Nieuwsblad voor LANGEDIJK en Omstreken. No 0 IHTEBC. telephoo* ~2 Donderdag 14 Januari 1920 38e Jaargang per 3 maanden f 1,15 i. H. K.EUKR Rechtzaken FEUILLETON ISOLA e.a iaatselijk Nieuws NIEUWE L4IGEDIJKER COURANT jeisa Goar&nt verscaijnt Diandags, DuudarcUgB au Zaterdags. ABOHHia KHT8F IUI! UJS1JA.ÜT 8U a-UlTtf g 7 Ktt OBICi.: foordacUarwoude. Iti li t K t i tKT Uatlt! ragal» 78 ct., «Ika ro*et meer t» lattin if Tifoettao vardn our plutrouati barfkeod trierea Peehliiraec* des üitf*v« ARRONDISSEMENTSRECHTBANK. Zitting van 12 Januari. Zijn jasje was ook weggedianst. bezoeker van de balzaal „Amicitia" te lar, kwam in den avond- van Zondag S iber tot de conclusie, dat zijn overjas die de lambrizeering had gelegd, ook wegge- 25-jarige zwervende koopman, Simon M., k gelogeerd- in het volkshotel van Arie an het Heiligland werd van dezen dief- erdacht -en mede op grond, dat hij reed? alen met de politie iets had vereffend, in en stond deze snuiter, 'n stevige boy, voor it terecht. Hij erkende echter den dief- et. Hij was dien avond apres boir geweest zich niet precies herinneren] wat hij voor iren hel-eefd had, maar de overjas hal hij n geval weggenomen. het voorbrengen van een zestal getuigen rem echter het vuur na aan de schenen ge in de officier aarzelde dan ook niet om band met deze verklaringen en de ver- ïde aanwijzingen het bewijs geleverd te en tegen beklaagde ,die reeds eenige ma- gens vermogensdelicten was veroordeeld, aden gev ."te vorderen, langde bleef er bij onschuldig te zijn, doch iediger sprak alleen zijn twijfel uit of réisoht-e bewijs wel geleverd was en refe- zich ten dien aanzien aan het oordeel aei ink. t ik je wensch te vragen, zal je wel niet m zijn. Mijn vrouw en ik hebben een klei detwist over datums gehad; we zijn het ras over den datum van haar laatste be- ij je toen ik in Indië was en ik zou schil gaarne beslist willen zien, hoewel -t tot een weddenschap is gekomen. Wan- zij hij je geweest? Op welken datum heeft rerlaten heeschheid in zijn toon, alle aarzeling in knieren was verdwenen. Hij stond als een met zijn gelaat naar zijn schoonzuster 1, en een vasten en doordringenden blik. vraag mij niet naar datums," riep Gwen- ,die kan ik nooit onthoudten. Ik-vergeet datums in mijn dagboiek te zetten. xk 1 dat zij in Deoember bij mij is geweest, leoember is zij weer heengegaan ook, na t bezoek. Kom, Isola, je zult je de datums komst en je vertrek beter herinneren dan leeft piet in den Londiensehen maalstroom, et een het ander in je hoofd verdringt." in Disney zag haar vorschend aan. Haar ns ongedwongen en natuurlijk, en raar blauwe oo-gen zagen hem zoo vrijmoedig cht aan als die van een kind. °et je wel herinneren dat het de laatste het jaar was, toen ik je verliet," zeidie JP een toon alsof het haar verveelde er °ver te spreken. „Je hebt er toen genoeg zegd." ik? O, ik ben zoo'n loshoofd, une tele de zooals men mij. te D-inan noemde. „Ja s het ook het was Oudejaarsavond; en me dat je Nieuwjaarsdag niet overbleef. waa het. Ik herinnter mij nu alles duidlc- k je, Gwendoline," zei Martin Disney, .Isola toegaande, zeide hij ernstig: „Ver- D» Isola, ik hleb ongelijk gehad." itak haar met efen smeekenden blik beide -te en zij stond langzaam van haar en liet haar hoofd tegen zijn horst zin- "ijl hij zijn armlen liefkoozen-d om haar g- arm, lief vrouwtje, ik hleb rnreiijlc, °g«lijk gehad, ik heb tegen je oprechtheid J Het gekralqe -1 der Berger autobusrijulp-s. Door de opheffing van den dienst Parma zal deze misère tot het verleden behooren. De pas sagiers kunnen nu rustig in de bussen van Min en Schalkwijk hun uiltje knappen. Liebst va ter- land kanst ruhig 3ein. De strafzaak tegen Adolf Sch., die heden werd voortgezet, heeft dus feitelijk weinig beteekenis