Twuijverweg, dan irïoet men zich.' garant vterkla-
ren en Langendijk niet isolteerteu-
Maar wij als gemeenschap hebben tie zorgien
voor bevordering van <le veiligheid.
Samenwerking is er noodig.
Ik hoop dan ook dat gp het voprstel van Oud
karspel wordt ingegaan, om een uitspraak te krij
gen en die conferentie wordt uitgebreid met de
gemeenten Sint Pancras en Alkmaar.
Dan kan er gepraat worden misschien over eten
bescheidener plan. Wil men in het gtebeel niet mee
werken dan wordt de weg tot alles afgesneden.
De heer Berkhout. Ik heb niet gezegd, dat het
niet noodig is dat de Twuijverweg wordt verbe
terd, maar er bestond geen behoefte aan de auto
bussen, omdat de trein er is.
Wat ik gezegd heb over bekrompen raadsleden
is niet aan het adres van Zeeman, die is teen te
getrouw krantenlezer om niet te wtetien, waar die
woorden gestaan hebben. Maar ik meen dat wij
een dergelijke beschuldiging niet verdienen.
Het voorstel van B. en W. om afwijzend te be
schikken, wordt hierna aangenomen, met de h.h.
Kramer en Zeeman tegen.
De heer Zeeman doet hierna het voorstel om
dit onderwerp in samenwerking met ande:e ge
meenten te bespreken, alzoo gevolg te geven aan
het komende verzoek van Oudkarspel.
De heer Kramer ondersteunt.
Diit voorstel wordt aangenomen met de hoe ren
Kramer, Zeeman, Groen en Biekkler voor, de h.h.
Kroon, Berkhout en Du Burck tegen. f
De voorz. doet hierna mededeleling van hiet in
gekomen verzoek van Oudkarspel om deel te ne
men aan een gecombineerde vergadering over dit
onderwerp.
Ingevolge het pas genomen besluit zal hieraan,
worden deelgenomen en zal wordlea verzocht te
vens Sint Pancras en Alkmaar uit te noodigen.
In behandeling komt thans opnieuw de reeds
zooveel stof opgewaaid hebbende „Winkelsluiting"
Een schrijven is ingekomen van Gea. Staten,
waarin zij, naar aanleiding van een adres van een
aantal ingezetenen, den raa,d in de gle'.egenheid stel
len deze invoering nader in overweging te nemen
of het initiatief te nemen, in hoeve" d «4 Langc-
dijker gemeenten ten gelijke verordening kunnen
maken.
De voorz. is van oordeel dat men zich met het
laatste niet behoeft bezig te houden, daar dit on
derwerp reeds in 2 andere radlen is behandeld, en
men niet tot invoering wilde overgaan. Men kan
dus gevoegelijk alleen het eerste behandelen.
De meerderheid van B. cn W. stelt voor om
de geheele verordening ongedaan te maken.
De minderheid stelt voor alleen de gewone da
gen te regelen eij cjen Zondag vrij te laten.
De heer Kramer is er verbaasd o\|sr dat dit
punt thans aan de orde komt. Voor mij, zoo zegt
spr., staat het principieel vast, dat de verorde
ning moet worden gehandhaafd.
Het heeft mij echter verwonderd dat de veror
dening niet bij de stukken ter inzage lag, zoodat
zij niet kon worden ingezien, en wij niet wisten
waarover Ged. Staten hebben geschne /en.
Eigenaardig is het dat door Ged. Staten wordt
gesproken over vervroegde winkelsluiting, terwijl
in net adres aan Ged. Staten is verzocht de al-
geheele winkelslu^jng op te heffen.
Datgene kon niet nalaten een eigenaardigen in
druk te vestigen over de samenstelling van de
verordening.
Het gevolg is geweest dat Ged. States aan de
hand doen de avondsluiting te herzien, terwijl 12-'
van de Zondagsluiting niet gerept wordt.
