nieuwe Langedijker Courant. Zaterdag 21 Fehr. [Tweede blad) Nieuw Leven" Jaarvergadering j)e Jaarvergadering der luinbouwvereeniging Nieuw Leven" werd gehouden in het lokaal an den heer Mijts aan het Verlaat. De gorz., de heer Brugman,"heet de ruim 30 aan- ,ezigen welkom, hij wijst er op, dat bij wijze an proef deze vergadering des middags is jtgeschrevén, doch het resultaat is niet zeer 'chiiterend, wat wellicht juist aan het mooie veer moet worden geweten. Welkom heet spr. l0k den heer C. Kostelijk, als gast tegenwoor- lig, doch in het bijzonder geldt zijn welkom' |en' heer P. Kostelijk, den secr., die we lan- "en tijd in ons vereenigingsleven hebben moe- ;n bussen; hem wenscht spr. toe, dat hij weer angzamerhand een getrouw deelnemer zal n0gen zijn. Door 'den heer Kostelijk worden u de notulen gelezen, welke worden goed- ekeurd en waarna de voorz. in het kort me- jedeeling doet van de in samenwerking met e afd. L.T.B. uitgeschreven tuinbouwcursus, e verleende financieele steun aan Waarland en instreken, <5e uitvoering der inventarisatie door le bestuursleden, naar spr. meening met beter ultaat dan voorheen. Ingekomen) is de nededeeling van den proeftuin, dat eenig zaad isponibel is van geselecteerde slabooncn. Hier ian schijnt geen behoefte te bestaan, zoodat het ichrijven voor kennisgeving wordt aangenomen ïetgeen mede geschied met het verslag van den euringsdienst voor aardappelen. Daarna omt aan de orde de rekening, wélke voor de ergader. is nagezien door de h.h. A. K. Bart ■n Jac. Kostelijk; eerstgenoemde deelt mee, lat de commissie alles in orde heeft bevonden :n deze adviseert tot goedkeuring. De heer leereboer brengt nu het financieel verslag uit raarbij blijkt dat het ledentalmet 30 is voor- itgegaan en op 1 Jan. stond op 206. De inkom" ten bedroegen in totaal f569.61, de uitgaven 468.88, alzoo over 1925 een batig saldo van 100.73, waarvan op het spaarbankboekje 100 ulden is geplaatst. Het totaal bezit der ver eniging is thans f 1099.73. De rekening wordt oedgekeurd, terwijl voorz. den penningmees dankt voor zijn beheer en de zorg der fi- ancien voor komende jaren nog bij hem aan- leveelt. Vervolgens wordt door den secr. et Jaarverslag uitgebracht. Hieruit stippen we an: gewezen wordt op de zeer dreigende luitschë Toltarieven, welke dank zii ook de emoeiingèn. der tuiribouworgamsatie niet niet ie scherpté zijn ingevoerd als aanvankelijk et zich liet aanzien. Spr. acht het niettemin ewenscht onze bedrijven 1 zooveel mogelijk iernaar in te richten. De teelt van vroege aard ppelen beschouwt spr. als goedgeslaagd; daar utegen moet van den vroegen koólbouw het egendeel worden gezegd, terwijl de handel i herfstkool mede geen gunstig resultaat heeft fgeworpen. Stelde de winterhandel zich goed i, het opleggen der stapelproducten leidde ot heden toe niet tot gunstig resultaat, het- een ten deele wellicht mede 'toegeschreven noet worden aan de reusachtige voorraad. In et bestuur werd de heer T. Kostelijk opge- olgd door den heer Jac. Klaver, terwijl in de euringscomm. werd gekozen de heer P. Kos- ïlijk, die mede werd benoemd tot correspon dent voor den Plantanziektenkundigen Dienst iet de heeren Gaijaard en Meereboer als com- nissie van bijstand. Verder werd melding ge naakt van den te houden tuinbouwcursus, eun aan Waarland em omstreken, de inventa- satie. Drie bestuursvergaderingen werden ge- iouden, één ledenvergadering, het ledental is 'eer stijgende. De voorz. dankt den secr. oor dit verslag en wenscht hem toe nog me- ig Jaarverslag te mogen uitbrengen en daarin lan te mogen wijzen op vele gunstige resulta- £n. Thans is aan de orde de verkiezing an bestuursleden, aftr. de h.h. Brugman en lostelijk, die beiden met bijna algemeene stern- ten worden herkozen. De vraag van den voor ster of de. heer Kostelijk de bestuursfunctie 'eer wil aanvaarden, beantwoordt deze met le opmerking, dat hij aanvankelijk voornemens 'as zich terug te trekken uit het vereenigings- Even, doch