meer, daar -een herhaling van een conflict tus- schen de conourreerande autobusondernemers niet meer is te vreézen. Het betrof hier gevaar voor de veiligheid1 van het verkeer. De door A-dolf Söh. bestuurde autobus was op -een smal punt van den Bergerweg zoo dicht langs een büs van i Parma gereden, dat deze alleen door te stoppen, I een aanrijding had- kunnen voorkomen. Thans j werd nog gehoord de agent Wijnberg die den l weg ter plaatse had opgemeten, benevens de heer Margadant, directeur der gemeentewerken, die voor -den verdediger, Mr. Judel, eveneens opme tingen had gedaan, als getuige a decharge. De geachte heer Officier hield zich consequent aan zijn eenmaal gehouden requisitoir, strekkende tot veroordeeling van beklaagde tot f50 boete of 50 dagen. Mr. Judel, overtuigd dat de rechtbank tot de conclusie zal komen',-dat beklaagde de veiligheid van het verkeer niet in gevaar had gebracht, refereerde zich met vertrouwen aan haar oordeel. Eton strop voor het w.i ®rleid!iiigbe;.friji'. Heden werden ook behandeld een viertal hooger beroepzaken tegen Bijper ingezetenen die allen door den kantonrechter te Alkmaar ontslagen waren van rechtsvervolging wegens het hun ten laste gelegde verzuim om zich aan te sluiten bij j het prov. waterleidingbedrijf. en je reinheid gezondigd," fluisterde hij haar in 't oor; en toen liet hij er lachend tegen Gwendo- j line op volgen: „Was hlet niet dwaas van ons cve rzoo'n kleinigheid te twisten?" j „Alle getrouwde lui zijn weieens zoo dwaas," I antwoordde mevrouw Huzielrigg. „I knieb dik wijls met D-aniel ovier een kleinigheid gekibbeld niet omdat hij ongelijk had, maar omdat ik lust had om te kibbelen. Diat zuivert de lucht 'evenals een onweersbui. Later is men des re liever met elkaar. Na een van onze ergste kib- j belpartijen heeft Dianiel mij dezen ring met diat) saffieren steen gegeven." Dit zeggende stak zij een flonkerenden vinger op. Daniel Hazelrigg kwam de kamer binnen, ter wijl zij over hem sprak. Hij was een forsch ge bouwd man, met een kaal hoofd en een zandl^leu rigen baard ee nman van een opgeruimd voor komen, die tevreden was met een wereld, waarin het hem vergund was geweest de rijzing ~n Je. daling der effecten te voorzien. De Hazelrigg? waren het type van een paar, dat in voorspoed en gemak hei vette der aarde genoot eo nauwe lijks wist, -dat er mannen waren, die slecht di neerden en vrouwen, die haar eigen kleeren maak- ten; veel minder nog dat er mannen waren, die in 't geheel niet aten, of vrouwen, die zich uit wanhoop van de borstwering der Londensohe bruggen stortten. Hazelrigg kwam met een stralend gezicht bin- nen. zag naar zijn vrouw en glimlachte, terwijl hij kolonel Disney de hand toestak naar zijn schoonzuster zag, en weer glimlachte en haar ook de hand toestak, waarbij er in den glimlach, meer een uitdrukking van hartelijke belangstel i ling kwam. „Het verheugt mij zeer je te zien, Isola," zei- de hij; „maar ik kan je geen compliment maken, dat je er zoo goed uitziet als den laatsten keer toen _wij elkaar ontmoet hebben." „Zij is vermoeid van de reis," zeide Gwendo line snel. „Dat is het eenige wat haar scheelt.' „Hoe eer wij naar ons hotel gaan, hoe beter voor ons," sprak D-isney.