NIEUWE
Wo. 39. larcMti. ruecDsaa sa
Donderdag 2 April 1925
'34a Jargag
LAMIJKER COURANT.
Buitenlandsch Overzicht
Nadruk verboden.
De grootè oorlog heeft overal op de wereld
teel wat op te ruimen gelaten. De gewelddadig
teid en de haat en de ellende hebben overal ruï-
ies achtergelaten van allerlei aard. Wat onge-
chonden is blijven staan is veelal een beetje van
plaats geraakt. En het valt te moeilijker
weer in het gewone lid te krijgen, omdat velen
an de plaats, waarop ze door het geweld van
len oorlog geraakt zijn een zeker recht meenen te
intleenen om op die plaats te blijven of haar
Deen voor een betere te verwisselen.
Dat laatste is met de Belgen min of meer het
jeval. Door den omgang met voorname vrienden
djn ze zich een beetje gaan voelen. Ook na den
orlog zijn ze, zij het dan in het gevolg van een
nachtiger buurman, voor groote mogendheid blij-
ren spelen. Dat heeft niet alleen gemaakt, dat
:e op hun vrienden van vroeger en de buren, die
in hun gewone eenvoudige doen waren gebleven,
ivat zijn gaan neerzien, maar ook dat ze meen-
len dat hun een gebied en een machtspositie
toekwam, die met de tijdelijk gespoelde rol wat
neer in overeenstemming was. En niet erg vrien
delijk, die meerdere grootheid wilde ze trachten
te vestigen ten koste van die goede buren van
destijds.
We behoeven er toch werkelijk geen doekjes
te winden.
De Belgen hebben ons willen begappen op een
ogenblik, dat door bemiddeling van hun voor-
lame vrienden de kans daartoe schoon scheen.
En nu ze, tot de ontdekking gekomen zijn, dat
dit toch niet ging omdat zelfs die vrienden voor
de Belgische grootheid geen nieuwen oorlog over
ïadden, nu ze de oude vriendschap weer zoo'n
beetje trachten te herstellen en met een prdatje
jver het hekje komen hangen, dan hoeven we
ms niet mokkend af te keeren, maar we behoeven
er ons toch niet over te geneerën wanneer een
wat ondeugende glimlach even om onze lippen
komt. De Belgen krijgen Limburg niet en
Zeeuwsch-Vlaanderen niet, niet eens de Schelde
»f de Wielingen. Maar een overeenkomst kunnen
ze krijgen. Minister van Karnebeek heeft er een
gesloten, waarin de Schelde-kwestie wordt ge
regeld en de kwestie van de kanalen door ons
land, die België toegezegd zijn bij het verdrag
van Versailles.
[Rn wij zijn bereid de Belgische... nu laat ons
maar zeggen, onvriendelijkheid te vergeten en
nieuwe vriendschap te sluiten, en te denken, dat
de Belgen door den oorlog ook een beetje erg
hardhandig van hun gewone plaats waren gedron
gen en daardoor een beetje uit hun evenwicht
geraakt zijn. Nu beginnen ze weer zoo'n beetje
in te komen. En coquetteeren ze nog wel een
beetje met hun voornamen omgang, ze zullen
toch hun eigen oude plaats wel weer terugvinden.
Met de Egyptenaren zal dat allicht moeilijker
?aan. Ze waren met hun plaats onder het Britsehe
oewind nooit zoo erg tevreden. En nu de oorlog
en de Britsehe vrees en toegeeflijkheid hen na
den oorlóg heelemaal van die plaats hebben af
geschoven, blijken ze er niet meer op terug te
Drengen. De Engelsehen hebben het geprobeerd.