nu zijn lichamelijke toestand ver eerd is, aanvaardt hij zijn benoeming onder lankbetuiging voor het in hem gestelde ver touwen. Hierop verklaart voorz. eich zeer te erheugen over dit besluit, vooral ook, omdat li3 als goed vriend den heer Kostelijk steeds ieeft ontraden zich terug te trekken, aange- 'ei spr. overtuigd was, dat bij eventueele bo dschap de heer K. weer behoefte zou gevae- °n deel te nemen aan het gemeenschapsleven. IPf. persoonlijk is ook bereid de bestuursfunc- |e weder te aanvaarden. (Applaus.). Vóór 'e stemming ter voorziening ini de vacature %en, stelt de voorz. voor, dat de opvolger terstond zitting zal nemen, doch dat de [?r Hagen tevens bestuurslid zal blijven tot itjn vertrek naar elders. Hiermee gaat de ver kering accoord. Gekozen wordt na tweede Ne stemming de heer C. Langedijk bij her- [tttuning tusschen deze en den heer Jac. Gut» (er ~- Na aan de bestuurstafel te hebben plaats atomen, wordt de nieuwbenoemde door den I rz- gefeliciteerd, terwijl hij den wensch uit Preekt, dat de heer Langedijk een waardig ^°'ger zal blijken te zijn van den heer Ha- In het Bondsbestuür wordt herkozen de heer P. Kostelijk, die ook deze functie aan- j neemt. Als volgende punt vermeld de agen da: voorstellen voor de alg. verg. van den I N.M.B. De heer Gutter oppert bezwaren te- J gen het bonnemsfelsel. Uit het feit persoonlijk l door een handelaar te zijn aaiigezocht kool te verknopen zonder bon, meent spr. te moeten afleiden, dat dit wel geschiedt en is van oor deel, dat bouwers, die zich daartoe leenen, streng gestraft "dienen te worden. Van verschil lende zijden worden bezwaren tegen het bon nenstelsel te berde gebracht als drukkende voor de veiling en afbreuk doende aan het be sluit verplicht veilen. De heer Meereboer meent te moeten betwijfelen of zonder -bon wel ooit verkocht wordt, aangezien dan geen. geld ge- vangen kan worden over het betaalkantoor. Zeer breedvoerig wordt over deze zaak gedis- cusseerd met bet resultaat, dat op den beschrij vingsbrief de vraag zal worden gesteldKan de N.M.B. ook verbetering brengen in het bon nenstelsel, zoowel elders als op eigen veiling? De heer Klaver brengt in bespreking gebrek aan goede plaatsen voor de paarden bij geslo ten water. Spr. laat zijn oog vallen op het ter rein benoorden de païchuizen, doch in de be stuursvergadering was hiertegen al bezwaar ge opperd, dat men dan te dicht bij de rails zou komen, terwijl tevens bij de Spoorwegdirectie plannen schenen te bestaan 'voor spooruitbrei- ding, waardoor het onzeker scheen te wezen, of stallen en pakhuizen wel zouden kunnen blijven staan. Maar dan acht spr. het toch wel zeer gewenscht, dat intijds naar terrein wordt uitgezien, desnoods voorziening te tref fen met een reservestal. Ook hieruii ontspint zich een tamelijkbreedvoerige discussie, wel ke de geboorte geeft aan het voorstel: Voorzie ning in staanplaatsen voor paarden, ook voor de toekomst. De heer P. Kostelijk stelt de vraag of bij eventueele uitbreiding dan ook de loswal voor de schipperij niet in het gedrang zal komen. Voorz. en de heer Meereboer mee nert van niet, doch dat bij eventueele verdwij ning van pakhuizen, en stallen tiaar juist meer ruimte vrijkomt, waarna de heer Kostelijk nog opmerkt, dat het zoo gewenscht zou zijn, in dien de zuidkant van het terrein ook dienst kon doen voor lading in de spoorwagens. Aan gezien de plannen der Directie niet bekend zijn, kunnen we thans niet voorzien welke toe stand geboren zal worden. Tot afgevaardig den ter Bondsvergadering worden aangewe zen de h.h. Gaijaard, Klaver, H&gen, Liefheb ber en Langedijk bestuursleden en Jac. Kos telijk, P. Over en J. Brouwer leden, terwijl tot plaatsvervangers worden -aangewezen de h.h. K. Dekker en Jac. Gutter. Indien een af gevaardigde verhinderd mocht zijn, dan vraagt ;!e secretaris daarvan zoo spoedig mogelijk ken nisgeving te mogen ontvangen. Indien geen zeer belangrijke voorstellen op den beschrij vingsbrief worden