N IN VOOR HOLLANDS NOORDERKWARTIER. No. 1. DINSDAG 5 JANUARI 1926. Eerste Jaargang. Bureau van Uitgave en Administratie Adres van de Redactie: ITIE, In Mnoriu mi B.SjrtPznjp., Br. ge lanlill. Voor onze Christelijke beginselen V SOLI DEO GLORIA Nog een Jubileum CHRISTELIJK NIEUWSBLAD dit blad verschijnt driemaal per week DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs f 1.50 p. 3 maanden bij vooruitbetaling, Advertentiën 15 ct. p. regel. Bij contract laag tarief. NOORDSCHARWOUDE A 108. Tel. 52.) BROEK OP LANGENDIJK 398. (Tel. 42.) - STUKKEN BETREFFENDE DE REDACTIE - Adres: BROEK OP LANGENDIJK 398. - ADVERTENTIËN AAN DE ADMINISTRATIE VAN DIT BLAD: NOORDSCHARWOUDE A 108. Dit nummer bestaat uit twee bladdn. EERSTE BLAD. 5 avonden, laar en WEE- 'JES KI AAR. Ons eerste woord Broek op Langertdijk, 5 Januari 1926. Zoo verschijnt dan helen het perste nummer an het „Christelijk Nieuwsblad voor Hollands oorderkwartier". Wij achten dit oen zaak van vepl gewicht, ot, heden was de plaatselijkte pers in onze om- «ving „neutraal". Ook al wordt dit „neutraal", wat we gaarne annemen, volkomen eerlijk bedoeld', bij hen, die un leven begeeren te stellen onder de heerschap- ij van Gods Woord, heeft dit „kleurloos" zeer erecht geen goeden klank- „Neutraal" kan en mag vóór ons niet bestaa n. Gods Woord leert onstoch nadrukkelijk, iat iet Koninkrijk der Hemelen ïs als een zuuraee- em, niet 'verborgen naast, of op, oT ónder, maar n het meel: het moet alles doortrekken. Als 'sHeeren Geest ons leven niet doorademt, s het niet in orde. Enkele neutrale bladen hebben, zij 't 'van uit e verte; hiervan 'iets gevoeld en er aan tegemoet rillen komenze "hebbeen de poging gewaagd in e rubriek „Voor den Zondag"' epn bijbeltekst te «handelen; godsdienstige beschouwingen worsen egeven, die hot christelijk gemoed vaak meer ronden dan troosten. Van stichting of opboü- ring in de ware beteekenis is in geen geval prake. Be lectuur, die in onze gezinnen komt, oefent en machtigen invloed op ons uit. Ons denken r, spreken wordt er v,eelzin3 door bepaild. Bit geldt inzonderheid van onze jonge men- ihen. Zij zijn nog geen groote menschen. ook ren bijkans-groote-menschen, maar „groeiende" enschen, niet alleen lichamelijk, maar ook pees- lijk. Wie groeit, geestelijk groeit, verlangt voed- 1, geestelijk vc^edsel. Be „neutrale" bladen verschaffen dit gaarne aar voor onze zonen en dochters, die naar uw iddend verwachten, op zullen groeien tot „men- 'hen Gods" deugt deze „spijze" niet. Telkens weer treffen we in die bladen adver- intie's en verslagen van sportwedstrijden op Zon- tg„ van tooneel- en bioscoopvoorstellingen aan. it alles is voor onze christelijke gezinnen con- abande. Sportwedstrijden, veelal gevolg van'de lichaam ziel verdervende sportmaniel En dan op Zon- g„ den dag des Heeren! De dienst des Heeren zoo ondergeschikt aan den dienst van den sport- d, die de harten van duizenden jongeren ver- ert. Tooneeluitvoeringen, die dikwijls schaamteloos lege. immoreels verwerkelijken voor de oogen bewonderaars! Bioscoopvoorstellingen, waarin, aldus een ransch blad, de hersens der menigte wor.ieh vol stopt door een machine, die dwaasheid en leu- n fijn maakt tot een mengsel, om daarmede verdwaasde toeschouwers geestelijk te vergif- igen. En nu zijn onze "kinderen, als w'ij, in