NIEUWE mm Dinsdag 80 Maart 1926 36e Jaargang Locarno en Genève a:jm ia-Pudding Plaatselijk Nieuws NO 88 INTERC. TELEPHOON 52 COURANT Deutsehiand, Deutschland iiber alles. Parijs Maart 1926. Dw lichtstad wordt thans door duizenden „Bo- ches" bezeilt, het wemelt er van; men hloort de gehate taal op de boulevards, liftjongens en kell- ners Jeeren weer Duitech. In de tingeltangels, ca barets in Montmartre vullen ze de localen van plezier, de Duitsche muziek domineert er. Een Franschman ergert zich, staat op en eiseht, dat de Marseillaise gespeeld wordt. Daarop ver heft zich een Duitsche dame, ziedend van toorn en declameert het Duitsche volkslied „Deutsch land, Deutschland über alles." De Parijsche bladen spreken van een „occupa tion pacifique", een vreedzame bezetting. 't Graat ook gemakkelijker dan in- '14, merken de Parisiens sarcastisch op. Freijburg, Maart '26. Mussolini hieid Duitschland de vuist voor. Stresemann lean niet anders dan „Schone Wör- ter" spreken en een vuist maken in zijn zak. Geen soldaten, geen kanonnen ontbloot als zijn land is van macntsmiddelen. Een ltaliaansch Minister President kan nu een grooten mond opzetten; overigens een misselijk gebaar, als van een grootspreker, een bluffer, een zondagsjager tegenover een leeuw In een kooi. i Maar 'tDuitsche volk? 'tls markt te Freijburg, groentemarkt. Daar komt een koopman met een wagen, volgeladen, met Italiaansche sinaasappelen". Hij laadt af, zet er zijn bord overeind en schrijft er den prijs op van zijn goed, 8 pf. per stuk. Niemand kijkt er naar om; hij, de koopman, praat, praat, 't Geeft hem geen zier. De prijs' is zeker te hoog, fluks dan iu vredesnaam van de 8 een 7 gemaakt. Fenzelfde apathische houding van het puliliek. Hij vermindert weer; wordt boos, en wil onder alle omstandigheden los. Daar staat reeds 1 pf. op t bord. Niemand wil zijn Italiaansche sinaas-, appelen koopeu. Thans wordt de koopman, spinnijdig; hij.begint op 't, publiek te schelden, en dit lacht. Dit lachen maakt hem woedend, en wat wel nooit vertoond zal zijn, gebeurt nu. „Je zult ze toch hebben gilt de koopman en begint het publiek met sinaasappelen te bekogelen: Maar o wee, het publiek wil niet enbegint, op zijn beurt nu den koopman met zijn sinaas* appelen te bombardeeren. Hij moet retireehen, moet aan 't lachende publiek 't tefrein laten en vlucht hals over kop met een leege kar, zonder geld en heeft zich voorgenomen nooit geen Itali aansche sinaasappelen meer in te koopen. 'tZijn kleine dingen, die we echetsten. Toch( teekenen ze de geestesgesteldheid van een millioe- nenvolk, dat zich niet laat knechten. Het „Deutschland, Deutschland über alles" leeft weer op ondanks Versailles, Locarno, Genève en Republiek. FEUILLETON (SOLA Zij reden in snellen draf den weg op, en hij had naast haar plaats genomen en haar hand' ge- fat. Hij trok het portierglas aan haar zijde op, <>m te beletten dat zij den koetsier kon toeroepen. „Waarom zoudt gij teruggaan? Gij zult spoe diger thuis zijn met mijn paard dan met dien knol, die u gebracht Ueeft." „Maa rde vigilante vracht mijde man zal niet weten hoe nij het heeft." f „Dfat komt er ook niet op aan. Wees maar gerust dat hij niet heel lang zal wachten. Hij zal hegrijpen dat gij in de verwarring van rijtuigen het verkeerde zijt ingestapt. Isola, morgen verlaat ik Cornwallis. Ik verlaat Eingeland, om er mis schien nooit terug te komen. Maak de laatste Ogenblikken van mijn leven hier gelukkig. Ik ga misschien voör altijd heen." „Breng mij naar huis," zeide zij. „Brengt g^'mij werkelijk naar huis