geplaatst, dan zal deze be sproken worden in eein bestuursvergadering met de afgevaardigden en plaatsvervangers, an ders zal hiervoor een ledenvergadering wor den uitgeschreven. Bij de rondvraag stelt de heer Jac. Kostelijk de vraag of niet onder vangen kan worden het ongerief, dat zelfs een kleine partij gelost moet worden op twee ver schillende plaatsen." De heer Meereboer zal dit bespreken in de commissie van beheer en daar bij de vraag stellen, of die kleine hoeveelheden niet door een aan te stellen persoon verza meld kunnen worden om ze naar de fabriek te brengen. Door den heer P. Kostelijk wordt, nog de" aandacht gevestigd op het voorstel van Noordscharwoude met betrekking tot den sluis bouw als gevolg der kanalisatie. Spr. meent, dat de bezwaren van Noord op die wijze ver plaatst zouden worden naar Zuid. Voorz. meent, dat dit voorstel zijn grond vindt in grooteren aanvoer ter veiling uit Noord. Ter algemeene verg. zal op deze Zaak wel "helder der licht komen te vallen. De heer F. Kas- per vnagt of het niet gewenscht is, maar weer avondvergadering te éouden. De voorz. zou het niet bij eenmaal proef willen laten. Beslo ten wordt begin Febr., zoo mogelijk in het laatst van Jan. de Jaarvergadering te houden. Hiermee is men genaderd tot het laatste punt der agenda: verloting en sluiting. De voorz. acht het gewenscht de sluiting vooraf te laten gaan. Met genoegen) constateert hij, dat de Jaarvergadering weer een aangenaam verloop mocht hebben, dat van het begin tot het einde een genoegelijke toon heeft ge- heerscht. Met den wensch dat 1926 voor de leden en voor vereeniging éen gunstig jaar zal mogen zijn, sluit hij de vergadering. Bjj de gratis verloting worden tie prijzen toege wezen aan de h.h.: J. Hagen, C. Witsmeerr-G. van Essen, F. Kasper, P. Zwier, P. de Graaf Jac. Gutter en C. van der Gracht. hgezonden jaar door den secretaris zoo'n krachtig stuk je m de Langedijker Courant" was ge plaatst, waarin toch ten zeerste het veilen werd aanbevolen. Gezegd werd, dat stukje zal de secretaris nog wel eens willen plaatsen, want hij zal nog wel van dezelfde gevoelens zijn. Dit is ook inderdaad het geval; ik ben nog van hetzelfde gevoelen, neen, ik ben er zelfs nog sterker van overtuigd, dat alleen de veiling de 'plaats is, waar in de eerste plaats de prijs voor het product betaald wordt en dan boven dien is het de plaats op welke onze produc ten worden weggemaakt. Maar thans is het nog mijn plicht vóór het verkoopen op bannen te stemmen. Ook dit jaar heeft er weer eene j telling plaats gehad en het is gebleken, dat er een voorraad is als nog nooit tevoren. Dit is wel een bewijs, dat alle opslagplaatsen tjok vol hebben gezeten en toch kwam er in De cember geen kpol aan de markt. OolT zelfs in Januari was er geen voldoende aanvoer, of schoon toch de prijzen goed genoemd konden worden. Wanneer wij dan de derde alinea van art. 3 der statuten lezen, dan moeten wij nog het op bonnen verkoopen "handhaven. Het is zeer te betreuren, dat er! in den eersten tijd te kort kool aan de veiling kwam, want bij goeden aanvoer had er nog heel -vat meer kool weggekund. Het is zoo terecht wat een der hnadelaren opmerkte, die zeide, als wij haast de zekerheid hebben, dat er weinig kool aan de veiling komt, doen wij geen moeite om te verkoopen en wachten wij enkel de bestel lingen af; maar als er zekerheid is, dat er da gelijks een flink kwantum aan de veiling komt, dan doen wij alle moeite zooveel mogelijk te plaatsen. Dit is zoo'n sterk bewijs, dat de vei ling de plaats is, d:e het product de wereld inbrengt. Nu zal er direct gezegd worden, daar" om de bonnen weg, danj komt de kool wel aan de veiiing, maar vrij hebben al zooveel erva ring opgedaan, dat dat niet het geval is en daar om moeten wij het verkoopen op bonnen nóg handhaven. De koopman moet zich aanpas sen aan de veiling, wordt er gezegd, dit is ook noodzakelijk en de koopman past zich ook aan, maar hij kan zich toch niet aanpassen