- „Wij zijn bestoven es verwaaid en slecht gezelschap. Goeden avond, Gwendoline." „Maar je blijft toch dineeren, 'tis bij achten," bracht Hazelrigg daar gastvrij tegen in. „Je kunt je bagage naar je hotel zenden en er later 'zelf heen gaan." „'tls zeer vriendelijk van je, maar wij zijn niet geschikt om .te gast te zijn. Isola is half -dood van vermoeidheid;" antwoordde Disney. „Nog- Beklaagden bewezen, dat zij zich hadden doen aansluiten. Verder ging hun verplichting niet, omdat zij hebben geweigerd het abonnement? geld vooruit te voldoen. Het bedrijf hee;t hen daarop afgesneden en van leidingwater sebruik verstoken. Dft hindert beklaagden niet. daar zij van overvloedig drinkwa er zijn voorzien. - De officier is hef thans volmaakt eens met deze opvatting -en het vonnis van d-en kat ton rechter en vraagt bevestiging. Dat kan dus een leelijke strjeep door de rekening van het prov. waterleidingbedrijf géven. OUBll: VRiSpEIL. Woensdagmiddag waren wij getuige van ae opvoering door den heer Alb. Boelens uit Den Helder met zijn leerlingen van de kinderoperette „Sneeuwwitje". Mochten de mediedeelingen op -het biljet, (laags te voren onder de ingezetenen van Oudkarspel verspreid, op waarheid berusten, dan stond ons ditmaal iets moois te waciJen. Ein inderdaad' zijn onze Verwachtingten, welke we met hef oog op de reclame mochten koesteren, ten volle ver wezenlijkt, eigenlijk nog over,rotten. Üin te be ginnen lazen we m de aankondiging de woorden „een prachtfantasie". Nu wij deze schoone ope rette hebben zien opvoeren door een degelijk ge zelschap als dat van den h-e'er Boelens, kunnen wij hierop niets afdingen, absoluut niels. Doch voelen we ons verplicht ze ten volle te ond^r schrijven. Wie ook maar eenigszins georiënteerd is ten opzichte^ van de vele ernstige moeilïjkhe- maals, goeden avond." Hij gaf man en vrouw de hand en drong Isola naar de deur. „Kom vooral morgen dadlelijk bij me," Zfidc Gwendoline tot haar zuster. „Ik zal thuis blij ven totdat je komt, en dun rijden we waarheen je maar wiit, om winkels be bezoeken. Tk moe, je ook mijn gezelschapskamer laten zien. Ik nel er alles in veranderd. Je zult ze haast niet meer herkennen." Zij en, haar echtgenoot volgden de ver'rekkende, 'bezoekers tot in de vestibule, zagen hen de. vigi lante instappen en in den avond wegrijden, en toen stak Gwendoline haar arm door dien van baar echtgenoot, met de aanhaligheid van een Angorakat, die wel weet waar en bii wien zij het goed heeft. „Arme Isola" zleide zij met een zucht; „wat ziet zij er slecht uit!" „Akelig. Zouden alle vrouwen eveneens zijn, „Mij (Tankt 'je moest nu toch al weten w, t vpor soort vrouw jij hebt," antwoordde Gwen doline, het hoofd in den nek werpende. Martin Disney en zijn vrouw waren alleen in hun zitkamer in het hotel. Zij hadden gedineera; het was nu tien uur, en zij zaten ieder aan een zijde vah den haard tegenover elkander, bleek en ernstig en zonderling stilzwijgend. „Isola, heb je me vergeven?" vroeg hij ointelijjr. „Van ganscher harten. O, Mar in, ik zou nooit boos op je kunnen wezen nooit.-Je bent'zoo goed voor mij geweest. Hoe zou ik boos kunnen zijn „,Maar je hebt het recht om boos te zijn. Ik had je, tegen de heele wereld, in,- op je woord moeten gelooven; maar die man heeft en duivel van twijfel in mij gewekt. Ik was waanzinnig van ongerustheid en wantrouwen, heftig en onredle-' lijk, zooals een jaloersch man zeker gewoonlijk is. Ik was vroeger nooit jaloersch geweest. Groote Hemel! wat i3 dat een verschrikkelijke harts tocht, als iemand zich daaraan overgeeft. Ik heb je verschrikt door mijü heftigheid-, pn toen héaft- je angstige blik mij verschrikt. Ik hield dien voor een bewijs van schuld. Isola, laat mij die waarheid de verzekering de zekerheid, uit je eigen mond hooren," riep hij met nirts- toehtelijk vuur, opstaande en naar haar toeko mende. terwijl hij op dat bleek, tot-hem opge heven gelaat nederzag met die donkere; ernsti ge oogen, di-e altijd de geheimen van haar hart schenen uit te vorrschen. „Laat er geen zweem den,, die zich voordoen bij het instudeeren en opvoeren eener operette als deze, zal begrijpen, dat hier kranig werk is geleverd. Ze hebben 'ge werkt, die lieve kinderen, die in aarlige pakjes van kabouters en vlinders,... Doch laat ons niet te haastig zijn in het neerschrijven