[Toen de moord op de Sirdar hun de gelegenheid
bood, hebben ze de Egyptenaren wat hardhan
dig aan het verstand gebracht, dat het met die
onafhankelijkheidsbevliegingen nu maar eens uit
moest zijn en Egypte goed Engëlsch was en
Emgelsch moest blijven, al was er dan niets
tegen, dat ze zich Egyptenaren noemden en een
koning hadden en een ministerie, en zoo n beetje
deden pf ze hun eigen baas waren. Maar het
Egyptische verstand bleek aan dien kant niet
erg hebder. Of ze zich zoo maar hielden, dan wel
de Engelschen werkelijk niet begrepen, in elk
geval hebben ze bij de nieuwe verkiezingen, door
iet aftreden van Zagloel pasja en het optreden
van een nieuw, meer Engelsch gezind ministerie
moodig gevonden, opnieuw een meerderheid van
Zagloelieten, dat zijn de uiterste en felste natio
nalisten, die van geen beperking van de Egypti
sche onafhankelijkheid en van geen uitstel wi Len
'weten ,naar het parlement afgevaardigd, tiet
weten, naar het parlement afgevaardigd, riet
Egyptische ministerie heeft dat feit nog trachten
te ontkennen, maar toen de verkiezing van Zag
loei tot kamervoorzitter met een buitengewonen
meerderheid dit, niet langer mogelijk maakte,
heeft ze geen andere uitweg geweten dan ae
Kamer te ontbinden.
Het zal nu moeten büjken, of dit werkelijk
een uitweg is. Aan het Egyptisch ministerie zal
het zeke rniet liggen. Ten einde zoo goed mogelijk
de verkiezing van een anders gestemd parlement
verzekeren, zal dit de kieswet wijzigen.
Maar ook als daarmee het onmiddellijk doel
hereikt wordt, dan staat daarom nog aUerrains:
vast, dat aan dien kant een uitweg is. Alle Egyp
tische partijen zijn ten slotte min of meer natio
nalistisch en willen de Egyptische onafhaiike
lijkheid.
Ze verschillen alleen in de wijze, waarop en
het tempo waarin zo haar bereiken willen. .Naar
de oude plaats .die het al lang te eng geworden
»U Cr*** d. top**' «MitanW.1*-
heidsverklaring hen zelf heeft afgeroepen, willen
ze toch niet meer terug.
^Zullen de Franschen het ook niet willen? Zij
I zijn van allen misschien het ergst van hun plaats
j geraakt. Maar de nieuwe plaats strookt soo ge
heel'met hun de eeuwen door geopenbaarde wen-
schen en aspiraties, dat ze zich met hand en tand
verzetten tegen iedere verandering. Daarom wil
len ze van het nieuwe verdrag, dat Engeland
voorstelt en waarin Duitschland mee opgenomen
zou zijn als een der deelhebbers ook niets weten,
vooral niet wanneer Duitschland niet uitdruk
kelijk de Poolsche grenzen als onveranderlijk
aanneemt.
Maar er is een sterkere macht nog, die hen
dwingt dan de Britsehe, waartegen de Egypte
naren optornen, de onweerstaanbare macht der
levensnoodzakelijkheid, die immers van ezlf
maakt dat de schaal met het zwaarste gewicht
doorslaat en die geen volk van 39 millioen op
den duur een hegemonie kan verzekeren, waar
zooveel machtiger volken het die hegemonie be
twisten. De Franschen weten het zelf. Daarom
voelen ze zich niet veilig en willen een veilig
heidspost. die tegen Duitschland gericht zal zijn.
Maar zelfs een veiligheidspost, die Engeland ga
randeert, kan den natuurlijken loop der dingen
niet tegenhouden. Begrijpen de Engelschen het?
Ein is daaruit mede hun weigering om aan de
(Pransche wenschen tegemoet te komen, -te verkla
ren? De Duitschers hebben met hun voorstellen
aan de oude vijanden getoond, het wel te be
grijpen. Blijkbaar vertrouwen ze, dat de wet der
zwaartekracht hen van zelf weer op hun oude
plaats herstellen zal.