Is dat wel den rechten weg „'Zeker is het de rechte weg. D.enkt ge dat ik u naar Londen breng?" Hij liet eensklaps het glas neer en wees naar huiten. f „Isola, ziet ge waar wij zijn? Daar is| de weg wijzer aan den kruisweg. D;aar is de toten van de kerk. hoewel ge die nu in den nacht nauwe lijks zien kunt. Zijt ge nu tevreden? Hij had het portierglas w,eer opgehaald, en alles Wat zij van de buitenwereld kon zien, was het OhijDsei der lantaarns van het rijtuig. Het vu- r'ge paard draafcie met gevaarlijke snelheid heu- Vei op en af. Met zulk een gang kon de rit niet woorden, om 't geval zoo onschuldig mogelijk voor te stellen. Edoch de groote pers heeft de beteekènis van het fiasco te Genève ten deze gevoeld; en van haar bittere ontgoocheling ondubbelzinnig blijk gegeven. De geest van Locarno heet nu dood. De tegenstellingen komen scherp uit, 't chau vinisme is niet weg, maar steekt als een veel koppige draak steeds weer den kop op. De invloed van de kleine staten blijkt tochf mi niem te zijn. Het te Brussel verschijnend Vlaamsehe dag blad „Het laatste Nieuws", oonstateersnd het fiasco aan de eene zijde, en het groote verschil met 7 jaar geleden, toen Duitschland onder ge,en voorwaarde mooht toetreden, en nu, ging heel prozaisoh aan 't cijferen. Wat kost ons Genève? Een dagbladcorrespondent heeft,, heel matig le vend, per dag 80100 Zwiisersche frs. noodig,- 't is daar alles peperduur. Nemen we dit tot basis, schrijft het blad dan kost de Belgische afvaardiging 80.000 Bel gische fr3. per dag. Dat is niet vol te houden 't; is te duur; ook' de contributie aan den bond is niet malsch. Er hapert nog veel aan het instituut; vóór een jaar werd Minister v. Karnebeek nog verweten, dat hij achterlijk was, zoo heelemaal geen geen man, die blijk gaf, zich te kunnen aanpassen aan de grootsche nieuwe ideeën van den tijd. Wacht even, zei deze. Laat ons afwachten, wat 't wordt. Heeft hij gelijk gekregen? Voorzichtigheid blijft gebóden, en wie alles van den Volkenbond verwacht, beschikt wel over een buitengewoon, niet gerechtvaardigd, opti misme. R@shtzak@n ii. 'tMoest toch wat lijken naar buiten en nu is weer wat nieuws uitgevonden. Briand i3 een meester in de diplomatie en hoeft gezegd: Duitschland is in zedelijken zin lid van den Vol kenbond-en van den raad. Natuurlijk is dat niets dan een diplomatieke frase; Briand en ook Chamberlain worstelen met Smaahfa/s VOOR BiEiN KANTONRECHTER, .•- Zitting .van 2fi Maart. Uitstel van executie. Ook heden stond de kantonrechterszitting in het toeken van malaise. In slechts 3 zaken hadden de opgeroepemen per sonen blijken van belangstelling gegeven. Om te beginnen twee broeders uit Castricum ieder 20 jaar en toch geen tweeling (ra ra wat is dat?) welke jongelieden terecht stonden wegens strooperij en door den rijksveldwachter Koelemeij waren gesnapt. Deze verdachten hadden oen ge tuige a. decharge medegenomen, die kon -verkla ren dat het feit niet was gepleegd des namid dags, zooals iff de dagvaarding stond, maar des voormiddags. De ambtenaar erkende dit na inzage van het bewust, epapier. Het was een fout in het afschrift. In de origineele 'dagvaarding was de tijd juist aangegeven. Maar de jongelui zul- len daarom den dans niet ontspringen. De dag vaarding wordt ingetrokken en 'n nieuwe uitge reikt, dus lood om oud ijzer jongens. Intusschen krijgen ze nog gelegenheid de zaak voor 10 gulden per perspon te schikken. Op oud ijs vriest het gauw' vast. Een 23-jarig jongmensch uit Velsen was in den laten avond van 22 October te Castricumf in het jachtveld