Spreker zou derhalve het adres van Ged. Staten
voor kennisgeving willen aannemen.
Ook doet hij de vraag of de adressanten de
verordening hebben kunnen inzien.
De voorz- Onbekendheid dcet u zeker deze
woorden spreken. In één verordening wordt de
winkelsluiting geregeld, waaronder ook is begie-
pen de Zondagsluiting. Het schijven van Ged.
Staten slaat derhalve op de algeheje'je verordening,
iWat uw vraag betreft, aan adressanten is geen
inzage verleend.
De heer Kramer. Het hc(eft mij gefrappeerd dat
Ged. Staten spreken van vervroegde sluiting. De
Zondagsluiting kan daaronder niet begrepen zijn
Ik begrijp eruit dat alleen de avondsluiting wordt
bedoeld.
Wanneer adressanten de verordening niet heb
ben ingezien, begrijp ik niet hoe zij aan hun argu
mentatie komen in de memorie van toelichting,
vooral ook waar de raad niets wist van verschil
lende dagen. Daar is toch nog geen regieling voor
getroffen.
Ook begrijp ik niet het bericht in de krant,
waarin werd 'gesproken over verwerping van de
verordening. Onwillekeurig "kwam men tot de ge
dachte of de pers meer wist dan de raadsleden.
Dergelijke berichtgeverij is e;hter niet bevorder
lijk voor de samenwerking hier. Htet meest waar
schijnlijke is dan ook, dat de berichtgever ver
keerde berichten instuurt.
De voorz. is het ten opzichte van de berichtge
ving met spr. eens. Wat het andere betreft, hier
zijn wel degelijk dagen genoemd, die in acht ge
nomen moesten worden.
Wat de verordening betreft, die:|e is gemaakt,
zooals de raad dat wenschte. Dat de verordening
niet getoond is, berust geheel en al op een ver
gissing. Ik vertrouw dan ook dat u dit van mij
zult aannemen.
De heer Zeeman begrijpt niet, hoe in de memo
rie van toelichting geschreven kan worden, dat
de winkels op Maandag en Dinsdag van kermis
gesloten moeten zijn.
De voorz. Ik stel er prijs op te verklaren dat de
verordening gemaakt is, zooals de raad dat heeft
gewenscht.
De verordening wordt hierna voorgelezen.
Wethouder Bekker is op de Zondagsluiting te
ruggekomen, omdat Noordscharwoude de geheele
winkelsluiting niet heeft aangenomen. Om bet hier
dan toch door te voeren acht ik voor de burgers
nadeelig. De 9-uur sluiting wensch ik echter te
handhaven.
De heer Berkhout. Wanneer ik mijn stem er
gens aan geef, doe ik dit niet tegen mijn overtui
ging. Mijn meening is nog dezelfde als de vorig|e
maal en wensch daarom geen gevolg te ge .-en aan
het verzoek van Ged. Staten. Wel kan ik er in
meegaan samenwerking te zoetten roet andere ge
meenten.
Waar wij ons besluit hebben genomen, is het
verzoek van Ged. Staten voor mij overbodig.
Ik ben niet van plan mijn overtuiging te grab
bel te gooien, ook al krijg ik honderd ongetee-
kende brieven.
De voorz. Wanneer men samenwerking wil zc|e-
ken, moet men ook aan Eroek vrageti. Daar is
ook geen officieele sluiting.
De heer Groen kan zich volkomen aansluiten
bij den heer Berkhout. Het luejeft gieen zin om de
voordeden van de winkelsluiting nog eens op te
halen. Het besluit is naar onze overtuiging ge
nomen en er is geen motief aanwezig om het nu
weer te gaan veranderen. H(et is jammer dat Nrd.-
scharwoude niet gevolgd is. Maar h,et is zekpr goed
eens voorbeelden t|e stellen. Dit is zekier een goed
besluit geweest. Wanneer wij gesloten zijn, betee-
kent dit dat de halve Langendijk gesloten is. Dan
zullen de andere gemeente besturen biet nog wel
eens ernstig overwegen wanneer wij het verzoeken.