Zou bun vertrouwen nog verder gaan? De
oorlog heeft niet alleen Duitschland van zijn
.internationale plaats gedrongen, maar ook in
Duitschland zelf alles wat wonderlijk dooreen
gehaspeld. Komt dat alles ook weer op zijn eigen
plaats? De strijd om den presidentszetel t.hans
in Duitschland gaande, toont wel een terug
keer. Een socialistische president schijnt uitge
sloten. Maar van hier tot een keizerschap is nog
een langen weg. De Duitschers hebben ongetwij
feld ook wel wat geleerd. En het is niet heelemaal
voor niets, dat de oorlog alles van zijn plaats ge
haald heeft.
Rechtzaken
arrondissementsrechtbank.
Zitting van 31 Maart.
In den val gieloopen.
Een bij de Heldersche politie en Alkmaarsche
justitie maar al te goed bekend persoon, ie los-
werkman Pieter Corn. S., werd op 11 Febr. door
een inspecteur en eenig eagenten gesnapt, toen -hij
zich ophield in een gemeubileerd, doch onbe
woond perceel, waarin hij door middel van braak
was binnengekomen. Piet verzette zich aanvan
kelijk tegen zijn arrestatie, doch trok ondanks
zijn kracht en onverschilligheid aan het kortste
eind en werd ingerekend. Bij onderzoek aan den
lijve bleek hij een electrische zaklantaarn, 'n paar
handschoenen en 'n bos met sleutels en loopers
b ijzich te hebben.
Hij stond thans terecht wegens poging tot
diefstal met braak en wederspannigheid.
De eiseh was 1 jaar gev. en de advocaat vroeg
een onderzoek naar Piets geestvermogens, daar
hij uit eeu miu of meer vreemd huishouden schijnt
te komen.
Dat kwam er ook nog bij.
Dezelfde Piet S. stond ook nog terecht wegens
vernieling van een ruit in het ar restante nlqkial
te Heider. Piet had dorst en werd kwaad omdat
de bediening zoo slecht was. Eisch 1 week gev.
Diorpskletserij.
De tuinbouwer Jaap M. te Oudkarspel had
'op 'n dag in 't laatst van Januari naar hij meende
in de autobus een dorpsgenoot zien zitten die
bes twas aangeschoten en van dit belangrijk feit
maakte hij tegen dezen en genen melding met
gevolg dat hij heden terecht stond wegens las
ter. Jacob hield echter stand en bleef bij zijn
idee, dat bedoelde persoon dien dag onder den
invloed van alcohol had verkeerd. De officier
vorderde in dit onbenullige zaakje 10 gulden
boete of 10 dagen.
De zondebok,
i Meermalen schijnt het tegenwoordig voor te
komen dat expediteurs eigenmachtig het door
I 'de verzenders aangegeven middel van vervoer
'veranderen en de goederen doen expedieeren door
xeen andere maatschappij dan is opgegeven. Dit
had ook de motorschipper Tinus T. 'm gelapt
en een partij eiergaas, dat door de firma de
[Wild werd verzonden naar Arnhem en dit vanaf
Amsterdam doen transporteeren door de stoom
bootmaatschappij Concordia, terwijl door de firma
Iwas opgegeven de stoombootonderneming Mager.
De schipper had dit op het beuTtvaartadres heel
.vrijmoedig veranderd en stond nu terecht wegens
vervalsching. Daar hij van de vervalsching geen
voordeel had genoten en goed bekend stond, eisch-
te het O.M. 1 maand gev. voorw met 2 proef-
jaren.
Een mysterieuze geschiedenis.