betrapt ter zake het stroopen met behulp van kunstlicht. Bovendien had hij een vaischen naam opgegeven, wat al evenmin raad zaam is. Daar hij reeds een veroordeeling wegens strooperij heeft ondergaan, kon hij ook niet veel lang zijn. Em toen toen kwam hij terug op de bede, di ehij haar nog gefen twaalf uur geleden op haar wandeling in 't-oor had gefluisterd. Hij beminde haar. Kon zij weigeren met hem mede te gaan, ha zich met zijn Jeven samengeweven te hebben? ICon zij weigeren Had 'eenige vrouw recht omf Ie weigeren? Hij deed een beroep öp haar gevoel van eer. Zij was te ver gegaan zij had h.em reeds te veel toegestaan, zij had h>em haar1 liefde gesdhonken. Zij was in zijn armen, in het; flauwe lidht ,in die atmosfeer als in een droom. Hij nam bezit Van haar zwak hart, door al zijn vol- leerdheid in de liefde. Eer, geweten, getrouw heid aan den afwezige, piëteit, onschuld, alles weggevaagd in dien lavastroom van hartstocht. Hulpeloos, besluiteloos, stamelde zij telkens: „Breng mij naar huis, Lostwithiel! Heb mede lijden! Breng mij naar huis!" Hij bracht haar trillende lippen tot zwijgen door een kus een Judaskus. Het rijtuig reed een steilen heuvel af, rateldie een straat door, zoo nauw d,at de wielen tegen de voorzijden van de huizen aan elke zijde schenen te knarsen, en toen 'hield het stil op een pleintje, en de zeekoelte blies door haar losgeraakt haar on op haaf bloo- ten 'hals, en zij hoorde het plassen van! het water tegen een boot, die aan de kaai gemieerd! lag. „Gij zoudt mij thuis brengen, dat is hier1 niet!" riep zij, op jamerenden toon. i „Ja, hier vindt gij een tehuis, lieve, ons: tehuis voor een poos, dat ons naar het andere! einde der wereld kan brengen, als gij wilt." De kaai, en het water, en de weinige flauwe lichten, hier en daar verdwenen als in een nevel voor haar oogen, en zij wist niets meer, totdat zij de wiegende beweging van de boot oj( de gol- aanspraak maken op de sympathie van den kan tonrechter en werd hij veroordeeld tot 2 maal f20 boete of 2 maal 20 dagen hechtenis. Ongcpcrmitccrifje straathandel. Een Alkmaar^che jonge dame van 19 zomers had op 28 Januari tc Akersloot de inwoners traenten gelukkig te maken met diverse reini gingsartikelen, zooals zeep, schuurpapier en ras pen. Het bleek echter dat hier de gemeentelijke overheid de bevordering der zindelijkheid ondier de gemeentenaren moeilijkheden berokkende, daar de jonge maagd, die deze zegeningen te koop^ aan bood, werd bekeurd wegens het vénten zonder vergunning. De miskende propagandiste voor het gulden devies „mens sanu in corpore sane", werd heden veroordeeld tot f2 boete of 2 dagen hech tenis ter zake overtreding der gemeen te vet (orde ning van gezegde gemeente. Twee vonnfean. De aannemer te Alkmaar, die terecht stond wegens gebruik van gemeentegrond wierd van alle rechtsvervolging ontslagen. De zaak tegen een manufacturier te Koedijk, wegens ijkwetovertreding, het betrof hier de aan wezigheid van twee kleermakersmaatjes, zal wor den hervat op; 9 April. Alsdan wordt al-sl getuige gehoord de verbalisant Harmen Visser, rijksveld wachter, gestationeerd te Koedijk, thans gedeta cheerd op Wieringen. VOOR DEN POLITIERECHTER. Zitting yan 29 Maart, Verloren partij. Een te Alkmaar woonachtig ^n in de krin gen van de lefpetten welbekend volksloggroent - houder is een tamelijk handelbare kerel als hij geen drank heeft geroken. Maar als de trek naar zijn neutje hem te machtig is, dan vergeet hij alle beloften en verbindtenissen. Zooals op 24 Januari, toen hij ook weer een jeneverïnspi ratie