Ik zie geen reden om van htet ingenomen stand
punt af te wijken.
De heer Zeeman. Ik sta volkomen op het
standpunt van den heer du Burck. Die toch heeft
in de vergadering van 9 Augustus 19x3, van de
vereeniging „Vooruit" naar aanleiding van de
daar gevoerde discussies het voorstel gedaan een
adres te richten aan den raad met verzoek om
wettelijke regeling van die Zondagsluiting. Mis-
scihen is hij nu veranderd.
De heer Du Burck. Ik verander niet.
De heer Zeeman. Hij heleft een oude plunje
aangetrokekn of een verlegen.
De voorz. hamert terwijl de heer du Burck ap-
plaudiseert.
De voorz. Mijnheer Zeeman, ik verzcjek u, u
van persoonlijkheden te onthouden. Wat gij niet
wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niiet.
De heer Zeeman. De gle'jsgenheid was te mooi
om het niet te noemen.
Het is van groot belang en nut voor den mid
denstand, dat de winkels worden gesloten.
De memorie van toelichting echter wieroslt van
leugens. Dat kan ik bewijzen. 1
De voorz. U moet u tot het adres bepalen.
De heer Zeeman. Ik erkiea dat niet het feit aan
wezig is dat aan alle 4 gemeenten is geadresseerd-
Maar practisch -is Broek toch reeds gesloten.
Wanneer wij samenwerking zoeken zal Breek ze
ker met ons meegaan om moneeliea steun te ver
kenen. Wijken zal ik niet. Als eerlijk mensch
zal ik mijn overtuiging blijven volgen.
De voorz. U moet uw houding bepalen zooals
het behoort. U moet niet persoonlijk worden,
daar ik mij anders genoodzaakt zie u het woord te
ontnemen. U hebt te bedenkiea dat u hier zit
voor de gemeentebelangen.
De heer Zeeman. Men trapt e ;n pot zoolang, tot
hij terug trapt.
De heer Du Burck meent dat er genoeg aanlei
ding is 01)1 de aangenomen houding te herzien.
Noordscharwoude was niet voor de verordening te
vinden, en de voorz. van de Hanze heleft het adres
wel onderteekend.. maar was niet voor de winkel
sluiting. De heer Zeeman zegt als soc. democraat
voor de sluiting te zijn, en ook dat het op het
partijprogram stond. Enkele weken later wordt
in Rotterdam de winkelsluiting verworpen, met
alle soc. democraten tegen. Moet dan iemand in
den persoon van den heer Zeieman ons erop wij
zen dat dit op het program staat. Er worden ons
dus dingen verteld, die het licht der waarheid niet
kunnen zien.
Ook ik ben er niet tegen iets te nemen eh te
geven. Ik zou mij ermee kunne® \eneenigen te
sluiten wanneer ook de anaiere gemeenten het de
den en dienovereenkomstig san te ïwerking te zoe
ken. Maar blijft men daar op het ingenomen stand
punt staan, dan staat Zuroscharwoude alleen.
Maar al zoeken wij ook samenwerking zal het
niet tot stand komen. Maar dan moeten ook wij
niet star aan het besluit vasthouden.
Op het voorstel van Ged. Staten wordt hierna
afwijzend beschikt met de hes 1 te 1 Kroon, du Burck
en Bekker voor.
De heter Bekker doet h:tena het voorstel om al
leen de avondsluiting te handhaven.
De heer Du Burck ondersteunt dit.
De heer Kramer is tegen het voorstel omdat
de verordening is gemaakt hoofdzakelijk voor de
Zondagsluiting. Op principieele gronden zal hij
zich cr tegen verklaren en njet meewerken om de
Zondagsluiting weer teniet te doen.