De kleermaker H. A. V. te Uitgeest had een
prooes verloren over een woningverschil tegen
een bejaard echtpaar. Hij werd veroordeeld in
de kosten van het prooes en uitbetaling van een
schadeloosstelling aan bedoeld echtpaar. Op 23
Februari kwam hij ten huize van den oude men-
schen, en daar werd goedgevonden, dat de kleer-
De kleermaker haalde een blanco kwitantie met
plakzegel uit zijn zak, schreef die kwitantie en
liet die door den man teèkenen. Maar daarop stak
hij de kwitantie bij zich en verdween, zonder
het geld te hebben uitbetaald. De ontstelde oude
lieden deden aangift ebij de politie en daar de
kleermaker bleef volharden betaald te hebben,
.kwam het tot een rechtszaak en werd de kleer
maker zelfs aanvankelijk in voorarrest, doch later
weer op vrije voeten gesteld.
Heden stond hij terecht en bleef steeds volhou
den betaald te hebben, terwijl daarentegen de
benadeelden, het echtpaar Kabel met klem be
weerden geen cent te hebben gevangen. De officier
hield zich aan deze verklaring en vorderde 3
maanden gev. Het kwam nog tot een vurig debat
tussqhen officier en verdediger, welke laatstge
noemde de dagvaarding duchtig bestreed en van
oordeel was dat geen diefstal maar oplichting
zou ten laste gelegd hebben moeten worden.
Afblijven s.v.p.
De autobusrijder Pieter K., te Ursem, van wien
een autobus aan den ketting was gelegd, omdat
de vereiSchte goedkeuring ontbrak, was zoo vrij
geweest de motor van die opgelegde bus in een
andere bus te doeu overzetten. Hij had echter
met zijn vingers van die bus af moeten blijven
en werd derhalve heden tegen hem 1 week gev.
gevorderd.
Van alles en nog wat
Nadruk verboden.
'Een hoofd vol wind en wijn,
Een hart vol suehts en pijn,
Een lichaem gants vol qnalen
Heeft Venus en de kroes,
1 Of zelfs di eleyde droes (de duivel)
1 Mij dickwils doen behalen.
Dit oude versje van Bredero kunnen heel wat
lieden als voor zich geschreven houden. Natuur
lijk doen ze dit niet, want al plaagt eigen schuld
ook het meest, de waarheid bekennen valt hard,
dies zwijgen ze liever en dragen liever een hart
,'vol suchts en pijn. Eten enkele maaJ, als 't water
over den kant loopt, dan moeten ze eigen schande
fwel aan de kaak stellen al valt het. nog zoo zwaar
Wie als provinciaal een uitstapje maakt naar
Amsterdam, Den Haag of Rotterdam en hoewel
van goedten wille den booze geen weerstand kan
bied'en, komt van een koude kermis thuis. Na
tuurlijk, er zijn brave plattelanders die alle aan
vechtingen wederstaan, maar er zijn ook minder
soliedte binnenlanders, die bij zoo'n gelegenheid
wel eens over de schreef gaan. Is die slipperij
op zich zelf afkeurenswaardig, be-denkelijk wordt
het als na de kennismaking met zco'n nachtvlin-
•dertjte de portefeuille van „den aangesprokene"
als souvenir achterblijft. Ditmaal is een Dordte-
'iiaar geslachtofferd. In z'n binnenzak zat, het
leeren voorwerp met f23.000 en in z'n hart zat
liefde. Oogensehijnlijk was het 't meisje waar hij
een praatje mee maakte om 't laatste begonnen,
maar bij 't afscheid bleek dat de kwart ton
'sterker aantrekkingskracht hid. Toen z'n vergis
sing bleek was Leiden in last. Politie, aanhou
ding, 't gewone verloop, maar de minnaar heeft
een duu rlesje gehad. De man zal de laatste
niet zijn.
Zoo blijft de vrouw door alle tijden heen, de
twistappel. Vorsten zijn door haar onttroond, ko
ninkrijken gevallen. N u ze haar voet op 't politie-
•tieke pad heeft gezet, is het mis in de gezinnen
van de mannelijke Kamerleden, want vrouwen
(blijven vrouwenhet eeuwige raadsel.