kreeg en een onbeheerde handkar be;- maehtigde, deze verhandelde voor 2 gulden aan een eveneens niet nuchteren bewoner van het woonwagenpark. Hij zette hierbij heel wat op het spel, daar hij nog altijd verkeerde in den! proeftijd van een voorw. veroordeelijng, waar bij hem was opgelegd 6 maanden gevangenis straf. Onmiddellijk in voorarrest gezet, werd deze 6 maanden straf op hem ten uitvoer ge legd, terwijl hij voor de diefstal van de hand kar heden werd veroordeeld tot 14 dagen ge vangenisstraf. De woonwagen -park-bewoner die de ge kochte handkar niet zonder winst aan den oor- spronkelijken eigenaar wilde teruggeven, kreeg ook nog het deksel op zijn rooden neus, daar de politierechter besliste, dat deze eigenaar in- het bezit van zijn kar zal worden gesteld zon der eenige geldelijke verplichting. Wie niet hooren wil, moet voelen. Een jongmensch uit Hoogkarspel, voorwaar delijk veroordeeld, stond heden met gesloten deuren terecht omdat hij de bijzondere voor waarden had verwaarloosd. Tenuitvoerlegging van de voorw. straf werd gtelast. ven, en een sterken, arm om zich heen geslagen voelde, die haar oklemde, 'terwijl oen zachte, teedere stem haar in 't oor fluisterde: „Isola, ver geef mij! Ik kon niet leven zonder u!" Wat nu volgde was haar een lange, benauwde droom toegeschenen een droom van goed en slecht we~er, van gevaar en wanhoop, van harts tochtelijke, alles overwinnende liefde. Nu, terwijl zij daar in esn koortsachtige halve sluimering iu de namiddagstilte lag, zooals Tabi- tha haar verlaten had, kwam het visioen van^het verleden haar in al zijn kleuren voor den -geest, en doorleefde zij weder dat, eerste treurige hoofd stuk van tiaar leven, toen zij de woede! der golven gevoeld en de kilte zoute zeelucht ingeademd had1, en de maan tusschen den wolkenchaos had zien verschijnen en verdwijnen, alsof die ook een door storm voortgezweepte boot op een woedende zee was. t Met welk een akelige levendigheid kwamen die uren terug! Die langzame voortgang van Ushaut naar Aroachon; de donkerheid van dien. korten dag; de verschrikking van dien langen nacht; hetj trillend en krakend, door de zwoegende golven met de kracht van honderden stormrammen ge beukte jacht, alsof elke slag het te pletter zou slaan! Welk een machtelooze onbeteekenendbeid, (wanneer tiet ranke vaartuig door een, als eanfbeijg oprijzende, inktzwarte watermassa werd opge nomen, om aanstonds weer in een gapende diepte neergestort te wordenEn dat niet éénmaal, niet honderd maal, maar dien geheelen nacht, waaraan geen einde scheen te komen, door irsfcle grauwe winteroohtendschemering, en in het fletse, gele lioht van een regenachtigen middag als in een vermenging van da,g en naoht, alsof het weed het begin van do schepping was, voor dat het licht Als hel maar lijd wordt. Eindelijk werd een einde gemaakt aan -en strafzaakje betreffende belcediging van een keurmeester door een zenuwachtig gebakken- vischsalonhouder te Alkmaar. De loslippige zui- derzeebokkembakker werd veroordeeld tot f5 boete of 5 dagen. Maar gauw betalen, dan is die soesah de wereld uit. De politierechter wii niet vangen. De twee Heldersche snuffelaars in het hand taschje van mej. Rob, welk grand concert-varié té-avontuurtje we onlangs meer uitvoerig ver meldden, zijn thans veroordeeld, ieder tot 2 maanden gevangenisstrfa. De officier had f75 boete of 75 dagen gevorderd, maar de politie rechter zat zoo goed in zijn slappe was, dat hij van geen boete-oplegging wilde weten. Kinderachtige heibel. Een commissionair te Enkhuizen is tal van jaren goede vrienden geweest met den eigenaar van het zijn woonhuis belendende perceel, maar nu is hij'totaal gebrouilleerd wegens een vuil- waterafvoer, die door zijn schoone goot loopt. Het draaide uit op een scheldpartij, waarbij -Ie eigenaar van het schoone de meneer van het vuile water een boef noemde, die hij de her sens wel zou willen inslaan. Öp de zitting bleek de opgewonden commissionair nog altijd niet gekalmeerd en deze ontactische 'houding was we', oorzaak, dat hij tot f 10.