zonclv itvangen en geboren; onze genegenheden gaan ■O vaak naar bet verbodens. Ein niet het minst klagen we ons in ons volgend leven over „nse oden der jonkheid", toen we nog „groeiende enschen", nog niet „zelfstandig" waren. Als onze dagelijksche bede: „en "leid ons niet i verzoeking", in oprechtheid dies harten, op- ijgt naar Boven, dan houden wij gaarne „de ooze bekoring" Verre van ons gezin. Wij willen ons zelf, onze gezinnen telkens toe- pen: „Tot de Wet en tot de getuigenis!" mmèrs, zoo" gevoelen wij, die uit de christelijke pingelen willen leven, het toch: „Tot de Wet tot de getuigenis!" Niet alleen in kerk en school, maar ook, en we ggen dit met allen nadiruk, in ons Gezin. Ons Gezin i3 de celkern van den Staat, van Maatschappij, van de Kerk en van dte School. Als ons gezinsleven niet deugt, als ons denken spreken niet overeenkomt-met de eischen van s Wet, dan zal ook ons handelen, op welk le nsterrein ook, niet zijn naar den vorm van 3ds Woord. En, we wezen er zooeven op, ons denken en reken wordt goeddeels bepaald door de lectuur, e hi onze hui? hamer komt. Lectuur, die voor een christelijk gezin niet !Ugt, hopen we op geeneriei wijze, ook niet in 'vertentie of verslag, óóit aan te bieden. Daar- er zal in de eerste plaats onze zorg gaan. Het- doet ons genoegen de positieve verzekering 'B tal van vooraanstaande personen uit onze geving te hebben, dat zij, niet het minst door 1 geven van copy, ons willen steunen in ie 'Sing, dit blad te maken tot een degelijk en alleszins lezenswaard christelijk orgaan, dat aan i ieder lid van ons gezin iets biedt. j Elke week hopen we, door de zeer te waardeeren j toegezegde medewerking van heeren predikanten, eene meditatie le kunnen plaatsen over een Schriftwoord; we wenschen verschillende sociale en opvoedkundige vragen te behanddien bij hes licht van Gods Woord. Voorts zijn on3 medische en financiëele be schouwingen toegezegd. En ook zullen we pogen, van tijd tot tijd eene moderevue en practischo wenken voor "t maken van dames- en kinderkle ding te doen geven; zelfs een kinderrubriek zal niet ontbreken. Of wij 'ons nog op politiek gebied partij stel len? Alleen door trouwe, hartelijke, broederlijke sa menwerking van anti-revolutionairen en christe- lijk-historisdhen bestaat er hoop, dat ons blao, bestaan kan. Ook in dit opzicht hebben wij hier elkander zeer noodig. Deze situatie maakt al, dat er politieke kwes tie's zijn, die onbesproken zullen blijven De Christelijke Persvereeniging, waarvan ons blad uitgaat, meende wel te doen, de Redactie ten deze vrijheid van handelen te geven: „kritieke" vraagstukken zullen niet aan de orde worden gesteld. Het oordeel der Redactie is, dat ze, genoel afgezien van de moeilijkheden, die haar konden wachten bij 't bespreken van enkele pra«ti che politieke vragen, toch niet voldoende voorlichting daarover- zou kunnen geven: daarvoor is ze niet genoeg geschoold en leeft ze te ver van de po litieke centra. Het lieht, dat zij in menig geval ontsteken kon, zou toch niet meer zijn dan een walmende kaarsvlam. Zoo nu en dan zullen we wel gelegenheid vin den ook van politiek besef blijk te geven. Want politiekschuw zijn we allerminst. Dit zou al zeer overgeestelijk en dus ongeestelijk zijn. Wij belijdende" Souvereiniteit Gods ook op politiek gebied: Staten