De heer Zeeman. Die 9-uur-sluiting is needs in
de verordening geregeld, zoodat ve hierover niet
behoeven te spreken.
De voorz. Dat kunt u gerust' aan mij overlaten.
Het voorstel wordt verworpen met de hearen
du Burck, Kroon en Bekker voor.
De voorz. Dan mag ik zeker hieruit afleiden, dat
de heeren de bestaande verordening wenschen te
handhaven.
De heer Berkhout dcet het voorstel om aan de
andere gemeenten van det Langendijk te verzoe
ken eeii eensluidende verordening te maken.
De heer Du Burck. En wanneer de ancenen bet
niet doen, doen wij het ook niet? I
De heer Berkhout. Wij handhaven de tlerordening
Dte voorz. Het heeft weinig zin een schrijven aan
den raad van Noordscharwoude te richten. Ik be
twijfel of dit een anderen indruk zal maken dan
het adres van de Hanze. Ook in Oudkarspel was
er geen meerderheid voor. te vinden. Ik zou u dan
ook willen afraden een verzoek om opnieuw be
handeling, want het zal zeker voor kennisgeving
worden aangenomen.
De heer Kroon. Het heeft gteen zin. Het is toch
al te dwaas. 1
De heer Du Burck. Wanneer wij hier de veror
dening handhaven berokkent dit schade aan de
burgers. Deze schade zouden wij kunnen vermin
deren door andere gemelentan tot ons trachten
over te halen. Ik verwacht echter weinig heil van
een adres.
De voorz. Dtps u wenscht, dat wanneer wij sluiten
ook anderen sluiten.
De heer Kramer wil den beter Berkhoutsteu
nen om hierdoor de sluiting bij Ged. Staten wet
telijk geregeld te krijgen. Is hiet niet vanuit den
raad, dan zal het zeker vanuit andere richting
worden geprobeerd.
De voorz. Ik zal zeker voorstellen het ad: eb
voor kennisgeving aan te nemen. U moet toch ro
ker respect hebben voor de opvatting van lean raad
die het zoo kort geleden hoeft verworpen.
Een voorbeeld kan genciemd worden do be
handeling van hét initiatief-voorstel Plaatselijk»
Keuze in de Eerste Kamer. Daar bobben de voor
standers tegen gestemd, omdat pas anderhalf jaar
geleden dit was verworpen. En dit was thans in
strijd met het prestige van de Eierstls Kamer.
Wanneer hier een diergelijk adres kwam zou het
ook voor kennisgeving worden aangenomen.
Wanneer men het onderwerp kleeft overwogen
waarna is besloten, dan moet men niiet meter pro-
beeren dat te veranderen.
De heex* Du Burck is het hiermteda volmaakt
eens en zal niet voorstemmen.
De uitslag is dat het voorstel wordt aangenomen
met de heeren Kroon cn Du Burck tegen.
Benoeming lid1 van de PI. comm. van school
toezicht, aftredend de heer Jb. Kroon.
De aanbeveling bestaat uit de heie.en Jb. Kroon
en J. de Geus Pz.
De aftredende wordt met 6 tegen 1 stem op
den heer De Geus, herkozen.
Het kohier* voor de hondenbelasting wordt
vastgesteld op een bedrag van f2.50.
Rondvraag.
De heer Zeeman bespreekt de muggenvlerdiel-
ging, en vraagt of de r.i.d.s. niet aanbevolen kan
worden als een gemakkelijke m|ethode.
De voorz. zegt zich te zullen onthouden van
aanbevelingen van het eten of and|er bestrijdings
middel. Over dit onderwerp zal echter nader ge
sproken worden in verband met de oprichting van
plaatselijke commissies. Dan zal de bestrijding
worden uitgevoerd zooals dat behoort te geschieden
De heer Zeeman is tevreden met dit antwoord
en hoopt dat spoedfg maatregelen van verdelging
zullen worden genomen.