de er regelen. Een ieder is natuurlijk op dte hoog e van den inhoud van dit aardige sprookje, dat ons in onze j-onge jaren .door vriendelijke ouders werd ver d of voorgelezen. Allen hebben we toen mee geleefd met het lieve, miskende prinsesje. We woonden met haar in het huisje der zeven dwere jes, hielpen haar bij het huiswerk, waren hevig verschrikt als de booze stiefmoeder kw;m, kort om het was een sprookje waaraan wij als kind „smulden". J En nu hebben wij dit alles, na vele jaren, nog eens mogen medemaken, mogen aanschouwen. We hebben „Sneeuwwitje" gezien, een allerliefst blon- dinetje, dat prachtig haar rol vervulde. Wij mee- nen ons van vroeger te herinneren, dat „Sneeuw witje uit het sproakje zwart haar had, „zoo zwart als ebbenhout". Sneeuwwitje van het too- neel verschilt das in dit opzicht wel met haar naamgenootje uil het sprookjesboek, maar d,t was dan ook het eenige verschil. Overigens heb ben we nooit geweten, dat in dwergenland ae lange haardos langzamerhand wordt vervangen door het pagekopje. Dwergen gaan dus ook met de mode mede, wat echter aan het spel alweer niet de minsie afbreuk deed. En al droegen deze dwergen geen lange baarden, ten minste velen hunner droegen rflte niet, zij waren toch even ijverig, goednartig en kinderlijk als de sprookjes- -dwergen. En ze hie.ldén ook van de gezelligheid. En dan die anderen uit sprookjesland, die' lieve elfjes en die darteie, schitterende vlinders, die van onzekerheid of wantrouwen tusschen ons be- staan. Ik heb va nje zuster gehoord dat je toen, zooais je gezegd hebt, bij haar geweest bent. Da; rdoo ris het uitgemaakt, diat die la,ge vent je belasterd heeft; maar dat is niet genoeg. Laat de verzekering van je eigen lippen komen van jezelf alleen. Zeg mij bij den God-, die ons beiden zal oordeelen ben je mijn trouwe vrouw ,Ja, M :rtin, dat ben ik ik ben je trouwe vrouw." antwoordde zij met een ernst, lie hem trjf. „Ik neb geen gedachte, die niet aan jon is. Ik heb je met' heel mijn hart en ziel lief. is dat niet genoeg?" „la. En je hebt je trouw nooit geschonden, je bent altijd rein gebleven? Ik roep God 'ot ge tuige van je woorden, Isola. is dat waar?" I „Ja., ja, het is waar." „God zegene je, lieveling! Ik zal nooit weer over twijfel spreken. Je bent mijn lieve vr uw, en tot het -einde van mijn dagen zal je ge er l en vertrouwd worden. Goddank, d-e wolk is voorbij, en wij kunnen weer gelukkig zijn." Zij stond van ha^r stoel bij den haard op, sloeg haar armen om zijn hals, én verborg snikkend haa rgelaat tegen zijn borst. I „Mijn lief vrouwtje, wat ben ik wreed jegens 1 je geweest bard en ruw; maar je zoudt mij vergeven ,als je wist wat ik sedert gisteren namiddag geleden heb; en'eigenlijk is mijn lij den al vroeger begonnen. Dat telkens terug,':o men van Crowther op den naam van Lostwithiei in zijn heele gesprek met je zijn veelbeteeke- nen.l etoon, veel meer nog dan wat hij zeide en je verlegenheid dit alles wekte vermoedens m mij, die tot zwijgen gebracht moesten wor den. Bedenk hoeveel ik in mijn nadeel heb het verschil van leeftijd tusschen ons; mijn niet aan trekkelijk persoonlijk voorkomen in vergelijking met .jongere mannen. Een en ander had mij ge neigd gemaakt om aaa je liefde te twijfelen, se dert diat verfoeilijk diner heb ik geen oo-reohiik rust gehad. Ja, ik heb een nieuw gevoel 'e-r-ui kennen. Ik weet nu wat jaloezie is. Maar dat is nu voorbij. Goddank dat het voorbij is. De nevel is weer opgetrokken. O, mijn lieve, als liet eens an-dters geweest was! Als wij eens gedoemd waren geweest te scheiden!" „Wat zou je gedaan hebben, Martin?" vroeg zij, met een zachte stem, haar gelaat nog tegen zijn borst verborgen en haar armen nog cm zijn hals geslagen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 1