moeten worden opgebouwl op de ordeningen, die Gods Woord geeft; in'de maatschappelijke onderlinge verhoudingen be- noort dat Woord richtsnoer "te zijn. We roepen de hulp in van de vele .christelijke organisaties"' om ons in ons pogen kracntig te 'steunen: cfoor het aanbieden van cöpy, naar flair ooraee, oer plaatsing waard; ook door onze week agenda zóó mede te vullen, dat zij een betrouw bare gids worde voor aTle christelijke actie. iEm niet het minst vragen wij u zeer dringen'dl om uwe advertentie'sDie hebben we nooctig, be slist noodig om te kunnen blijven bestaan. En nu, het gaat niet om ons; onze stoffelijWe belangen zijn er in 't minst niet mede gemoeid, maar het gaat, wij hopen, dat gij 't gevoelt,, om het uitdragen, verbreiden en versterken onzer christelijke beginselen; het gaat ook nu weer om Gods Woord', waarvoor onze vaderen leden en streden. Ein waar, in onze omgeving niet het minst, ge poogd wordt dit Woord zijn invloed te ontnemen; waar door woord en daad getoond wordt, dat men de banden met God verbreken wil, daar zullen wij Hem niet verdedigden, want Hij handhaaft zich zelf, maar wel opkomen voor Zijne Souve reiniteit over ons gezin. Door woord en 'daad willen wij toonen, dat wij Zijn eischen verstaan. Zijne inzettingen moeten ons gezangen zijn. Ter levendige illustratie van wat wij bedoelen, wijzen wij op een voorbeeld, ontleend aan "de Heilige 'Schrift. De Efeziërs, eertijds heidenen, maar nu Tot God en Zijnen Christus bekeerd1, namen in veler tegenwoordigheid de ijdele heidensche geschriften en verbrandden die. En schoone vrucht, die God gaf: „Alzoo wies het Woord des Heeren met macht, en nam de overhand." Onze kerk willen wij niet verruilen voor bios coop, schouwburg- of danszaal. Onze kinderen geven wij op de scholen ,,'tElvan- geliezout, dat een d'ierbre jeugd van on- en bij- gelooof behoudt." In onze huizen begéeren wij lectuur, belicht door de lamp van Gods Woord. Waar die ont breekt, verkommert het hart in duisternis, al brandt ook hoog de fakkel der wetenschap. 'tGaat alles om de geestelijke erve der vade ren: 'theerlijk Woord van God. Komt, laten wij eiken Verzoeker afwijzen met het kloeke, fiere, mannelijke woord, door een hart waarin de geloofsgehoorzaamheid woont en de Geest des Heeren brandt: „Dat late de Heere verre van mij zijn, dat ik u de ervfe der Vaderen geven zoude! De Redlactie: A. TROOST B. UTSMA. Den 2den Januari '1926 ging de heer A. Slot Pzn. "Sr., oud-burgemeester vSh Broek op Langendijk tot de eeuwige tusde in. Hij werd geboren 12 Juni 1840. en 'be- treikte alzoo den ouderdom van o5 jaar en ruim 6 maanden. Nog geheel onverwacht „gingTiij heen"- slechts enkele dagen na ""Kerstmis en juist na de intrede "des nieuwen jaars. Toen wij zijn overlijden vernam'en, gin gen ónze gedachten na.ar Simteon in den Tempel. „Nu laat Gij, Heere, Uw dienst knecht henengaan,.." „Henengaan" uit de kerkecrel der zonde. Gij, Heere, maakt mij n.u los, los van de wereld', los van vrienden en magen, los boven alles van d'e zonde. Zoo is dan nu ook onze oud-burgemeester „verlost". Wat is hem een gemakkelijk ziek- en sterfbed gespreid'. Den dag vóór zijn overlijden bracht hij nog een bezoek aan zijnd dochter'te Heilo, in den laten avond werd hij onwel en den volgenden namiddag oyerleted hij. „Ik weet den dag