De heer Du Burck vraagt of de tijd voor het be
talen van de landhuren niet later kan worden
gesteld, omdat deze moeten worden voldaan in
een tijd dat nog weinig van de producten is ver
kocht, of expres daarvoor moet worden verkocht.
De voorz. antwoordt dat sinds lang en overal
Kerstmis de tijd van betaling is. Verdient het ech
ter aanbeveling dit te wijzigen, zoo zullen B. en
W. dit gaarne onderzoeken.
De Tondvraag levert verder niets op, waarna slui
ting der vergadering volgt.
Het leven in de Hoofdstad
1 |0m de misdaad op den Overtoom
De anti winkelsluitingsactie her
leeft. Een Haarlemsche jongen.
De publieke tribune.
De berichten en sensationeele nieuwtjes inzake
den tien jaar gepleegden moord op den Overtoom,
volgen elkaar op en gelijken op elkaar. Het pu
bliek wil smullen en de courant geeft 's morgens
eri 'savonds volle portie's. Blijkbaar wordt meer
op de kwantiteit dan op de kwaliteit van den
verstrekten sensatickost. gelet, is ieder welkom
bij sommige nieuwskooplieden (ik laat in t mid
den of dit op een bepaalde redactie dan wel op
een dito persbureau slaat) die iets te vertellen
h)eeft.
Zo owerd dezer dagen verband gebracht in een
sensatiebericht tusschen de misdaad en het comité
voor de sporttentoonsfelling, die in 1920 in Zond-
voort zo uworden gehouden. Willekeurig werden
daarbij genoemd de namen Geerling en Carton
en wel met zulke niets-zeggen de, maar zooveel
te meer te denken gevende woorden, dat de op
schandaal beluste menigte bijna aangespoord werd
te fluisteren, die twee weten er méér van, waren
minstens lid van een bende, waarvan 'Muylwijk
het hoofd was. Ik ben op onderzoek gegaan, om
uit te visschen het verband tusschen Muylwijk
en de sportten toons telling die niet doorgegaan
Is in het Palais d'Eté in Zandvoort. En wat is
mij gebleken? In 1915 werd teen permanent co
mité voor het houden van internationale vak-
tentoonstellingen in Nederland opgericht. Hel
eore-oomité bestond uit de heeren H. M. Bar n
Collot d'Escury, weth. van Zandvoort; mr. M.
A H. L. vanJjier, Timon Maris, de kunstschil
der en de gent.-secretaris van Zandvoort, de heer
le Vries. Voorzitter van 't dagelijksch bes+uur
was een zekere Moussailt, die sport uitslagen le
verde, vice voorz. de heer Brokmeyer, bestuurder
van den Zyandvoortsehen Middenstandsbond; serr.
wijlen journalist v. Meurs; penningmeester de
thans befaamde Muylwijk, en gewone leden de
heeren Geerling, die als directeur van het ge
bouw dit aan 't comité afstond .en de architect
Gelder.
Verder trad de heer Carton altijd als impress i-
ric op voor het Palais d'Eité (en andere inrichtin
gen) en zou dit zeker ook voor de 'sport ten toon
stelling hebben gedaan en artisten en orkest heb,
ben geleverd.... als deze doorgegaan was. Verder
was met de reclame-exploitatie en het verpachten
de rstands belast de heer Vcrwulften. Waarom
dus alleen de namen Carton en Geerling genoemd,
en nog wel op zulk een infaam-verdachtmaken-
do wijze?
Als ik. ten slotte hier nog aan toevoeg, dat
Me „zekere Carton" (een ter goeder naam en
faam bekend staand impressario) den vermoorden
he)er Putsch nooit heeft gekend en eerst vijf jaar
'na de misdaad zeer terloops en uitsluitend zakelijk
met Muylwijk kennis heeft gemaakt, dan hoef
ik u niet te zeggen, hoezeer, de laster, dank zij
het perfide krantenbericht zeer welig heeft kan
nen woekeren.