Een onze rKamerleden den naam verzwijgen
•wij kiesheidshalve kwam onlangs thuis en
vond zijn vrouwtje met verdrietig gezicht op de
divan. Wat schort er aan lieve, sprak hij, en wildle
haar een zoen geven. Raak me n;et aan, bitste
tze, en noem me geen lieve. Ik ben je lieve niet en
'wil dit niet zijn, want je bedriegt me. Hé
Ja ,ik heb vanmorgen je pak schoon gemaakt, alle
zakken nagekeken en geen briefjes gevonden.
Maar... Dat bewijst dat ge me iets verbergt,
o, die leege zakken, ze sneden me door de ziel,
ik twijfelde trouwens allang aan je. Je droomt
nooit hard op en je colbertje is altijd afgeborsteld
'als je thuis komt. Spreek, hoe heet die vrouw 1
Riek! sprak de man, kalm als gewapend beton
en edn glimlach trok over z'n gezicht. Riek,
vroeg ze, ben ik het zelf soms. Je deedt of je
een andere vrouw op 't oog hadt en je bedoelde
rtnij. Zullen jullie mannen dan nooit genoeg krij
gen van het bedrog? En als een schuchter vogel
tje nestelde de zwakke vtouw zich in de veilige
armen van den sterken man.
Nog een ander geval van reeenten datum.
Huis van een Kamerlid (mannelijk geslacht).
Meneer niet thuis. Mevrouw wèl. Telefoon.
Mevrouw gaat luisteren en roept: „Halló...(I" Dan
ihoort ae de vraag: „Met meneer.?...,De I
aandacht van mevrouw is direct geispanuen.
Een andere vrouw, die naar meneer vraagt. En
ze antwoordt ietwat gedempt: „Ja-wel!" „Mef
juffrouw.... „Kunt u morgenavond, om 9 uur?
Dat is het beste uur voor mij, ik kan anders zoo
moeilijk weg!" Ze schrok zich lijkwit, de arme
vrouw. Maar, moedi? en sterk als vrouwen in
der'-eUjke oogenblikken zijn, antwoordde ze snij
den d-sehero Ik zal de boodschap aan mijn
man overbrengen, dat beloof ik u!" Toen hij thuis
kwam, kreeg hij den vollen Noordlwesterstorm
van voren. Eerst stond hij perplex, dan barstte
hij in laohen uit, om z'n „afspraakje met een an
dere vrouw". Gelijk heb je, lieve: Een af
spraakje is bet 'tls een commissie-verigadering!
Een wat Eten vergadering van een commis
sie van rapporteurs. In 't Kamergebouw. Mor
genavond om 9 uur. Ze zag aan z'n oogeu (de
oog-en van mannen liegen nooit) dat hij de waar
heid sprak. Ze geloofde. Een uur later had hij
haar een nieuwen hoed beloofd. „Om 't verdriet
dat hij haar had aangedaan."
Zoo'n pleister op de wond heelt, verzacht het
leed en doet al het doorgestane spoedig vergeten.
Dubbel onpleizierig is de gewaarwording bij de
schrik nog een sehadepostje te moeten boekeu,
zooals de Amsterdamsche juffrouw, die op een
goeden avond bij haar thuiskomst een been ouder
eeu kast zag en aan dat been een man. De in
breker ,het onhoudbare van de situatie inziende
gaf zich over. smeekte om vergiffenis en beloof
de dat als de juffrouw zich koest hield hij haar
geen schade zö ulaten lijden en de daad bij 't
woord voegend, deponeerde hij eenige voorwerpen
die hij had willen meenemen. De juffrouw was
te veel uit de koers om alarm 'te slaan en de kerel
poetste de plaat. Op z'n buiten staande fiets was
hij spoedig verdwenen. Toen de vrouw beter bij
positieven kwam en de boel inspecteerde, bleek
'haar ,dat de berouwvolle iusluiper toch nog een
en ander had meegepikt. Dit waren een porte
feuille, inhoudende f25, een gouden horloge, 2
'gouden ringen met. diamant bezet en een bedrag,
van f9.