mijns doods niet." Gelukkig, dat wij 't weten, dat hij even min als Izak, die de aangehaalde woorden sprak, de gedachte van graf en eeuwigheid verre van zich schoof en bet moge1 ijk einde verwees naar een ver verschiet. Zijn oogen wareh gericht op den Middelaar, van w.'en Hij wist, dat Deze ook zijne zondeschuld voldeed. Wij weten, dat het hem, als ieder kind des Heeren smartte, dat hij God niet ge noeg diende met een volvaardig gem oei; maar wij weten ook, dat het hem thans "gegeven ïs me't een ongedeeld, vólkomen hart eeuwig te prijzen üe trouwe gunst zijns "Gods. Zijne verdienste op maatschappelijk ge bied memoreeren wij niet; dit geschiedt wel elders in on3 blad. Wij wijzen nog even op datgene wat hij deed voor 'Kerk en School. Voor de kerk! Jarenlang was hij lid van den kerkeraad der aloude Christelijk Ga- reformeerde Kerk: later behartigde hij de belangen van de Gereformeerde" kerk' Voor de school! „De eerste „helden des geloofs" vielen: W. Balder Sr. en Slot PzjSr., ze werden beiden aan den voor avond van den grooten feestdag opgeroepen. Hoe hadden ze er beiden op gehoopt den Heere in 't midden des Tempels lof te prijzen voor "Zijne groote goedertierenheid' aan ons-dorp bewezen; en thans... zij zijn beiden „heengegaan." Als nu ons jubileum maar in het te°Jcen staat, van „niet ons o Heere, niet ons, maar Uwen Naam geef eere, om Uwe goedertie renheid en waarheid wil" dan fcal «fit te vens de beste, .meest passende gedachtenis aan hen zijn Eu wat gevoelde hij voor „onze" courant, Aandoenlijke gedachte, dat in 't eerste num- mer zijn „memoriam" verschijnen moet. Maar „God blijft en, die den wil Gods doet blijft".... Dit sterven is leven! velerlei opzicht tegenover elkander staan,- kan ons niet beletten den jjeaehten Jubilaris van harte geluk te wenschen met zijn zilveren ambts- feest. En als burger èn als onderwijzer maakte hij' zich veler achting waardig. Van zijn kant gaf hij, als nobel tegenstander, steeds blijk, van een pogen de Christelijke onder wijzers te respecteeren en te waardeeren; terwijl dezen van hunne zijde eene welwillende en tege moetkomende houding wilden aannemen tegenover hun openbaren collega. Dit alles maakte, dat de verhouding tussohten Openbaar en Bijzonder Onderwijs hier, voör zoo ver ons bekend, voorbe'eldig was; althans formeel geheel in orde. Wij hopen dat warme belangstelling op dien dag de harten van den Jubilaris en. zijn gezin moge verkwikken en dat zijn arbeid hij voort during door de ouders zijner leerlingen moge worden gewaardeerd! i. Heden, op den dag dat ons eerste nummer verschijnt, is het feest te Broek op Langendijk- 'tls vijftig jaar geleden dat de Christelijke School aldaar geopend werd. De voorstanders van Christelijk onderwijs mi), ken zich op en verzamelen zich in de bedehui zen, om den Heere te loven en te danken. Vijftig jaar lang is de jeugd onderwezen in de leering en vermaning des Heeren. Wie zal durven schatten dit niet Ifc'e schatten voorrecht Onze hartelijke felicitatie 'aan schoolbestuur, aan 't hoofd der séhool en 't personeel. Aan het loflied ter eere van onzen God, pareu we de bede: Uw werk, o Heere, in 't midden der jaren, houd dat ia stand. De heer J. ZAAL Czn., hoofd der Openbare School te Broek op Langendijk, herdenkt heien den dag, dat hij voor vijf en twintig jaar hier