„De winkelsluiting is er nu eenmaal en geen
mensch zou ze weer op willen doeken". Daze
enormiteit vertelde nog niet zoo heel lang gele
den de soc. dem. Vliegen in den Baad* en schrijver
dezes was er als de kippen bij om hem op de
vingers te tikken. Nu „de uitzonderingen die
den tegel moeten bevestigen" zijn opgeheven, is
de actie weer in vollen gang. fToen de sluit ings-
dwang pas was aangenomen, werd op vergade
ringen betoogd, dat men zich moest verzeilen
en de winkels moest openhouden. Er gebeurde
toen'niets de enkele volhardende overblijver
kreeg boete of hechtenis: o.a. bakker Maas op de
Eegulierbrcestraat. Maar als men zijn winkel
aanziet, zou men toch niet zeggen dat de „straf"
hem veel kwaad heeft gedaan.
Thans is het aantal overtreders niet te tellen
en men denkt er al over ,om voor eiken open-
blijvenden visch winkel een agent te posten -—
net als voor de beroovingshuizen. Als al die
agenten dan aan den dienst worden onttrokken,
valt er voor de heeren inbrekers, straatroovers,
en apachen ook weer wat te verdiènon.
Intusschen is het winkelsluitingsvraagstuk van
te groot algemeen belang en dus niet van een
speciaal winkeliersbelang, om er luchtig overheen
!te praten. Ik kom er dus öp terug.
Een Haarlemsche Jongen, een sympathieke ver
schijning. beschaafd en dus bescheiden, verscheen
vcor de rechtbank te Amsterdam. Wat hij ge
daan had was niet mooi, hij had drie verschellen ie
personen een fiets gehuurd en deze direct be
leend. Toen hij de derde bij Oome Jan bracht,
wa-, hij meteen voor den bakker. Het jonge
mensch, een zekere H. P. J. H. H. was in Am
sterdam een agentuur in gramofoonplaten begon
nen, maar in den laatsten tijd. hebben de men-
schen zelfs daar geen geld voor. Daarbij kwam,
dat H.'s meisje, wier vader voor de derde maal
gehuwd was en tegelijk zijn kinderen had ver-
stooten, al een jaar zonder betrekking was, elke
week wel twintig brieven op advertenties schreef,
doch niets kon krijgen. Daarom voelde H. zich
'gedrongen voor liaar te zorgen, maar in den
laatsten tijd was hem dit onmogelijk. Iemand,
uit Aerdenhout, die daar op een groote villa
woont, zou hem f100 leenen, daarvoor had hij
de beleende fietsen willen lossen, maar de vriend
bleef langer in het buitenland dan gedacht werd.
Een beeld van zijn vergulde armoede, van ellende,
onder de heeren met hoeden op, die genoeg ge
leerd hebben, beschaafd zijn en zich in wanhoop
vergrijpen...
Feitelijk was de eisch 9 maanden niet
hocg, maar de verdediger hoopt nog op voorwaar
delijk op grond van vele goede rapporten.
De publieke tribune geeft meermalen ergernis
door hare houding. U begrijpt wel, dat ik de
meiischen bedoel, die er op zitten. En 't is dus
olvkomen verklaarbaar dat de meeste presidenten
't niet erg op die tribunes hebben. Teekenen van
goed- of afkeuring te geven als in 't theater,
is steeds streng verboden. En 'tis dan ook wel een
novum, dat heden de vice-president der vierde
kamer zich niet alleen op de publieke tribune
beriep, maar er zich zelfs solidair mee verklaar-,
'de. Het betrof een man, die ergens ingebrjoke.u
had. een kast had geopend, daaruit een kistje had
genomen, dit. ook had geopend, er een doosje met
stuivers en een met halve stuivers in gevonden
had, doch alles weer in 't kistje had gesmeten,
omdat hij berouw kreeg. „Ik scheed er met uit!"
