door samenwerking kan mien veel goeds bereiken, maar er zijn grenzen. Van de raadsle den, die niet meegaan, wordt geziegd, dat zij een bekrompen geest hebben, »n daar heb ik mij aan geëfgerd en zeker ook andeien. Want er is zeker niet een die zooveel aan d».i weg doet als wij. Een post daarvoor die zeker de f 30.000 nabij komt. Is dat dan niet iets voor het algemeien? Wij hebben er toch ook niet aan gedacht, om anderen om hulp te vragen. Het verwijt van bekrompenheid, mag ons dan ook in geen geval treffen. I En dan bestaat er nog het motief, al is het voor mij niet overwegend, dat juist door dien trek naar Alkmaar verschillenden een minder gced in komen hebben. Al is het niet overwegend voor mij, het mag toch niet worden vergeten- Op al deze gronden verklaar ik mij tegen h»t verzoek. De heer Du Burck. Hier bij dit onderwierp zijn de neuzen reeds geteld, en dat wist onze grootste voorstander van subsidieverlening ook wiel. Hij wist dat hij hier geen meerderheid zou vinden voor de subsidie. Hij behoeft hier ook niet als docent op te treden en kan die historie wiel laten rusten. Het is hier geen cursusvergadering. De heer Zeeman. Dat is zek»r wel aan de orde. De voorz. Laat u dat maar aan mij over. De heer Zeeman. Metten mjet twee maten, 't Is een schandaal. De heer Du Burck. Er is gesproken over d|e waterschappen. Dat is echter eien geheel ander ge val. Maar levert ons metcei) bet bewijs om aan het verzoek niet mee te dqe 1. Wianuaer de provincie het deed zou er nog iets voor zijn, maar nog bete- was het wanneer het landelijk geschiedde. Wat het wegencongres aangaat, dit is niet juist De heer Zeeman. Ik ben zoo vrij dit in twijf»! teerd, waar ,de voorz. van de vereen. van Nied. ginnen. Het wegenvraagstuk is een groote puzzle. De heer Zeeman. Daden mc»ten er zijn. De voorz. Een ieder kan met z'n autobussen over de wegen rijden, zonder ook maar eenigszins in het onderhoud daarvan bij te dragen. Dit heeft reeds tot gevolg gehad, dat de Prov. Staten et- schillende wegen hebben afgesloten voor auto's, een zeker gewicht te bovBi gaande. Wanneer zij beginnen met maatregelen te nemen, kan de ge meente niet direct het wegenvraagstuk oplossen B. en W. kunnen dan ook geen bevoegdheid vin den om in de plannen mede te werken. E11 wanneer de weg nu van St. Pancras was, die gemeente vrceg om steun voor verbetering, zou er dan iemand gevonden worden, die hieraan zou willen bijdragen? De oorspronkelijke bedoeling is gewlaest om den weg tc verbeterenn. Jarenlang is er niets aan het onderhoud gedaan. De pogingen door de Verkeerscommissie aan gewend bij Prov. Staten, om den Twuijverweg als een primaire weg te beschouwer, hebben geen succes gehad, pmdat er volgens Prov. Staten nog wel slechter wegen waren. Wat het wegencongres betreft, h»t is niet al leen de Twuijverweg, maar er zijn in Zuidholland vele van die wegen, die aangeduid worden als doo- de wegen. Daaruit zien wij dat de Twuijverweg niet de eenige gevaarlijke weg is. De Twuijverweg behoort niet tot onze zorg maar er kan geen kip daar te water geraken, of de schuld wordt gegeven aan den wieg. Het betreurenswaardig ongeval, laatst aan «ei jongeman overkomen, kan op iederen anderen weg ook voorkomen. Wanneer men mee wil werken tot verbetering, dan valt er veel eerst aan de dorpsstraat t» doen Dat komt het eerst aan de orde, voor men 40 jaai lang aan een anderen weg gaat betalen. De heer Zeeman. De argumenten die hier ge bruikt worden zijn voor mij ver beneden peil (Wanneer een van onze jongens daar eens was verdronken, zouden zulke woorden, door u gespro ken, de moeder zeker diep grieven. Door mij is niet gesproken van bekrompen geesten. Maar ik houd mij verre van uw klein argumenten. Door samenwerking kan veel verbetering tot stand gebracht worden, en daarom verheugt hel mij dat ik hier thans niet meer alleen sta. En da» is het ook niet de kwestie of er slechter wegen zijn maar het gaat om de kwestie of de Twuijver weg slecht is. En wie het anders zegt is niet op de hoogte van den toestand daar of wil de waar heid niet erkennen. Wanneier 2 auto's elkaar 0 een weg niet kunnen passe».en zoo zegt Ed Bergsma dan is die weg slecht. En daarm« ben ik het volkomen eiens. Wanne»1" men alles 0 den breeden rug van de Provincie wil schui dan gaat er voor de Provincie zooveel geld zitten, dat er aan uitvoering niet te denkien Hier geldt het een belang van Langendijk Alkmaar. Met het. oog op de garantie en de in krimping van het verkeer per tnein, dat misschim geheel zal worden opgehecet, zal Langedijk u niet verbetering gebe|el worden geisoleerd. W men niet meewerken aan verbetering van dö

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1925 | | pagina 4