Om ongewenschte elementen op ongelegen uren
buiten de deur te houden, heeft de stationchef
van een tandradbaantje, in de buurt van r" ar ijs,
de volgende waarschuwing aangeplakt: „Wij dee-
len den heeren inbrekers mede, dat wij 's avonds
nóch geld nóch voorwerpen van waarde in de
stations van de tandradbaan achterlaten. En wij
verzoeken vriendelijk daarvan mededeeling te
doen aan de andere leden van het inbpekers-gilde,
teneinde onnoodige moeite en onnoodig tijdverlies
te bespareu."
Het „Hdbl.' 'merkt op: Spot? mogelijk!
Maar waarom zo uhet niet tegelijkertijd een prac-
tische maatregel zijn, bedoeld om den inbrekers
tijd en moeite, die ze zooveel nuttiger aanwen
den kunnen, te besparen,, en voorts een voorzorg
tegen inbraak, die toch altijd gepaard gaat met
uitgezaagde deuren, geforceerde sloten en andere
dingen ,die reparatiekosten na zich sleepen
reparatiekosten in dezen tijd dat de arbeidsloo-
nen zóó hoog zijn! De vraag is nu maar: zullen
de heeren inbrekers de waarschuwing gelooven?
ZZullen ze niet denken, dat het juist een truc is
om veilig voorwerpen en geld in de stationnetjes
te kunnen achterlaten? Zullen ze nu niet juist
gaan inbreken al was het uit pure nieuws
gierigheid om de geheime bedoelingen van
dezen humor te doorgronden? Inbrekers zijn. .per
slot van rekening óók maar menscben!
We hebben ,de een meer, de ander minder, al
len onze zwakheden. De op perbrandmeester te
Bussum, een plichtsbetrachtend en ijverig amb
tenaar wordt geplaagd door het duiveltje van
afgunst en naijver. Naast de dorpsbrandweer,
treedt ,als de nood aan de man komt, ook een
politie-brandweer in actie. Deze, in het bezit van
een auto, is uit den aard der zaak steeds eerder
'bij den brand dan de dorpsbrandweer. Dit geeft
herhaaldelijk reden tot wrijving. Bij 't laatste
brandje moest de dorpsbrauidweer het tegen de
beter uitgeruste kameraad afleggen, ze was er
ditmaal bizonder vlug bij. Zóó vlug zelfs, dat
de opperbrandmeester den chauffeur van de po-
Jitie-auto een geducht standje gaf... omdat deze
er „zóó spoedig was". „Je bent er zelfs vóór het
uitbreken van den brand," aldus werd dezen ac
tieven chauffeur toegevoegd. Em om nu te voor
komen, dat de politie-brandweer de „officieelo'
brandweer de loef zal afsteken, heeft de ópper-
brandmeester een „oekase" uitgevaardigd, waarbij
■het den chauffeur van den politie-auto die
niet tot het politiekorps behoort' verboden is
om uit te rukken alvorens hij zijn toestemming
heeft bekomen.
De autoriteiten te Rotterdam plaatsen zich rp
breede rstandpunt om 't kwaad te bestrijden. In
deze handelsstad werden den baatsten tijd hon
derden guldens in omloop gebracht wier baker
mat de Utrechtsche munt niet was. Kleur, ge
wicht, stempel, alles was perfect in orde, zelfs
bet randschrift, waar de amateurs vaak moeilijk
heden mee hebben, ontbrak niet. Kortom, een
vakman kon de imitatieguldentjies niet beter- uit'
de stempel laten, komen. Natuurlijk was 't ge
halte van deze „onwettige" zilverlingen beneden
pari, maar menig winkeliertje werd er mee op-
geknapt. 'tJKerd een plaag vqojr Botterdam en 't