De tribune grinnikte van plezier onder die
'verklaring. 1
„Zie je, wel," merkte de pres. op, „op de publie
ke tribune lachen ze ook al om wat je nu vertelt."
„Da's treurig genoeg," was het antwoord van
den beklaagde.
Intusschen, als we nu, waar een rechtbank
president openlijk voeling houdt met het oordeel
der publieke tribune, niet in een democratischen
tijd 'leven, weet ik het niet.
Nieuwstijdingen.
Een geheimzinnige geschiedenis.
In verband met den aanslag op den nachtwaker
van de Nederlandsehe Spoorwegen Simon 'de Wit
te Amsterdam kan de {,Tel." nog het volgende
mededeclen: De getroffene, die inmiddels uit 't
Binnengasthuis ontslagen is, ontkent op zieh zelf
geschoten te hebben. Hij zegt, dat hij met zijn
gelaat vlak bij de omheining was,, toen hij plot
seling aan de andere zijde op nog geen meter
afstand een man zag. Hij meenit, dat dit Arie
Vink was. Van vlakbij eerst was verklaard op
een afstand van ongev. 15 M. loste deke per
soon tweemaal een schot op den nachtwaker. Deze
trok ook een revolver en loste een schot in de
lucht. Daarna- liep hij naar de telefoon en vertelde
aan de politie, dat hij getroffen was. Op hem
werd eten revolver met één ledige kamer aange
troffen.
Dat de schoten van den onbekende van dichtbij
waren gelost en niet op een langen afstand, kon
'werden opgemaakt uit het feit, dat op de jas,
vlak bij een der kogelgaten, kruitslijm aanwezig
was. Arie Vink kan niet geschoten hebben, om
dat hij naar gebleken is op dat uur niet op
den Westerdoksdijk geweest kan zijn. Wel beeft
hij er zich eenigen tijd' «evoren vertoond, doch
hij staa jgeheel vrij van 't hem oorspronkelijk ten
laste gelegde.
Een ander feit, dat vreemd genoemd mag wor
den, is dat de nachtwakier tijdens het gebeurd»»
zijn loon dat hij des middags ontvangen had!,
heeft verloren. Het bevond zich in zijn broekzak
en al loopendte moet 't gieheele salaris er uitgeval
len zijn. Ofschoon na het ongieval politie aanwe
zig was en alles werd afgezocht, werd geen geld
stuk over den kleinen afstand, die De Wit van
de omheining naar het goederenstation aflegde,
gevonden. I
Hoe het mogelijk is, dat twee revolverschoten
vap vlak bij gelost zulk eten betrekkelijk lichte
'verwonding hebben kunnen veroorzaken, is niet
gemakkelijk te vatten.
Buitenland
Een stad doei' de zee verzwolgen.
Porto Alexandra verdwenen.
De Portugeesche regeering heeft officieel be
richt ontvangen van een ramp, welke het stadie
Porto Alexandra op een klein eilandje vlak voor
de kust van Mossamedes (xPortugeesch West-
Axfrika) gelegen, heeft getroffen. Het is door een
vloedgolf verslonden en van de oppervlakte der
zee verdwenen. Drijvend wrakhout en lijken wij
zen nog op de plek, waar zich eens het bloeiende
plaatsje bevond. Het schijnt dat er geen enkele
overlevende is, behalve een paar visschers, -lie
juist waren uitgevaren toen de ramp plaats vond.
Het is niet bekend of zch op dat tijdstiip buiten-
landseho schepen in de haven bevonden.
Het stadje had eertijds een uitsluitend inland-
sche bevolking, doch jaren geleden reeds vestigden
de Portugeezen er zich, en de inwoners waren
thans voor het meerendeel blanken.
Ooggetuigen verhalen hoe de zee zich vrij on
verwachts huizenhoog verhief, een woeste maal
stroom werd, waarin het eilandje verzonk.