als er geën producten komen, tenminste 'dat is toch zeker niet gewenscht, dat zijn aan passen zoo ver gaat,, dat hij het maar geleide- delijk afwacht tot er producten komen. Neen, daarvoor is noodig, dat ook wij ons aanpas sen en regelmatig met ons: product op de veiling komen, maar dat wordt niet gedaan en dat is juist het moeilijke punt waarop het vastzit. De een voor den ander tracht het tijd- -Stip-" te vinden waarop- Tiw product- het meest •opbrengt en dat is heel natuurlijk, maar om allen met elkaar op dien tijd te wachten, dat zal ons toch zeker geen voordeel opbrengen. Neen, ook wij moeten ons aanpassen en ons kwantum verdeelen over het seizoen. Als dat idéé in alle tuinders zat, dan hadden wij geen bonnen meer noodig-, dan zou er zeker wel een gedeelte voor een lagen prijs weggaan, maai wij zouden ook wel een gedeelte hebben voor een hoogen prijs en ik geloof, dat de dóorsneeprijs dan beter zou zijn dan thans. No gteveel wordt er aan de speculatie vast gehouden en zoolang dat bestaat krijgen wij geen regelmatigen aanvoer, althans niet in De cember. Het is te hopen, dat in de komende weken de prijs van ons product beter wordt en mocht dat veei beter worden, dan wij nog hooger j prijzen krijgen, dan voorspel ik, dat er een volgend jaar in December weer geen kool aan- gevoerd wordt. Het bewuste stukje waarover gesproken werd, staat in de „Langedijker Cou rant" van Donderdag 29 Januari 1926. Hoogachtend, S. DE "BOER Kz., Secretaris „L.G.C." Valiers en Kankerstronken in onze kool. Het is opmerkelijk, dat in dezen winter on ze bewaarkool min of meer aan den stronk „kankerig" zijn geworden. Men kan in geen boet komen, of rtien be- 1 merkt het ziekteverschijnsel, zoowel bij de roode- als bij de Deensche witte- en gele kool. Sommige bouwers meenen in deze ziekte i alleen een zgn. bewariingsziekte te zien, ter wijl anderen verband zoeken tusschen het kan kerig zijn aan den stronk, en de ziekte die reeds op het land voorkomt en bekend is opi- der den naam van „valiers." Het is naar aanleiding vain eene bespreking over deze ziekten, dat wij de volgende beschrij- j ving geven. i Op volledigheid zal deze verhandeling in j geen geval aanspraak kunnen maken, daar plaatsruimte ook hier beperkt is, en het toch niet mogelijk zal blijken alles te beschrijven, j wat men meent te moeten gelooven omtrent Zuidscharwoude, 25 Februari 1926. Het veilen van onze winterproducten. In de laatstgehouden bestuursvergadering van de „L.G.C.", waar het verkoopen op bon nen nog weer eens besproken werd, viel het den heer Kloosterboer van St. Pancras niet mee, dat de secretaris niet meer gevoelde voor de idéé „de bonnen weg", omdat het "vorige deze beide ziekten. Wij laten zelfs eene nadere beschrijving van de ziektebeelden achterwege, daar wij ons niet i zouden durven aanmatigen te veronderstellen, 1 dat een tuinder deze niet zou kennen. Wij 'bepalen ons daarom alleen tot de oor zaken van "en de voorbehoedsmiddelen tegen deze ziekten. Door de onderzoekingen van de H.H. Prof. Ritzema Bos en Prof. Quanjer, is allerduide- I lijkst gebleken, dat beide ziekten door een en J dezelfde oorzaak wordt bewerkstelligd, j Die oorzaak is de inwerking van een schim- j mei in de plant, welke den naam draagt van I Phoma oleracea. I Phoma is eene familienaam, van ongeveer een 24-tal gelijksoortige zwammen, die alle op div. gewassen woekeren. De naam oleracea, is een zgn. geslachtsnaam, dia aan deze schim mel is gegeven ter onderscheiding van hare andere broertjes en zusjes, j Hét is een draadzwam, dat zeggen wil, dat -zij draden vormt, welke in het weefsel van de plant woekeren, van beneden naar boven, soms met zeer lange draden. - Deze Phomazwam woekert in de kool eerst in de onderaardsche deelen, dus in de wortels, om allengs hooger te parasiteeren in de stronk, tot zelfs in de bladnerven van, de kool (krop), en zaadstengels van besmette zaadkoolplanten. Zoolang de zwam in de wortels lééft, veroor- zaakt zij de