als zoodanig in functie trad. Dat wij, door verschillend levensbeginsel, in We leven in een tijd van geestelijke verwil dering. We hebben 'tmeer dan eens hooren zeggen, heel vaak misschien wel gelezen. Maar heeft het feit «ns aangegrepen in 't diepst onzer ziel? Heeft het ons innerlijk geschokt? Of was het een woord dat een holle phrase voor ons was? Een klank slechts, waarbij we voort bleven dommelen in kalme rust? Elke tuinman, elke landbouwer kent dat woord verwilderen, 't Onkruid maar laten groei en, totdat 't geheel er wild, er verwaarloosd uitziet, totdat het goede zaad is verstikt, de goede planten in ijlheid verschieten. We kennen de «dele rozestruiken, die slechts enkele dunne bloemen meer dragen, omdat ze verwilderden, omdat het snoeimes niet op tijd werd gehanteerd. Waar niet volgens de regels der kunst de wilde takken en loten werden uitgesneden, waar het onkruid niet werd uitgetrokken, daar ontaardde het edele, het schoone; wat een lust was voor de oogen, wekte een indruk van niet-schoon-zijn, van leelijkheid. Ja, 't leven zelf, waar we het ook waarne men, wekt onze bewondering, omdat we 't niet kunnen doorgronden, 't Leven is uit God, en al wat uit God is, hebben we te zien met stillen eerbied. Maar dat leven is gebonden aart wetten, aan regels, aan normen. En dat juist is de doorwerking van de zonde, dat 't niet meer gehoorzamen wil, onbewust of bewust, aan wat de Goddelijke Maker ervoor vaststelde. 't Aardrijk brengt doornen en distelen voort. 't Doen moet beheerscht worden en zijn dwingenden meester vinden. En de mensch? Ja, niet het minst de mensch wordt een losbandige, een geestelijk verwil derde, indien hij zijn leven niet bindt aan de van God gestelde wetten, indien hij niet kent den strijd tegen den boozen hartstocht ea de zondige lust. Want dit is de groote nood van onzen tijd, dat men toegeeft aan eigen zin en wil en den wil Gods, die alleen heilig is en goed, verzaakt en weferstaat. S. v. H.W. Ook Adverteeren We hebben nu een eigen Christelijk orgaan. Het spreekt dat dit orgaan nu eeu deel van ons leven gaat innemen. Evenals een pasgeboren zui geling een voorname plaats krijgt in een gezin, zoc moét het ook gaan mef onze geboren 'Chris telijke oourant. 'Deze oourant is bok geboren. 'JTij is maar niet zoo op eens ufo de lucht komen vaiTen. Neen veel tijd is daarvoor noodig geweest. Reeds jaren geleden hebben de Christelijke men schen gezegd: Neen, zoo'n neutrale courant,dat is geen kost voor 'mijn gezin. Och, mocht nog eens de tijd komen, dat hier in dit moderne Noord'- Holland e<?n Christelijk plaatselijk blad ver schijnt. Dat streven is nu werkelijkheid gewor den. Wc mochten zegen zien op den gedanen ar beid. En we zijn blij. Die blijdschap gaan we toonen door onzen daadwerkelijken steun te ge ven. We zijn allen géén schrijvers, journalisten zijn we geen vah allen. Doch de medewerking kin op allerlei manier plaats hebben. Ook door bet plaatsen van advertentiën. Nu niet meer in neu trale bladen gaan adverteeren, maar in ons eigen orgaan. Vooral zijn daar familieberichten op htm plaats. Wanneer we allen krachtig medewerken Idan zal ons orgaan zich een blijvende plaats veroveren. J L i J I SUIKERB1ETE I (naar Prof W*0| RLANDSCHEN I" wensoht. hilisalpm -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 1