— boete of 10 da gen werd veroordeeld. Anders was hij er misschien met 3 gulden afgekomen, Een zwaar vergrijp. Een pakhuisknecht te Helder van een leef tijd, dat een ijdel mensch naar een haarverfkam gaal grijpen, stond terecht omdat hij een 15- jarige loopjongen, in dienst bij dezelfde firma, een oorvijg had toegediend. Hij verbood dat •jonge mensch het rooken van sigaretten, waar op hij een brutaal antwoord kreeg en bovenom schreven kastijding het gevolg was. Deze goede man stond heden terecht en gebruikte ook veel meer woorden dan in dit snertzaakje noodig waren. Het scheelde nu nog een beetje of de politierechter had hem een hooger boete opge legd dan de 3 pop, waartoe hij veroordeeld werd. 29 jaar Geheel-Onthouding. Een Zilveren Jubileum. Donderdagavond werd Rel Jaarfeest gehouden, c „rganiseerd door Jen A.N.G.O.B., de NV. en kn J.G.O.B. aan den Langendijk, ter gelegenheid van htjt 29-jarig bestaan. De zaal van den Reer Kramer te Zuidscharwou- i- waar de bijeenkomst wen genouden, bood een l'-estelijken aanblik, verkregen door de aange brachte versiering met diverse schilden. Tevens prijkte daar het nieuwe vaandel van den A.N.G.O.B., keurig afgewerkt door den heer Hofland van Beverwijk. Is het gewoonte dat dit Jaarfeest in intieman ledenkring wordt gevierd, thans ook waren wij! uitgenoodigd met. het oog op het jubileum van den heer De Jong. van de duisternis was afgesoheiden. O, die hartstochtelijke, nooit te Vergeten oogen- blikken, toen zij met. hem op de kampagjei stond' en op die met den dood dreigende zes uitzag; niet anders denkende of elk oogen blik zou hun llaatste zijn; neerziende in dien afgrond, die zich opende om hen in een ademtocht, in eten oog wenk, te verzwelgen. Ja, daar yoor hen was de dood de onvermijdelijke, onmiddellijke "doo;l, die een einde zou maken aan een bestaan, dat een toekomst van zonde, schaamte en wroeging zou zijn, en een bladzijde van een enkelen mis stap, die de kleur van een geheiel vrouwenleven veranderd had, zou uitwissohen. Zij wist niet hoe zij het tegen de kracht van- dien storm uit hield, zich aan hem vastklemmende, door hem ondersteund, gehurkt tegen het houtwerk, dat bij eiken slag van de beukende golven schudde en kraakte. Zij wist slechts dat zijn armen om haar heen waren, -dat zij bij hem veilig was, zelfs als het zeeschuim hoog boven haax hoofd spatte, haar als iu een mantel hulde en haag verblindde. Zij wist slechts dat haar lippen dicht bij haar oo rwaren, en dat hij in een oogenblikkelijket stil te vaït hel gebulder van den storm fluisterde: „Wij sterven, IsolaZulk een storm kan hetfjaeht niet doorstaan! Wij vinden te zamen den dood!" En haar lippen wendden zich met een blijden uitroep: „Goddank!" Toen weder, in een van die «ogenblikken, smeekte hij: „Vergeef mij, gelief de, mijn gestolen liefde, vergeef mij, voordat wij sterven! Was het een misdaad, Isola?" „Als het dat was, vergeef ik u!" fluisterde zij, zich aan' hem vastklemmende, toen er een nieuwe storm vlaag gierde. f (Wordt vervolgd).-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 1