bekende „Valiers", maar bivalc- i eert zij in de stronk, dan treedt het verschijnsel I van „Kankerstronken" op. N uis door bovengenoemde Professoren waar genomen, dat het geheele voorkomen der wor tels van valiers, alvorens zij door deze zwam waren aangetast, waren beschadigd, hetzij door insecten of door andere onbekende verwondin gen. Bij nader onderzoek bleek, dat een der be langrijkste oorzaken van beschadiging toege bracht wordt door de larven van de koolvlie- gen, die de bekende maaitjerigheid in de kool teweeg brengen. Andere dieren kunnen deze beschadigingen dus ook aanbrengen, evenals eene onvoorzich tige grondbewerking, zooals het wieden of schoffelen. Bij bovenvermelde bespreking kwamen wij oko tot de gedachte, dat door het onvoorzich tig plukken van planten op de banen, die be schadiging ook bewerkstelligd kan worden. Worden, zooals dikwijls voorkomt, de banen niet goed nat gemaakt, dan breken de dikste wortels der planten gewoonlijk af, zoodat zij betrekkelijk met een groote wond op het kool land worden uitgezet. Komt nu de Phoma zwam in het land voor, dan is infectie al heel gemakkelijk. Vandaar is het ook te begrijpen, dat de koolplanten op de baan al door de zwam bezocht kunnen zijn, wanneer de plan- len daarop reeds zijn beschadigd geworden door de koolvlieg of anderszins. Het komt immers zoo vaak voor, dat zich in de plantenbanen een plek vertoont, die maai- :r'ig '1ST Komt de zwam nu,niet voor op de baan, alsdan is er geen infectie te vreezen, maar is zij wel in den grond aanwezig, dan is het be grijpelijk, dat reeds besmette planten van de baan af, op het land worden uitgezet. De zwam bivakeert in den grond, en als wij aannemen, dat zij alleen de koolplant aan tast wanneer die beschadigd is, dan is het ons inziens van het grootste 'belang deze verwon dingen zooveel mogelijk te voorkomen. Het goed natmaken der banen vóór men de planten plukt, hetgeen wel eens war te wen- schen overlaat daar vele bouwers het in dien tijd door de vele werkzaamheden zeer druk hebben, is dan een eerste vereischte. Dat de koolvlieglarve de banen niet bezoekt, zal wel tot de vrome wenschen blijven behooren. Maar wel is het mogelijk, maaitjerige planten niet te zetten, zoodat dergelijke planten die nen vernietigd te worden. Dat de eene koolsoort er meer last van heeft dan de andere, vindt hierin een verkla ring, dat b.v. roode kool een zwakker wortel gestel heeft dan Deensche witte- en gelekool. Zij groeien tijdens de aantasting en parasitee ring d$r zwam, beter door, maar dat zij 'door deze zwam zijn aangetast, blijkt wel vaak bij de bewaring. Alsdan groeien zij niet meer, de zwam komt voor hare ontwikkeling in gun stiger conditiën, zoodat zij dan in ernstige mate optreedt en rotting in de stronk en blad- nerven veroorzaakt. Ofschoon het geen regel schijnt te zijn is het toch gebleken, dat de zwam ook met het zaad kan worden overgebracht, en daarom be handelt men dit wel eens zóó: In 10 gram for maline in 4 liter water, wordt het zaad vier uren ondergedompeld. Ook gebruikt men Ger- misan en Uspulun, maar de verkregen resulta- etn zijn verschillend. Dit is ook wel begrijpe lijk, want al is het zaad ontsmet, dus aanne mende dat het ontsmettingsmiddel heeft gehol pen, maar de planten worden op de baan door wortel beschadiging weer geïnfecteerd, het zij door' onvoorzichtig plukken of later tydens den groei door insecten beschadigd, dan zal de ziekte evengoed optreden in ontsmet, als in niet-ontsmet zaad. Niettemin wenscht men te Wageningen gaarne uitgebreide proeven te ne men voor een nader onderzoek van deze ziek te. alsmede om zaad te ontsmetten. Degenen, die hiertoe willen medewerken, stellen zich in verbinding met de plaatselijke correspondenten van- den Plantenziektenkundi- gen Dienst. Gezamenlijke medewerking zal ook in deze zaak meer helpen dan critiek, zoodat men goed zal doen, daadwerkelijken steun te verleenen. G.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 3